• No results found

Lichamelijke gevolgen

In document Over levenna de moord (pagina 58-62)

3 Resultaten van de eerste meting

3.4 Lichamelijke gevolgen

Lichamelijke problemen kunnen op zichzelf staan, maar kunnen ook een uitvloeisel zijn van psychische problemen (psychosomatisch). Aan de nabestaanden is gevraagd of de gebeurte-nis gevolgen heeft gehad voor het lichamelijk functioneren en in hoeverre zij daar proble-men door ondervinden. Ook wordt beschreven in hoeverre zij begeleiding hebben gehad bij lichamelijke problemen.

Hieronder geven we weer wat de door de nabestaanden meest genoemde lichamelijke klachten zijn. Ook hier geldt dat er sprake kan zijn van onderrapportage omdat het de lichamelijke klachten en gevolgen betreft, die actief door de nabestaanden zelf benoemd zijn. Hierbij kan het gaan om ‘nieuwe’ klachten naar aanleiding van de gebeurtenis, maar ook bestaande lichamelijke problemen kunnen verergeren. Medicijngebruik en middelen-gebruik vallen tevens onder lichamelijke gevolgen.

Tabel 3.6 – Lichamelijke gevolgen (55 nabestaanden)

Lichamelijke gevolgen aantal malen genoemd

Hoofdpijn 18 Pijnklachten 15 Middelengebruik (roken) 14 Vermoeidheid 11 Slaapproblemen 8 Gewichtsverlies/slecht eten 8 Maag-darmklachten 7 Hartklachten 6 Hyperventilatie/duizeligheid 5 Overige 16

Een klein aantal nabestaanden (7) heeft expliciet aangegeven geen lichamelijke problemen sinds het misdrijf te ervaren. Het merendeel van de nabestaanden ervaart een of meerdere lichamelijke problemen ten gevolge van de gebeurtenis.

Hoofdpijn

Zoals blijkt uit de tabel is hoofdpijn de meest voorkomende klacht. De nabestaanden erva-ren vaker en/of ernstiger hoofdpijn dan voorheen. Een enkeling beschrijft de hoofdpijn-klachten die ze heeft als spanningshoofdpijn. Ook komt het voor dat nabestaanden last hebben van een verergering van migraine.

Pijnklachten

Nabestaanden noemen relatief vaak ook meer algemene pijnklachten. Het gaat dan om fysieke pijnsensaties, vaak door het gehele lichaam: “Bij alles wat ik doe, heb ik pijn door mijn

hele lijf.” Een deel van de nabestaanden heeft last van meer plaatselijke pijn aan de nek,

schouder of rug: “Ik heb last van de spieren in mijn nek, schouders en onderrug door het doen alsof

het niet gebeurd is.” Soms spelen oude pijnklachten weer op of verergeren. Een vrouw vertelt

dat ze in het verleden een knieoperatie heeft gehad waar ze geen last van heeft gehad tot het moment dat haar zoon werd vermoord: “Nadat ik hoorde dat mijn zoon was doodgeschoten, kon

ik niet meer lopen van de pijn aan mijn knie. Het komt eruit en wel op gevoelige plekken.” Een

Middelengebruik

Geen enkele nabestaande benoemt dat hij of zij (meer) alcohol is gaan gebruiken sinds het misdrijf. Wel geven meerdere nabestaanden aan dat hun rookgedrag is veranderd. In het bijzonder gaat het hier om nabestaanden die sinds de gebeurtenis meer zijn gaan roken of juist weer begonnen zijn met roken, nadat zij eerder waren gestopt, waaronder een vrouw die na tien jaar te zijn gestopt weer is gaan roken toen ze hoorde dat haar zoon was doodgeschoten.

Vermoeidheid

Vermoeidheidsklachten doen zich bij minimaal elf nabestaanden voor. Deze nabestaanden ervaren een gebrek aan energie, voelen zich slap en lusteloos of kunnen zich nergens toe zetten. Bij sommigen doen deze klachten zich vooral in de eerste weken na het misdrijf voor, bij anderen houden deze klachten langere tijd aan.

Slaapproblemen

Een beperkt aantal nabestaanden heeft slaapproblemen ten gevolge van het misdrijf. Door de nabestaanden wordt dit verwoord als ‘slecht slapen’. Dit uit zich door nachten wakker liggen, vaak wakker worden en heel licht slapen. Een klein aantal zegt slaapmedicatie te gebruiken om de slaapproblemen tegen te gaan.

