• No results found

Onderhoud kapitaalgoederen

In document Werk en inkomen (pagina 80-96)

Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108

Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110

Afkortingen 111 80

Handboek Kwaliteit Openbare Ruimte (HKOR)

Groenbeleidsplan Gemeentelijk Rioleringsplann (GRP) ……… Bomenbeheerplan ……… ……… Bomenbestek ……… ……… 1 2 3 4

Onderhoud kapitaalgoederen

In die ruimte vindt een groot aantal activiteiten plaats, zoals wonen, werken en recreëren. Voor die activiteiten bestaat de openbare ruimte uit een aantal zogenaamde kapitaalgoederen. Die kunnen als volgt worden gerubriceerd:

 infrastructuur (wegen, water en riolering)

 voorzieningen (groen, verlichting, sportvelden, speelvoorzieningen)

 gebouwen (scholen, sport- en welzijnsaccommodaties, huisvesting gemeente). Al deze

kapitaalgoederen dienen te worden onderhouden. Dat is een taak die voortdurend budgettaire middelen vergt.

Voor 2018 staat uitbreiding van het areaal (Waterdorp, Keizershoeve I en Hutgraaf). De uitbreiding is niet meegenomen in deze paragraaf.

HKOR (Handboek Kwaliteit openbare Ruimte)

Op het terrein van beheer en onderhoud

zijn én worden diverse plannen

ontwikkeld. Deze plannen zijn onder te verdelen in vier categorieën:

 Integrale beleidsplannen;  Sectorale beleidsplannen;  Beheerplannen;

Progra a s 20 Werk en inkomen 21 Jeugd 25 Maatschappelijke ondersteuning 29 Educatie en welzijn 39 Omgeving 44

Openbare orde en veiligheid 53

Bestuur en algemene ondersteuning 56 Onroerende zaakbelasting 60

Overige eigen middelen 62

Paragrafen 66 Lokale heffingen 67 Weerstandsvermogen 78 Onderhoud kapitaalgoederen 80 Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108 Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110 Afkortingen 111 81 Rijbaan 214.819 meter Voetpad 131.843 meter

Vrijliggend fietspad 33.012 meter

Snelfietsroute 7.850 meter Totaal 387.524 meter Asfalt 824.470 m2 Elementen 889.729 m2 Beton 30.287 m2 Overige 41.188 m2 Totaal 2.560.722 m2

Ver a gi gs aarde € iljoe

In het schema is schematisch weergegeven hoe deze plannen met elkaar in relatie staan (voorbeeld van de sector groen).

Samen in de buurt

Met 98 buurtinitiatieven loopt Samen in de Buurt prima. Een aantal bewoners die gestart zijn in 2014 zijn helaas gestopt. Dit heeft, onder andere, te maken met het wegvallen

van initiatiefnemers vanwege andere werkzaamheden, maar ook met het enthousiasme die minder geworden is.

Vanuit het Speelbeleid hebben wij een groot aantal inwoners bereid gevonden om te participeren in een aantal speelplekken. Voor vijf

speelplekken hebben we Speeltuinwerkgroepen (in totaal ruim 20 bewoners) opgericht. Deze bewoners mogen meedenken over de speelplek, maar gaan ook de speelplek schoonhouden en groenwerkzaamheden verrichten. Bij zeven speelplekken zijn we bezig om een Speeltuinstichting op te richten. Bewoners nemen hier volledig een speelplek over.

Vanuit de WhatsApp Buurtpreventie hebben wij ruim 53 buurtpreventiegroepen (in totaal 1650 bewoners) die de veiligheid in de buurt in de gaten houden.

Bij een aantal initiatieven hebben we overeenkomsten afgesloten, we gaan hier steeds meer gebruik van maken. Dit schept duidelijkheid bij de burgers en gemeente.

