• No results found

5. Onderzoeksverantwoording

5.2 Fase 2: Content analyse van berichtgeving in kranten

In de tweede fase van het onderzoek is bekeken in hoeverre de frames die de Nederlandse overheid het liefst in de media terug had willen zien, uiteindelijk ook echt in de berichtgeving van de Nederlandse, Duitse en Britse kranten terug te vinden zijn.

Allereerst is de steekproef voor deze fase van de analyse bepaald. Aangezien het analyseren van alle berichtgeving in alle kranten in deze drie landen in de tijdspanne van deze scriptie

35

niet mogelijk was, is de steekproef op verschillende manieren ingeperkt. Allereerst zijn de geanalyseerde artikelen verschenen in een bepaalde periode. Het gaat hierbij om kranten die zijn verschenen tussen 9 en 30 september. Bovendien zijn slechts artikelen geanalyseerd waarin het rapport van de eerste bevindingen ter sprake komt. Daarnaast is gekozen voor de analyse van kranten uit Nederland, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland, omdat deze landen allen betrokken zijn bij de ramp vanwege het feit dat zij slachtoffers te betreuren hadden. Hierdoor werd een bepaalde betrokkenheid bij de ramp en het onderzoek verwacht, waardoor de kans op het vinden van artikelen werd vergroot.

Daarnaast is bij de selectie van te analyseren kranten rekening gehouden met verschillende typen kranten. Zo is er voor de analyse gebruik gemaakt van kranten die representatief zijn voor het politieke spectrum van het betreffende land. De keuze viel steeds op een krant die als overwegend ‘links’ te boek staat en krant die over het algemeen als ‘rechts’ bekend staat. In de uiteindelijke analyse is het verschil in politieke kleur slechts onder de kwaliteitskranten gemaakt. De populaire kranten zijn in het onderzoek naar de verschillen tussen linkse en rechtse kranten niet meegenomen omdat de geanalyseerde populaire kranten weliswaar een rechts karakter hebben, maar hun interne werking en manier van berichtgeven erg verschilt van die van kwaliteitskranten. Hierdoor zou een vertekend beeld van de invloed van politieke kleur van het medium op de berichtgeving kunnen ontstaan.

Bovendien is bij de selectie van de kranten dus rekening gehouden met het onderscheid tussen kwaliteitskranten en populaire kranten. Zoals beschreven in hoofdstuk 3 verschilt de berichtgeving tussen deze typen kranten aanzienlijk. De geselecteerde kranten zijn weergegeven in tabel 1.

Tabel 1: geselecteerde kranten.

Links Rechts Populaire krant

Nederland De Volkskrant NRC Handelsblad De Telegraaf

Duitsland Die Tageszeitung Frankfurter Allgemeine Zeitung Bild Zeitung

Verenigd Koninkrijk The Guardian The Times The Sun

De geanalyseerde artikelen zijn gevonden via LexisNexis, door te zoeken binnen het eerder aangegeven tijdskader en binnen de artikelen uit de betreffende dagbladen. Er zijn

36

verschillende zoektermen gebruikt, maar uiteindelijk zijn de geselecteerde artikelen aangevuld door middel van het handmatig zoeken tussen de artikelen die de zoekterm ‘MH17’ in de betreffende tijdsperiode in bovengenoemde kranten verschenen. Op die manier zijn alle artikelen die handelden over de inhoud of presentatie van het rapport met voorlopige bevindingen meegenomen in de analyse.

Bij het uitvoeren van een inhoudsanalyse dient men zich overigens te realiseren dat de context van het medium wel degelijk invloed heeft op de inhoud van de berichtgeving. De organisatiestructuur van het medium, het medialandschap van het betreffende land, de politieke kleur van de krant, maar ook bijvoorbeeld de relatie van het betreffende land met Rusland zal van invloed zijn op de berichtgeving. Hoe beter het beeld van deze context, hoe beter de berichtgeving uiteindelijk geduid kan worden. In het theoretisch kader kwam hierom al de term ‘medialogica’ naar voren, om uiteindelijk het medialandschap enigszins te kunnen typeren. Wat betreft politieke kleur van de kranten is zoals hierboven reeds beschreven gekozen om een representatief scala aan kranten te analyseren. De relatie met Rusland van respectievelijk Nederland, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk is in paragraaf 4.2 weergegeven.

Voor de uiteindelijke inhoudsanalyse is het allereerst belangrijk om de frames die tijdens de eerste fase van het onderzoek zijn gevonden, helder te definiëren. De indicatoren voor de verschillende frames zijn weergegeven in het codeboek, dat is toegevoegd in bijlage 2 en komen overeen met de definities zoals gegeven in het theoretisch kader. Het belang dat de media hechtte aan het onderzoeksrapport werd gemeten aan de hand van het aantal artikelen dat aan het onderwerp werd gewijd, het paginanummer waarop de artikelen werden gepubliceerd en het aantal woorden dat het artikel telde. De uitgesprokenheid werd gemeten op basis van het aantal passages met politiek uitgesproken taalgebruik. Bovendien werd in dit kader in kaart gebracht hoe het conflict in Oost-Oekraïne werd geduid in de media. Verder werden aan de richtinggevende conceptframes uit fase 1 van de analyse de frames omtrent het temperen van de verwachtingen rond het onderzoek en het benadrukken van het internationale karakter van het onderzoek toegevoegd, omdat deze in fase 1 van de analyse duidelijk naar voren kwamen. Het volledige codeboek voor de tweede fase van de analyse is toegevoegd in bijlage 2.

37

In deze fase van theorievorming en definiëring is het verder van belang de analyse-eenheid te kiezen. Tijdens dit onderzoek waren dit de artikelen waarin wordt bericht over het rapport van de eerste bevindingen van de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Binnen deze artikelen werd door middel van een inhoudsanalyse gekeken naar de mate waarin de in de eerste fase van het onderzoek gevonden frames terug te vinden zijn in de tekst zelf.

Na deze definiëringsfase is de codeerinstructie (ofwel het codeboek) opgesteld. Dit document biedt een leidraad voor de systematische analyse van de artikelen en is toegevoegd in bijlage 2. De classificatievoorschriften van de frames zijn grotendeels opgesteld op basis van de definities uit het theoretisch kader. Vervolgens zijn zij aangevuld naar aanleiding van de resultaten van de eerste onderzoeksfase. Met behulp van deze leidraad is vervolgens voor ieder artikel bepaald:

 Wat de toon van de berichtgeving is (politiek neutraal of uitgesproken, kritisch of meegaand)

 Welke frames in het artikel terugkomen.

Toen de waarnemingsprocedure eenmaal vast lag, is begonnen met het coderen. Aangezien dit slechts door één onderzoeker is uitgevoerd werd extra aandacht besteed aan de consistentie, zodat op dag 1 op dezelfde wijze is gecodeerd als op dag 15. Hierbij is een duidelijke codeerinstructie van belang. Nadat door middel van coderen de data voor de analyse verkregen waren, is de analyse in eerste instantie vooral beschrijvend geweest: komen de gezochte frames en toon terug in de berichtgeving? Komt het belang dat de media aan het onderwerp geven overeen met de ruchtbaarheid die de ministeriële commissie en de Onderzoeksraad voor Veiligheid eraan wilden geven? Het codeboek voor deze fase van de analyse is toegevoegd in bijlage 2.

39

6. Resultaten