• No results found

Louisiana: ‘Pelican State of the South’

Dit hoofdstuk is een casestudy van de staat Louisiana. Omdat haar geschiedenis gekleurd is door het slavernijverleden, de vele verschillende culturen en het katholieke geloof, was zij geen gemakkelijke prooi voor de suffragists. Daarnaast zorgden de aanwezigheid van drank-en textielindustrieën er voor dat er veel sociale nood was. Louisiana is daarom edrank-en

interessante staat voor het analyseren van de tweeledige strijd van de vrouwenbewegingen. Het hoofdstuk is grotendeels chronologisch ingericht. De nadruk ligt op de ontwikkeling van – en binnen – de vrouwenbewegingen, hun doelen en hoe ze zich hebben ingezet voor sociale hervorming en het vrouwelijk stemrecht. Daarnaast wordt er aandacht gegeven aan de meest invloedrijke vrouwen binnen deze verenigingen. Op deze manier wordt duidelijk hoe de componenten van de tweeledige strijd met elkaar waren verwikkeld en welke factoren hieraan hebben bijgedragen. Het hoofdstuk eindigt met een korte conclusie.

De inhoud is veelal gebaseerd op primaire bronnen, zoals het dagboek van Caroline Merrick, het vierde deel van History of Women Suffrage, Croly’s History of the Women’s

Club Movement in America en verder aanvullende krantenartikelen. Daarnaast is de

secundaire literatuur over de suffragists in Louisiana, bijvoorbeeld Kemps artikel “Jean en Kate Gordon: New Orleans Social Reformers,” gebruikt om de context weer te geven.

Women Christian Temperance Union

Een belangrijke overeenkomst tussen de leidende zuidelijke suffragists was hun afkomst.

Wheeler beschrijft dat ze veelal geboren waren in welgestelde (plantage) families.67Dit gold

ook voor de leiders van de vrouwenbeweging in Louisiana. De meest bekende suffragists en sociale hervormers uit Louisiana zijn onder meer de gezusters Jean en Kate Gordon, Elizabeth Bisland en Caroline Merrick.

Caroline Merrick (1825-1908) werd geboren op een plantage genaamd Cottage Hall, dichtbij Jackson, Louisiana. Haar vader was beheerder van de Centenary College, onderdeel van de Methodist Episcopal Church South. Omdat haar moeder op jonge leeftijd overleed, was haar vader hertrouwd. Merrick benoemt in haar dagboek dat haar stiefmoeder een

getalenteerde vrouw was die veel had betekend voor het onderwijs in het Zuiden.68Het

lesgeven had zij echter opgegeven toen zij trouwde met de vader van Merrick. Caroline ondervond eveneens de gevolgen van het ideaal van de zuidelijke vrouw toen ze bijvoorbeeld niet mocht paardrijden zonder mannelijk toezicht. Ze schreef: ‘We were obliged to submit to

67

Wheeler, New Women of the New South, 39.

68

this authority without protest, though I was ready to say, “There is a word sweeter than

‘mother, home or heaven,’ and that word is ‘liberty’.”69Al op jonge leeftijd was Merrick zich

dus bewust van de ongelijkheid in haar omgeving tussen man en vrouw. Op vijftienjarige leeftijd trouwde ze, op advies van haar vader, met de 35 jaar oudere rechter Edwin Thomas

Merrick. Met hem kreeg ze vier kinderen.70

Gedurende de Amerikaanse Burgeroorlog veranderde haar leven drastisch, net als dat van vele andere zuidelijke vrouwen. Merrick koos er na de oorlog dan ook voor dat ze zich niet meer uitsluitend in de private sfeer van het huis en de familie wilde begeven, waardoor ze past bij de beschrijving van Scott van de ‘southern lady’. Merrick wilde meer betekenen in haar omgeving en begon zich in te zetten voor de rechten van de vrouw. Dat dit geen

gemakkelijke strijd was, bleek onder andere in 1884 toen ze werd geweigerd om te stemmen tijdens een vergadering van de New Orleans Educational Society, waar ze fungeerde als voorzitter. Ze schreef: ‘It is not fair; it is as unjust as it would be for me to invite a party to dinner and then to summon half of them to the table while the other half are required to

remain as spectators only of the feast to which all had had the same call.’71Ze besloot om

geen vergaderingen meer bij te wonen van de vereniging en haalde haar man over om tevens geen geld meer te doneren.