Het wordt wel steeds moeilijker om gemotiveerde inwoners te vinden. We zijn vaker in de wijk te vinden. Het mobiel loket wordt nog steeds gebruikt als ontmoetingsplaats, maar ook als we themagericht de wijk ingaan. We proberen via Melddesk, de website van de gemeente en social

media (Facebook) Samen in de Buurt te promoten. Melddesk is een informatiesysteem voor het registreren en afhandelen van meldingen, verzoeken en klachten van burgers en bedrijven in de openbare ruimte.

Wegen (tekst 2018)

Omdat in 2018 het wegenfonds leeg zou raken, is er in 2016 een nieuw wegenbeleidsplan vastgesteld. Het uitgangspunt van dit beleid is risicogestuurd beheer. Door in de toekomst het onderhoud op basis van risico

Jeugd 25

Maatschappelijke ondersteuning 29 Educatie en welzijn 39

Omgeving 44

Openbare orde en veiligheid 53

Bestuur en algemene ondersteuning 56 Onroerende zaakbelasting 60

Overige eigen middelen 62

Paragrafen 66 Lokale heffingen 67 Weerstandsvermogen 78 Onderhoud kapitaalgoederen 80 Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108 Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110 Afkortingen 111 82 Lichtmasten 5.557 s tuks Armaturen (lichtpunten) 5.672 s tuks Huidig energieverbruik 99.000 kWh

Ver a gi gs aarde € , iljoe

in te plannen, blijven de kosten van het wegenonderhoud beheersbaar. Hiertoe wordt de dotatie aan het wegenfonds vanaf 2018 stapsgewijs verhoogd. In 2018, 2019 en 2020 met 10% per jaar, in 2021 met 6%,

zodat de uitei delijke dotatie op € . . uitko t.

Verlichting

I is het eleid li ht aar odig, do ker aar het ka

vastgesteld. Binnen dit beleid worden sterk verouderde armaturen vervangen door duurzame exemplaren. Door de vernieuwing van (een deel van) het areaal zullen ook de hoeveelheid storingen

afnemen, waardoor naast de energiebesparing die duurzame armaturen opleveren, ook het onderhoud op termijn goedkoper wordt.

Naast verduurzaming van het areaal wordt ook het lichtbeeld opnieuw bekeken. Daar waar nieuwe verlichting geplaatst wordt, bijvoorbeeld in nieuwbouw of in die straten die aan vervanging toe zijn, wordt de hoeveelheid licht terug gebracht. Ook wordt samen met onze inwoners bekeken waar er licht weg, of uit kan.

Riolering

Vrijverval1 Riool: Wij hebben een goed beeld van de kwaliteit van het stelsel. 86% van de vrijvervalriolering is geïnspecteerd. De schadebeelden uit de inspectie zijn beoordeeld. De ingrijpmaatstaaf, van een schadebeeld, is vastgelegd in een criteriatabel. Hierin is beschreven bij welke schade (klasse) actie nodig is. De hieruit volgende maatregelen gaan we in 2017 beschrijven in een operationeel plan. Alleen de maatregelen die direct problemen geven in de afstroming van het stelsel worden uitgevoerd. Deze extra

koste € . per jaar zij opge o e i het Ver eterd Ge ee telijk ‘ioleringsPlan (VGRP).

Vervangingen worden zoveel mogelijk uitgevoerd in combinatie met de hydraulische problemen, die zijn

berekend in het Basis RioleringPlan (BRPs -2017). Voor de kern van Beuningen is een nieuw

rekenmodel opgebouwd vanuit het beheersysteem. Vanaf voorjaar 2016 wordt er in het rioolstelsel meer

1

We spreken over een vrijverval riolering als er gebruik gemaakt wordt van de zwaarte kracht om het afvalwater naar

Progra a s 20 Werk en inkomen 21 Jeugd 25 Maatschappelijke ondersteuning 29 Educatie en welzijn 39 Omgeving 44

