• No results found

V OORLOPER VAN DE PSYCHOLOGIE

Het is uitzonderlijk dat A.J. Riko slechts sporadisch wordt genoemd in de geschiedschrijving over spiritualisten of magnetisme. Dit terwijl hij een toonaangevend figuur is geweest in de spiritualistische stroming. Riko bevond zich in een interessant genootschap van verschillende hoge heren, en correspondeerde niet alleen met personen als Frederik van Eeden, maar ook met Engelse en Duitse spiritualistische denkers.178 Daarnaast richtte hij de Vredebond op met vooraanstaande figuren en zaten er ook in Oromase veel militairen en een aantal artsen. Het is opmerkelijk dat Riko, zelf van redelijk lage komaf - zijn moeder was dienstmeid- in een gegoed milieu terecht is gekomen. Gezien zijn publicaties moet Riko een zeer belezen en intelligente man zijn geweest. Deze kundigheid verklaart waarschijnlijk zijn sociale mobiliteit. In de vele publicaties weet de schrijver op polemische wijze zijn lezers te overtuigen en schrikt hij evenmin terug van scherp taalgebruik.

Na het bestuderen van het verzameld werk komen er belangrijke pijlers naar voren in het gedachtegoed van Riko: een spiritualistische, filosofische en psychologische. Als

overkoepelend element is overduidelijk - even interessant als ongrijpbaar- het spiritualisme (dus niet het spiritisme) aanwezig. Het spiritualisme geeft het magnetisme meer geestelijke verdieping en inhoud. De experimenten met mediums, de wonderlijke geestenverschijningen en de activiteiten bij Oromase hebben het magnetisme van Riko duidelijk beïnvloed.

De overtuigingskracht van het verspreiden van waarheden en feiten, komt sterk terug in zijn theorie van magnetisme. Dit is een overeenkomst met de publicaties van Hoek en Becht. Hiermee wordt het magnetisme ingezet als instrument in de filosofisch getinte

176 Frederik van Eeden, ‘Een boek over spiritisme en magnetisme’, De nieuwe gids 2 (Amsterdam 1887) 118. 177 Zo schreven ze elkaar over het Engelse medium Annie Eve Fay, 1889-1890 Correspondentie F.W van Eeden

en A.J. Riko, Museum Boerhaave Bibliotheek inv. nr. a 509.

178

54

discussie tegen het materialisme van de gevestigde wetenschap. Met de bestudering van stoffelijk organisaties worden antwoorden op levensvragen niet gevonden, maar zijn de antwoorden juist verder weg, aldus de spiritualisten. Deze toonaangevende afkeer staat haaks op de benadering van Riko dat het spiritualisme een wetenschap is, gebaseerd op feiten en waarheden.179 Dit is vergelijkbaar met de interpretaties van Hoek en Becht, waarin de wetenschappelijke basis van het magnetisme wordt benadrukt. Zo beweert Riko dat het magnetisme op wetenschappelijk gebied een allesomvattend hulpmiddel is, getuige het onderstaand citaat uit Sphinx uit 1887.

Het magnetisme kan, wetenschappelijk opgevat, veel licht verschaffen aan de geneeskunde, de physiologie, de psychologie, de rechtsgeleerdheid, de philosopie, de geschiedenis en nog menige andere tak van menschelijke kennis. 180

Het oeuvre van Riko laat goed zien dat het magnetisme wordt overgenomen door het

opkomende spiritisme. Riko heeft – meer dan Becht en Hoek – een pessimistische kijk op de samenleving. Deze is echter niet groot, en vrijwel te verwaarlozen. Het enige wat de schrijver er over meldt is het volgende:

We beleven een inderdaad merkwaardig tijdperk. Op verstandelijk gebied ontwikkelen zich de denkbeelden in allerlei richting; op stoffelijk nemen wetenschap, kunst en nijverheid al hooger en hooger vlucht. Ons tijdperk is bovendien van andere onderscheiden door den strijd, die zoowel afgetrokken bespiegeling, als over feiten wordt gevoerd. Bij al die beweging trekt heden, dit morgen wat anders de aandacht van het publiek.181

In het bovenstaande citaat brengt Riko het magnetisme op een breder maatschappelijk niveau. Daar waar het magnetisme eerst louter een alternatieve geneeswijze was, is het nu uitgegroeid tot een innerlijke zoektocht van de mensheid, dat is juist wat Nederland nodig heeft volgens Riko. Toen zijn handboek in 1890 uitkwam was het magnetisme in de geneeskunde van ondergeschikte betekenis geworden. Dit is ook te zien aan de hierboven beschreven kenmerken van het gedachtegoed van Riko. Het genezende element van het magnetisme was zijn kracht aan het verliezen. De schrijver zag het magnetisme als een handige huis-tuin-en-keuken-geneeskunde, die door elke huisvrouw kon worden toegepast bij kleine kwaaltjes. De medische wetten van 1865 speelden bij Riko vrijwel geen rol meer: hij

179 Riko noemde het spiritisme/spiritualisme dikwijls ‘Een nieuw veld voor de wetenschap’. Zie J.S.G., ‘In

Memoriam’, Het toekomstig leven 11.23 (1907) 370-371, aldaar 371.

