• No results found

“Ik denk dat het aantal kinderen hetzelfde is gebleven maar dat een

leerkracht eerder constateert dat er iets aan de hand is waar het kind niks aan kan doen. Vroeger werd er gezegd: oh dat is een vervelend kind, een druk kind. Nu hebben we zoiets van: hier klopt iets niet, laten we gaan zoeken naar een oplossing.”

(…) “Ik ben niet zo voor medicatie. Ik snap wel dat een enkele leerling er wel heel veel baat bij kan hebben, maar bij sommige leerkrachten gaat het wel heel snel en die realiseren zich niet hoe heftig het is. Ik snap wel dat het voor hen makkelijker is, maar of je daar het kind mee helpt? De gevolgen zijn ook niet bekend.”


Bijlage 3 : interview met Nelleke Mylius, orthopedagoog en interne zorgcoördinator op

74

scholengemeenschap CVO ’t Gooi

Bijlage 4: interview met Jessica Gantzert, intern begeleider op de Montessorischool-Centrum in

75

Hilversum

5 Wat is de invloed van de farmaceutische industrie op de beeldvorming en het gebruik van Ritalin?

Hoe meer mensen worden gediagnostiseerd met ADHD, hoe meer Ritalin er wordt voorgeschreven. We zoeken één van de oorzaken van de groei van het gebruik van Ritalin in de bekendheid van ADHD. Die bekendheid kan worden veroorzaakt door invloed van de farmaceutische industrie. In deze deelvraag bespreken we per onderwerp eerst de algemene invloeden van de

farmaceutische industrie, en dan gaan we dieper in op de voorbeelden bij de bekendheid en beeldvorming Ritalin.

Er zijn twee manieren voor de farmaceutische industrie om de verkoop van Ritalin te bevorderen:

1. Reclame maken

2. Onderzoekers ‘steunen’

5.1 Reclame

Farmaceutische bedrijven zijn commercieel, ze moeten genoeg winst maken op de medicijnen die ze produceren. In deze paragraaf beschrijven we wat de farmaceutische industrie kan doen om bekendheid te genereren voor een medicijn en we beschrijven een aantal voorbeelden van wat farmaceutische bedrijven hebben gedaan om bekendheid te genereren voor Ritalin. Dat doen we achtereenvolgens op het gebied van artsen en patiënten.

In Nederland is het verboden om reclame te maken bij het publiek voor een medicijn dat alleen verkrijgbaar is op recept. Het is wel toegestaan om reclame te maken voor die medicijnen bij de beroepsbeoefenaars: artsen, tandartsen, verloskundigen, apothekers en apothekersassistenten. Onder reclame verstaan we advertenties, maar ook cadeaus, reizen en financiële sponsoring voor congressen. 76

In de Verenigde Staten wordt ieder jaar 60 miljard dollar uitgegeven aan marketing van medicijnen. Een kwart van het geld dat bij die farmaceutische bedrijven wordt verdiend aan de verkoop van hun medicijnen geven ze uit aan marketing, en doorgaans zijn de uitgaven voor promotie van medicijnen twee keer zo hoog als de uitgaven aan onderzoek naar nieuwe medicijnen en productontwikkeling. 77 78

Inspectie voor de gezondheidszorg. (z.d.). Reclame toezicht: Vormen van geneesmiddelenreclame.

76

Geraadpleegd op 29 november 2015, van

http://www.igz.nl/onderwerpen/geneesmiddelen/reclametoezicht/

vormen_van_geneesmiddelenreclame/

Gagnon M. A., Lechin J., ‘The Cost of Pushing Pills: A New Estimate of Pharmaceutical Promotion

77

Expenditures in the United States’. PL OS Med. 3 jan. 2008; 5(1)

Gagnon, M. A. en J. Lexchin (2008) The Cost of Pushing Pills: A New Estimate of Pharmaceutical

78

Promotion Expenditures in the United States.

5.1.1 Reclame gericht op artsen

Om Ritalin zo bekend mogelijk te maken ligt de focus op het maken van reclame gericht op artsen, die een centrale positie hebben in het gebruik van een medicijn omdat zij de medicatie voorschrijven. Een aantal voorbeelden:

• Farmaceutische bedrijven kunnen reclame plaatsen in medische tijdschriften waarbij het medicijn gepromoot wordt.