Openbare orde en veiligheid 53

Bestuur en algemene ondersteuning 56 Onroerende zaakbelasting 60

Overige eigen middelen 62

Paragrafen 66 Lokale heffingen 67 Weerstandsvermogen 78 Onderhoud kapitaalgoederen 80 Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108

Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110

Afkortingen 111 83

gemeten aan overstorten en neerslag. Hierdoor kunnen de theoretische modellen van het BRP beter worden getoetst. De metingen van sommige overstorten zijn onvolledig en hebben extra aandacht nodig. Het OP wordt in 2016-2017 omgevormd naar Risicogestuurd Rioolbeheer. Deze manier van beheren wordt in 2017 ingebouwd in het beheersysteem waarin alle gegevens van rioolelementen bekend zijn. Samen met de kwaliteit, leeftijd en kosten worden dan doelmatige beslissingen genomen om te vervangen of te renoveren. Deze keuze kan worden beïnvloed door de integrale afweging of door andere invloeden van buitenaf, denk aan een herinrichting van een wijk.

Mechanisch Riool: In 2017 worden 4 randvoorzieningen (Berging Bezink Basins (BBB)) E&M vervangen. Hierbij wordt ook de werking van deze voorzieningen in het gehele rioolsysteem getoetst. Uit de her ereke i ge i de ieu e B‘P s lijkt dat er ogelijk ou ku dige aa passi ge odig zij . Hierdoor wordt de werking verbeterd wat het aantal overstorten van rioolwater naar oppervlaktewater kan verminderen.

Water

Beuningen is een waterrijk gebied. Stedelijk water in Beuningen wordt gedeeltelijk onderhouden door het Waterschap (Rivierenland) volgens een overeenkomst van 2005. Dat geldt alleen voor het natte profiel (daar war water staat). Overige waterpartijen, sloten en water gerelateerde objecten zoals oevers, installatie (peilregulerend, fontein), oeverbescherming e.d. vallen onder beheer en onderhoud van de gemeente.

O derhoud aa de oe ers is deels astgelegd i het eleidsstuk Waterpla Beu i ge . De

onderhoudswerkzaamheden zijn grotendeels opgenomen in het groenbestek. Voor de natte profielen en overige objecten, zoals duikers, die niet zijn opgenomen in de overeenkomst met het Waterschap, de Keur (beleid Waterschap) of groenbestek is geen beheer/onderhoudsplan. Alle watergerelateerde budgetten zijn

opgenomen in het rioolfonds. In het nieuwe VGRP 2018 – 2022 wordt een riool- en waterplan geïntegreerd.

Jeugd 25

Maatschappelijke ondersteuning 29 Educatie en welzijn 39

Omgeving 44

Openbare orde en veiligheid 53

Bestuur en algemene ondersteuning 56 Onroerende zaakbelasting 60

Overige eigen middelen 62

Paragrafen 66 Lokale heffingen 67 Weerstandsvermogen 78 Onderhoud kapitaalgoederen 80 Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108 Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110 Afkortingen 111 84 Bomen 20.300 s tuks Bos 63.769 m2 Bosplantsoen 234.868 m2

Opgaande heesters en botanis 58.853 m2

Gazon 378.945 m2 Hondenuitlaatveld 36.319 m2 Bodembedekkers 39.918 m2 Ruw gras 1.179.839 m2 Speelondergrond zand 9.030 m2 Hagen 25.818 m2 Groen

Onderhoud: In 2012 is het Groenbeleidsplan vastgesteld. Het Bomenbeheerplan in 2012 en het Groenbeheerplan in 2013. Deze vormen samen het kader voor het openbaar groen. In het Groenbeleidsplan is aangegeven aan welke kwaliteitseisen het openbaar groen binnen de kernen moet voldoen. Gekoppeld hieraan is een groenbeheerplan waarop het jaarlijks onderhoud van het openbaar groen is gebaseerd. Het vastgestelde kwaliteitsniveau is vertaald naar een beeldbestek.

