het plangebied
(1900-1990)
Bijlage 9 - Veranderingen in het plangebied (Olgarsson, 2009)
Toelichting
Grijs: gebouwen gerealiseerd voor 1950
Roze: gebouwen gerealiseerd tussen 1950 en 1960 Rood: gebouwen gerealiseerd tussen 1960 en 1970 Oranje: gebouwen gerealiseerd tussen 1970 en 1980 Turquoise: gebouwen gerealiseerd tussen 1980 en 1990
Bijlage 12 - Vragenlijsten vervlechtingsladders
Procedurele vervlechtingInitiatieffase
- Ligt het initiatief van het plan bij publieke of private partijen?
- Indien bij publiek: In welk stadium worden private partijen betrokken? - Worden ze betrokken voor de formele procedures of pas daarna? - Wat was de drijfveer van de private actor(en) om deel te nemen aan het project?
- Was in dit eerste initiatief al sprake van een combinatie van gebiedsontwikkeling en infrastructuur? - Zo nee, wanneer was dit op de ontwikkelagenda gekomen en wat was hier dan de aanleiding voor?
- Welke partij heeft een dominerende rol tijdens de initiatieffase? - Wie neemt de regierol op zich tijdens de initiatieffase?
- Is dit een publieke of een private partij of een combinatie van beide (bijv. een stuurgroep)? - Hoeveel en welke actoren zijn betrokken bij het besluitvormingsproces?
- In hoeverre wordt vervlechting in de ambities en/of doelen genoemd?
Planontwikkeling
- Is er één partij verantwoordelijk voor zowel de gebieds- als de infrastructurele ontwikkelingen? - Zijn de infrastructurele- en de gebiedsontwikkelingen in één plan opgenomen?
- Welke partij heeft een dominerende rol tijdens de planontwikkeling? - Wie neemt de regierol op zich tijdens de planontwikkeling?
- Is dit een publieke of een private partij of een combinatie van beide (bijv. een stuurgroep)? - Ligt de uitvoerende en ontwikkelende rol bij één partij?
- Wordt er extra aandacht besteed aan de beheersing van het proces door bijvoorbeeld een procesmanager?
- In hoeverre worden rapporten opgesteld door private organen? - In hoeverre wordt er rekening gehouden met deze rapporten?
- Hoelang heeft de planontwikkelingsfase voor infrastructuur en/of gebiedsontwikkeling geduurd? - Loopt de planontwikkeling van beide ontwikkelingen parallel?
- Lopen de procedures van beide ontwikkelingen parallel?
Realisatiefase
- Welke partij is verantwoordelijk voor de realisatie? - In welke mate is fasering toegepast?
- Hoelang heeft de realisatiefase voor infrastructuur en/of gebiedsontwikkeling geduurd? - Loopt de realisatie van beide ontwikkelingen parallel?
- Loopt de realisatie, planontwikkeling en het initiatief parallel? - Welke samenwerkingsvorm is gehanteerd?
- In welk stadium van het project is deze samenwerkingsvorm gekozen?
- Welke overwegingen hebben tot de keuze van het betreffende samenwerkingsmodel geleid? - Worden er stimulansen gebruikt om een PPS-constructie aan te moedigen?
- In hoeverre verhouden de beide sectoren zich in de procesgang tot elkaar wat betreft de totale ontwikkeling?
- In welke vorm en met welke juridische binding wordt de ontwikkeling vastgelegd (soort plan)?
Ruimtelijke vervlechting
- In hoeverre wordt er rekening gehouden met alle functies in een gebied waar de ontwikkeling plaatsvindt, of wordt er alleen gekeken naar één doel (infrastructuur bijv.)?
- Als er gekeken wordt naar één doel: op welke manier wordt dit dan afgestemd? - In hoeverre zijn de twee ontwikkelingen van elkaar afhankelijk?
- In hoeverre zijn actoren van elkaar afhankelijk wat betreft de twee ontwikkelingen?
- Wordt de noodzaak van beide ontwikkelingen even hoog geacht, of wordt er een prioriteit gesteld aan één type functie/ontwikkeling?
- Wordt er een type ontwikkeling belangrijker geacht?
- In hoeverre worden beide ontwikkelingen in één plan met elkaar vervlochten?
- In hoeverre worden beide ontwikkelingen fysiek met elkaar vervlochten (bijvoorbeeld door middel van architectuur)?
- In hoeverre worden verschillende vormen van ruimtegebruik op hetzelfde stuk grond gerealiseerd (verticale vervlechting)?
- Hoeveel verschillende functies zijn aanwezig binnen het plangebied? - Worden verschillende functies duidelijk gecombineerd?
- Worden de voordelen van een bepaalde vorm van ruimtegebruik benut om de aantrekkelijkheid/kwaliteiten van een ander ruimtegebruik te verhogen (bijvoorbeeld realiseren van kantoren en winkels naast een station)?
- Wordt een bepaalde vorm van ruimtegebruik (niet zijnde ‘restruimte’) benut om de nadelen van een andere vorm van ruimtegebruik op te vangen (bijvoorbeeld geluidswalwoningen, opslagruimte langs spoor)?
- Wordt de esthetische belevingswaarde vergroot door ruimtelijke vervlechting? - Staat het project bekend als één geheel in plaats van ‘alleen als woonwijk’? - Heeft het project het imago van een vervlochten gebied?
- In hoeverre wordt het afgestemd met de bestaande stedelijke omgeving (bovenplans)? - Worden verschillende mobiliteitsmodaliteiten opgenomen in één plan?
- In hoeverre wordt er rekening gehouden met alle functies in een gebied waar de ontwikkeling plaatsvindt, of wordt er alleen gekeken naar één doel ( bijvoorbeeld infrastructuur)?
- Als er gekeken wordt naar één doel: op welke manier wordt dit dan afgestemd?
Financiële vervlechting
- Is de financiering van projecten een verantwoordelijkheid van publieke partijen, private partijen of een combinatie van beide?
- Publieke partijen: is er één ‘overheidslaag’ verantwoordelijk of meerdere? - Indien één laag, welk bestuursorgaan?
- Welke rol vervullen de overige overheidsinstituties? - Waar is dit op gebaseerd?
- Hoeveel partijen nemen de financiële risico’s van een project op zich?
- Liggen de financiële risico’s bij publieke partijen, private partijen en een combinatie van beide? - Hoe worden de kosten verdeeld?
- Hoe worden de opbrengsten verdeeld?
- Hebben partijen verplichting met betrekking tot onrendabele functies (bijvoorbeeld het verplicht opnemen van een percentage sociale woningbouw)?
- Zo nee, is het standaard dat er een vrijwillige overeenkomst wordt gesloten? - Zo ja, hoe ver gaan deze verplichtingen?
- Zo ja, hoe gedetailleerd is het kostenverhaal vastgelegd? - Waarop is dit gebaseerd (juridisch, politiek, contractueel)?
- Hoe groot is procentueel gezien de bijdrage van de verschillende partijen?
- Hoe betrouwbaar zijn de beloftes die gemaakt worden met betrekking tot financiering van (private) partijen?
- Zij deze beloftes contractueel vastgelegd? - Hoe wordt de winst van het project verdeeld?
- In hoeverre is men bewust van de positieve externe effecten van vervlechting met betrekking tot Financiering?
- Zo nee: Hoe worden onrendabele delen van het project (lees: infrastructuur) dan gefinancierd?
- Is er sprake van value-capturing?
- Zo ja: Welke middelen worden gebruikt om de value-capturing te realiseren (bijvoorbeeld belasting)?
- Worden de verschillende functies in een gebied in één begroting opgenomen?