• No results found

Het effect van de samenstelling van de Raad van Commissarissen

4.2 Onderzoekresultaten

4.2.1 Het effect van de samenstelling van de Raad van Commissarissen

In onderstaande tabel worden de uitkomsten van het effect van de samenstelling van de Raad van Commissarissen op de liquiditeit weergegeven. Elk regressiemodel zal afzonderlijk worden besproken.

Tabel 5: Resultaten voor liquiditeit Liquiditeit I II III IV V VI (Constant) -0,529 -0,747 -1,190 -0,955 -1,152 -1,307 (0,623). (0,540). (0,353). (0,383). (0,333). (0,333). Grootte RvC -0,025 0,049 (0,691). (0,524). Nevenfuncties in RvC -0,010 -0,009 (0,336). (0,455). Vrouwen in RvC -0,499 -0,438 (0,108). (0,281). Deskundigheid in RvC -0,386 -0,152 (0,223). (0,713). Liquiditeit 1,061 1,078 1,066 1,064 1,094 1,047 (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** Ln(Omzet) 0,044 0,063 0,090 0,093 0,095 0,111 (0,456). (0,410). (0,237). (0,157). (0,188). (0,191). Sample-size 54 54 54 54 54 54 F-statistic 26,033 17,128 17,650 18,805 18,035 9,127 P-value (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** R-square 0,500 0,502 0,509 0,525 0,515 0,533 Adjusted R-square 0,481 0,473 0,481 0,497 0,486 0,475

Model I: Het eerste regressiemodel toetst het effect van de controlevariabelen op de financiële performance. Uit tabel 5 blijkt dat model I 48,1% (adj. R2) van de variantie verklaart. De

ANOVA test geeft aan dat dit model geheel significant (F=26,033; p=0,000) is. Betere liquiditeit in 2013 voor het invoeren van de transitie jeugdzorg heeft positieve effect op de financiële performance in 2016. De uitkomsten zijn geheel significant (p=0,000).

De grootte van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

Model II verklaart totaal een variantie van 47,3%. Uit de ANOVA test kan worden opgemaakt dat dit model geheel significant (F=17,128; p=0,000) is. De uitkomsten m.b.t. de grootte van de Raad van Commissarissen zijn niet significant (p=0,691). Dat betekent dar er geen voldoende bewijs is voor een negatieve of een positieve verband tussen de grootte van de Raad van Commissarissen en de liquiditeit. Volgens de uitkomsten van de meervoudige regressie (model VI) waarmee alle variabelen gezamenlijk worden getoetst, is er ook geen significante relatie (p=0,524).

Nevenfuncties van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

De totale variantie die model III verklaart is 48,1%. Uit de ANOVA test blijkt dat dit model geheel significant (F=17,650; p=0,000) is. Omdat de uitkomsten van het model m.b.t. het aantal nevenfuncties niet significant (p=0,336) zijn, kunnen er geen uitspraken over gedaan worden of er een mogelijke verband is tussen het aantal nevenfuncties van de Raad van Commissarissen en financiële performance. De uitkomsten van de meervoudige regressie (model VI) laten ook geen significante verband zien.

Vrouwen in de Raad van Commissarissen en de financiële performance

Model IV verklaart totaal een variantie van 49,7%. Volgens de ANOVA test is dit model geheel significant (F=18,805; p=0,000). Met dit model wordt het effect van de aanwezigheid van vrouwen binnen de Raad van Commissarissen getoetst. De resultaten van het model zijn niet significant waardoor we geen bewijs hebben voor een mogelijke verband tussen de variabelen. De uitkomsten van de meervoudige regressie (model VI) laten ook geen significante verband zien.

Deskundigheid van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

De variantie die model V verklaart is 48,6%. De uitkomsten van de ANOVA test laten zien dat dit model geheel significant (F=18,035; p=0,000) is. Er is duidelijk een negatief verband te zien tussen de deskundigheid van de Raad van Commissarissen en de financiële performance. Echter is deze relatie niet significant. De resultaten van de meervoudige regressie voor wat betreft het

gezamenlijke effect op de financiële performance laten ook geen significante (p=0,713) verband zien.

Model VI verklaart totaal en variantie van 47,5%. De ANOVA test geeft aan dat dit model ook geheel significant (F=9,127; p=0,000) is. Met dit model wordt het gezamenlijk effect van de variabelen op de financiële performance getoetst.