Voor de jaren 2013 tot en met 2017 wordt door de bezuinigen hiervan afgeweken. Om kapitaalsvernietiging zo veel mogelijk te beperken is gekozen om het technisch onderhoud o.a.

snoeiwerkzaamheden op een *CROW2 B-niveau en het overige, o.a.

zwerfvuil en onkruid, in beplanting op een *CROW C- niveau te onderhouden.

Voorbeeld CROW C niveau; er mogen hier tot maximaal 25 stuks grof

2

CROW is een onafhankelijke kennisorganisatie op het gebied van infrastructuur, openbare ruimte en verkeer en vervoer.

Progra a s 20 Werk en inkomen 21 Jeugd 25 Maatschappelijke ondersteuning 29 Educatie en welzijn 39 Omgeving 44

Openbare orde en veiligheid 53

Bestuur en algemene ondersteuning 56 Onroerende zaakbelasting 60

Overige eigen middelen 62

Paragrafen 66 Lokale heffingen 67 Weerstandsvermogen 78 Onderhoud kapitaalgoederen 80 Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108

Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110

Afkortingen 111 85

zwerfafval (> 10 cm) per 100 m² liggen. In de tabel is de vergelijking van tijdelijke kwaliteit verlaging te zien. Accentzones zoals Centrum Technisch onderhoud Accentzones zoals Centrum Overig onderhoud Woonwijken Industrie etc. Technisch onderhoud Woonwijken Industrie etc. Overig onderhoud Vanuit beleid A A B B Na bezuinigen B B B C

In gesprekken met de bewoners bieden we vanuit Samen in de Buurt, daar waar mogelijk, aan dat bewoners zelf de asisk aliteit ku e erhoge aar k aliteits i eau A of B door zelf eheer e a dere eige initiatieven. De gemeente faciliteert hierin.

Vanaf 2018 is het de wens om het onderhoudsniveau weer naar het oorspronkelijke niveau terug te brengen. De financiële gevolgen van deze herstelactie zijn nog niet financieel vertaald. De in 2017 te houden monitor zal dit in kaart brengen.

Vervanging van bomen en groen

In 2012 (BW12.031030) is extra aandacht gevraagd voor de kwaliteit van de bomen en het plantsoen in de openbare ruimte. De raad stelde hiervoor financiële middelen beschikbaar. Deze toekenning was echter een klein deel van de werkelijke behoefte. De financiële situatie van de gemeente maakte een grotere investering destijds niet mogelijk. Dit is ook de reden dat de toegezegde ophoging van de prioriteit meerdere jaren is bevroren (zie hieronder).

2013: € . -> toegekend 2014: € 00.000 -> toegekend 2015: . -> € . toegeke d, gekort et € . 2016: . -> € . toegeke d, gekort et € . 2017: . -> € . toegeke d, gekort et € .

Jeugd 25

Maatschappelijke ondersteuning 29 Educatie en welzijn 39

Omgeving 44

Openbare orde en veiligheid 53

Bestuur en algemene ondersteuning 56 Onroerende zaakbelasting 60

Overige eigen middelen 62

Paragrafen 66 Lokale heffingen 67 Weerstandsvermogen 78 Onderhoud kapitaalgoederen 80 Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108

Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110

Afkortingen 111 86

De financiële middelen zijn in de afgelopen jaren grotendeels aangewend voor het dagelijkse beheer en

o derhoud a de o e jaarlijks € . ,-). De resterende middelen zijn ingezet voor de vervanging van

bomen zoals in 2016.

Nieuw beleid

De achterstand in de vervanging van groen, voor zowel bomen als plantsoen, is verder opgelopen. Hierbij gaat het o groe dat op is e /of o erlast eroorzaakt. Maar ook o groe dat ge aar ople ert. Dit alles zorgt er voor dat:

 bewoners onevenredig veel overlast ondervinden  het beeld en de beleving van de wijken verslechterd

 er steeds vaker calamiteiten zijn met snelgroeiende bomen in het buitengebied  het groenareaal geleidelijk verarmt

Om de achterstand geleidelijk aan in te lopen zijn voor de begroting 2018-2021 extra financiële middelen aangevraagd (zie groslijst nieuw beleid). Een aantal maatregelen kan omwille van de veiligheid, leefbaarheid en het welzijn van onze inwoners niet langer worden uitgesteld.