Het was gedurende deze tijd dat Merrick een vriendschap ontwikkelde met Frances Willard, president van de nationale WCTU. Hoewel Merrick eerder een aanbod had afgeslagen van de WCTU omdat ze vond dat onthouding ‘the most unpopular and hardest reform ever attemped’ was, ging ze, wegens hun vriendschap, toch in op de uitnodiging van

Willard om zich in te zetten voor de beweging.72Op aandringen van Francis Willard en haar

echtgenoot werd Caroline Merrick president van de WCTU in New Orleans en later van de hele staat. Ze schrijft: ‘(...) When Miss Willard en Miss Gordon bravely started out to find a new country they discovered Louisiana, and like Columbus, they set up a religious standard and prayed over it- and organized the W.C.T.U. I was one result of that voyage of

discovery.’73Al snel nadat ze was opgericht, zou de WCTU zich aansluiten bij de NAWSA en

als afdeling van Louisiana aanwezig zijn bij diens vergaderingen.

69

Merrick, 11.

70

Armantine M. Smith, “The History of the Woman’s Suffrage Movement in Louisiana,” Louisiana Law Review 62, nr. 2 (winter, 2002): 514. 71 Merrick, 23 72 Merrick, 144. 73

Merrick, 172. Green legt uit dat Louisiana ook een WCTU kende met zwarte vrouwen. Zij werden vaak omschreven als de ‘Number 2’. In minder bevolkte delen konden deze vrouwen zich aansluiten bij de regionale afdeling van de National Association of Colored Women. Zie: Green, 20.

Hoewel de WCTU in Louisiana waarschijnlijk haar handen vol heeft gehad aan de strijd voor onthouding, is er weinig bekend over diens leden en activiteiten. Wel is gebleken dat de WCTU haar ideeën omtrent onthouding verspreidde door met een kraam op de World’s Industrial and Cotton Continental Exposition van New Orleans te staan en daar toespraken te houden. Deze expositie had plaats van december 1884 tot juni 1885 en heeft in cultureel en economisch opzicht veel betekend voor de stad. Voor de vrouwen die bij dergelijke exposities samenkwamen, had het volgens Scott tot gevolg dat ze een sterkere onderlinge band

ervoeren.74Dit was ook van toepassing op de leden van de WCTU, wat zichtbaar was in de

daaropvolgende jaren.

Er is namelijk wel bekend dat het de leden in 1888 was gelukt om een wet, de

Scientific Instruction Bill, door te laten voeren waardoor het verplicht werd op scholen om de

leerlingen te onderwijzen over de effecten van alcohol.75Later zouden de vrouwen van de

WCTU prijzen uitdelen aan jongeren voor de beste essays over de effecten van alcohol en meldt The Patriot dat de ‘W.C.T.U. of Louisiana offered prizes on an essay entitled “Why

should boys refrain from using tobacco,”.’76Daarnaast kan worden geconcludeerd dat de

WCTU, die naast New Orleans ook in Shreveport gevestigd was, door het bericht in The

Progress uit 1894 waarin vermeld wordt dat de beweging ‘good work’ verrichtte in

Shreveport en elke dinsdag een vergadering hield waarbij informatieve essays werden

voorgelezen.77Als de WCTU in Louisiana zich later heeft aangesloten bij Franes Willards

idee van een Do Everything beweging, dan was haar agenda waarschijnlijk nog meer divers

dan tot nu is gebleken.78

Hoewel Merrick later bekend zou staan als suffragist en contacten onderhield met leden van de landelijke WCTU, die zich tevens zou aansluiten bij de strijd voor het

vrouwelijk stemrecht, leek de WCTU in Louisiana ervoor te kiezen om zich niet in deze strijd te willen mengen. Clara Hoffmann, een suffragist uit Missouri, schreef dat de zuidelijke mensen over het algemeen vijandig reageerden op het vrouwelijk stemrecht en dat het fenomeen niet alleen als ongewenst werd beschouwd, maar dat men ook angstig was voor haar boodschap: ‘I came into Louisiana at the request of the Woman’s Christian Temperance

74 Scott, 157 75 Merrick, 173-174. 76

Respectievelijk The Patriot, vol 22, nr. 21, (2 augustus, 1918):1 en Merrick, 179.

