• No results found

3. Afzonderlijke impact voor maatregelen (aanslagjaar 2018)

3.7 Proratisering

De programmawet van 25 december 2017 voert met terugwerkende kracht een nieuwe pro rata temporis beperking in van de belastingvrijstellingen, belastingverminderingen en andere belastingvoordelen van belastingplichtigen voor wie het belastbaar tijdperk korter is dan een kalenderjaar. Die regel wordt evenwel niet toegepast in geval van overlijden tijdens het belastbaar tijdperk. De proratisering gebeurt op maandbasis, met inbegrip van de maand waarvan de vijftiende dag deel uitmaakt van het belastbaar tijdperk.

Deze maatregel geldt zowel voor de personenbelasting als voor de belasting van niet-inwoners.

Sommige bedragen moet de belastingplichtige zelf prorateren: het gaat met name om het maximale van roerende voorheffing vrijgestelde dividendbedrag, het maximumbedrag voor internationale ambtenaren, de maximumbedragen van bepaalde inkomsten die niet als bestaansmiddelen kunnen worden beschouwd enz. Voor die gevallen kan de impact van de proratisering dus niet worden

Gemiddelde impact per aangifte in Euro

-1.100,00 -1.000,00 -900,00 -800,00 -700,00 -600,00 -500,00 -400,00 -300,00 -200,00 -100,00 0,00

Aantal

Gemiddelde impact per aangifte in Euro

-1.100,00 -1.000,00 -900,00 -800,00 -700,00 -600,00 -500,00 -400,00 -300,00 -200,00 -100,00 0,00

De proratisering is van toepassing op:

- het vrijgestelde maximumbedrag voor de tussenkomst van de werkgever in de aankoopprijs van informaticamateriaal en het grensbedrag van de brutobezoldiging dat recht geeft op die vrijstelling;

- Het aantal vrijgestelde overuren in de horecasector;

- Het vrijgestelde maximumbedrag voor de vergoedingen als terugbetaling van reiskosten met betrekking tot het woon-werkverkeer;

- De toegekende forfaits in het geval van verre verplaatsingen;

- De inkomensschijven voor de berekening van de forfaitaire beroepskosten;

- Het maximumbedrag van de beroepsinkomsten van de meewerkende echtgenoot;

- Het maximumbedrag van het huwelijksquotiënt;

- Het maximumbedrag van de afzonderlijk belastbare inkomsten betaald aan sportbeoefenaars, scheidsrechters enz.;

- Het basisbedrag van de belastingvrije som en de verhogingen van de belastingvrije som;

- De bedragen van de vermindering voor vervangingsinkomsten;

- De bedragen van de berekening van de federale vermindering voor het langetermijnsparen en het bouwsparen, en het maximumbedrag en de verhogingen van de vermindering voor de federale woonbonus;

- De maximumbedragen die in aanmerking worden genomen voor de volgende federale verminderingen: vermindering voor de verwerving van werkgeversaandelen, vermindering voor pensioensparen, vermindering voor het verwerven van nieuwe aandelen van startende ondernemingen, vermindering voor giften;

- Het maximumbedrag van de vermindering voor de inschrijving op aandelen van erkende ontwikkelingsfondsen;

- Het minimumbedrag van de bezoldigingen voor de vermindering voor huisbediende evenals het maximumbedrag voor deze vermindering;

- Het maximumbedrag van het belastingkrediet 'kinderen ten laste';

- Het maximumbedrag van het belastingkrediet 'investeringen';

- De bedragen inzake het belastingkrediet 'lage activiteitsinkomsten';

- Het maximumbedrag van het belastingkrediet 'werkbonus'.

Het toepassen van de proratisering heeft een impact op 1.460 koppels en 4.224 belastingplichtigen die alleen worden belast. Ook hier heeft de toegenomen complexiteit van de belastingberekening onverwachte effecten: zo heeft de proratisering een positieve impact voor een zeer kleine minderheid van aangiften waarvoor er een impact is (minder dan 1 % van alle aangiften waarvoor er een impact is).

De belastingplichtigen lijden als gevolg van de toepassing van de proratisering een verlies van naar schatting 7,8 miljoen euro.

Onderstaande grafiek geeft een overzicht van het gemiddelde verlies per deciel van het belastbaar inkomen voor de gezinnen die een impact ondervinden. Het gemiddelde verlies voor alle gezamenlijke aangiften bedraagt 2.261,28 euro. De decielen 4 tot 10 worden het zwaarst getroffen door de toepassing van de proratisering met een gemiddeld fiscaal verlies van meer dan 3.000 euro.

Grafiek 25 – Gemiddelde impact per deciel van het inkomen (gezamenlijke aangiften)

Onderstaande kaart van België per arrondissement geeft aan dat de meest getroffen gezinnen in het Brussels Gewest of in de provincies Vlaams-Brabant, Waals-Brabant en het noorden van de provincie Namen wonen.