Speelvoorzieningen

Maart 2016 stelde de gemeenteraad de beleidsnotitie Spelen 2016-2026 vast. Ruim de helft van het aantal speelplekken gaat verdwijnen. In 2016 dachten inwoners met ons mee over de invulling van de bezuiniging. Hun input is meegenomen in de afwegingen om te komen tot een definitief plan. Verschillende buurten gaven aan ook zelf actief mee te willen meewerken aan een speelvriendelijke wijk. Hiervoor zijn twee mogelijkheden:

 Meehelpen bij een speelplek die blijft bestaan (Speeltuinwerkgroep)  Overname van een speelplek die anders weggaat (Speeltuinstichting)

In 2017 maken we een begin in de samenwerking tussen bewoners en gemeente en wordt de uitvoering voorbereid. De uitvoering bestaat o.a. uit het verwijderen en opknappen van speelplekken, het overdragen

Progra a s 20 Werk en inkomen 21 Jeugd 25 Maatschappelijke ondersteuning 29 Educatie en welzijn 39 Omgeving 44

Openbare orde en veiligheid 53

Bestuur en algemene ondersteuning 56 Onroerende zaakbelasting 60

Overige eigen middelen 62

Paragrafen 66 Lokale heffingen 67 Weerstandsvermogen 78 Onderhoud kapitaalgoederen 80 Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108 Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110 Afkortingen 111 87 Sportaccomodaties 4.333 m2 Eigen bedrijfsvoering 7.594 m2 Monumenten 951 m2 Maatschappelijk / cultureel 17.877 m2 School 1.544 m2 Totaal 32.299 m2

Bruggen (eigendom) 74 s tuks

Bruggen (gedeeld eigendom) 3 s tuks

Tunnels 3 s tuks

Vissteigers & vlonders 6 s tuks

Keermuur 3.556 m2

Waterbak 1 s tuks

Geluidwand 585 m1

Ver a gi gs aarde € 9 iljoe

van speelplekken aan speeltuinstichtingen en het ondersteunen van initiatieven van speeltuinwerkgroepjes. Dit project krijgt in 2018 een vervolg.

Financiën

De voorbereiding en de uitvoering van het speelbeleid worden gefinancierd uit de gehalveerde voorziening investeringen speelruimteplan en de incidentele prioriteit voor het verwijderen van speeltoestellen (zie BW15.00114).

Gebouwen

Zoals in de Vastgoednota 2013 staat aangegeven wordt het onderhoud uitgevoerd aan de hand van een Gebouwenbeheerplan. Het Gebouwenbeheer is enkel toegespitst op instandhouding en wordt er geen rekening gehouden met vervanging of renovatie van gebouwen. In 2018 wordt er nieuw gebouwen beleidsplan opgeleverd.

Civiele kunstwerken

Civieltechnische kunstwerken zijn bruggen, tunnels, keermuren en geluidwanden. De kunstwerken zijn belangrijke verbindingen in de verkeersstructuren van de wijken, verbindingen in waterstructuren , recreatieve elementen en (wettelijke) voorzieningen tegen geluidhinder. Het beheerplan is vastgesteld in november 2013 en heeft een looptijd van 5 jaar. In 2018 komt er een herziening op het bestaande beheerplan met een scoop van 5 tot 10 jaar.

