• No results found

7. Toetsing huidig gebruik

7.5. Resultaten toetsing huidig gebruik Bunder en Elslooërbos

7.5.8. Nutsvoorzieningen

Inspectie, beheer en onderhoud kabels en vloeistof- en gasleidingen

Beschrijving Binnen het Natura2000-gebied liggen enkele hoofdleidingen, waaronder een aardgasleiding in het noordelijk deel van het gebied.

Effect en beoordeling Bij inspectie van kabels en leidingen zijn de relevante verstoringseffecten de optische verstoring en betreding (zie figuur 7.3). In de praktijk zijn de inspecties dermate extensief, dat er van optische of mechanische verstoring geen sprake is.

Daar waar ter plaatse van leidingen de vegetatie kort gehouden wordt om diepe beworteling met kans op schade aan leidingen te voorkomen vindt dit beheer al jarenlang plaats, al van voor de aanwijzing van het gebied als Natura2000-gebied. Eventueel op de leidingstrook aanwezige habitats en/of leefgebieden van soorten hebben zich dus ontwikkeld onder invloed van dit beheer. Het beheer is om die reden vrijgesteld.

Niet vrijgesteld zijn vormen van groot en achterstallig onderhoud binnen de begrenzing van het Natura2000-gebied. Deze gelden als project en kunnen niet worden vrijgesteld. Ook projecten waarvoor ontgravingen en/of bronbemaling moeten plaatsvinden, kunnen een negatief effect op de instandhoudingsdoelen hebben. Voor dergelijke projecten dient derhalve een Wnb-vergunningprocedure te worden gevolgd.

Categorie Categorie 1 voor inspecties en regulier onderhoud en beheer: Huidig gebruik vrijgesteld van de Wnb-vergunningplicht:

Categorie 3 voor vormen van groot en achterstallig onderhoud binnen de begrenzing van het Natura2000-gebied: Huidig gebruik niet vrijgesteld van de Wnb-vergunningplicht

Inspecties, beheer en onderhoud hoogspanningsleidingen

Beschrijving In het noordelijk deel van het gebied, loopt een hoogspanningsleiding door het gebied. In de bijbehorende zone wordt de begroeiing laag gehouden. Binnen het Natura2000-gebied staan twee hoogspannings- masten en de bovenleidingen doorkruisen het gebied over circa 420 m. Een hoogspanningsmast staat op een kunstmatige grindberg en de andere staat op het talud van de spoorlijn.

Effect en beoordeling Aanwezigheid

De aanwezigheid van de hoogspanningsleiding is niet van invloed op de habitattypen, noch op het leefgebied van de aangewezen habitatrichtlijn- soorten. De masten zijn niet gelegen binnen habitattypen.

Inspecties

Tijdens de periodieke inspecties van de hoogspanningslijnen kan er sprake zijn van verstoring. Het betreft in dat geval tijdelijke verstoring op kleine schaal. Aangezien het gaat om incidentele inspecties met een beperkt effect kunnen effecten op de instandhoudingsdoelstelling worden uitgesloten. Inspecties worden uitgevoerd op een wijze waarmee invulling wordt gegeven aan de zorgplicht (Wet natuurbescherming artikel 1.11). Beheer en onderhoud

Ook hierbij geldt dat het een tijdelijke verstoring op kleine schaal betreft. Verstoring van de bever is zeer beperkt omdat deze ’s nachts actief is. Bij beheer en onderhoud wordt gewerkt conform de gedragscode voor TenneT (20143), waarmee effecten worden beperkt.

Daar waar onder de hoogspanningslijnen de vegetatie kort gehouden wordt om schade aan de lijnen te voorkomen, vindt dit beheer al jarenlang plaats, al van voor de aanwijzing van het gebied als Natura2000-gebied. Eventueel onder de hoogspanningslijnen aanwezige habitats en/of leef- gebieden van soorten hebben zich dus ontwikkeld onder invloed van dit beheer. Het beheer is om die reden vrijgesteld.