77

The Progress, vol 3, nr. 34, (22 september, 1894): 5.

78

De Do Everything beweging hield in dat vrouwen zich op alle vormen van sociale hervorming zouden richten. Thomas, The New Woman in Alabama, 17.

Union Convention, and had been informed that I must not say anything about suffrage, as the people would not bear it.’79

Deze gegevens lijken overeen te komen met het niet-radicale beeld dat Wheeler schetst over de leden van de WCTU in Louisiana, waarin ze beargumenteert dat de leden niet geassocieerd wilden worden met de suffragists omdat hun ‘cause’ al moeilijk genoeg was in

een staat als Louisiana.80Dit idee wordt versterkt wanneer Joy Jackson, voormalig historicus

aan de Universiteit van Louisiana, beweert dat Louisiana de meest ingewikkelde staat was om een kruistocht te voeren tegen alcohol omdat zij de grootste tegenstander was van een

drankverbod.81Hoewel het noordelijke deel van de staat namelijk werd gekenmerkt door haar

progressieve bewegingen, zoals de Anti-Saloon League, en beheerst werd door de ‘dry’s’, werd het zuidelijke gedeelte gekenmerkt door de ‘wets’, de tegenstanders van het

drankverbod.82De WCTU leden moesten dus hun steun halen uit het noordelijke gedeelte

voor een de onthouding van drank omdat daar een meer progressief gedachtegoed heerste. Het ging echter te ver om daarnaast steun te vragen voor het vrouwenstemrecht; ook in het

noordelijke gedeelte van Louisiana wilde men zich niet inlaten met dergelijke radicale ideeën. Uiteindelijk leidde dit ertoe dat de strijd voor sociale hervorming niet kon samenvallen met de strijd voor het vrouwenstemrecht bij de WCTU in Louisiana omdat diens leden door factoren in hun omgeving genoodzaakt waren om zich uitsluitend te richten op sociale hervormingen. De leden die wel wilden samenwerken met de suffragists, konden zich pas later aansluiten bij dergelijke verenigingen. Dit was onder meer zichtbaar in het leven van Caroline Merrick. Uit haar dagboek blijkt dat ze een ijverige suffragist was, maar dat het haar als president niet is gelukt om de WCTU in die strijd mee te nemen. Ze beargumenteert dan ook dat de WCTU uitsluitend aandacht gaf aan de onthouding van drank en de educatie over diens gevolgen: “It should be clearly understood that the legitimate work of the Woman’s Christian Temperance Union is to close the open saloon (…). Because science pronounces alcohol a poison and an active peril in the human body, a vigorous educational propaganda is kept up in order that future generations may be protected by knowledge against the dangers of

alcoholic drinks.”83De tweeledige strijd bleek niet mogelijk voor de WCTU in Louisiana.

79 Merrick, 219. 80 Wheeler, 11. 81

Joy Jackson, “Prohibition in New Orleans: The Unlikliest Crusade,” Louisiana History: The Journal of the

Louisiana Historical Association 19, nr. 3 (zomer, 1978): 261.

82

Jackson, 262.

83

Woman’s Club in New Orleans

Zoals past binnen de, door Scott beschreven, ontwikkeling bij de vrouwenbewegingen ontstonden er ook Woman’s Clubs in Louisiana. In 1884 werd de eerste Woman’s Club in New Orleans (en in heel het Zuiden) door Elizabeth Bisland (1861-1929) opgericht. Zij was, evenals Caroline Merrick, het type vrouw dat opgroeide in een conservatieve plantagefamilie. Ook Bisland en haar gezin ondervonden de gevolgen van de Burgeroorlog, vooral in

financieel opzicht. Haar moeder begon daarom te schrijven voor een plaatselijke krant, zodat ze meer geld verdienden. Bisland begon eveneens met het inzenden van poëzie, maar deed dit anoniem. Toen bleek dat haar gedichten met lof werden onthaald, besloot ze dat het tijd werd om zichzelf financieel te onderhouden. Ze vertrok naar New Orleans en begon haar

journalistieke carrière. Al snel bevond Bisland zich in New York, waar ze bekend stond als de ‘most beautiful woman in metropolitan journalism’. Uiteindelijk zou Bisland wereldwijd

