• No results found

Nieuwe (sub)factor: cultuur

3. Methodologisch kader

4.1.3 Nieuwe (sub)factor: cultuur

Uit het onderzoek is ook gebleken dat cultuur een belangrijke rol speelt in de

veiligheidspraktijk. Wat dit precies inhoudt wordt in deze paragraaf uitgelegd en behandeld. Cultuur is een belangrijk element op de werkvloer. Cultuur is nauw verbonden met het gedragscomponent en speelt een grote rol in het naleven van de veiligheidsregels op de werkvloer. Cultuur kan men op twee manieren belichten in dit geval. Enerzijds het

cultuurverschil tussen de buitenlandse werknemers die naar Nederland komen om te werken en de Nederlandse werknemers. Anderzijds kan men onder cultuur verstaan de houding in het bedrijf ten opzichte van veiligheid.

Zo geven Respondent 15 (persoonlijke communicatie, 15 juli 2019), Respondent 7 (persoonlijke communicatie, 12 juni 2019) en Respondent 8 (persoonlijke communicatie, 12 juni 2019) bijvoorbeeld aan dat het cultuurverschil tussen de buitenlandse werknemers en de Nederlandse werknemers zichtbaar is. Zo zegt Respondent 7 (persoonlijke communicatie, 12 juni 2019): “Daarbij komt nog iets anders, ook taalgerelateerd, dat als je een werknemer bent uit uuh uit uuh België is anders ofzo hè, maar uit Oost-Europa of nog verder, dan heb jij nog niet de mondige cultuur zomaar meegekregen”. Een ander voorbeeld die Respondent 15 (persoonlijke communicatie, 15 juli 2019) noemt is dat enkele culturen sterk op hiërarchie zijn ingericht, dit zorgt er dan ook voor dat men naar de leiding luistert en ook doet wat de leiding zegt. Er is echter een verleiding die ervoor kan zorgen dat de medewerkers door verwarring de veiligheidsregels niet nakomen. Dit kan bijvoorbeeld komen doordat er een cultuurkloof is tussen de Nederlandse werknemers en de buitenlandse werknemers. Zo zegt Respondent 15 (persoonlijke communicatie, 15 juli 2019) het volgende hierover: “U moet zich voorstellen uuh, dat de Poolse cultuur is heel erg op hiërarchie ingericht. Dat betekent als de baas zegt linksaf, dan gaan we met z’n allen gaan we linksaf, punt. Uuhm, en dat geven ze ook aan elkaar door en dan heb je als je tegen een groepschef zegt van: “joh, luister, uuh

ik wil dat je met je groep linksaf gaat”, dan draait hij zich om en dan zegt die: “Mannen! Let op we moeten met z’n allen linksaf” en dan gaat die groep linksaf. Wat mij opvalt is dat zij dat doen op een klus waarbij de cultuur is van “naaah is dat wel de bedoeling dat we met z’n allen linksaf gaan?”

4.1.4 Naleving - Gedrag van werkgevers

Respondent 5 (persoonlijke communicatie, 4 juli 2019) geeft aan dat veiligheid voor zijn beleving 85% afhangt van het gedrag van mensen en dat men voornamelijk dan ook beter hierop kan sturen, dat men moet leren van incidenten en veelvuldig moet informeren, coachen en sanctioneren om het gedrag te kunnen beïnvloeden. Respondent 8 (persoonlijke

communicatie, 12 juni 2019) geeft ook aan dat het beïnvloeden van het gedrag van mensen om dingen te laten doen die ze het liefst niet willen doen een zeer lastige taak is. Hij

benadrukt dan ook dat het van belang is om regels toch af te dwingen. Op die manier kan men regels tussen de oren krijgen waardoor het een patroon wordt en men het automatisch uitvoert. Volgens Respondent 15 (persoonlijke communicatie, 15 juli 2019) moet er ook veel meer op gedrag en houding gestuurd worden dan enkel op bijna ongevallen en ongevallen, zo zegt hij het volgende: “Het grote punt zit hem bij het feit uuh, dat je uuh, mee moet gaan met… met… met de veranderingen van de cultuur in de veiligheid en dat is… dat is veel meer op gedrag en houding gestuurd moet worden, dan enkel feitig op uuh, op… op bijna ongevallen of ongevallen”. Het ‘opvoeden’ van werknemers speelt volgens deze respondenten dus een grote rol in de naleving van de regels. Werkgevers kunnen dit doen door steeds meer de nadruk te leggen op de regels die moeten worden nagekomen en het sanctioneren bij het niet nakomen van deze regels.

