• No results found

Het onderzoeksplan

De TU-delft staat aan de vooravond van het invoeren van parkmanagement. Het gaat hier om een nieuw terrein waar deelname een verplicht karakter heeft

3.5 Het onderzoeksplan

Om de onderzoeksvraag te beantwoorden zijn zeven subvragen geformuleerd om gestructureerd tot het beantwoorden van de onderzoeksvraag te komen. In hoofdstuk twee is reeds het theoretisch kader en vooronderzoek aan de orde geweest. In dit hoofdstuk wordt aandacht besteed aan de op-zet van het onderzoek en hoe deze door empirisch onderzoek wordt verworven.

In het onderzoekplan wordt uitgegaan van het gebruik van bestaande gegevens en van de toepassing van kwalitatief beschrijvend onderzoek. Ook wordt per subvraag aangegeven met welk soort onder-zoek is gewerkt.

Subvragen Onderzoeksvorm

Inter-views

Dataverzameling 1 Wie zijn de deelnemende organisaties van de

Ken-niscampus en hoe zijn hun facilitaire voorzieningen georganiseerd?

intern Deskresearch, jaarstukken, vragenlijst

2 Hoe is de facilitaire organisatie binnen

de organisaties van de Kenniscampus ingericht en welke (specifieke) kennisgebieden zijn aanwezig?

intern Deskresearch, jaarstukken, vragenlijst

3 Binnen welke facilitaire gebieden wordt nu sa-mengewerkt en welke faciliteiten zijn uitbesteed?

intern/

extern

Interview organisaties, vragenlijst, en-quête

4 Wat zijn de gezamenlijke facilitaire doelstellingen binnen het Programmaplan Kenniscampus?

Intern/

extern

Programmaplan Kenniscampus, interview opdrachtgevers

5 Welke facilitaire disciplines bieden kansen voor samenwerking tussen de betrokken organisaties?

intern/

extern

Deskresearch, lunchsessie, enquête, externe deskundigen, bedrijfsbezoeken 6 Is er synergie en economisch voordeel uit

samen-werking te behalen, zo ja welke?

intern Verdiepende interviews, deskresearch, miniesessie participanten

7 Op welke manier kan samenwerking tussen betrok-ken organisaties worden ingericht?

intern/

extern

Deskresearch, bedrijfsbezoeken, mini-sessie, interview opdrachtgevers

Tabel 5: Onderzoeksplan

Toelichting (Baarda en de Goede, 2001)

- Onderzoektype en soort onderzoek: Voor dit onderzoek is voor alle vragen gebruik gemaakt van kwalitatief, beschrijvend onderzoek (verkrijgen van informatie d.m.v. interviews). Om die reden is de kolom niet opge-nomen.

- Dataverzamelingsmethode: De dataverzamelingsmethode beschrijft hoe de gegevens door zelfstandig onder-zoek worden verzameld. Dit kan door gebruik te maken van bestaande gegevens zoals literatuuronderonder-zoek of deskresearch, door het systematisch waarnemen van verschijnselen (observeren) of door het houden van in-terviews. In dit onderzoek wordt het (verdiepende) interview, de minisessie/brainstormsessie en deskre-search ingezet.

- Onderzoeksvorm: Bij de onderzoeksvorm gaat het voornamelijk om de vorm van gegevensverzameling. De belangrijkste zijn: deskresearch, survey, casestudy en experiment. In dit onderzoek wordt voornamelijk ge-bruik gemaakt van bestaande informatie, een gestructureerde enquête en verdiepende mini- en brainstorm-sessies.

3.5.1 De aanpak

In deze paragraaf worden kort de verschillende aanpakken toegelicht die ingezet worden om ant-woord te krijgen op de subvragen. Het uiteindelijk doel is informatie verzamelen.

De aanpak is gebaseerd op het verzamelen van informatie bij de verschillende organisaties. Dit zijn enerzijds de participanten binnen de Kenniscampus en anderzijds externe organisaties waar facili-taire samenwerking operationeel is. Er worden zowel commerciële als niet-commerciële bedrijven bezocht om een zo breed mogelijke oriëntatie te verkrijgen.