bekend worden om haar reis rond de wereld in tachtig dagen.84

De overgang van de private naar de publieke sfeer bevond zich voor Bisland in New Orleans. Daar ontwikkelde haar journalistieke carrière zich en richtte zij de Woman’s Club op. Goodman legt uit dat er verschillende mannelijke organisaties waren die de positie van de (werkende) man ondersteunden en dat Bisland van mening was dat de vrouwen in New Orleans eenzelfde soort organisatie behoorden te krijgen, ‘one that would have as its goals “equal salaries with men whenever women rendered equal services, and assistance when a

member was out of work or ill.’”85De eerste vergadering vond plaats in het gebouw van de

lokale Young Men’s Christian Association (YMCA), waar Bisland met twaalf vrouwen samenkwam. Ze werd daar tot president benoemd en tevens werd er een constitutie ontwikkeld waarin hun progressieve doeleinden naar voren kwamen. Volgens Merrick omschreven ze hun doel als volgt: ‘The vital and influential work of our club must always be along sociological lines. The term embraces persuits of study and pastime, our labors and relaxations. In the aggregate we are breaking down and removing barriers of local prejudice; we are assissting intellectual growth and spiritual ambition in the community of which we are

84

Het leven van Bisland is beschreven in het boek van Matthew Goodman, Eighty Days: Nellie Bly and

Elizabeth Bisland’s History: Making Race Around the World, (New York: Random House Publishing Group,

2013).

85

Goodman benoemt dat er wel meerdere Women’s Clubs in Louisiana waren, maar dat ze vooral opgericht waren voor liefdadigheid en sociale activiteiten en niet voor sociale hervormingen of de rechten van de vrouw. Dit wordt beaamd door Scott, zie Southern Lady, 161. Daarom is er voor gekozen om de Woman’s Club van New Orleans te analyseren. Goodman, Eighty Days, 55.

a dignified and effective body- for the immense economy of moral force made possible by a

permanent organization such as ours, is well understood by the thoughtful.’86

De agenda van de club bestond onder andere uit het verzorgen van concerten, toneelstukken, lezingen en verschillende cursussen zoals schrijven en telegrafie. Daarnaast ontwikkelden ze het Bureau of Employment, gaven ze hulp aan de lokale Woman’s and

Children’s Hospitals en vochten ze tegen kinderarbeid.87Ondanks het feit dat Bisland binnen

een jaar vertrok, zou de New Orleans Woman’s Club zich in de daaropvolgende jaren in een

snel tempo ontwikkelen: in 1891 was het ledenaantal al gestegen tot driehonderd.88Daarnaast

ontwikkelde zich een Woman’s Club in Shreveport, die zich inzette voor een schonere leefomgeving. Zo werd er een jaarlijkse schoonmaakdag ingesteld door de gemeente van

Shreveport dankzij de inzet van de Woman’s Club.89

In 1890 verzamelden een groot aantal Woman’s Clubs van de Verenigde Staten, waaronder die van New Orleans en Shreveport, zich in de General Federation of Woman’s Clubs. Ellen M. Henrotin, ex-president van de Federation, beargumenteert in een artikel dat de agenda van de beweging progressief behoorde te blijven: ‘The primary purpose of the women’s clubs entirely precludes the possibility that they should become, in any sense of the

term, political associations.’90Volgens haar hadden de vrouwen zo veel diverse politieke

standpunten, dat het vooral conflicten zou opleveren en het ‘the cause’ niet ten goede zou komen als ze zich op het politieke veld zouden begeven. Het vierde deel van History of

Woman Suffrage vermeldt echter dat Susan B. Anthony een toespraak hield bij de Woman’s

Club in Louisiana over het vrouwenstemrecht, en de opmerking wordt gemaakt dat: ‘While this club had by no means been formed in the interests of suffrage, it was a decided

innovation and the first step out of tradition and conservatism.’91De Woman’s Club in New

Orleans toonde dus interesse voor het vrouwelijk stemrecht, wat paste binnen de ontwikkeling die door Green wordt beschreven. Zij beargumenteert dat veel Woman’s Clubs in het Zuiden zich begonnen in te zetten voor het vrouwenstemrecht. Zo vermeldt ze onder andere dat de

86 Merrick, 216. 87 Ibidem. 88

The Wichita Daily Eagle vol. 14, nr. 51 (15 januari, 1891): 8.