• Farmaceutische bedrijven kunnen vertegenwoordigers op pad sturen om persoonlijk aan artsen te vertellen hoe goed het medicijn werkt.

• Farmaceutische bedrijven kunnen zorgen voor nascholing voor artsen. Ze financieren cursussen, leermaterialen, en congressen. De deskundigen die de voorkeur geven aan het medicijn van de fabrikant worden uitgenodigd en betaald om te komen praten over dat medicijn.

• Farmaceutische bedrijven kunnen commerciële tekstschrijvers inhuren om wetenschappelijke artikelen te publiceren die in het voordeel werken van deze bedrijven. Vanwege een mooie toevoeging op het cv zetten sommige deskundigen, na een vraag van dat farmaceutische bedrijf, hun naam onder het artikel.

• Farmaceutische bedrijven kunnen geld geven aan patiëntenverenigingen die in voordeel van het bedrijf opereren. 79

In 2014 is er door farmaceutische bedrijven in totaal 38 miljoen euro betaald aan Nederlandse zorgverleners. Er is in totaal aan 1750 zorgverleners geld betaald voor verschillende diensten, waaronder vooral

medisch-wetenschappelijke onderzoeken. Onder deze zorgverleners was er één die 80.000 euro verdiende door mee te werken aan een onderzoek, en één zorginstelling ontving 1.500.000 voor diverse diensten. 80

5.1.2 Reclame gericht op ADHD netwerk

Het ADHD Netwerk organiseert drie keer per jaar een congres voor zijn leden.

Professionelen van de GGZ en voorzitters van patiëntenverenigingen kunnen zich aanmelden als lid. Verslaggever Anneke Stoffelen van de Volkskrant was een keer op zo’n meeting en schreef daarover het volgende:

“In een kraampje van farmaceut Lilly ligt het boekje A-Teens, 'magazine voor jongeren met ADHD'. In de neutraal opgemaakte folder legt kinderarts Rob Pereira uit dat er bij ADHD 'iets niet goed werkt' in je hoofd. Alleen in een klein hoekje op de achterkant staat het logo van Lilly, de fabrikant van ADHD-medicijn Strattera.

(…)

Een kraam verderop heeft farmaceut Shire in een waaier glossy stripboekjes uitgestald, getiteld Wat is er met Shira - Medikidz vertellen over ADHD. In 32 felgekleurde pagina's leert Shira dat de 'postbodes' in de hersenen in staking zijn bij iemand met ADHD. Gelukkig is er medicatie om daar iets aan te doen. De marketeer van Shire maant om de stripboekjes vooral mee te nemen. 'En als u er nog meer nodig heeft, kunt u altijd even uw adres achterlaten. Dan sturen we een doosje op.'

Goldacre B. (2012) Foute farma, Breda: De Geus

79

Berkhout, K. (2015, 15 april) Artsen klusten voor 38 miljoen euro bij. Het NRC Handelblad

80

Het lijken taferelen voor op een verkoopbeurs en we zijn weliswaar in een bijgebouw van de Jaarbeurs Utrecht, maar dit is een bijeenkomst van het ADHD Netwerk.”

(…)

“Om nieuwe kennis te verspreiden, is er drie keer per jaar een meeting waar wetenschappers en andere betrokkenen een praatje houden. De zaalhuur is gefinancierd door vier farmaceutische bedrijven: Janssen-Cilag, Shire, Lilly en EuroCept.”

Dit laat zien dat een van de grootste bijeenkomsten in Nederland die gaan over ADHD, en daarmee de gezondheid van kinderen maar ook volwassenen, onlosmakelijk is verbonden met de farmaceutische industrie. Dit betekent dat de 700 leden: artsen, wetenschappers en voorzitters van

patiëntenverenigingen, regelmatig in aanraking komen met de invloeden van de farmaceutische industrie. Een industrie waarvoor de verkoop van de medicijnen voor ADHD een lucratief is. De vraag is dan of deze sponsoring samen gaat met het onafhankelijk uitoefenen van het beroep door deze artsen, wetenschappers en voorzitters van patiëntenverenigingen. Hieronder weer een citaat uit het artikel van Anneke Stoffelen:

“Toch prijst het ADHD Netwerk zichzelf als onafhankelijke stichting aan. Dat de aanwezigen happen van eveneens gesponsorde broodjes kip doet daar volgens Pereira niets aan af. 'Wij als bestuur bepalen zelf welke sprekers we uitnodigen. Vanavond is er bijvoorbeeld geen enkele bijdrage die over medicatie gaat.’” 81

5.1.3 Reclame gericht op patiënten

Eerst volgen er twee onderzoeken die de reclamestrategie voor consumenten verklaren.

Uit een onderzoek uit 2005 is gebleken dat wat patiënten tegen hun artsen zeggen en wat zij vragen aan medicatie een significant effect heeft op wat uiteindelijk door de arts wordt voorgeschreven. Uit een ander onderzoek, 82 ook uit 2005, is gebleken dat in de VS, waar rechtstreekse reclame aan de consument voor medicijnen toegestaan is, meer patiënten geloofden dat zij medicatie nodig hadden dan in Canada, waar die reclame verboden is. Deze twee onderzoeken laten zien dat het voor farmaceutische bedrijven zin heeft om ook reclame te maken bij de consument.

De inspectie gezondheidszorg heeft in 2014 800.000 euro aan boetes

uitgedeeld aan farmaceutische bedrijven, voor onterechte reclame. Dit weegt echter niet op tegen het geld dat de farmaceutische industrie verdiend heeft dankzij die reclame. Vervolgens krijgen farmaceutische bedrijven in 2015 voor 836.123 euro aan boetes, wederom voor onterechte reclame. 83

Anneke Stoffelen. (2012, 7 juli). Adhd, een droomdiagnose voor de farmaceutische industrie.

81

Gilbody S., Wilson P., Watt I., ‘Benefits and harms of direct to consumer advertising: a systematic

82

overview’. Quality and Safety in Health Care 2005; 14(4): 246-50

Remie,M (2015, 19 november). Recordbedrag boetes voor farmaceuten. Het NRC Handelsblad.

83

5.1.4 Reclame gericht op ADHD-medicatie Surfsleutel.nl

Op de site surfsleutel.nl stond een quiz van het farmaceutische bedrijf Strattera waarin kinderen vragen konden invullen over zichzelf. De uitkomst van deze quiz was altijd dat het kind misschien ADHD heeft en naar een dokter moet. Na Kamervragen is deze quiz van het internet afgehaald. 84

Oudervereniging Balans

In 2005 kwam oudervereniging Balans in het nieuws omdat de vereniging 60.000 euro ontvangen had om reclame te maken voor het ADHD-middel van farmaceut Janssen. Daarnaast ontving de oudervereniging 140.000 euro van farmaceut Lilly voor de bouw van de website.

5.2 De invloed van de farmaceutische industrie op de uitkomsten van onderzoeken

Artsen kunnen zich om een goed beeld te krijgen van de werking en de bijwerkingen van een medicijn, baseren op onderzoeken die worden gedaan.

Deze studies worden vaak gesponsord door de farmaceutische industrie.

Hieronder zullen we ingaan op de onafhankelijkheid van deze onderzoeken.

In 2003 zijn er twee studies gepubliceerd die de vraag stelden over in hoeverre financiering door de farmaceutische industrie in verband staat met de

resultaten die voor die industrie gunstig zijn. Bij beide onderzoeken werd 85 ontdekt dat de door de industrie gefinancierde tests over het geheel genomen vier keer zo vaak positieve resultaten hadden. In 2008 is er nog een 86

systematisch overzicht gepubliceerd, waarin weer duidelijk wordt dat sponsoring door de farmaceutische industrie sterk verbonden is met goede resultaten voor die farmaceutische industrie. Er zijn hier 20 artikelen onderzocht die in de voorgaande vier jaren zijn gepubliceerd. Achttien van deze 20 artikelen wijzen er nog eens op dat gesponsorde onderzoeken meer kans hebben op een voor de farmaceutische industrie gunstige uitkomst. 87 88

5.2.1 Invloed van de farmaceutische industrie op onderzoeken