180A.J. Riko, ‘Magnetisme of hypnotisme’, Sphinx II (Beemster 1894) 112. 181

55

beweert ook niet – zoals Hoek – dat het magnetisme een legitieme vorm van geneeskunde is. Wel maakt Riko in zijn handboek reclame voor de geneeskundige kracht van het magnetisme. Zo beweert de schrijver dat deze krachten ‘zelfs door materialistische geneeskundigen

worden geconstateerd en ontkennen baat niets’.182

Deze geneeskundige kracht blijft aanwezig, maar het psychologische element krijgt een groter aandeel. Het is zelfs zo dat het magnetisme de grondlegger is van de psychologie, en dat zonder het magnetisme de psychologie niet mogelijk zou zijn, aldus Riko. In het magnetisme ligt de weg tot meer kennis van ‘ons eigen grondwezen, ons eigen ik’.183 Hiermee kan Riko als een voorloper worden gezien van magnetiseurs, psychologen en parapsychologen van de late negentiende eeuw en begin twintigste eeuw. Denkers als Arnold Hendrik de Hartog (1869-1938), Wilhelm Tenhaeff (1894-1981) en de minder bekende Leendert Groeneweg (1877-1950) hebben de trend van het magnetisme en de psychologie doorgezet. Ook de Vereniging van Psychologisch Onderzoek en Toegepast Magnetisme, opgericht in 1916 door Groeneweg, past in de lijn van de ontwikkeling van psychologisch onderzoek en magnetisme. Tenhaeff was de eerste die, aan de Universiteit van Groningen, de leerstoel in parapsychologie kreeg. Het domein van het magnetisme verschoof van een spiritueel naar meer psychologische aard. Toch is het spirituele gedachtegoed in het magnetisme nooit helemaal verdwenen en bleef het spiritisme en spiritualisme een zeer vruchtbare bodem voor het magnetisme. Bewijs hiervoor zijn de hedendaagse magnetiseurs die op hun website spirituele behandelingen aanbieden.

‘We beleven een inderdaad merkwaardig tijdperk’, is de eerste zin van de brochure

Een wondergeschiedenis van Riko. De door Riko beschreven fac-similés, het directe schrift

en het tafeldansen kan inderdaad gezien worden als ‘merkwaardig’. Ondanks deze

geestenmanifestaties heeft het magnetisme van Riko met zijn spiritualistische, filosofische en psychologische elementen vele pennen in beweging gebracht. De Haagse schrijver kan worden gezien als een toonaangevend persoon in de spiritualistische polemiek van de

negentiende eeuw. Zijn magnetisme bevatte kenmerken die uiteindelijk de kiem zijn geweest van de grote psychologische ontwikkelingen aan het einde van de negentiende eeuw en het begin van de twintigste eeuw.

182 Riko, Handboek ter beoefening van het magnetisme, 222. 183

56

Conclusie

Magnetisme in Nederland rond 1900

‘We bleven een inderdaad merkwaardig tijdperk’ schreef de spiritualistische denker Riko in zijn brochure Positief spiritualisme. Een wonderhistorie (1872). Het is niet te ontkennen dat de periode rond 1900 een zeer turbulente en invloedrijke tijd is geweest in de West-Europese samenleving. Onstuimige ontwikkelingen op uiteenlopende vlakken van de samenleving manifesteerden zich in wereldtentoonstellingen, nieuwe sociale structuren en

vooruitstrevende uitvindingen. De opkomst van esoterische bewegingen wordt door veel historici verbonden aan de onzekerheid die gepaard ging met deze ontwikkelingen. Er kan worden gezegd dat de periode rond 1900 een ‘broeitijd van randverschijnselen’ is geweest. Ook in Nederland waren deze randverschijnselen aanwezig. Het magnetisme van rond 1900 in Nederland kan in deze context worden genoemd.

Het magnetisme, dat rond 1770 werd ontwikkeld door de Duitse arts Franz Anton Mesmer, kent een lange geschiedenis van affaires, methoden en ontdekkingen. Globaal gezegd is het magnetisme de leer van een allesomvattend fluïdum, met ‘magnetische kenmerken’, in het lichaam. Doordat het magnetisme in de loop van de geschiedenis bij uiteenlopende denkers een rol heeft gespeeld in hun gedachtegoed, heeft het verschijnsel een zeer ongrijpbaar karakter gekregen.

De historicus Joost Vijselaar geeft in zijn voortreffelijke boek De magnetische geest een verhelderend betoog over de verschillende periodes van het magnetisme in Nederland. In de uitgebreide historiografie van Vijselaar zijn grofweg twee groepen te onderscheiden: het overheersende psychotherapeutische perspectief en de meer medisch-historische invalshoek. In de psychotherapeutische publicaties wordt betoogd dat het magnetisme van Mesmer kan worden gezien als de bakermat van de psychotherapie en als voorloper van Freud. De medisch-historische invalshoek richt zich meer op de geschiedenis van de medische

wetenschap. Ten slotte is er een breed cultuur-historisch perspectief, waarin er wordt gekeken naar sociale en culturele aspecten van het magnetisme. Naast deze historiografie, is er de inhoudelijke bestudering van Wouter Hanegraaff. Hanegraaff, hoogleraar in de hermetische filosofie, ziet Mesmer als een kind van de Verlichting. Mesmer zocht rationele verklaringen voor zijn handelingen, terwijl deze esoterische trekken hadden. Veel denkers namen

uiteindelijk dit esoterische karakter van het magnetisme over en vormden een zogenoemd ‘spiritueel magnetisme’, aldus Hanegraaff

57

Vrijwel alle publicaties gaan over het vroege magnetisme van Mesmer en kijken niet verder dan 1830. In een aantal werken over het negentiende-eeuwse spiritisme wordt het magnetisme wel genoemd als een van de overtuigingen. Het magnetisme en het spiritisme kennen grote parallellen, maar dit onderzoek heeft aangetoond dat het negentiende-eeuwse magnetisme ook onafhankelijke bestudering verdient.