• No results found

het wethouderssocialisme van Floor Wibaut 1914–2014

In document Ideologie Redactioneel (pagina 44-48)

Honderd jaar geleden werd Floor Wibaut wethouder in

Amster-dam; een geschiedenis om trots op te zijn. Maar het

wethouders-socialisme ligt aan diggelen. In Amsterdam kwam nog geen 49 %

van de stemgerechtigden opdagen en werd niet de PvdA maar

D66 de grootste partij.

JACOB P. KNIPSCHEER

Adviseur van lokale overheden

‘Job Cohen kondigt vertrek aan als oud-partij-leider PvdA’, zo luidde de kop in een landelijke ochtendkrant eind maart 2014. Wat de krant niet vermeldde is dat ook tal van lokale oud-partijleiders de pijp aan Maarten hebben ge-geven: Walter Etty, Hans Simons, Lodewijk As-scher, Peter van Heemst, Peter Noordanus — zij allen bedankten als lokaal oud-partijleider vanuit hun gevoel medeverantwoordelijk te zijn voor de zware nederlaag van de sociaal-democraten bij de gemeenteraadsverkiezin-gen van 19 maart 2014. Die informatie is wel te vinden in een voorlopige versie van een ui-terst vertrouwelijk rapport dat in opdracht van het bestuur van de PvdA is opgesteld en waarvan een kopie in het bezit van dit maand-blad is.

Inderdaad, het is weer zover. Bij de grote drie nederlagen van de PvdA in de afgelopen twaalf jaar — de landelijke verkiezingen van 2002 en 2006 en de Europese verkiezingen van 2009 — werden commissies ingesteld onder

leiding van ervaren politici die tekenden voor buitengewoon kritische rapporten. Margreeth de Boer met De kaasstolp aan diggelen (2002), Ruud Vreeman met De scherven opgeveegd (2006) en Sharon Dijksma met een titelloze brief aan de leden van de PvdA (2009). Het zijn pleisters voor politieke wonden met weinig geneeskundige kracht. Waarom? Niet omdat de analyses ernstig tekortschieten of omdat er geen verstandige aanbevelingen worden ge-daan. Maar omdat de PvdA uiteindelijk niet bereid is de consequenties uit de gemaakte analyses te trekken. Zoals de politicoloog Phi-lip van Praag in 2007 al schreef: ‘Het lerend vermogen van de partij, die al sinds 1994 bezig is haar campagnes te professionaliseren, is bedroevend laag.’ De partijleiding houdt niet van achteromkijken, en heeft liever als motto: ‘We moeten ons niet in de put laten praten.’

En nu dan toch maar weer opnieuw een commissie. In de luwte van de nucleaire top en het bezoek van Barack Obama aan

Neder-47 47 47

land stelde het partijbestuur ongemerkt een commissie in met de opdracht de oorzaken van het dramatisch verlies bij de gemeente-raadsverkiezingen te analyseren en met aan-bevelingen voor verbetering te komen. Hans Spekman reisde persoonlijk naar Barcelona om Peter Rehwinkel — ervaringsdeskundige en expert op het gebied van lokale rampen — te vragen de commissie voor te zitten. De voorlopige rapportage lijkt een antwoord op de oproep van voormalig wethouder en Eer-ste Kamerlid Adri DuiveEer-steijn, die met klem heeft gevraagd om een fundamentele bezin-ning op het verkiezingsresultaat. Het partij-bestuur heeft met zeer gemengde gevoelens van het concept kennis genomen. Sommigen spraken van een ‘briljante analyse’, anderen van ‘een prul, de sociaal-democratie onwaar-dig’. Voorzitter Spekman acht het concept niet rijp voor publicatie; mogelijk komen de bevindingen van de commissie helemaal niet naar buiten.

Dat zou jammer zijn. Daarom maakt S&D de belangrijkste resultaten bekend van het rapport van de commissie, dat de werktitel draagt Na de locale dreun, om als aanzet voor de discussie in een breder partijverband te dienen. Daarbij maak ik gebruik van de con-clusies, die als stellingen zijn geformuleerd. De commissie baseerde zich op onderzoeks-resultaten van enkele gespecialiseerde onder-zoeksbureaus en electorale onderzoekers, alsmede op interviews met een beperkt aantal lokale hoofdrolspelers en experts. Wat ging er mis en wat moet er gedaan worden?

