• No results found

HOOFDSTUK IV - VOORBEREIDENDE WERKEN VEILIGHEIDSCOÖRDINATIE FASE UITVOERING

DEEL 2 ALGEMENE BESCHRIJVING BETREFFENDE MATERIALEN EN WERKWIJZEN

E. Voegwerken Algemeen:

01.06 REINIGEN EN BESCHERMEN VAN NATUURSTEEN EN GEVELOPPERVLAK Algemeen:

Met het oog op het reinigen van gevels zal het door de aannemer voorgestelde procédé vooraf ter goedkeuring worden voorgelegd aan het bestuur. De aannemer uitvoerder zal het bewijs leveren dat hij volledige kennis bezit van de beschreven methode en dit door het voorleggen van de nodige referenties.

Inbegrepen zijn

- een vooronderzoek van de aanwezige gevelmaterialen, waarbij de aannemer het vooropgestelde procédé beoordeeld, naar verenigbaarheid en efficiëntie.

- het leveren en plaatsen van de nodige stellingen en alle nodige voorzorgsmaatregelen, zoals het afzeilen, teneinde elke vuil- en stofhinder t.o.v. voorbijgangers en het wegverkeer in het algemeen te voorkomen;

- het doeltreffend afdekken van alle glas, raam- en deurkaders, afplakken en/of volgens eigen werkwijze na voorlegging aan het bestuur;

- de eigenlijke reiniging volgens het voorgestelde procédé, tot tot een vooraf bepaalde referentiegraad bepaald in samenspraak met ontwerper en bestuur;

- de reglementaire afvoer van verontreinigd waterafvoer en slib, verwijdering van afval en puin zodat rioleringen niet kunnen verstoppen;

- alle in het bijzonder bestek voorgeschreven nabehandelingen.

Omschrijving:

Het doel van het reinigen der gevelelementen is: Alle sporen van vuil die op deze blijft plakken onder de vorm van stof, roet, uitlaatgassen, vet, zwaveldampen, industrierook, enz...

te verwijderen. Bij het wegnemen van het vuil is het van het grootste belang dat dit gebeurt zonder de harde laag, die zich gevormd heeft aan het oppervlak der steen en die draagster is

van de platina, te vernietigen. Deze mag in geen enkel geval geschonden of weggenomen worden.

Alle mechanische methoden zijn verboden: met de schaaf, slijpsteen, metalen borstel, of andere die de beschermingslaag zou schenden.

Het reinigen moet gebeuren vanaf de stelling. Het neergezette en ingevreten vuil, de

onzuiverheden zullen zo verwijderd worden. De muur zal gewassen en gespoeld worden tot aan de top. Een tweede bewerking bestaat uit het neutralizeren, wassen en spoelen van boven naar beneden.

Het reinigen zal altijd de restauratie van de gevelpartijen voorafgaan.

De duur van de reiniging zal bepaald worden volgens het vooraf bepaalde referentievlak.

Daarna worden de gevelpartijen (metselwerk en hardsteen) behandeld met een water- en/of vuilafstotende gevelbehandelingen op basis van silanen / siliconen/ siloxanen.

De behandelingsproducten moeten een gunstig testrapport bezitten van het WTCB voor de toepassing op metselwerk, volgens TV 140 - Vochtwerende oppervlakteproducten - Keuze en verwerking (WTCB, 1982). Geconcentreerde of moederoplossingen dienen te worden

verdund volgens de richtlijnen van de fabrikant en rekening houdend met de aanbevelingen van de TV 140 § 5.2. Gebruiksklare oplossingen mogen niet meer verdund worden, tenzij op aanraden van de fabrikant.