Het gedrag van leidinggevenden zelf is ook heel belangrijk benadrukt Respondent 14 (persoonlijke communicatie, 20 juni 2019). Er wordt namelijk van leidinggevenden ook verwacht dat zij voorbeeldgedrag tonen. Daarnaast geeft Respondent 14 (persoonlijke communicatie, 20 juni 2019) aan dat men goede communicatie dient te hebben richting werknemers over wat de risico’s en gevaren zijn van het werk dat zij moeten uitvoeren. De afspraken op de bouwplaats dienen duidelijk te zijn. Hierbij ligt de verantwoordelijkheid bij de voorman of de uitvoerder. Deze heeft de verantwoordelijkheid om de regels en het beleid duidelijk te maken aan de werknemers die het werk moeten uitvoeren.

Ook gaat het creëren van voldoende draagvlak op de werkvloer gepaard met goede communicatie tussen de partijen. Dit betekent dan ook dat de achtergrond en de reden waarom

Respondent 4 (persoonlijke communicatie, 27 juni 2019) geeft aan dat er soms niet wordt begrepen door werknemers waarom een bepaald veiligheidsregel wordt doorgevoerd, omdat er een afstand bestaat. Hierbij is het dan ook van belang om de veiligheidsregels

situatiegericht te implementeren.

Communicatie is een belangrijk middel om werknemers op de hoogte te kunnen houden van de gevaren en de risico’s van het werk dat zij uitvoeren. Door de grote toestroom van anderstaligen is deze communicatie bemoeilijkt en zijn er veel signalen dat de

veiligheidsregels niet altijd begrepen worden. Dit kan er dan ook voor zorgen dat werknemers de veiligheidsregels niet altijd nakomen waardoor de veiligheid op de werkvloer daalt.

Er is een trend op te merken waarbij men meer te werk gaan met beeldmateriaal waardoor ook andertaligen de instructies beter kunnen begrijpen. Respondent 5 (persoonlijke communicatie, 4 juli 2019) en Respondent 12 (persoonlijke communicatie, 17 juni 2019) geven aan dat dat er steeds meer met pictrogrammen en handgebaren wordt gewerkt om zo de instructies begrijpelijker te maken voor mensen die anderstalig of laaggeletterd zijn.

Handgebaren worden voornamelijk gebruikt om de boodschap over te brengen, dit geldt vooral als de voorman zelf niet goed Engels geschoold is en men toch de boodschap over moet brengen. Op die manier probeert men zonder een taal te spreken de instructies op een begrijpelijke manier over te brengen. Een goede communicatie is een vereiste om de risico’s en de gevaren van het werk goed over te kunnen brengen.

Daarnaast is informatievoorziening een belangrijk onderdeel. Hierbij kan men denken aan de vertalingen van gebruiksaanwijzingen of de trainingen die worden gegeven aan de werknemers. Om de werknemer zijn werk goed te kunnen laten verrichten en om het zo veilig mogelijk uit te kunnen voeren is het belangrijk dat de werknemer zijn verantwoordelijkheden kent. Hier gaat goede training aan vooraf benadrukt Respondent 1 (persoonlijke

communicatie, 4 juli 2019). Respondent 12 (persoonlijke communicatie, 17 juni 2019) geeft daarnaast aan dat men lesstof moet aanbieden dat ook begrijpelijk is voor alle medewerkers, dit kan door middel van video’s bijvoorbeeld. Respondent 6 (persoonlijke communicatie, 7 mei 2019) geeft ook aan dat men de afgelopen tijd veel meer op beeldmateriaal is overgegaan met zo min mogelijk tekst.