De arrondissementen in het grijs zijn arrondissementen waar er een impact is voor minder dan vijf aangiften. De gegevens voor die arrondissementen zijn dus verborgen.

Aantal

PB- Gezamenlijke aangifte, deciel 10 : > 91.503 PB- Gezamenlijke aangifte, deciel 9 : 71.404 - 91.503 PB- Gezamenlijke aangifte, deciel 8 : 59.726 - 71.404 PB- Gezamenlijke aangifte, deciel 7 : 51.022 - 59.726 PB- Gezamenlijke aangifte, deciel 6 : 43.608 - 51.022 PB- Gezamenlijke aangifte, deciel 5 : 37.223 - 43.608 PB- Gezamenlijke aangifte, deciel 4 : 31.819 - 37.223 PB- Gezamenlijke aangifte, deciel 3 : 26.666 - 31.819 PB- Gezamenlijke aangifte, deciel 2 : 20.804 - 26.666 PB- Gezamenlijke aangifte, deciel 1 : 1 - 20.804 PB- Gezamenlijke aangifte, geen inkomen

Gemiddelde impact per aangifte in Euro

-4.000,00 -3.000,00 -2.000,00 -1.000,00 0,00

Kaart 2 – Gemiddelde impact per arrondissement (gezamenlijke aangiften)

We stellen vast dat koppels met een kind ten laste of zonder kinderen gemiddeld 2.000 euro meer belasting betalen door de toepassing van de proratisering, terwijl dit belastingsupplement gemiddeld 3.000 euro bedraagt voor koppels met minstens drie kinderen.

Grafiek 26 – Gemiddelde impact naargelang aantal kinderen ten laste (gezamenlijke aangiften)

Onderstaande grafiek toont het gemiddelde verlies per deciel van het belastbaar inkomen voor de belastingplichtigen die alleen worden belast. Het gemiddeld fiscaal verlies voor die belastingplichtigen

komt uit op 1.066,89 euro. De impact is het grootst in de decielen 6, 7 en 10 met een gemiddeld verlies van meer dan 1.500 euro voor die decielen.

Grafiek 27 – Gemiddelde impact per deciel van het inkomen (aangiften van alleenstaanden)

De alleenstaande belastingplichtigen die het zwaarst getroffen worden door de proratisering wonen in de provincie Luxemburg, in het zuiden van de provincie Henegouwen en in het noorden van de

PB- Enkelvoudige aangifte, deciel 10 : > 38.979 PB- Enkelvoudige aangifte, deciel 9 : 30.101 - 38.979 PB- Enkelvoudige aangifte, deciel 8 : 25.129 - 30.101 PB- Enkelvoudige aangifte, deciel 7 : 21.496 - 25.129 PB- Enkelvoudige aangifte, deciel 6 : 18.361 - 21.496 PB- Enkelvoudige aangifte, deciel 5 : 15.993 - 18.361 PB- Enkelvoudige aangifte, deciel 4 : 14.121 - 15.993 PB- Enkelvoudige aangifte, deciel 3 : 10.166 - 14.121 PB- Enkelvoudige aangifte, deciel 2 : 2.613 - 10.166 PB- Enkelvoudige aangifte, deciel 1 : 1 - 2.613 PB- Enkelvoudige aangifte, geen inkomen

Gemiddelde impact per aangifte in Euro

-1.900,00 -1.400,00 -900,00 -400,00 100,00

Kaart 3 – Gemiddelde impact per arrondissement (aangiften van alleenstaanden)

We stellen opnieuw vast dat de impact toeneemt naargelang van het aantal kinderen ten laste. Dat wordt gedeeltelijk verklaard door het feit dat de verhoging van belastingvrije som voor kinderen ten laste werden geprorateerd. Die verhogingen zijn niet forfaitair per kind ten laste. De verhoging voor twee kinderen ten laste is meer dan het dubbel van de verhoging voor een kind ten laste.

Bij de alleenstaande belastingplichtigen is het belastingsupplement als gevolg van de toepassing van de proratisering het hoogst voor de belastingplichtigen met minstens drie kinderen ten laste (meer dan 1.400 euro extra belasting).

Grafiek 28 – Gemiddelde impact naargelang aantal kinderen ten laste (aangiften van alleenstaanden)

Wat de belasting van niet-inwoners betreft, is het begrotingsvoordeel van de proratisering gelijk aan 1,51 miljoen euro. Er is een impact voor 331 gezinnen, met een gemiddeld verlies van 2.144,92 euro.

Ook 641 belastingplichtigen die alleen worden belast, moeten meer belasting betalen als gevolg van de toepassing van de proratisering. Het belastingsupplement voor deze laatste groep bedraagt gemiddeld 1.243,67 euro.

De middelste en hoge decielen ondervinden een grotere impact en lijden een gemiddeld verlies van ongeveer 3.000 euro voor de gezamenlijke aangiften en ongeveer 1.500 euro voor de belastingplichtigen die alleen worden belast.