89

The Missoulian vol 39, nr. 54 (28 juni, 1912): 4.

90

The San Francisco Call vol 89, nr. 166 (15 mei, 1901): 6.

91

Er wordt niet vermeld om welke Woman’s Club het precies gaat, maar dit is waarschijnlijk die van New Orleans omdat ze de grootste Woman’s Club was van Louisiana en de zuidelijke staten. Susan B. Anthony en Ida Husted Harper, The History of Woman Suffrage, Volume IV: 1883-1900, (Indianapolis: The Hollenbeck Press, 1902), 679.

Texas Federation of Woman’s Clubs in 1915 hun relatie met de suffragists kenbaar maakte

toen ze openlijk de strijd voor het vrouwenstemrecht ondersteunde.92

Toch bleef de Woman’s Club in New Orleans binnen de muren van sociale

hervorming en kwam zij niet openlijk uit voor het vrouwelijk stemrecht. Het feit dat diens leden streden voor betere condities voor werkende vrouwen was al gewaagd in het

conservatieve Diepe Zuiden. De stap van een progressieve beweging naar een

emancipatiebeweging achtten zij te groot voor hun Woman’s Club: ze wilden geen risico lopen door zich in het politieke veld te begeven. Daarnaast werd duidelijk uit het citaat van Ellen M. Henrotin dat een samenwerking met de suffragists hun strijd niet ten goede zou komen omdat het conflicten zou opleveren. De Woman’s Clubs hebben dus van tevoren al besloten dat er geen sprake kon zijn van het samenvallen van de tweeledige strijd, om

zodoende conflicten te vermijden. De strijd voor het vrouwelijk stemrecht zou zich daarom op een andere manier ontwikkelen in Louisiana. Scott vermeldt dat de suffragists van het Zuiden zich eerst aansloten bij de nationale beweging voor het vrouwelijk stemrecht, om daarna hun

eigen (nieuwe) bewegingen te vormen.93Er zal nu geïllustreerd worden hoe deze

ontwikkeling plaats had in Louisiana.

Portia Club

Caroline Merrick, nog steeds president van de WCTU, was een voorbeeld van een suffragist die contacten onderhield met noordelijke vrouwen en van daaruit haar eigen beweging voor het stemrecht ontwikkelde. Door haar vriendschap met Frances Willard, en later ook met Susan B. Anthony en Lucy Clay, raakte zij ervan overtuigd dat het vrouwelijk stemrecht de weg was naar een gelijke positie tussen man en vrouw. In 1892 richtte zij, samen met acht andere vooraanstaande vrouwen, dan ook de First Suffrage Association op in Louisiana, ook wel Portia Club genoemd. Zij was president, Mrs. Jas. M. Ferguson vice-president en Mrs. Evelyn Ordway penningmeester.

De Portia Club wordt in History of Women Suffrage beschreven als ‘a strictly suffrage organization’ en Croly beargumenteert dat ze de eerste politieke club in zijn soort was in

Louisiana, en ‘possibly the first club of the kind in any of the Gulf States’.94Er was dus geen

sprake van een agenda gericht op sociale kwesties; de aandacht was volledig gericht op de rechten van de vrouw. Zo zorgden de leden van de Portia Club voor het aanstellen van 92 Green, 25. 93 Scott, 176. 94

vrouwen in schoolbesturen in de noordelijke delen van Louisiana en gaven ze lezingen met

titels als ‘Would Municipal Suffrage for Women be a Benefit in New Orleans’?95Daarnaast

werd vrouwen geleerd hoe ze publieke toespraken moesten houden en hoe ze zich behoorden te gedragen tijdens openbare vergaderingen.

In 1895 ontstond, vanuit de Portia Club, de Era Club.96Merrick omschrijft de Era

Club als ‘a vigorous child, full of progressive energy’, en na een aantal jaar zou dit kroost

haar moeder dan ook snel voorbij groeien.97Toch heeft de Portia Club een belangrijke rol

gespeeld in de ontwikkeling van vrouwenbewegingen in Louisiana door zich voor het eerst openlijk in te zetten voor het vrouwelijk stemrecht. De rol van Merrick is daarin van groot