Voor het onderdeel liquiditeit van de financiële performance worden er geen één van de hypothesen ondersteund. De uitkomsten van de regressie analyses laten geen significante relatie zien tussen de samenstelling van de Raad van Commissarissen en de liquiditeit.

4.2.2 Het effect van de samenstelling van de Raad van Commissarissen op de solvabiliteit

In onderstaande tabel worden de uitkomsten van het effect van de samenstelling van de Raad van Commissarissen op de solvabiliteit weergegeven.

Tabel 6 : Resultaten voor solvabiliteit

De totale variantie die de modellen m.b.t. de solvabiliteit verklaren bedraagt bij alle 6 modellen boven de 40%. Volgens de uitkomsten van de ANOVA test zijn alle modellen geheel significant (p=0,000). Model I heeft een positieve significante (p=0,000) relatie met de financiële performance. Hogere solvabiliteit in 2013 leidt tot een betere financiële performance in 2016.

Solvabiliteit I II III IV V VI (Constant) 23,395 52,286 34,86 13,759 59,861 70,531 (0,542). (0,205). (0,450). (0,728). (0,142). (0,085)* Grootte RvC 3,802 4,341 (0,082). (0,070)* Nevenfuncties in RvC 0,180 -0,241 (0,647). (0,535). Vrouwen in RvC -11,280 -49,876 (0,327). (0,000)*** Deskundigheid in RvC 25,195 49,807 (0,029)** (0,001)*** Solvabiliteit 0,998 0,958 1,002 0,984 0,919 0,728 (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** Ln(Omzet) -1,118 -3,905 -1,933 0,009 -4,310 -4,534 (0,603). (0,142). (0,491). (0,997). (0,091)* (0,083)* Sample-size 54 54 54 54 54 54 F-statistic 20,889 15,554 13,786 14,246 16,684 13,273 P-value (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** (0,000)*** R-square 0,445 0,478 0,448 0,456 0,495 0,624 Adjusted R-square 0,424 0,447 0,415 0,424 0,466 0,577

De grootte van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

Volgens de uitkomsten van het model II heeft de grootte van de Raad van Commissarissen een positieve effect (β=3,802) op de financiële performance. Deze relatie is significant op niveau 0,08 en dus niet sterk genoeg. Volgens het meervoudige regressiemodel is er ook positieve verband. Hij is ook significant, p-value is 0,07.

Nevenfuncties van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

De uitkomsten van model III laat geen significante relatie zien. Er is geen voldoende bewijs voor een mogelijke verband tussen het aantal nevenfuncties en de financiële performance, p-value is 0,647. Volgens de uitkomsten van de meervoudige regressie (model VI) waarmee alle variabelen gezamenlijk worden getoetst, is er ook geen significante relatie.

Vrouwen in de Raad van Commissarissen en de financiële performance

In tegenstelling tot de verwachting toont de regressie een negatief verband (β=-11.280) tussen de vrouwen in de Raad van Commissarissen en de financiële performance. Echter zijn de uitkomsten van regressieanalyse niet significant (p=0,327). Ook volgens de resultaten van het meervoudige regressiemodel is er een negatieve verband (β=-49,876) tussen de vrouwen in de Raad van Commissarissen en solvabiliteit. Deze uitkomst is geheel significant (p=0,000).

Deskundigheid van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

Er is een positieve verband tussen de deskundigheid van de Raad van Commissarissen en de financiële performance. Het toevoegen van een commissaris aan de Raad van Commissarissen met de relevante zorgkennis betekent dat de solvabiliteit met 25,20% toeneemt. Dit resultaat is significant met een p-value van 0,029. Hiermee biedt het onderzoek voldoende bewijs voor een relatie tussen de aanwezigheid van deskundigheid en de solvabiliteit. Ook de uitkomsten van de meervoudige regressieanalyse tonen een positieve relatie tussen de deskundigheid van de Raad van Commissarissen en de solvabiliteit. Deze relatie is ook significant (p=0,001). Dus hoe meer commissarissen met een relevante zorgkennis aan de Raad wordt toegevoegd, des te hoger de solvabiliteit is.

4.2.3 Het effect van de samenstelling van de Raad van Commissarissen op het rentabiliteit totaal vermogen In onderstaande tabel worden de uitkomsten van het effect van de samenstelling van de Raad van Commissarissen op het rentabiliteit van het totaal vermogen weergegeven.

Tabel 7: Resultaten voor Rentabiliteit totaal vermogen

Van de bovenstaande modellen zijn alleen het model IV en VI significant (F=3,132; p=0,033 en F=2.517; p=0,034) volgens de uitkomsten van ANOVA. De variantie die deze modellen verklaren ligt boven 10%. Voor de rest van de modellen ligt het onder de 10%.

