• No results found

Uit onderzoek (Daalder, 2007) blijkt dat veel prostituees beginnen met prostitutiewerk vanwege financiële redenen. Eenmaal in de prostitutie kampen zij met een stigma dat aan hen kleeft. Na eenmaal de stempel ‘hoer’ of ‘prostituee’ opgedrukt te krijgen, is het heel lastig om van deze stempel af te komen en gelijkwaardig behandeld te worden door de samenleving. Stigmatisering is dan ook een aanzienlijke belemmering, als het gaat om deelname aan de samenleving en het vinden van werk buiten de prostitutie.

Prostituees die zijn uitgestapt, zijn op zoek naar nieuwe financiële middelen om in hun onderhoud te kunnen voorzien. Echter ondervinden zij moeilijkheden bij het vinden van werk buiten de prostitutie. Vanwege het stigma, dat in hun belevenis voorgoed blijft kleven, kunnen zij niet open zijn over het werk wat zij hebben gedaan waardoor zij een gat op hun CV hebben. Dit maakt dat zij niet voldoen aan de gevraagde kennis, houding en ervaringen en hun mogelijkheden beperkt worden tot werk waar geen opleiding of werkervaring voor vereist is (Westerik, 2009).

Perkins e.a. (2009) stelt dat zowel een publiek stigma als een zelfstigma effectief bestreden kan worden door opnieuw actief te worden op de reguliere arbeidsmarkt. Het probleem is dat ex- prostituees moeizaam aan ander werk komen, waardoor een stigma nauwelijks verminderd wordt. Hierdoor ontstaat een vicieuze cirkel en is de kans op een terugval groter, mede door het ontbreken van inkomsten.

Een belangrijke reden dat vrouwen terugkeren in de prostitutie is precies dezelfde reden als waarvoor zij er mee zijn begonnen, namelijk vanwege financiële redenen. Zolang dit probleem blijft bestaan zal de vicieuze cirkel in stand blijven.

Het belang van dit onderzoeksrapport is het verband tussen een stigma en een terugval, in relatie tot werk bij (ex-) prostituees te onderzoeken.

8. Vraagstelling

8.1 Hoofdvraag

Wat voor invloed heeft een stigma op een terugval bij (ex-) prostituees, in relatie tot het verkrijgen en behouden van werk buiten de prostitutie, volgens ex-prostituees en Bright Fame?

8.2. Deelvragen

1. Hoe ervaren (ex-) prostituees het stigma wat aan prostitutie kleeft en wat voor invloed heeft dit op het vinden en behouden van werk buiten de prostitutie volgens ex-prostituees en de hulpverleners van Bright Fame?

2. Wat is er volgens ex-prostituees en de hulpverleners van Bright Fame nodig om het effect van een stigma te verkleinen en de kans op een terugval te voorkomen?

3. Welke stigmabestrijdingsstrategieën kunnen volgens ex-prostituees en de hulpverleners van Bright Fame ingezet worden om een stigma te verminderen?

9. Onderzoeksopzet

In dit hoofdstuk wordt de onderzoeksopzet verantwoord. Er wordt uitgelegd voor welke methode van onderzoek, data-verzameling en data-analyse is gekozen. Daarnaast worden de respondenten toegelicht en tot slot wordt de betrouwbaarheid en validiteit beschreven.

9.1 Onderzoeksmethode

Bij dit onderzoek is er gekozen voor een kwalitatief explorerend onderzoek. Het onderzoek richt zich op het interpreteren van de verzamelde gegevens, ervaringen van de respondenten en de betekenis die zij geven aan het thema, om een advies en/of aanbevelingen te formuleren.

Over het thema stigma in relatie tot terugval bij (ex-) prostituees, is weinig bekend en gepubliceerd. Een exploratief onderzoek is van toepassing om een licht te werpen op het verband tussen

bovenstaande thema’s, zodat er mogelijk vervolgonderzoek gedaan kan worden (Baarda, 2009).

9.2 Dataverzameling

De wijze waarop data is verzameld, is door gebruik te maken van literatuuronderzoek en met behulp van interviews.

9.2.1 Literatuuronderzoek

Voorafgaand aan de interviews is er gebruik gemaakt van literatuuronderzoek. Dit maakte het mogelijk om de resultaten van het onderzoek wetenschappelijk te onderbouwen.

Er is een bewuste keuze gemaakt voor de theorieën en modellen, die zijn opgenomen in het theoretisch kader.

• Het begrip stigma vormt de leidraad van dit onderzoek. In dit onderzoek zijn er verschillende auteurs vermeld, die het begrip stigma hebben beschreven. Er is gekozen voor de definitie van Link & Phelan (2001), omdat deze ten opzichte van de andere definities het meest omvattend is.

• De veranderingscirkel van Prochaska en Diclemente (1982) is relevant, omdat deze de fasen voorafgaand aan een mogelijke terugval beschrijft. Dit model kan dus ook van toepassing zijn voor (ex-) prostituees. Vooral de consolidatiefase van dit model is interessant, omdat deze permanente uitgang biedt.