Om het op de werkplek zo veilig mogelijk te kunnen maken en te kunnen houden is het van belang dat de werkgever inspanningen moet verrichten en goede plannen moet maken om zo de risico’s die bijvoorbeeld kunnen ontstaan door een taalbarrière, te kunnen reduceren (Respondent 1, persoonlijke communicatie, 4 juli 2019). Respondent 1 (persoonlijke

de werknemer – in sommige gevallen nog wel actie nodig is. Zo zegt hij in het interview het volgende: “Maar de werkgever moet natuurlijk eigenlijk ook uuh, zich vergewissen dat de werknemer de taak aan kan en uuh, toezichthouden”.

Ook heeft de veiligheidskundige een zeer belangrijke verantwoordelijkheid benadrukt Respondent 12 (persoonlijke communicatie, 17 juni 2019). De vertaalslag van beleid naar werkvloer ligt bij de veiligheidskundige, deze dient ervoor te zorgen dat de mensen die worden aangesteld om te vertalen hun werk zo goed mogelijk doen en het ook zo praktisch mogelijk maken. Hierbij is het dan ook belangrijk dat de juiste middelen beschikbaar zijn of worden ontwikkeld.

Respondent 14 (persoonlijke communicatie, 20 juni 2019) en Respondent 9

(persoonlijke communicatie, 9 mei 2019) geven beide aan dat de werknemers een grotere rol zouden moeten en kunnen krijgen in hoe men een praktischere invulling kan geven aan het te voeren beleid. Respondent 9 (persoonlijke communicatie, 9 mei 2019) vindt hierbij een stukje regelvrijheid en beslissingsvrijheid op de werkvloer van belang. Hiermee legt men een deel van de verantwoordelijkheid die bij de overheid en bij de leiding van het bedrijf ligt neer bij de werknemer. Echter moet men niet uit het oog verliezen dat de uiteindelijke

verantwoordelijke de werkgever blijft. De werkgever blijft namelijk verantwoordelijk voor het toezicht op werknemers en of zij zich ook daadwerkelijk aan de veiligheidsregels houden. Respondent 13 geeft aan dat voorlichtingen en onderricht een zeer belangrijk onderdeel zijn en dat daar goede overleg en communicatie voor nodig is.

Uiteraard gebeuren er op de werkvloer ongevallen die voorkomen zouden kunnen worden als men zich aan de veiligheidsregels houdt. Nalatigheid kan voor gevaarlijke situaties zorgen die kunnen leiden tot fatale ongelukken. De uiteindelijke verantwoordelijke blijft de werkgever. Respondent 15 (persoonlijke communicatie, 15 juli 2019) geeft aan dat hier een verandering in zou moeten komen, hierbij geeft hij het volgende voorbeeld: “Binnen

veiligheid is alleen maar het houden aan de afspraak, want op het moment dat u rechts geen voorrang geeft ontstaat er een ongeval. Dan moet u niet zeggen “ja ik was met mijn make-up bezig”, “ik zat op WhatsApp”, “mijn kids schreeuwden achterin de auto”, het is allemaal niet relevant. U hebt rechts geen voorrang gegeven, punt. U heeft zich niet aan die afspraak gehouden dat rechts voorrang krijgt. Punt. En dan krijgen ze daar gewoon een boete voor en moet u op de blaren zitten. En dat moeten we in de bouw ten opzichte van veiligheid ook doen”. Dit betekent dan ook dat de werknemer zelf aansprakelijk wordt gesteld voor zijn fouten en hier een boete voor dient te krijgen. Volgens Respondent 15 (persoonlijke

communicatie, 15 juli 2019) is dit een manier om werknemers toch te kunnen laten doen wat ze moeten doen, namelijk: het houden aan veiligheidsregels.

4.1.5 Toezicht

Ook toezicht is een factor waarbij er goed onderscheid moet worden gemaakt tussen directe toezicht op de werkplek richting de werknemers en toezicht vanuit certificatieinstellingen en de overheid op de bedrijven die het werk uitvoeren. Hier gaat het om het toezicht vanuit de overheid en druk die wordt opgevoerd door de media.