De grootte van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

Er is een negatief verband te zien tussen de grootte van de Raad van Commissarissen en de rentabiliteit van totaal vermogen. De uitkomsten met betrekking tot de grootte van de Raad van Commissarissen zijn niet significant. Hetzelfde geldt ook voor de resultaten van de meervoudige regressieanalyse (p=0,950).

Nevenfuncties van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

De variantie die het model III verklaart is 6,2% en volgens de uitkomsten van de ANOVA test is dit model niet significant (F=2,18; p=0,102).

De resultaten van het model met betrekking tot het aantal nevenfuncties van de Raad van Commissarissen zijn niet significant (p=0,542) maar de relatie tussen het aantal nevenfuncties en de rentabiliteit van totaal vermogen is positief.

Vrouwen in de Raad van Commissarissen en de financiële performance

De variantie die het model IV verklaart is 10,6%. Uit de ANOVA test kan worden opgemaakt dat dit model significant (F=3,132; p=0,033) is. De vrouwen aanwezigheid in de Raad van Commissarissen laat een negatieve verband zien met de rentabiliteit van totaal vermogen en hij is

Rentabiliteit Totaal Vermogen (RTV)

I II III IV V VI (Constant) 36,521 36,422 41,695 30,836 39,531 46,420 (0,007)*** (0,014)** (0,010)** (0,023)** (0,008)*** (0,004)*** Grootte RvC -0,013 -0,057 (0,986). (0,950). Nevenfuncties in RvC 0,082 0,127 (0,542). (0,389). Vrouwen in RvC -6,582 -13,509 (0,093)* (0,009)*** Deskundigheid in RvC 2,066 9,588 (0,600). (0,058)* RTV 0,012 0,013 0,008 -0,014 0,007 -0,071 (0,905). (0,905). (0,936). (0,892). (0,948). (0,503). Ln(Omzet) -1,808 -1,799 -2,174 -1,155 -2,079 -2,247 (0,016)** (0,057)* (0,025)** (0,158). (0,024)** (0,026)** Sample-size 54 54 54 54 54 54 F-statistic 3,118 2,039 2,18 3,132 2,143 2,517 P-value (0,053)* (0,120). (0,102). (0,033)** (0,106). (0,034)** R-square 0,107 0,107 0,114 0,156 0,112 0,239 Adjusted R-square 0,073 0,055 0,062 0,106 0,060 0,144

significant op niveau 0,09. De uitkomsten van de meervoudige regressieanalyse waarmee alle variabelen gezamenlijk worden getoetst, geeft ook aan dat er een negatieve verband is tussen de vrouwen in de Raad van Commissarissen en de rentabiliteit. Hoe meer vrouwen aan de Raad toegevoegd wordt, des te lager de rentabiliteit is. Deze relatie is ook significant (p=0,009). Deskundigheid van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

De uitkomsten met betrekking tot de deskundigheid van de Raad van Commissarissen zijn niet significant (p=0,600) en maar ze tonen wel een positief verband tussen de deskundigheid van de Raad van Commissarissen en het rentabiliteit totaal vermogen. De meervoudige regressieanalyse geeft ook aan dat er een positieve relatie is tussen de deskundigheid van de Raad en de rentabiliteit (β=9,588). Hij is significant met een p-value net boven de 0,05.

4.2.4 Het effect van de samenstelling van de Raad van Commissarissen op de winstmarge

In onderstaande tabel worden de uitkomsten van het effect van de samenstelling van de Raad van Commissarissen op de winstmarge weergegeven.

Tabel 8: Resultaten voor de winstmarge

Uit het bovenstaande tabel blijkt dat geen één van de modellen significant (p= >0,10) is volgens de uitkomsten van ANOVA test. De variantie die de modellen verklaart, ligt voor alle modellen onder de 5%. Winstmarge I II III IV V VI (Constant) 14,158 15,728 16,184 11,777 15,125 18,049 (0,055)* (0,051)* (0,066)* (0,118). (0,061)* (0,045)** Grootte RvC 0,215 0,341 (0,613). (0,517). Nevenfuncties in RvC 0,032 0,028 (0,664). (0,735). Vrouwen in RvC -2,709 -5,703 (0,211). (0,048)** Deskundigheid in RvC 0,674 3,231 (0,757). (0,257). Winstmarge 0,057 0,045 0,053 0,043 0,053 -0,012 (0,552). (0,651). (0,582). (0,652). (0,584). (0,908). Ln(Omzet) -0,715 -0,872 -0,859 -0,445 -0,803 -0,940 (0,080)* (0,092)* (0,105). (0,330). (0,110). (0,101). Sample-size 54 54 54 54 54 54 F-statistic 1,689 1,196 1,172 1,673 1,138 1,306 P-value (0,195). (0,321). (0,330). (0,184). (0,342). (0,273). R-square 0,061 0,066 0,065 0,090 0,063 0,140 Adjusted R-square 0,025 0,011 0,009 0,036 0,008 0,033

