• No results found

Hoofdstuk 4 Ervaringen van organisaties

4.2 Respons

4.2.1 Organisaties in het algemeen

In Nederland waren in 2006 in totaal 826.305 bedrijfsvestigingen.173 Uit deze populatie is een steekproef van 640 bedrijven, instellingen en overheden geselecteerd, waaraan via de post een

173

mailing is gestuurd met daarin een vragenlijst. De bedrijven zijn geselecteerd uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Omdat in een aselecte steekproef waarschijnlijk veel organisaties zouden zitten die naar hun aard weinig met de Wbp te maken zouden hebben, is gekozen voor een gestratificeerde steekproef. In deze steekproef is gezocht naar categorieën van organisaties die naar verwachting vaak persoonsgegevens verwerken. Er is een onderverdeling gemaakt naar bedrijfstakken en bedrijfsgrootte. Bij de selectie is verder een geografische spreiding over Nederland gerealiseerd. Bij de categorie overheid is de grootte van de organisatie niet als selectiecriterium gebruikt. Bij de overheid is uitgegaan van een functionele spreiding over overheidsinstellingen, zoals gemeenten en ZBO’s. Er is bij de selectie rekening mee gehouden dat binnen bepaalde overheden mogelijk gevoelige persoonsgegevens worden verwerkt. Te denken valt aan: RDW, UWV, CWI, IND, gemeentelijke sociale diensten, GGD en de reclassering.

Tabel 1 Verdeling van de aangeschreven organisaties

Aantal werknemers

0-19 20-49 50-99 100+

Totaal

Detailhandel 20 20 20 20 80

Direct marketing 20 20 20 20 80

Zakelijke + fin. dienstverlening 20 20 20 20 80

Transport 20 20 20 20 80 Communicatie 20 20 20 20 80 Onderwijs 20 20 20 20 80 Gezondheidszorg 20 20 20 20 80 Overheid n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 80 Totaal 160 160 160 160 640

Van de 640 organisaties die zijn aangeschreven bleek van twee organisaties het adres niet te kloppen. Dat betekent dat 638 organisaties de mailing hebben ontvangen. Ongeveer twee weken nadat de mailings verstuurd waren, heeft een beperkt aantal organisaties een rappel via de e-mail ontvangen. Ruim 400 organisaties zijn telefonisch benaderd om hen aan de vragenlijst te herinneren. Deze inspanning heeft ertoe geleid dat 83 organisaties een enquêteformulier hebben ingevuld. 28 organisaties hebben dat via een internetformulier gedaan en 55 hebben hun enquêteformulier schriftelijk ingediend. Het responspercentage ligt daarmee op 13 procent.

Aan een deel van de 400 organisaties die telefonisch zijn benaderd is, wanneer zij aangaven niet aan het onderzoek te willen deelnemen, gevraagd naar de reden daarvoor. Een grote meerderheid van deze organisaties gaf aan daarvoor geen tijd te hebben. Een beperkt deel van de organisatie was van mening dat zij geen persoonsgegevens verwerkten.

De respons is volgens het onderstaande schema verdeeld over de categorieën organisaties en hun grootte. Wat opvalt is dat een aantal categorieën beter vertegenwoordigd is dan andere. De zakelijke en financiële dienstverlening heeft het best gereageerd, gevolgd door de gezondheidszorg en de (centrale en decentrale) overheid. Ook het onderwijs heeft relatief goed gerespondeerd. Het slechtst scoren de sectoren transport en direct marketing. Wat verder opvalt is dat de bedrijven en instellingen met meer dan 100 werknemers beduidend beter hebben gereageerd dan de overige groepen.

Tabel 2 Verdeling respondenten over typen organisaties en aantal werknemers174 Aantal werknemers 0-19 20-49 50-99 100+ Totaal Detailhandel 3 0 1 2 6 Direct marketing 0 1 0 2 3

Zakelijke + fin. dienstverlening 6 2 1 11 20

Transport 1 0 1 1 3 Communicatie en ICT 1 5 1 1 8 Onderwijs 0 6 1 5 12 Gezondheidszorg 2 2 2 10 16 Centrale overheid 0 0 1 4 5 Decentrale overheid 1 0 1 7 9 Totaal 14 16 9 43 82

De bovenstaande verdeling heeft tot gevolg dat de uitspraken die op basis van de enquête onder organisaties in het algemeen weinig zicht geeft op een groot deel van de organisaties in Nederland. Gedeeltelijk gaat dit om organisaties waarvan het nagenoeg zeker is dat zij veel persoonsgegevens verwerken, zoals de categorie direct marketing. Voor een ander deel gaat het om organisaties als de detailhandel, die waarschijnlijk weinig persoonsgegevens verwerken. Het is te verwachten dat vooral organisaties die affiniteit hebben met bescherming van persoonsgegevens hebben gereageerd. De enquête geeft dan ook geen representatief beeld, maar laat een topje van de ijsberg zien. Dat betekent dat de resultaten informatief kunnen zijn als indicatie voor bijvoorbeeld beweegredenen van bepaalde acties, maar dat er geen absolute waarde aan kan worden toegekend.