Categorie Categorie 1: Huidig gebruik vrijgesteld van de Wnb-vergunningplicht

Calamiteiten

Beschrijving Bij nutsvoorzieningen kunnen zich, op per definitie onvoorzienbare wijze en momenten, calamiteiten voordoen die nadelig effect kunnen hebben op instandhoudingsdoelen. Een calamiteit brengt veelal de noodzaak tot een onmiddellijke reactie en herstel met zich mee, in het belang van de algemene veiligheid of ter veiligstelling van voorzieningen van algemeen nut. Daarin is het niet reëel/mogelijk om in geval van urgent herstel na afloop van een calamiteit alsnog een reguliere vergunningsprocedure te

3 Arcadis, 2014. Gedragscode Flora- en faunawet definitief t.b.v. goedkeuring door de staatssecretaris van EZ.

starten. Niet of te laat ingrijpen zou immers risico’s op grotere schade en evt. de volksgezondheid met zich mee kunnen brengen.

Veelal volgt in een latere fase een definitief herstelplan, daarin is er tijd om de Natura2000-belangen mee te wegen en te herstellen.

Effect en beoordeling Van de potentiële verstoringsfactoren zijn bij deze gebruiksvorm met name geluids- en optische verstoring mogelijk relevant en ook mechanische verstoring (zie figuur 7.3).

Werkzaamheden ter herstel van calamiteiten kunnen echter significante ecologische gevolgen voor de aangewezen instandhoudingsdoelen met zich meebrengen. Hoewel de Wet natuurbescherming verbiedt om zonder vergunning (herstel-) werkzaamheden uit te voeren als deze mogelijk significante effecten hebben op de instandhoudingsdoelen, is het niet reëel om in geval van urgent herstel van een calamiteit alsnog een reguliere vergunningsprocedure op te starten. Niet of te laat ingrijpen zou immers risico’s op grotere schade en evt. de volksgezondheid met zich mee kunnen brengen.

Wanneer in verband met calamiteiten, werkzaamheden moeten plaats- vinden die geen uitstel dulden, wordt daarbij zoveel als redelijkerwijs mogelijk gewerkt naar analogie van de gedragscode voor Drinkwater- bedrijven (KWR, 2008).

Voor zover dat niet aldus geregeld is, gaat het er in dit Natura2000-plan met name om, dat bij een calamiteit de herstelwerkzaamheden niet nodeloos negatieve invloed uitoefenen op de aangewezen instand- houdingsdoelen van het Natura2000-gebied. Daarom voorziet dit Natura 2000-plan ten behoeve van definitieve herstelwerkzaamheden als gevolg van een calamiteit in een procedure, waarbij de initiatiefnemer (eigenaar van de betreffende voorziening, aangewezen autoriteiten) zo snel mogelijk zal beoordelen, of er voor het herstel ingrepen noodzakelijk zijn in

gebieden met habitattypen en -soorten. Initiatiefnemer schakelt in dit geval een ecoloog in om de effecten te beoordelen en neemt contact op met het bevoegd gezag in het kader van de Wet natuurbescherming. Vervolgens wordt in gezamenlijkheid bekeken hoe, onder andere met inachtneming van de zorgplicht uit artikel 1.11 van de Wet Natuur-

bescherming en bepalingen van de Habitatrichtlijn, de werkzaamheden zo spoedig mogelijk en zoveel mogelijk met respect voor de geest van de wetgeving kunnen worden uitgevoerd.

Voorts geldt als uitgangspunt dat de instantie die verantwoordelijk is voor beheer en herstel van de betreffende voorziening, ook de

herstelmaatregelen betaalt, die noodzakelijk zijn om de ecologische schade te herstellen.

Categorie Categorie 2b: Huidig gebruik vrijgesteld van de Wnb- vergunningplicht, met gebied specifieke voorwaarden:

- Rekening houden met Natura2000-belangen door initiatiefnemer bij het treffen van noodmaatregelen bij een calamiteit;

- Afstemming met de provincie bij het ontwikkelen en uitvoeren van definitieve herstelmaatregelen in verband met een opgetreden calamiteit.

7.5.9. Jacht, populatiebeheer en schadebestrijding