De grootte van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

Zowel uitkomsten van het model II met betrekking tot de grootte van de Raad van Commissarissen als van het model VI waarmee alle variabelen gezamenlijk worden getoetst, zijn niet significant (p=0,613 en p=0,517). De positieve relatie tussen de grootte van de Raad en de winstmarge wordt dus niet ondersteund.

Nevenfuncties van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

De resultaten van de regressieanalyse met betrekking tot het aantal nevenfuncties van de Raad van Commissarissen laten geen significante relatie zien met de winstmarge. Hieruit kan worden gezegd dat er geen ondersteuning is gevonden voor het positieve verband tussen het aantal nevenfuncties en de financiële performance.

Vrouwen in de Raad van Commissarissen en de financiële performance

De uitkomsten van model IV en model VI laat, in tegenstelling tot de verwachting, een negatieve relatie zien tussen de vrouwen in de Raad van Commissarissen en de winstmarge (β=-2,709 en β=-5,703). Deze relatie is volgens het model VI significant (p=0,048).

Deskundigheid van de Raad van Commissarissen en de financiële performance

De resultaten van het model V en model VI zijn niet significant (p=0,757 en p=0,257). Er kan dus worden gezegd dat er geen bewijs is voor een mogelijke verband tussen de deskundigheid van de Raad van Commissarissen en de winstmarge.

In dit onderzoek wordt het financiële performance gemeten aan de hand van een aantal variabelen zoals liquiditeit, solvabiliteit, rentabiliteit van totaal vermogen en winstmarge. Met elk variabel is er afzonderlijk gekeken of er een verband bestaat tussen de samenstelling van de Raad van Commissarissen en de financiële performance. Alle modellen, behalve het model met betrekking tot de winstmarge, zijn significant volgens het ANOVA test. Op basis van de uitkomsten van de analyses worden de hypotheses aangenomen of verworpen.

Hypothese 1 was “Er is een negatief verband tussen de grootte van de Raad van Commissarissen en de performance”. Omdat de uitkomsten van de regressieanalyses (van alle variabelen) niet significant zijn, is er geen voldoende bewijs dat er een negatief verband bestaat tussen de samenstelling van de Raad van Commissarissen en de financiële performance. Hypothese 1 kan op basis van bovenstaande resultaten worden verworpen.

Hypothese 2 was Er is een negatief verband tussen het aantal nevenfuncties van commissarissen en de performance. De resultaten van de regressieanalyses (inclusief de meervoudige regressie) met

betrekking tot het aantal nevenfuncties van de Raad van Commissarissen laten geen significante relatie zien. Op basis van de resultaten van dit onderzoek kunnen er geen uitspraken worden gedaan over hypothese 2.

Hypothese 3 was Er is een positief verband tussen de aanwezigheid van vrouwen binnen de Raad van Commissarissen en de performance. In tegenstelling tot de verwachting is er volgens de resultaten van de meervoudige regressie waarmee alle variabelen gezamenlijk worden getoetst voor wat betreft het gezamenlijke effect op de financiële performance een negatieve relatie tussen de aanwezigheid van vrouwen binnen de Raad van Commissarissen. De uitkomsten zijn ook geheel significant. Hiermee wordt hypothese 3 verworpen. Dit is in lijn met de bevindingen van Adams & Ferreira (2009). Volgens hun bevindingen presteren bedrijven met een krachtig bestuur slechter met vrouwen in de Raad.

Hypothese 4 was Er is een positief verband tussen de aanwezigheid van deskundigheid (relevante kennis en ervaring in de zorg) binnen de Raad van Commissarissen en de performance. Het enige negatieve relatie bestaat tussen de deskundigheid van de Raad van Commissarissen en liquiditeit. Echter is deze relatie niet significant. Met de rest van de financiële performance variabelen bestaat er een positieve relatie. Hiervan is de relatie tussen de deskundigheid van de Raad van Commissarissen en solvabiliteit volledig significant. Hiermee biedt het onderzoek voldoende bewijs voor een relatie tussen de aanwezigheid van deskundigheid en financiële performance. Op basis daarvan kan de hypothese worden aangenomen.