4.2.2 Meldende organisaties

Bij de enquête onder de meldende organisaties is eveneens gekozen voor een gestratificeerde steekproef. In het Cbp meldingenbestand waren in 2007 in totaal 32.349 meldingen aanwezig. Een beperkt deel van de organisaties heeft meer dan één melding gedaan, waardoor de populatie van organisaties in het meldingenregister iets lager zal uitvallen. Er is door het Cbp een groot aantal organisaties aangeschreven die vallen in de categorieën bedrijven, overheid en maatschappelijke instellingen en semi-overheden (zoals gezondheidszorg- en onderwijsinstellingen). Per categorie is door het Cbp aan ruim 300 organisaties een mail gestuurd met de vraag of zij willen meewerken aan het onderzoek. Er is gekozen voor een opt-outsysteem, organisaties moesten reageren als zij niet mee wilden werken. Dit heeft ertoe geleid dat er 216 bedrijven, 291 overheidsinstellingen en 280 maatschappelijke instellingen en semi-overheden zijn overgebleven in de uiteindelijke selectie. Deze 787 organisaties hebben een mail gehad waarin zij werden verwezen naar een internetsite met daarop een vragenlijst. In 140 gevallen bleek het mailadres niet te kloppen en deze organisaties hebben daardoor geen mailing gehad. 159 organisaties hebben een bruikbare respons geleverd. Dit komt neer op een respons van 25 procent. De volgende typen organisaties zijn teruggevonden in de respons.

174

Tabel 3 Respons per type organisatie (meldende organisaties)

Organisatietype Aantal Percentage

Bedrijven 35 22

Overheden 50 31

Maatschappelijke instellingen en semi-overheid 74 47

Totaal 159 100

Niet alle organisatietypen hebben even goed op het verzoek om aan de enquête deel te nemen gereageerd. De maatschappelijke instellingen en semi-overheden hebben verhoudingsgewijs goed gereageerd op onze enquête, het bedrijfsleven heeft beduidend minder gereageerd. De respons van de overheid is met een relatief aandeel van een derde ongeveer zoals dat kon worden verwacht, omdat ook éénderde van de aangeschreven organisaties tot de overheid behoort. Zoals uit Tabel 4 blijkt, is de sterke respons van de maatschappelijke instellingen en semi-overheid vooral te danken aan de instellingen in de gezondheidszorg. Ook de decentrale overheden zijn relatief goed vertegenwoordigd. De grootste categorie van het bedrijfsleven zijn de zakelijke en financiële dienstverlening en communicatie en ICT. Dit was ook in de enquête onder de bedrijven in het algemeen een groep die relatief goed gereageerd heeft.

Tabel 4 Verdeling van de respondenten over typen organisaties (meldende organisaties)

Organisatie Percentage

Gezondheidszorg 38

Decentrale overheid 27

Zakelijke of financiële dienstverlening, uitzendbureau’s en beveiliging 7 Centrale overheid 4 Onderwijs 4 Communicatie en ICT 3 Overig (divers) 17 Totaal 100

De gestratificeerde steekproeftrekking in combinatie met de enigszins scheve respons heeft gevolgen voor de conclusies die kunnen worden getrokken. Er kan worden verwacht dat vooral de organisaties met affiniteit voor bescherming van persoonsgegevens hebben gereageerd. Net zo min als we op basis van Tabel 4 kunnen stellen dat 27 procent van de meldende Nederlandse organisaties behoren tot de decentrale overheid, kunnen we geen absolute waarde toekennen aan de uitkomsten van de enquête. De enquêtes geven wel goed inzicht in de beweegredenen en acties van organisaties die (waarschijnlijk) relatief veel waarde hechten aan bescherming van persoonsgegevens.

4.2.3 Organisaties met een FG

In de enquête onder de organisaties met een FG is getracht de totale populatie te benaderen. De FG’s zijn benaderd op basis van het openbare register zoals dat op de website van het Cbp staat. Alle 215 FG’s zijn aangeschreven om een enquête in te vullen. Van vijf FG’s bleek het adres niet meer actueel te zijn. In totaal hebben 210 FG’s de mogelijkheid gehad om een enquête in te vullen. Van deze FG’s hebben 71 een enquêteformulier ingevuld. 45 FG’s hebben het formulier schriftelijk ingevuld en 26 via Internet. Twee formulieren bleken voor

het computerprogramma onleesbaar te zijn. Omdat niet meer te achterhalen viel wat de FG’s op deze formulieren hebben ingevuld, blijft een bruikbare respons over van 69. Dit komt neer op een percentage van 34 procent. FG’s werken voor een breed scala aan organisaties. De volgende verdeling over typen organisaties is gevonden:

Tabel 5 Verdeling respondenten over typen organisaties

Organisatie Aantal Percentage

Decentrale overheidsorganisatie 18 26 Gezondheidszorg 11 16 Centrale overheidsorganisatie 10 14 Onderwijsinstelling 7 10 Overig175 23 37 Totaal 69 100

Zoals uit Tabel 5 blijkt zijn (semi) overheden goed vertegenwoordigd in deze selectie. Van zes organisaties is met zekerheid komen vast te staan dat het om het bedrijfsleven gaat en er heeft één belangenvereniging / stichting gereageerd. Mogelijk is het aantal bedrijven nog wat hoger omdat er in de vragenlijst een categorie ‘overig’ is opgenomen die door 14 FG’s is ingevuld. Overigens zijn in de populatie van 240 FG’s verreweg de meeste in dienst van een (semi) overheid. De verdeling in de respons wijkt hierin dus niet veel af van die van de totale populatie.

In document Wat niet weet, wat niet deert (pagina 55-59)