Jeugd 25

Maatschappelijke ondersteuning 29 Educatie en welzijn 39

Omgeving 44

Openbare orde en veiligheid 53

Bestuur en algemene ondersteuning 56 Onroerende zaakbelasting 60

Overige eigen middelen 62

Paragrafen 66 Lokale heffingen 67 Weerstandsvermogen 78 Onderhoud kapitaalgoederen 80 Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108 Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110 Afkortingen 111 88

Financiering

De financieringsparagraaf is een verplicht onderdeel in de programmabegroting en vloeit voort uit de wet Financiering Decentrale Overheden (Wet Fido). Het belangrijkste uitgangspunt van de Wet Fido is het eheerse a de fi a iële risi o s. De nadruk in deze paragraaf ligt op het verschaffen van inzicht in de wijze waarop aan de treasuryfunctie uitvoering wordt gegeven. Het doel van de treasuryfunctie is het zorgen voor een betrouwbare en degelijke financiering van de gemeentelijke activiteiten. Bij onze gemeente zijn de belangrijkste treasuryfuncties: de financiering van het beleid en het uitzetten van geldmiddelen die niet direct nodig zijn.

Treasury

In het treasurystatuut 2015 zijn de uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten vastgelegd van de treasuryfunctie. Het treasurystatuut maakt een objectieve en transparante verantwoording vooraf en achteraf mogelijk. Bij het opstellen van dit treasurystatuut is rekening gehouden met de bepalingen van de wettelijke kaders.

Rentevisie

Onze gemeente is te klein om zelf instrumenten te ontwikkelen, waarmee een eigen rentevisie kan worden opgesteld. Voor het bepalen van onze rentevisie zoeken wij aansluiting bij de meest recente rentevisie van de BNG. Deze luidt als volgt:

De wereldeconomie groeit in 2017 naar verwachting wat sterker dan vorig jaar, namelijk met ongeveer 3,5%. In de opkomende landen zal de economische groei hoger uitkomen onder invloed van een licht herstel van de bedrijvigheid in Rusland en Brazilië. De Chinese economie groeit in 2017 met circa 6,5%, ongeveer gelijk aan de verwachte groei in 2016.

De Amerikaanse economie groeit dit kalenderjaar naar verwachting met 2,2%, 0,6 procentpunt meer dan in 2016. De aanhoudende groei van de bedrijvigheid is vooral te danken aan de private consumptie en de

Progra a s 20 Werk en inkomen 21 Jeugd 25 Maatschappelijke ondersteuning 29 Educatie en welzijn 39 Omgeving 44

Openbare orde en veiligheid 53

Bestuur en algemene ondersteuning 56 Onroerende zaakbelasting 60

Overige eigen middelen 62

Paragrafen 66 Lokale heffingen 67 Weerstandsvermogen 78 Onderhoud kapitaalgoederen 80 Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108

Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110

Afkortingen 111 89

investeringen. De invoer neemt daardoor relatief sterk toe. De inflatie loopt in de Verenigde Staten op van 1,3% in 2016 naar 2,2% in 2017 onder invloed van een stijging van de energieprijzen en de loonkosten. De economische groei in de eurozone blijft in 2017 ongeveer stabiel op 1,8%. De gematigde economische expansie in het eurogebied wordt gedragen door zowel de binnenlandse vraag als de uitvoer. In Spanje wordt de hoogste economische groei verwacht, terwijl Italië wat achterblijft. De Nederlandse economie groeit in 2017 naar verwachting met 2,5%. De inflatie loopt in de eurozone op van 0,2% in 2016 naar 1,7% in 2017. De toename van de geldontwaarding wordt voornamelijk veroorzaakt door oplopende energieprijzen. De ECB zal vanwege de gematigde inflatieverwachtingen een ruim monetair beleid blijven voeren. De officiële tarieven zullen in 2017 naar verwachting ongewijzigd blijven. De lange rentetarieven zullen mede onder invloed van een aantrekkende inflatie naar verwachting wat gaan oplopen.

Risicobeheer

Voor risicobeheer is het van belang dat renteschommelingen en daarmee een renterisico worden

voorkomen. Het renterisico wordt in beeld gebracht met behulp van de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. Beide instrumenten gebruikt de Provincie bij het uitoefenen van haar toezichthoudende taak.

Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet is het bedrag dat de gemeente maximaal mag financieren met rood staan en kortlopende geldleningen. Deze limiet is 8,5% van het bedrag van de lasten in de begroting. Overschrijdt het totaalbedrag aan kortlopende leningen deze 8,5% dan moeten we het bedrag van die overschrijding herfinancieren door langlopende leningen. Echter, zolang de rente van kortlopende geldleningen (looptijd < 1 jaar) laag is, wordt zo veel mogelijk met kortlopende geldleningen gefinancierd. Voor 2018 is de hoogte van de kasgeldlimiet

berekend op € , iljoe .

Renterisiconorm

Middels de renterisiconorm wordt bepaald welk renterisico de gemeente loopt op haar vaste schuld

(leningen met een looptijd van langer dan 1 jaar). De renterisiconorm is bepaald op 20% van de vaste schuld. Dat wil zeggen dat in enig jaar niet meer dan 20% van onze vaste schuld mag worden geherfinancierd.

Jeugd 25

Maatschappelijke ondersteuning 29 Educatie en welzijn 39

Omgeving 44

Openbare orde en veiligheid 53

Bestuur en algemene ondersteuning 56 Onroerende zaakbelasting 60

Overige eigen middelen 62

Paragrafen 66 Lokale heffingen 67 Weerstandsvermogen 78 Onderhoud kapitaalgoederen 80 Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108

Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110

Afkortingen 111 90

Het uitga gspu t a de re terisi o or is het eheerse a de re terisi o s op de la glope de s hulde . Dit gebeurt door het aanbrengen van spreiding in de looptijden van de leningen. Hiermee wordt voorkomen dat een groot deel van de leningen tegelijk opnieuw moeten worden afgesloten, met het risico van snel oplopende rentelasten. De renterisiconorm wordt berekend als percentage van de totale vaste schuld. De omvang van de renterisiconorm voor de komende jaren is als volgt:

2018 2019 2020 2021

Begrotingstotaal 55.781 55.616 55.632 55.632

Wettelijk vastgesteld percentage 20% 20% 20% 20%

Renterisiconorm 11.156 11.123 11.126 11.126

bedragen x € . ,

Op basis van de huidige leningenportefeuille mag de gemeente dus maximaal ge iddeld € , miljoen per

jaar herfinancieren op vaste geldleningen.

Kredietrisico

Naast bovengenoemd renterisico wordt door de gemeente Beuningen ook kredietrisico gelopen op de uitgeleende gelden en aan de plaatselijke verenigingen en instellingen gegarandeerde geldleningen. Bij de gemeente Beuningen zou zich een kredietrisico kunnen voordoen bij de geldleningen aan de NUON, de Vitens en een aantal verenigingen. De aan ambtenaren verstrekte geldleningen zijn voorzien van een hypothecaire zekerheid en bij fietsproject vindt inning plaats via het salaris.

Progra a s 20 Werk en inkomen 21 Jeugd 25 Maatschappelijke ondersteuning 29 Educatie en welzijn 39 Omgeving 44

Openbare orde en veiligheid 53

Bestuur en algemene ondersteuning 56 Onroerende zaakbelasting 60

Overige eigen middelen 62

Paragrafen 66 Lokale heffingen 67 Weerstandsvermogen 78 Onderhoud kapitaalgoederen 80 Financiering 88 Bedrijfsvoering 93 Verbonden partijen 96 Grondbeleid 100 Bijlagen 104 Programmaplan 105 Begroting per taakveld 106

Meerjareninvesteringsbegroting 107 Begroting grondbedrijf 108 Berekening EMU-saldo 109 Algemene uitkering 110 Afkortingen 111 91 Leningenportefeuille

Op de balans per 1 januari 2018 zal de leningenportefeuille er naar verwachting als volgt uitzien.

In document Werk en inkomen (pagina 80-96)