5 Conclusie

Het doel van deze scriptie was het onderzoeken of er een verband bestaat tussen de Raad van Commissarissen en de financiële performance. Raad van Commissarissen is een orgaan bestaat uit de gekozen of benoemde leden die gezamenlijk toezicht te houden op de activiteiten van de organisatie. Met de centrale vraag is er antwoord gezocht op ‘Bestaat er een verband tussen de samenstelling van de Raad van Commissarissen en de performance van GGZ instellingen na de invoering van transitie jeugdzorg in 2015?’

Ten eerste is naar voren gekomen dat er een negatief verband bestaat tussen de aanwezigheid van vrouwen in de Raad van Commissarissen en de financiële performance van GGZ instellingen. Deze bevinding is in samenhang met de wetenschappelijke literatuur (Shrader, Blackburn en Iles (1997) en Adams en Ferreira (2009)) die een negatieve relatie vindt tussen het percentage van aantal vrouwen en prestatie. Adams en Ferreira gaf ook aan dat het aantonen van een relatie tussen genderdiversiteit en prestaties complex is. Er zijn beperkt aantal (55) instellingen betrokken in dit onderzoek. Een hoog aantal respondenten kunnen de uitkomsten veranderen. Bovendien kunnen de resultaten van één jaar beïnvloed worden door incidentele omstandigheden of maatregelen die niet altijd zijn toe te rekenen aan de raad van commissarissen van dat moment.

Ten tweede kan er geconcludeerd worden dat er een positief verband bestaat tussen de deskundigheid van de Raad van Commissarissen en de financiële performance van GGZ instellingen. Deze bevinding sluit aan op de bevindingen van Molinari et al. (1995).

Ten derde kan uit de bevindingen worden opgemaakt dat er een zeer positieve relatie is tussen de financiële performance in 2013 en financiële performance in 2016. Instellingen die in 2013 financieel gezond zijn, presteren in 2016 ook beter. Er kan worden geconcludeerd dat die instellingen daarmee ook de transitie jeugdzorg goed hebben kunnen doorstaan.

Transitie jeugdzorg heeft geleid tot de toename van administratieve lasten bij gemeenten en zorgaanbieders. Zorgaanbieders kregen te maken met tientallen verschillende gemeenten en werden geconfronteerd met een veelheid aan afspraken en werkwijzen. Om de administratieve lasten terug te dringen zijn er landelijke standaarden ontwikkeld. Echter werken niet alle gemeenten met de landelijke standaarden. Gemeenten en regio’s hebben vaak eigen werkwijzen over de declaraties en verantwoordingen. Het was voor iedereen al bekend dat de transitie per 1 januari 2015 ingevoerd zou zijn. Zorgaanbieders die hun werkwijze erop hebben aangepast en daarvoor al klaar waren, worden minder snel geconfronteerd met de negatieve gevolgen van de transitie. De Raad van Commissarissen is verantwoordelijk voor het toezicht op het beleid van

de raad van bestuur en de algemene gang van zaken in de zorgorganisatie. Het doel van de governance is het waarborgen van de doelstellingen van organisties. In dit geval is de doelstelling financiële continuïteit. Governance dient de risico’s op de financiële continuïteit van een instelling tot een minimum te beperken. Raad van Commissarissen houden toezicht op de risico’s die verbonden zijn aan de activiteiten. Liquiditeitstekort is een van de mogelijke risico’s die transitie met zich meebrengt. Als de aanbieders niet over de voldoende financiële middelen beschikken, kan de liquiditeitspositie onder druk te komen staan. Hierdoor kan de continuïteit van de instelling in gevaar komen. Gemeenten en aanbieders hebben tijd nodig om contact met elkaar op te bouwen. Vaak duurt de afhandeling van de (verkeerde/foutieve) declaraties veels te lang vanwege miscommunicaties. Hier zou het netwerk van de Raad van Commissarissen een belangrijke rol in kunnen spelen. In literatuur wordt er verondersteld dat de grote Raad van Commissarissen meer mogelijkheden bieden om te netwerken en meer kennis en vaardigheden met zich mee dragen.

De algemene conclusie van dit onderzoek is dat er een correlatie bestaat tussen de samenstelling van de Raad van Commissarissen en de financiële performance van de GGZ instellingen.