1. De landelijke politiek

Net als in Frankrijk bij de gemeenteraads-verkiezingen van 23 maart hebben de sociaal-democraten in Nederland de wrange vruchten geplukt van een impopulaire regering waar-van zij deel uitmaken. De gemakkelijke over-gave aan een coalitie met de VVD, de onbevre-digende formatie, de ongelukkige keuze bij enkele belangrijke kabinetsposten, de rol van

Samsom als verkrampte waakhond van het kabinetsbeleid in plaats van zelfstandig stra-teeg in de Tweede Kamer, een onvoldoende overtuigende Tweede Kamerfractie en een kabinetsbeleid dat — vergelijkbaar met dat van de Franse socialisten — maar weinig bij-draagt aan de weg uit de economische crisis hebben hun uitstraling op de PvdA niet ge-mist.

Het woonakkoord, van groot lokaal belang, is voor de eigen achterban moeilijk uit te leg-gen. In het bijzonder wordt de gecombineerde operatie van massieve bezuiniging, bestuur-lijke hervorming en decentralisatie van be-langrijke onderdelen van de verzorgingsstaat in dit tempo als onverantwoord gezien. De lokale democratie dreigt eronder te bezwij-ken. De kwaliteit van voorzieningen kan on-voldoende worden gegarandeerd, veel wordt bovendien afgewenteld op de individuele bur-ger. De participatiesamenleving wordt niet gevoeld als onderdeel van het sociaal-demo-cratisch programma maar als een door bezui-nigingsdrift en liberale ideologie opgedron-gen koerswijziging. De PvdA wordt vooral gezien als vertegenwoordiger van maatrege-len, niet van mensen. Op haar kernwaarden wordt zij onvoldoende vertrouwd.

2. De overschatting van de campagne De landelijke verkiezingscampagne van 2012 gecombineerd met het relatieve succes van de vroegtijdige verkiezingen eind 2013 in Leeu-warden hebben de illusie gewekt dat slechte peilingen en een ongunstige beoordeling van de PvdA altijd kunnen worden omgebogen in goede verkiezingsresultaten door middel van massieve, uitgekiende en professioneel ge-leide campagnes. De gemeenteraadsverkie-zingen van 2014 hebben laten zien dat on-danks de enorme inzet van vrijwilligers en rozen, en ondanks een ongekend aantal face-to-face-contacten de campagneleiding de stemming onder de kiezers niet goed heeft aangevoeld.

Jacob P. Knipscheer In memoriam: het wethouderssocialisme van Floor Wibaut 1914–2014

48 48 48

De intuïtie liet Diederik Samsom — zoals Wouter Bos in 2006 — kennelijk in de steek. De nationalisering van de campagne bleek voorts geen succes. De grote winnaar is het anti-sys-teemsentiment geworden. Lokale partijen deden het opnieuw beter.

3. De lokale component

Het is een misverstand te denken dat alleen de impopulariteit van de landelijke politiek een schaduw over deze verkiezingen heeft gewor-pen. Ook op lokaal niveau schoot de PvdA te-kort. In belangrijke steden kwam zij met wei-nig overtuigende lijsttrekkers, die in sommige gevallen minder stemmen behaalden dan de nummers twee. Er waren de affaires, van Amersfoort tot Rotterdam. Er waren de inter-ne conflicten, zoals in Groningen.

Vaak was onvoldoende helder wat de pro-grammatische inzet van de PvdA was. Wat stond er op het spel? Onduidelijk was met wel-ke boodschap de partij de kiezers wilde mobi-liseren. In een aantal gevallen was de inzet weinig overtuigend en eerder negatief, zoals in Amsterdam (‘tegen de tweedeling’), dan kapitaliserend op wat bereikt is. De betekenis van deze verkiezingen voor de toekomst van de steden en plattelandsgemeenten, inclusief de grote decentralisatie die op stapel staat, kwam niet uit de verf.

4. Onvoldoende geïnvesteerd in het wethouderssocialisme

Het gebrekkige lokale profiel is mede veroor-zaakt door onvoldoende investering in een sociaal-democratisch perspectief op de ge-meentepolitiek. De gemeente is altijd een be-langrijk ankerpunt en voorpost van sociaal-democratische politiek geweest. Economische en maatschappelijke ontwikkelingen doen enerzijds de betekenis van de grote steden toenemen, dreigen anderzijds bepaalde lande-lijke gebieden op achterstand te zetten. In de afgelopen periode heeft de PvdA echter noch

in programmatische noch in personele zin voldoende gewicht aan het gemeentelijk be-lang gehecht. Zij dreigt het contact met de traditie van het wethouderssocialisme te ver-liezen.

