• No results found

Een kort verhaal schrijven

1V

Je hebt net 3 strookjes getrokken. Op deze strookjes staan een plaats, een persoon en

een ding of gevoel. Schrijf deze drie woorden boven aan het blad.

Aan de hand van deze drie woorden ga je een kort verhaal schrijven. Waar het verhaal

precies over gaat, mag je zelf verzinnen. Het moet wel aan een paar voorwaarden

voldoen:

- Je gebruikt de plaats, de persoon en het ding of gevoel van de strookjes in je

verhaal.

- In het verhaal komen minimaal 2 personen voor.

- Het moet duidelijk zijn wie de hoofdpersoon is en wie de bijfiguur is.

- Er is een conflict tussen deze twee personen.

- Het verhaal is minimaal 200 woorden en maximaal 300 woorden lang.

Succes!

(de strookjes van deze bijlage zijn niet digitaal beschikbaar, maar wel op te vragen bij

de student)

Reflectie op het proces

Door Marjolein Hoogendoorn (500628275)

Dit jaar mocht er voor het eerst worden samengewerkt tijdens het schrijven van het LPO. Sanne en ik werken graag samen en hebben ook dezelfde interesses in ons vakgebied, dus het leek ons een goed idee om dit samen op te pakken.

In eerste instantie kwamen we uit bij de meervoudige intelligenties van Gardner. Een super interessant onderwerp, want dit kon in mijn ogen verklaren waarom leerlingen allemaal een andere aanpak nodig hebben. Enthousiast begonnen we daarom aan het schrijven van een uitgebreid onderzoeksplan en gingen we opzoek naar heel veel literatuur. Op een gegeven moment kwamen we om in de literatuur en kwamen we tot de conclusie dat we door de bomen het bos niet meer konden zagen. Er was zo veel onderzoek gedaan naar dit onderwerp en er waren zo veel verschillende meningen, dat we niet wisten waar we moesten beginnen. Dit onderwerp was veel te groot voor ons LPO. Daarom gingen we op zoek naar iets dat wel aansloot bij onze interesses, maar iets minder groot was.

Het kostte niet veel tijd om tot een ander onderwerp te komen; het werd Kolb met zijn leerstijlen en leercyclus. Helaas waren er wat weken verloren gegaan, dus moesten we snel aan de slag met het zoeken van literatuur en het schrijven van de onderzoeksopzet. We begonnen nu met de literatuur, omdat de ervaring ons had geleerd dat het belangrijk is om eerst te kijken of de literatuur geschikt is, voordat er aan het schrijven van een onderzoekplan wordt begonnen. Gelukkig was dit onderwerp wat minder groot en konden we met de literatuur aan de slag.

Het onderzoeksplan was redelijk snel gemaakt. Alleen het formuleren van de hoofdvraag was lastig. Alles wat erin staat moet meetbaar zijn, dus als je het hebt over ‘kunnen’, dan moet je ook weten hoe je dat ‘kunnen’ gaat meten. Uiteindelijk kwamen we uit bij een kennisvraag die goed te meten was en kregen we een ‘go’.

Voor het theoretisch kader begonnen we eerst samen met het zoeken naar geschikte literatuur. In eerste instantie schreven we allebei in alle deelvragen, maar uiteindelijk bleek dit lastig te zijn met nakijken. Het moest wel duidelijk zijn wie wat geschreven had. Op dat moment hebben we de deelvragen verdeeld en gingen we met onze eigen deelvragen aan de slag. Tijdens het proces bleven we elkaar van feedback voorzien, wat het schrijven heel prettig maakte. Door deze samenwerking ging het schrijven vlotter dan wanneer je zou moeten wachten of de feedback van iemand anders. Uiteindelijk waren we ruim op tijd klaar met het theoretisch kader en konden we aan de slag gaan met de onderzoeksopzet. Op dit moment werden het ook meer twee aparte onderzoeken. Sanne ging aan de slag met het mbo en ik met het vwo. We bleven elkaar wel van feedback voorzien en ontwikkelden ook samen de enquêtes. Op het niveauverschil na onderzochten we namelijk nog steeds hetzelfde.

Omdat we een helder theoretisch kader hadden, was het niet moeilijk om een onderzoeksopzet te maken. We wisten redelijk snel wat we wilden meten en hoe we dat gingen doen. De enquêtes die we uit onze literatuur haalden, moesten wat worden aangepast, maar dat ging door de samenwerking en de feedback van de mentor erg goed. Binnen een paar weken was de opzet af en kon het in de praktijk worden uitgevoerd.

Toen alle data verzameld was, kwam het onderdeel dat ik als het meest lastige heb ervaren; het beschrijven van de resultaten. Omdat er veel conclusies konden worden getrokken

uit de vergelijking van de verschillende stellingen, moesten deze resultaten ook uitgebreid worden beschreven. Door al het rekenen met de cijfertjes zag ik soms door de bomen het bos niet meer en moest ik echt even afstand nemen. Die afstand zorgde er dan voor dat alles wat duidelijker werd. Uiteindelijk denk ik dat ik alles heb beschreven wat ik uit de data wilde halen. Het schrijven van de conclusie ging dan ook een stuk soepeler. Ik had een goede basis gelegd in het theoretisch kader en in de resultaten om het laatste gedeelte goed op te kunnen bouwen.

Uiteindelijk vond ik het schrijven van het LPO veel minder stressvol dan ik van te voren had gedacht. Om je heen hoor je namelijk altijd dat dit het moeilijkste is van je opleiding. Ik denk dat zeker de samenwerking met Sanne ervoor gezorgd heeft dat ik dit niet zo heb ervaren. Ik vond het erg leuk en interessant om te doen. Door de samenwerking had ik er ook veel plezier in.