01.06.1 Hydro pneumatische reiniging van natuursteen en geveloppervlakken Uitvoering:

De reiniging gebeurt door een laagdruk-rotatiewervelstraal die ontwikkeld wordt in een speciaal hiervoor geconstrueerde spuitkop. De rotatie-wervelstraal bestaat uit een mengeling van lucht, granulaat en water. De speciale spuitkop heeft twee ingangen, één ingang voor zuiver water die in een aparte ingang wordt aangevoerd en één ingang voor de gekoelde lucht die een speciaal poedervormig granulaat in droge toestand draagt. In de spuitmond wordt de door de lucht gedragen granulaten vermengd met water. Deze componenten worden in een roterende beweging gedwongen waardoor een wervel ontstaat. Door deze roterende

wervelstraal ontstaat aan het oppervlak een luchtkussen die de roterende verticale beweging ombuigt naar een horizontale, slijpende, gommende beweging en indien gewenst met een polierende effect. Hierdoor wordt de inslagkracht van het granulaat tot nagenoeg nul gereduceerd en treedt aan de oppervlakte vrijwel geen beschadiging op.

De reinigingsinstallatie bestaat uit volgende onderdelen:

¾ compressor met koeler;

¾ waterpomp;

¾ granulaatketel met drukregelaar en granulaat fijnregelaar;

¾ slangen;

¾ speciale rotatie-wervelspuitkoppen, standaard-spuitkop of micro-spuitkop.

De poedervormige granulaten zijn voor de spuitkop speciaal ontworpen wat fijnheidmodules, vorm en hardheid betreffen. Volgens het te reinigen projekt kan keuze gemaakt worden uit drie poeders, namelijk: Steenmeelpoeder; Calcidpoedermeel; Glasparelpoedermeel.

Alvorens de eigenlijke werken aan te vatten dient er een proefreiniging te gebeuren in situ, in aanwezigheid van het opdrachtgevend bestuur en de leidende architect. Deze proefreiniging wordt uitgevoerd op een oppervlakte van 1 m2. De aanwezige materialen (metselwerk en natuursteen) dienen in de proefreiniging opgenomen te worden. De eigenlijke werken mogen slechts aangevat worden na toestemming van het opdrachtgevend bestuur.

Aan de hand van de proeven worden volgende parameters bepaald:

¾ Het type spuitkop;

¾ De druk, de hardheid en het debiet van het granulaat;

¾ de afstand van de spuitkop tot het object.

Deze parameters zijn afzonderlijk te regelen en worden ingesteld volgens de regels der kunst.

Deze parameters dienen aan volgende gegevens te voldoen:

1. Spuitkop.

-Standaard spuitkop:

¾ capaciteit van 2400 L/minuut;

¾ waterverbruik van 30 tot maximum 60 L/uur

¾ druk aan de spuitmond 0.05 - 0.35 MPA -Micro spuitkop:

¾ capaciteit van 1000 L/minuut;

¾ waterverbruik van 30 tot maximum 40 L/uur

¾ druk aan de spuitmond 0.01 - 0.05 MPA

Beide spuitkoppen vertonen na het gebruik met vreemde granulaten na korte tijd een doorslag aan de bovenzijde van hun lichaam.

2. Druk

De druk bedraagt voor de standaard spuitkop tussen de 0.05 tot 0.35 MPA en wordt aangepast volgens het te reinigen materiaal.

De regeling vindt plaats bij de granulaatketel.

De druk van een micro spuitkop bedraagt tussen de 0.01 en 0.05 MPA, wordt eveneens aangepast volgens het te reinigen materiaal.

De regeling vindt plaats bij de granulaatketel

De drukregeling staat altijd in verhouding met de afstand spuitmond - object.

3. Afstand.

De afstand wordt bepaald in functie van het te reinigen oppervlak en wordt tijdens de proef bepaald. De afstand bedraagt( tussen de 30 en de 80 centimeter.

4. Granulaat

Het granulaat wordt gekozen in funktie van de te reinigen ondergronden. Het debiet wordt bepaald door de graad van vervuiling en de hardnekkigheid ervan. Het verbruik ligt tussen de 3 en de 6 kg/M2 (ontwikkelde oppervlakte). Het granulaat voldoet aan eerder vermelde beschrijving en de technische fiche dient voorgelegd aan het opdrachtgevend Bestuur ter goedkeuring.

5. Handeling

Het reinigen gebeurt door de spuitkop ten opzichte van het objekt in alle richtingen haaks te houden en met vloeiende bewegingen van rechts naar links of van onder naar boven te werken.