5. Opnieuw: de spagaat

In de studie van de WBS over de verkiezingen van 2006, Verloren slag, wordt gewezen op de electorale spagaat waarin de PvdA is terechtge-komen. De raadsverkiezingen van 2014 bevesti-gen deze analyse. Er is een krachtenveld ont-staan van enerzijds hoger opgeleide kiezers die de toekomst met optimisme tegemoetzien en zich sterk oriënteren op de nieuwe Europese en mondiale werkelijkheid, en anderzijds lager opgeleide kiezers die zich vooral zorgen maken over hun toekomst en die van hun kinderen, en zich meer oriënteren op een nabije wereld.

Binnen centrum-links manifesteert zich deze scheidslijn ook. De PvdA bevindt zich precies op de breuklijn en dreigt vermalen te worden in dit krachtenveld. Inmiddels zijn ook de kiezers met een migrantenachter-grond in de grote steden sterk verdeeld ge-raakt. In Amsterdam koos een aanzienlijk klei-ner deel dan in 2010 nog voor de PvdA. Voor een groot aantal steden is de ontploffings-theorie van D66 nu werkelijkheid geworden, alleen op een andere manier dan de democra-ten voor ogen stond: zij hebben het oude stel-sel opgeblazen door zelf de grootste te wor-den.

6. De betekenis van het verlies De impact van het verlies bij de gemeente-raadsverkiezingen moet niet onderschat wor-den. Wat het positieve of negatieve effect is voor de steden en plattelandsgemeenten waar de positie van de PvdA sterk is afgekalfd zal de komende periode zichtbaar worden. Maar voor de sociaal-democratie betekent het ver-lies in haar klassieke bolwerken, de grote ste-den en het rode noorste-den, een aanzienlijke Jacob P. Knipscheer In memoriam: het wethouderssocialisme van Floor Wibaut 1914–2014

49 49 49

aantasting van haar maatschappelijke worte-ling en machtsbasis.

De uitslag in Amsterdam is wat dat betreft zeer verontrustend. De enorme versnippering van het politieke landschap maakt bovendien het besturen van de gemeente, juist in een tijd waarin enorm veel nieuwe taken op haar afko-men, alleen maar moeilijker. Het hoge aandeel thuisblijvers zet voorts de democratische legi-timiteit van de gemeentepolitiek onder druk op een moment dat de positie van de gemeen-teraad vanuit velerlei kant als bijzonder zwak wordt gekenschetst.

7. Wat te doen?

Volhardend volhouden in het beleid van de huidige coalitie en hopen ‘op het wijken van de crisis’ voldoen niet als antwoord op dit ver-kiezingsresultaat. De partij zou er goed aan doen de programmatische koers en politieke rolverdeling op nationaal (en Europees) ni-veau op langere termijn te heroverwegen. Maar de uitslag van de

gemeenteraadsverkie-zingen vragen ook om een nieuw perspectief van sociaal-democratische gemeentepolitiek: een ‘wethouderssocialisme 2.0’. Daarbij gaat het om de plaats van de gemeentepolitiek, een actueel sociaal-democratisch program, een sterke personele bezetting, mogelijke samen-werking van progressieve partijen en vooral: een versterking van het democratisch gehalte van de gemeente, inclusief een duidelijke op-vatting over de rol van politici en burger, ge-meenteraad en regio.

Tot zover de conclusies uit de voorlopige versie van Na de locale dreun. Dit jaar is het honderd jaar geleden dat Floor Wibaut wethouder werd in Amsterdam. Voor de hoofdstad alle reden voor een feestje, zeker nu net een nieuwe, mooie biografie over de ‘machtige’ is versche-nen van de hand van Herman de Liagre Böhl. Voor de PvdA is het ook een moment van kriti-sche bezinning. Luidt 2014 het einde van het wethouderssocialisme in de hoofdstad — en elders — in of hervindt de sociaal-democratie het elan van haar gemeentepolitieke traditie? Jacob P. Knipscheer In memoriam: het wethouderssocialisme van Floor Wibaut 1914–2014

50 50 50

Hoe de PvdA Den Haag verloor

In document Ideologie Redactioneel (pagina 44-48)