De gegevens worden verzameld door middel van zelfstandig onderzoek in praktijksituaties. Daarbij wordt gebruik gemaakt van beschrijvend en kwalitatief toetsend onderzoek. Als onderzoeksinstru-menten worden ingezet: interviews, discussiesessies en een informatie-enquête. Voor het vertalen van de kwalitatief verkregen informatie worden de interviewantwoorden gebundeld en toegekend aan de subvragen. In bijlage 9 is een overzicht opgenomen van de personen die geïnterviewd zijn, met de reden van het gesprek.

Voor de interviews worden vooraf vragen geformuleerd (bijlage 8), waarbij voor ieder gesprek ande-re uitgangspunten en invalshoeken worden ingebouwd. Het doel van de interviews is informatie verzamelen.

Voor het verzamelen van praktijkinformatie wordt een organisatie-brede enquête uitgeschreven.

Hiervoor wordt een groslijst samengesteld met bekende facilitaire voorzieningen (bijlage 10 en 11).

De participanten worden met een begeleidend schrijven geïnformeerd over het doel en opzet van de groslijst. Aanvullend wordt met de participanten een lunchbijeenkomst georganiseerd (bijla-ge14). Met de opdrachtgevers wordt uiteindelijk de definitieve topiclijst samengesteld van facilitaire onderwerpen die voor samenwerking in aanmerking komen. Vervolgens wordt één topic nader uitgewerkt in een business case. Dit plan is ondersteunend bij de onderbouwing en presentatie van de adviesopdracht.

Voor de samenwerkingsvraag wordt een theoretisch model ontwikkeld, wat als leidraad dient voor het besturingsvoorstel en samenwerkingsmodel. Hierbij wordt uitgegaan van een zogenaamd groei-model.

3.6 Dataverwerking

De gegevens worden in eerste instantie verzameld door het uitzetten van een kwantitatieve enquê-te onder de participanenquê-ten (bijlage 10 en 11). De informatie is een droge verzameling van mogelijke samenwerking op facilitair gebied. Met de informatie wordt samen met een deskundige op dit ter-rein een eerste ordening aangebracht. In een werksessie met de geënquêteerde organisaties wordt een verdere verdieping van de informatie aangebracht, waarbij één of meer topiclijsten worden samengesteld. De topics worden tenslotte aan de drie opdrachtgevers voorgelegd. In samenspraak met de opdrachtgevers wordt een aantal samenwerkingsopties in business cases nader uitgewerkt.

3.7 Eindresultaat

Het eindproduct van de opdracht zal een adviesrapport zijn, waarin de volgende aspecten zullen worden benoemd:

 Inventarisatie facilitaire samenwerkingsgebieden;

 Kansen voor samenwerking, ook wanneer niet alle organisaties aansluiten;

 Implementatiescenario met financiële paragraaf met kosten en baten;

 Twee uitgewerkte business cases die relatief snel resultaat opleveren;

 Een samenwerkingsmodel voor de korte en lange termijn;

 Een bestuurlijk model voor de inrichting van het centraal servicepunt.

3.8 Doelgroep

Het rapport is in eerste instantie bestemd voor het BO van Kenniscampus Ede. Het BO kan met dit rapport invulling geven aan de programmadoelstellingen op facilitair gebied voor de Kenniscampus.

Daarnaast is dit rapport de afsluiting van de opleiding Facility Management aan de Haagse Hoge-school.

3.9 Samenvatting

Het doel van toegepast onderzoek is; informatie verzamelen om een kennistekort voor een bepaald praktisch probleem op te lossen. Aan de hand van een definitieve onderzoeksvraag zijn het proces, de inrichting en de verwerking van de resultaten zo concreet mogelijk uitgewerkt met als doel het kennistekort op te heffen. Het voordeel van deze methodiek is tweeledig:

 bij de start van het onderzoek is nagedacht over de richting, structuur en aanpak van het on-derzoek;

 het onderzoek wordt zo efficiënt en doelgericht mogelijk uitgevoerd.

Het verzamelen van de onderzoeksgegevens gebeurt via meerdere invalshoeken of triangulatie waardoor de betrouwbaarheid van de informatie wordt vergroot. Voor het verkrijgen van een zo breed mogelijke oriëntatie zijn verschillende bedrijven bezocht en gesprekken gevoerd.