Respondent 2 (persoonlijke communicatie, 12 juli 2019) stelt dat er bij de grote petrochemische bedrijven meestal wel toezicht is vanuit de inspectie, maar dat het zeker bij kleine bouwbedrijven erg beperkt is en er vooral bij een ongeval of een ernstige ramp sprake is van meer toezicht. Respondent 13 (persoonlijke communicatie, 9 juli 2019) geeft aan dat er te weinig inspecteurs zijn op het aantal werknemers. Dit zorgt er dan ook voor dat bedrijven niet veel van de inspecties ervaren.

Respondent 3, Respondent 4, Respondent 5, Respondent 12 en Respondent 15 geven aan dat zij wel een toename in toezicht ervaren en dat deze toename in toezicht niet per se als iets positiefs ervaren. Respondent 3 (persoonlijke communicatie, 4 juli 2019) geeft daarbij aan dat het lijkt alsof het een soort rampbestrijding aan het worden is. Respondent 4 (persoonlijke communicatie, 27 juni 2019) geeft aan dat de regeldruk voor bedrijven sterk is toegenomen en dat hij ook een steeds strenger wordende regelgeving ervaart vanuit de keten. Hij benadrukt dat er teveel focus wordt gelegd op toezicht en minder op verantwoordelijkheid. Ook Respondent 5 (persoonlijke communicatie, 4 juli 2019) geeft aan dat hij een toename in toezicht en regels ervaart. Respondent 12 (persoonlijke communicatie, 17 juni 2019)

benadrukt de druk die bedrijven ervaren door de politiek. Na een incident of een ramp willen deze bedrijven er alles aan doen om het recht te zetten, waardoor ze allerlei maatregelen gaan treffen. Respondent 15 (persoonlijke communicatie, 15 juli 2019) geeft duidelijk aan dat hij de toegenomen toezicht als iets negatiefs ervaart. Hierbij geeft hij aan dat er teveel regels worden bedacht die op excessen en incidentele gevallen zijn gebaseerd en niet op structurele gevallen.

4.1.6 Risico-regelreflex

Incidenten die plaatsvinden kunnen tot gevolg hebben dat men gaat grijpen naar dure maatregelen die niet altijd veel effect hebben en soms ook enkel symbolisch worden

(persoonlijke communicatie, 4 juli 2019), Respondent 7 (persoonlijke communicatie, 12 juni 2019) en Respondent 13 (persoonlijke communicatie, 9 juli 2019) aan dat het grijpen naar de risico-regelreflex geen positief effect heeft op de veiligheidsprestaties op de werkvloer. De risico-regelreflex ontstaat als het ware na een ongeval. Op het moment dat incidenten publiekelijk bekend zijn ontstaat er druk om maatregelen te nemen. Deze maatregelen zijn niet altijd proportioneel en niet altijd de juiste oplossing, maar men doet toch maar iets om de indruk achter te laten dat men er wel alles aan doet om een dergelijk incident in de toekomst te kunnen voorkomen. Dit zorgt er dan ook voor dat men stuit op symbolische maatregelen die vaak ook duur zijn. (Respondent 7, persoonlijke communicatie, 12 juni 2019). Zo geeft Respondent 9 (persoonlijke communicatie, 9 mei 2019) ook aan dat door de risico-regelreflex procedures ook verder worden aangescherpt en dat er steeds weer bijzonderheden worden toegevoegd aan een paragraaf waardoor de processen steeds ingewikkelder worden. Hierdoor kan men de focus op dat wat daadwerkelijk belangrijk is verliezen en snel afdwalen in de risico-regelreflex zonder effectieve maatregelen door te voeren.

Wat betreft het ervaren van angst en druk door de risico-regelreflex benadrukken Respondent 6 (persoonlijke communicatie, 7 mei 2019) en Respondent 10 (persoonlijke communicatie, 7 mei 2019) dat die angst en druk ook door hen wordt gevoeld om aan eisen te voldoen. Ook Respondent 9 (persoonlijke communicatie, 9 mei 2019) geeft aan dat hij een zekere mate van druk voelt door de diepgravene audits. Hierbij geeft hij aan dat het niet zozeer een angst is, maar een interne drive om zonder kleerscheuren en het liefst zonder opmerkingen en aanbevelingen door de audits heen te komen. Respondent 11 (persoonlijke communicatie, 11 juli 2019)