Gewichtsverlies/slecht eten

Een aantal nabestaanden geeft aan slecht te eten sinds de gebeurtenis. Terwijl het eten voor sommigen alleen in de eerste paar weken na het misdrijf een probleem vormt, hebben ande-ren er langere tijd last van. Daarnaast zijn er enkele nabestaanden die ongewild gewichts-verlies hebben. Zo is een vrouw sinds de dood van haar dochter dusdanig afgevallen dat haar huisarts dit zorgelijk vindt.

Maag-darmklachten

Maag- en darmklachten worden door een beperkt aantal nabestaanden genoemd. Zij erva-ren pijn in de maag en/of darmen, hebben last van diarree of braken.

Hartklachten

Hartklachten komen ook voor bij een aantal nabestaanden. Nabestaanden ervaren naar eigen zeggen pijn op de borst en/of hartkloppingen. In enkele gevallen waren deze klachten er al eerder, maar zijn ze sinds het misdrijf verergerd. Zoals bij een vrouw die hartpatiënt is en wier vader is vermoord: “Mijn hartklachten zijn sinds het misdrijf verergerd. Ik ga er nu

Hyperventilatie/duizeligheid

Sommigen hebben last van duizeligheid, kortademigheid en aanvallen van hyperventilatie sinds het misdrijf.

Overige

Overige klachten en problemen die door de nabestaanden benoemd zijn, zijn concentra-tieproblemen, een verhoogde bloeddruk, een verergering van longproblemen, geen weer-stand hebben en het ervaren van stress. Ook het krijgen van ontstekingen in het lichaam, waaronder een longontsteking en een slijmbeursontsteking, is door meerdere nabestaanden benoemd. Zo heeft een vrouw door het intens huilen om het verlies van haar zoon een oogontsteking gekregen. Een andere vrouw die eveneens haar zoon door een misdrijf heeft verloren, vertelt dat ze sindsdien helemaal grijs geworden is.

In veel gevallen hebben de nabestaanden meerdere klachten tegelijkertijd. Zo vertelt een vrouw wier zus is vermoord dat zij last heeft van hoofdpijn, maagklachten, slaapproblemen vermoeidheid, rugpijn en hartkloppingen. Daarnaast is ze ook weer begonnen met roken, terwijl ze al een hele poos gestopt was. Een moeder van een vermoord kind vertelt dat ze een lange periode erg slecht gegeten heeft en meer is gaan roken. Ze heeft daarnaast last van hartkloppingen en pijn op de borst.

Er is regelmatig sprake van een toename van gezondheidsklachten die men voor de gebeur-tenis al had. Van een klein aantal nabestaanden (5) is bekend dat zij sinds het misdrijf (meer) medicijnen zijn gaan gebruiken, veelal slaapmedicatie. Sommigen hebben hun gebruikelijke medicatie voor een aandoening zoals reuma of een hartprobleem moeten verhogen. Zo ook bij een man wiens kleinkind om het leven is gebracht: “Alle klachten die ik eerder ook had, zijn

toegenomen. Ik heb nu meer last van mijn reuma en van mijn maag. Mijn medicatie daarvoor is nu verhoogd.” Een vrouw die haar dochter door een geweldsmisdrijf heeft verloren, vertelt

dat zij sindsdien meer last heeft van haar astma.

Begeleiding bij lichamelijke problemen

De rol van de casemanager bij lichamelijke problemen ligt, blijkens de interviews met de nabestaanden, vooral in de informerende en doorverwijzende sfeer. De casemanagers leggen de nabestaanden uit dat bepaalde fysieke klachten zoals slapeloosheid, hoofdpijn en vermoeidheid normale uitingen van verdriet en trauma zijn. Bij hardnekkige of ern-stige klachten verwijst de casemanager de nabestaanden door naar de huisarts voor nader onderzoek. De casemanagers houden in de gaten of hun advies wordt opgevolgd en hoe de lichamelijke klachten zich ontwikkelen, bijvoorbeeld door in elk contactmoment met de nabestaande te vragen hoe het ermee gaat en of vervolgacties nodig zijn.

Enkele nabestaanden zijn naar aanleiding van hun lichamelijke klachten of wegens een verergering van bestaande klachten naar een specialist gegaan, vaak op advies van de case-manager, maar ook de sociale omgeving, zoals familie en vrienden, speelt daarin een rol.

In document Over levenna de moord (pagina 58-62)