Draaiende en schuine bewegingen zijn verboden.

Na het reinigen wordt het oppervlak nagespoeld met een nevelstraal totdat alle granulaatresten en losgekomen vuilresten verdwenen zijn. Afspuiten onder hoge druk is verboden.

Na het spoelen worden de granulaten opgeruimd en afgevoerd.

De aannemer zorgt voor goede afwatering en voorkomt waterinsijpeling en waterschade binnen in het gebouw.

Toepassing:

Alle buitengevelmetselwerk van de Westgevel;

Alle buitengevelmetselwerk van de toren;

Alle natuurstenen elementen in de Westgevel;

Alle natuurstenen elementen in de 4 torengevels;

Aard van overeenkomst:

Som Over het Geheel (SOG) Meetwijze:

Meeteenheid: Forfaitair

Meetcode:

Het reinigen veronderstelt eveneens de verwijdering van niet hechtende delen, verwijderen van vette stoffen, verwijderen van uitbloeiingen, algen, mossen, schimmels en andere biologische verontreinigingen.

01.06.2. Nabehandeling op metselwerk en natuursteen - siloxanen Materiaal:

Het betreft het aanbrengen van een vuil- en waterwerende bescherming, samengesteld uit hars van oligomere, organosiloxanen, beantwoordende aan § 3.22 van TV 140 en worden door de fabrikant als gebruiksklare / geconcentreerde oplossing aangeboden. Deze kleurloze

bescherming mag aangebracht worden op een vochtige ondergrond. De

behandelingsproducten mogen geen verouderingsverschijnselen vertonen (bezinking, gelatinevorming, enz... ten gevolge onjuiste of te lange opslag).

Specificaties:

Het type is bestand tegen pH van meer dan 11 (alkalische ondergrond) De gebruiksklare oplossing bevat minstens 10 % actieve stof.

Bemerking van de ontwerper:

Voor eenzelfde product staat de dieptepenetratie in verhouding tot de gebruikte concentratie, d.w.z. dat oplossingen van 10 % een betere penetratie geven dan oplossingen van 5 of 2,5 %.

Voor niet poreuze baksteen moet een oplossing met gering procent actieve stof gebruikt worden.

Uitvoering

De bepalingen van § 5 van TV 140 zijn van toepassing. Na onderzoek van de ondergrond volgens § 5.4 en § 7.1.5 van TV 140 worden de voorbereidende werken uitgevoerd, zijnde :

- het verwijderen van niet hechtende delen;

- het verwijderen van vettige stoffen;

- het verwijderen van uitbloeiingen, algen, mossen, schimmels en andere biologische verontreinigingen;

- het reinigen onder hoge druk.

Bovenstaande voorbereidende werken dienen voorzien en vervat te zijn in artikel 01.06.1 De nabehandelingen op metselwerk mogen slechts uitgevoerd worden wanneer de

buitentemperatuur minstens 5°C en de oppervlaktetemperatuur lager is dan 40°.

Na minstens drie droge dagen wachten tussen de reiniging (of tussen een flinke regenbui op blootgestelde gevels) en nadat vastgesteld werd dat de gevels vrij zijn van donkere zones ten gevolge vochtophoping mogen de vochtwerend producten worden aangebracht. De siloxanen worden overvloedig aangebracht in die mate dat ze tijdens het werk, op de te behandelen oppervlakte voortdurend druipt. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan de aanzetten tussen de stroken, teneinde te voorkomen dat bepaalde zones onbehandeld blijven. Het verbruik aan product is minstens gelijk aan deze vermeld op het proefverslag.

Aanvullende uitvoeringsvoorschriften worden door de fabrikant van het product verstrekt.

Toepassing:

Alle buitengevelmetselwerk van de Westgevel;

Alle buitengevelmetselwerk van de toren;

Alle natuurstenen elementen in de Westgevel;

Alle natuurstenen elementen in de 4 torengevels;

Aard van overeenkomst:

Som Over het Geheel (SOG) Meetwijze:

Meeteenheid: Forfaitair

01.07 NIEUW METSELWERK