• No results found

3. De zigeuner uit de Oriënt

3.1 Een mentale en fysieke kloof?

andere cultuur door de reisverslaggevers een tegenstelling maken met de 'ander'. Enkele schrijvers creëren met deze tegenstellingen een mentale afstand die zo ver gevorderd is dat het gelinkt kan worden met het oriëntalisme.103 Anderzijds zijn er ook schrijvers die zich verbonden voelen met het

volk en deze mensen juist verdedigen. In dit onderdeel wordt getoond hoe de reisverslaggevers een poging doen om de Oriënt dichter bij het Westen brengen.

3.1 Een mentale en fysieke kloof?

De theorie van het oriëntalisme verklaard voor een groot deel de distantiëring met de andere kant van Europa. In zekere zin kan gezegd worden dat het onderscheid tussen een ‘Oriëntale’ en een Westerse gewoonte is ontworpen om de exotische geaardheid van een locatie te laten zien die anders is dan de eigen. Er zijn immers dingen die voor Westerlingen de normaalste zaak van de wereld lijken. Wanneer deze ergens niet worden toegepast wordt deze andere locatie als exotisch bestempeld. Eveneens vindt dit proces plaats wanneer de reiziger het gebied probeert te definiëren ten opzichte van het eigen gebied: het nieuwe gebied vormt een gedeelte van de Oriënt en de reiziger bevindt zich tussen de oriëntale bevolking. Tegenwoordig zouden echter weinig mensen Zuidoost-Europa als oriëntaal beschouwen. De term Balkan lijkt vooral opgenoemd te worden om naar dit gebied te verwijzen. Volgens Maria Todorova zou het Westerse Balkanisme moeten verschillen van het oriëntalisme omdat aanhoudende omschrijvingen van de Balkan als een plek waar de man de overhand heeft de regio in een distinctieve plaats zetten in relatie tot het Westen.104

In tegenstelling tot het standaard oriëntalistische discours waarin er metaforen worden gebruikt om het oriëntalisme als vrouwelijk neer te zetten, is het Balkanisme juist gefocust op het mannelijke.

Todorova is duidelijk meer een voorstander van het Balkanisme daar zij Edward Said's theorie bekritiseerd om zijn zogenaamde verwarring van de Ottomaanse Oriënt, waar Zuidoost- Europa deel van uitmaakte, met de Arabische Oriënt, een gebied dat zich duidelijk niet op het continent bevindt. De grenzen van de Balkan, en dus de uiterste locatie waar West-Europa enigszins een 'ander' kan creëren zijn zeer betwist. Matthew Gibson sluit zich hij Todorova enigszins aan

103Aangehouden wordt de beschrijving van Edward Said. Hij definieert het oriëntalisme als volgt: ‘[…] a manner of

regularized (or Orientalized) writing, vision, and study, dominated by imperatives, perspectives, and ideological biases ostensibly suited to the Orient.’ Edward W. Said, op. cit., p. 202.

104Wendy Bracewell, ‘New Men, Old Europe: Being a Man in Balkan Travel Writing’, in: Wendy Bracewell en Alex

Drace-Francis eds., Balkan departures: travel writing from Southeastern Europe, New York: Berghahn Books 2009, p. 139.

maar is het er niet mee eens dat men de regio zelfs niet tot op een zekere hoogte als deel van het Nabije Oude Oosten, en dus deel uitmakend van de Oriënt, zou kunnen beschouwen. Ook al zijn veel gebieden islamitisch gebleven, hebben veel gebieden van het Nabije Oosten en Afrika op een bepaald moment in de geschiedenis deel uitgemaakt van de Westerse cultuur als een kolonie.105 De

Balkan na 1912, toen de Turken uit het gebied vertrokken, hebben zich echter pas daarna geconcentreerd op de aansluiting bij Europa.106