• Het aanbod aan stigmabestrijdingsmethoden voor (ex-) prostituees is beperkt en daarom is er voor dit onderzoek voornamelijk gebruik gemaakt van de stigmabestrijdingsmethoden voor mensen met een psychische aandoening. Doordat er verschillende visies zijn over

9.2.2 Interviews

Aanvullend op het literatuuronderzoek zijn er interviews gehouden met verschillende respondenten, namelijk hulpverleners van Bright Fame en ex-prostituees.

Het type interview is half-gestructureerd. Hierbij is er een topiclijst opgesteld, zie Bijlage 3

Topiclijsten, waarin de gespreksonderwerpen vooraf zijn gedefinieerd, om ervoor te zorgen dat alle relevante onderwerpen behandeld worden. De interviewvragen zijn open geformuleerd, zodat de respondenten de ruimte krijgen om hun eigen interpretatie en beleving te delen. Hierdoor zijn zij niet gedwongen in een bepaald kader te denken of antwoorden, wat kan leiden tot het missen van bruikbare informatie en inzichten (Baarda, 2009).

Alle respondenten, zowel ex-prostituees als hulpverleners van Bright Fame, hebben antwoord gegeven op alle drie de deelvragen die zijn geformuleerd voor dit onderzoek.

Bij het formuleren van de interviewvragen is rekening gehouden met de begripsvaliditeit en zijn de interviewvragen aangepast aan de respondenten, zodat het niet te theoretisch of technisch wordt. Hierdoor is de kans vergroot dat de respondent de interviewvraag interpreteert, zoals de onderzoeker het bedoeld had.

9.3 Data-analyse

De verzamelde data, welke zijn onderverdeeld in literatuuronderzoek en interviews, zijn beiden gelabeld en geanalyseerd. Het labelen zorgt ervoor dat de informatie-eenheden inzichtelijk worden gemaakt om op gestructureerde wijze tot een conclusie en aanbevelingen te komen.

9.3.1 Literatuuronderzoek

De belangrijkste conclusies uit de vergaarde literatuur worden geordend, door ze te omkaderen als subconclusie en door de labelmethode toe te passen.

9.3.2 Interviews

De topiclijsten vormen de leidraad voor het uitvoeren van de interviews. De interviews zijn opgenomen, zodat belangrijke informatie niet verloren gaat. De interviews zijn vervolgens verbatim uitgewerkt, zie Bijlage 4 Verbatim uitgewerkte interviews, en door middel van twee reductiefasen gelabeld. In de eerste fase heeft generalisering en labeling plaatsgevonden. In de tweede fase zijn de labels met elkaar vergeleken om verbanden te leggen (Baarda, 2009). Deze zijn terug te vinden in Bijlage 5 Labelen.

Het laatste deel van de analyse bestaat uit het koppelen van zowel de gelabelde theorie als de gelabelde interviews om vervolgens tot een eindconclusie en aanbevelingen te komen.

De uitkomsten van de data-analyse, zowel van de literatuur als van de interviews, zijn gebruikt om tot antwoorden op de hoofdvraag en deelvragen te komen.

9.4 Respondenten

De respondenten voor dit interview bestaan uit twee groepen, namelijk ex-prostituees en

hulpverleners van Bright Fame. Andere doelgroepen vallen buiten de reikwijdte van het onderzoek. 9.4.1 Ex-prostituees

De cliëntgroep die heeft deelgenomen aan het interview, zijn ex-prostituees die permanent zijn uitgestapt en regulier werk hebben gezocht, waarvan een enkeling tussendoor nog een terugval heeft gehad. Er is bewust voor deze doelgroep gekozen, omdat zij alle fasen hebben doorlopen uit het model van Prochaska en Diclemente (1982), zie § 6.5 Stigma in relatie tot terugval, om permanent uit te stappen en de consolidatiefase tot een succes hebben gebracht. Deze groep is interessant omdat zij informatie kunnen geven over de beleving van een terugval, de motivatie bij de zoektocht en/of behouden van regulier werk en de succesfactoren om permanent uit de prostitutie te stappen.

Om aan respondenten (ex-prostituees) te komen, is er gekozen voor de sneeuwbalsteekproef. Deze methode houdt in dat er via een respondent naar contactgegevens van andere leden van de onderzoekspopulatie is gevraagd (Baarda, 2009). Er is gekozen voor deze methode, aangezien de cliëntgroep moeilijk traceerbaar is en schaamte en taboe over het onderwerp prostitutie een rol spelen.

Er zijn twee ex-prostituees geïnterviewd, die beiden permanent zijn uitgestapt en regulier werk hebben gezocht, waarvan één ex-prostituee is omgeschoold tot ervaringsdeskundige en één ex- prostituee tussendoor een terugval heeft gehad. De ervaringsdeskundige is een ex-prostituee, die nu andere prostituees ondersteunt tijdens hun uitstapproces. De andere ex-prostituee kon specifiek informatie geven over de factoren die een rol speelden rondom haar tussentijdse terugval.

