• No results found

PAGINA ▪ 162 niet alleen tussen de deelnemers in Utrecht Stad en de deelnemers in Utrecht Oost

In document Met zorg voor veiligheid (pagina 162-165)

consensus bestaat, maar dat er consensus over het doel bestaat tussen alle vijftien

respondenten. Behalve de consensus over het doel, is het gestelde doel vanuit het ZVHRU voor zowel de respondenten uit Utrecht Stad als Utrecht Oost duidelijk. Uit de interviews met respondenten uit beide cases blijkt daarnaast de meerwaarde van een algemeen doel en een specifieke prioriteit. Tegen de haalbaarheid van de doelen wordt vanuit Utrecht Stad en Utrecht Oost hetzelfde aangekeken. In principe stellen de respondenten dat de doelen haalbaar zijn, tegelijkertijd moet hierover realistisch worden gebleven. Zowel de Top X’er zelf als andere omstandigheden kunnen de haalbaarheid van het doel beïnvloeden. De variabele ‘doel’ heeft in beide cases een gemiddelde tot hoge positieve invloed op de netwerkeffectiviteit.

BELANG

Een andere verklaring voor de netwerkeffectiviteit is - in lijn met de theorie - het belang dat de vertegenwoordigers zien voor de netwerksamenwerking. Dit belang kan het belang voor de doelbereiking zijn of het financiële belang. Bij beide cases voelen respondenten zich verantwoordelijk voor de samenwerking. De ervaren eigenaarschap is groot. Daarnaast is er bij beide cases een groot urgentiebesef aanwezig bij de respondenten. De hoge aanwezigheid van eigenaarschap en het grote urgentiebesef van de respondenten zorgt voor een groot ervaren belang voor de doelbereiking.

Het financieel belang daarentegen is zowel bij case Utrecht Stad als bij case Utrecht Oost laag. Er blijkt geen financiële prikkel voor de samenwerking aanwezig te zijn. Wel benoemen veel respondenten uit beide cases dat er een maatschappelijk belang bestaat. Een laag ervaren financieel belang heeft volgens de literatuur een negatief effect op de netwerkeffectiviteit. Omdat de respondenten aangeven dat het in deze samenwerking vaak niet om een financieel belang gaat, maar meer om een maatschappelijk belang, is het de vraag of een laag financieel belang echt zo veel negatieve invloed heeft op de effectiviteit als de literatuur liet blijken.

PAGINA▪ 163

MIDDELEN

Het al dan niet hebben van middelen kan, zo blijkt uit de literatuur, een verklaring bieden voor de netwerkeffectiviteit van de Top X-aanpak. De middelen, ofwel input, van een netwerk kunnen bestaan uit het kapitaal en de niet-financiële middelen van het netwerk. Voor Utrecht Stad geldt dat de meerderheid van de respondenten tevreden zijn over de financiële middelen van de aanpak en van de deelnemende organisaties. Wel worden problemen ervaren met de financiën van andere (zorg)partijen die met de Top X’ers te maken hebben. Daarnaast zijn de respondenten in Utrecht Stad redelijk tevreden over de huisvesting van de Top X-aanpak, maar worden meerdere verbeterpunten benoemd. Het kapitaal in Utrecht Stad is daarmee gemiddeld. In Utrecht Oost geldt dat de respondenten verschillend tegen de financiële middelen aankijken, maar in de basis lijken de financiële middelen voldoende te zijn. Tegelijkertijd is er op verschillende aspecten verbetering

mogelijk. Dit heeft wederom met name te maken met lange wachtlijsten bij zorgaanbieders en woningen. De huisvesting wordt in Utrecht Oost als goed ervaren. Daarmee is het kapitaal van Utrecht Oost gemiddeld tot hoog.

De niet financiële middelen van een netwerk bestaan uit personele kwantiteit en kwaliteit. In Utrecht Stad is de personele kwantiteit gemiddeld, vier van de zeven respondenten geven aan dat er bij henzelf of binnen hun organisatie een tijds- of

personeelstekort speelt. In Utrecht Oost benoemt de meerderheid van de respondenten dat het qua tijdsbesteding wel eens wringt en dat daarnaast bepaalde vertegenwoordigers van deelnemende organisaties in de casus-overleggen worden gemist. De personele kwantiteit in Utrecht Oost scoort daarmee ook gemiddeld. Voor de personele kwaliteit geldt dat de deskundigheid en autoriteit in Utrecht Stad groot is. De respondenten zijn hierover

tevreden. In Utrecht Oost is de personele kwaliteit hoog te noemen, de deskundigheid en ervaren autoriteit is groot. Zowel in Utrecht Stad als in Utrecht Oost wordt het belang van het uit kunnen dragen van de Top X-aanpak in ieders eigen organisatie gezien. De niet- financiële middelen van Utrecht Stad en Utrecht Oost scoren daarmee gemiddeld tot hoog.

PAGINA▪ 164

GESCHIEDENIS

Uit de theorie blijkt dat ook een eventuele geschiedenis van samenwerken de effectiviteit van de huidige netwerksamenwerking kan beïnvloeden. De geschiedenis kan uit interne of externe samenwerking bestaan. Voor Utrecht Stad geldt dat de interne of externe

samenwerking voor geen van de respondenten een negatief effect heeft op de huidige samenwerking. Het positieve effect wordt door sommige respondenten ervaren, met name bij de interne samenwerking. In Utrecht Oost wordt het positieve effect door de

respondenten waarbij van interne samenwerking sprake is meer ervaren, dit wordt namelijk door vier van de vijf respondenten aangegeven. Bij de externe samenwerking wordt door vijf van de zes respondenten uit Utrecht Oost aangeven dat hier voordelen aan verbonden zitten. De interne en externe samenwerking scoren in Utrecht Oost hoog. Daarmee scoort Utrecht Oost hoger op deze variabele dan Utrecht Stad. Alhoewel het de effectiviteit kan verklaren, betekent het niet perse dat hierin voor Utrecht Stad iets te verbeteren valt. Op eerdere werkervaringen of eerdere samenwerkingen van vertegenwoordigers uit de deelnemende organisaties heb je als netwerk niet veel invloed.

COMMUNICATIE

Volgens de literatuur kan een goede manier van communiceren een grote

netwerkeffectiviteit verklaren. Een goede manier van communiceren bestaat uit frequente en open communicatie. De frequentie waarin in Utrecht Stad en Utrecht Oost wordt

gecommuniceerd is hoog. In beide regio’s zijn de respondenten hier ook tevreden over. Dit heeft in beide gevallen een positief effect op de effectiviteit van de netwerksamenwerking. De communicatie is daarnaast in zowel Utrecht Stad als Utrecht Oost redelijk open te noemen. De open communicatie scoort in beide regio’s gemiddeld tot hoog. Dit komt doordat de respondenten in beide regio’s in principe tevreden zijn over de informatie die zij hebben over een casus en de informatie die over een casus wordt gedeeld. Echter, in zowel Utrecht Stad als Utrecht Oost worden meerdere knelpunten ervaren en

verbeterpunten benoemd. Een knelpunt dat bij beide regio’s speelt is de privacy van de Top X’er. Zowel gevoelsmatig als in verband met de wetgeving maakt privacy informatiedeling lastiger. Daarnaast wordt in zowel Stad als in Oost aangegeven dat het soms lastig is

PAGINA▪ 165

In document Met zorg voor veiligheid (pagina 162-165)