Ondanks de vage grenzen van de Balkan, is dat nog altijd het meest wordt aangehaald. In de literatuur van de reisverslaggevers zijn er echter nauwelijks sporen te vinden van deze term, en juist wel de zoektocht naar ‘oriëntale’ kenmerken. Volgens Said is de Oriënt niet alleen een gebied grenzend aan Europa, maar ook de plek van Europa's grootste, rijkste en oudste koloniën, de bron van haar civilisaties, talen en één van de plekken met de meest herhalend voorkomende beelden van de 'Ander'.107 De Oriënt heeft dus geholpen Europa (of het Westen) te definiëren, door een

onderscheid te maken tussen de Oriënt en het Occident. Er zijn veel intellectuelen die dit idee hebben overgenomen. Het Oriëntalisme wordt gezien als een Westerse reden om te domineren, herstructureren en het hebben van autoriteit over de Oriënt.108 Door het definiëren van de oriëntale

bevolking als 'irrationeel' en 'kinderachtig' en het Oosten vaak 'vrouwelijk' te noemen hebben geleerden die het oriëntalisme bestuderen laten zien dat deze bevolking overmachtigd mag worden vanwege haar inferieure positie.109 De West-Europese cultuur heeft daardoor meer macht gekregen

omdat het zich heeft afgezet tegen het andere deel van het continent. De relatie tussen de Oriënt en de Occident is aldus een relatie van macht; de Oriënt is niet alleen georientaliseerd omdat ontdekt is dat het oriëntaal was door de 19e eeuwse Europeanen, maar ook omdat het oriëntaal kon worden

gemaakt.110 Voor Said betekent het oriëntalisme dus dat er een beeld van het Oosten is geschapen

die toont dat het overheersen van de oriëntale bevolking onvermijdbaar en nodig is. De Oriënt was geproduceerd in relatie tot het Westen en beschreven in de manieren waarop het met haar verschilde. Aldus werd de Oriënt beschreven als een zwakke regio waardoor er een negatief beeld van de regio en haar inwoners werd gemaakt, ‘de ander’, die bijvoorbeeld in tegenstelling stond met

105Matthew Gibson, ‘Dracula and the Eastern Question’, in: Thomas J. Garza, op. cit., pp. 338-339. 106Ibid..

107Edward W. Said, op. cit., pp. 1-2. 108Ibid. p. 3.

109John Allcock en Antonia Young, ‘Black Lambs and Grey Falcons: Outward and Inward Frontiers’, in: John B.

Allcock en Antonia Young Allcock eds., Black Lambs & Grey Falcons: women travellers in the Balkans, New York: Berghahn 2000, p. xxii.

de sterke geciviliseerde Britse maatschappij.111 Said toonde dat er keer op keer een aantal

kenmerken te vinden zijn in teksten over gekoloniseerde landen en dat deze niet simpelweg kunnen worden toegewezen naar de overtuiging van de individuele auteur. Eigenlijk speelt de mate van overtuiging een grote rol daarin. Koloniale teksten, die het Europese kolonialisme en imperialisme gloriëren van de 19e en 20e eeuw, beschrijven hoe de rest van de wereld onderdanig gemaakt wordt

aan de Europese macht. Ze representeren de 'anderen' met stereotypes als die de vreemde bevolking beschreven als wilden, kinderlijk en onschuldig als nobele kinderen van de natuur.112 Het Westen

begon het Oosten zo te kennen omdat geleerden en reizigers met veel ervaring en staatsmannen met grote autoriteit bevestigen dat de dingen inderdaad zo waren.113 Na jarenlang deze gedachten

hebben gehouden is het lastig om van die (stereotype) beelden af te komen. Aldus blijft het beeld van het Zuidoosten van Europa zo. Op haar beurt zorgt deze dominerende gedachtegang dat het slachtoffer zelf gaat geloven in deze beweringen. Gezien West-Europa haar Oosterse buren gezien heeft als barbaren die zich op het Europees continent bevinden, kunnen de inwoners van het Zuidoosten van het continent op een gegeven moment zelf ook gaan geloven in hun inferieure positie. Zodoende geven ze gehoor aan het Westerse idee dat het Oosten gecontroleerd kan worden.