9.4.2 Hulpverleners Bright Fame

Een andere groep respondenten, die is uitgekozen voor de interviews, zijn de hulpverleners van Bright Fame. Zij hebben door hun jarenlange ervaring met de doelgroep, rijke kennis opgedaan over de prostitutiewereld en met welke dilemma’s (ex-) prostituees worden geconfronteerd. Daarnaast vertegenwoordigen zij de wensen en behoeften van de doelgroep vanuit professioneel perspectief.

Bij de keuze van respondenten is gekozen voor hulpverleners met verschillende rollen binnen Bright Fame, om een multi-perspectief te krijgen en de relatie tussen een stigma en een terugval vanuit verschillende kanten te belichten.

Er zijn drie hulpverleners van Bright Fame geïnterviewd, waarvan hun rollen hieronder worden toegelicht:

• Preventiemedewerker & outreachende hulpverlener: geeft voorlichting, vooral op scholen, over seksueel grensoverschrijdend gedrag en over gezonde seksualiteit en weerbaarheid. Tijdens de preventielessen wordt de (steeds veranderende) werkwijze van loverboys en mensenhandelaars uitgelegd. Tevens wordt er samen met het straatteam van Bright Fame aan outreachend werken gedaan, om contact te maken met prostituees.

• Outreachende hulpverlener & maatschappelijk werker: Middels het straatteam van Bright Fame wordt aan outreachend werken gedaan, om contact te maken met prostituees. Tevens wordt er ondersteuning geboden aan (ex-) prostituees op het gebied van psychosociale en/of praktische problemen en wordt er naar meer gespecialiseerde hulpverlening doorverwezen, indien nodig.

• Groepsbegeleider & maatschappelijk werker: groepsbegeleider binnen de opvang die Bright Fame heeft voor Oost-Europese vrouwen die uit de prostitutie zijn gestapt en niet over een eigen woonruimte beschikken. Tevens wordt er ondersteuning geboden op het gebied van psychosociale en/of praktische problemen en wordt er naar meer gespecialiseerde hulpverlening doorverwezen indien nodig.

9.5 Betrouwbaarheid & validiteit

De betrouwbaarheid van dit onderzoek wordt vergroot doordat er aan datatriangulatie is gedaan. Er zijn namelijk meerdere manieren van data-verzameling toegepast.

Allereerst is er in het literatuuronderzoek alleen gebruik gemaakt van relevante wetenschappelijke bronnen. Het literatuuronderzoek is samengesteld op basis van artikelen, boeken en (parlementaire) publicaties. Bij verschillende onderwerpen is er aan theoretische triangulatie gedaan, om meerdere perspectieven en visies naast elkaar te zetten voor een bredere kijk op de zaak.

Daarnaast is er voor twee respondentgroepen gekozen, namelijk ex-prostituees en hulpverleners van Bright Fame. Hierdoor zijn de resultaten op meerdere perspectieven gebaseerd en neemt de kans op toeval af.

De interviewvragen zijn open geformuleerd, waardoor er voor respondenten ruimte is, om hun eigen interpretatie en beleving te delen. Half-gestructureerde interviews voorkomen dat de respondenten bewust in een bepaalde richting worden gestuurd, om de onderzoeksresultaten te beïnvloeden. Wat betreft het vastleggen van interviews is er gebruik gemaakt van opnames. De opnames zijn vervolgens verbatim uitgewerkt. De opnames leiden ertoe dat de data-verzameling niet

gemanipuleerd kan worden.

Voor de ordening van de verzamelde data is er gebruik gemaakt van de label-methode. Deze methode creëert structuur, waardoor er gemakkelijk verbanden gelegd kunnen worden. Tot slot zijn de interviews gekoppeld aan de literatuur voor theoretische onderbouwing.

Om de validiteit van dit onderzoek te waarborgen, is er een groep respondenten gekozen die specifiek voor dit onderzoek van toepassing zijn. De uitkomsten van de interviews zijn vervolgens getoetst aan de hand van literatuur om tot onderbouwde bevindingen te komen. Dit vergroot tevens de plausibiliteit van het onderzoek, omdat de conclusies en aanbevelingen worden ondersteund door de literatuur.

Er is gekozen voor individuele interviews, waarbij bij de respondenten is benadrukt, dat de resultaten anoniem verwerkt zouden worden. Dit vergroot de kans op eerlijke antwoorden.

Dit onderzoek wordt als ethisch verantwoord beschouwd, aangezien de respondenten vrijwillig hebben deelgenomen en de interviewvragen zo destigmatiserend mogelijk geformuleerd zijn (Baarda, 2009).

Wat betreft de dataregistratie wordt er vertrouwelijk omgegaan met de verzamelde data. Hier is een geheimhoudingsverklaring voor toegevoegd, zie Bijlage 6 Geheimhoudingsverklaring, en de inhoud van het onderzoek zal alleen beschikbaar worden gesteld voor de Hogeschool van Amsterdam (opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening), Bright Fame en de respondenten die hebben deelgenomen aan het onderzoek.