• No results found

Deel IV Confrontatie, conclusies en aanbevelingen

7 Confrontatie literatuur en veldonderzoek

7.3 Factoren die informeel leren belemmeren en stimuleren Literatuuronderzoek

Óf en hoe mensen leren van hun werk wordt beïnvloed door hoe werkgere-lateerde en individuele factoren, die de medewerker ‘uitnodigen’ om te leren.

In de literatuur wordt een veelheid aan individuele factoren in combinatie met werkomgevingsfactoren genoemd die stimulerend zijn voor informeel leren. Op basis van eerder onderzoek binnen de Nederlandse politie gaan we in dit onderzoek uit van factoren uit de werkomgeving die relevant en beïnvloedbaar zijn. Deze factoren zijn onderzocht als onderdeel van een grootschalig vragenlijstonderzoek naar informeel leren op basis van ontwik-kelingsrelatie. Informeel leren is ingedeeld als individueel leren, leren van anderen en samen leren, waarbij het leren van anderen opgedeeld is in di-verse interactiepartners (nieuwe en minder ervaren collega’s, experts, direc-te collega’s en exdirec-ternen). De overtuiging is dat werkomgevingsfactoren niet los staan van individuele factoren en ook verschillend kunnen worden erva-ren door verschillende medewerkers. Uit dit onderzoek blijkt overigens dat deze factoren zowel een stimulerende als een belemmerende rol kunnen spelen afhankelijk van de manier van leren!

Informeel leren of leren op de werkplek wordt bij de politie beïnvloed door de volgende factoren:

1 Factoren uit de werkomgeving:

• De mate van autonomie.

• De mate van taakvariatie.

• Werkdruk.

• De mate van ondersteuning (beschikbaarheid collega’s en rol leiding-gevende).

• De aanwezigheid van diverse interactiepartners die inbreng ‘van bui-tenaf’ kunnen verzorgen.

2 Persoonlijke factoren:

• Achtergrondkenmerken, zoals geslacht, de lengte van diensttijd bij de politie en de mate van externe werkervaring.

• De mate waarin men zich competent voelt.

• De waarde die men hecht aan werkgerelateerde leren.

• De mate van sociale integratie met het management.

Veldonderzoek

Interviews

Uit de interviews komt een aantal factoren terug, namelijk zelfstandigheid (taakautonomie), variatie, aanwezigheid en beschikbaarheid van collega’s

(ondersteuning en sociale integratie) en de eigen houding ten opzichte van leren (waarde die men hecht aan werkgerelateerd leren). De aanwezigheid van diverse interactiepartners met inbreng van buitenaf wordt minder her-kend en heeft in elk geval geen prioriteit in het dagelijks leren. Ditzelfde geldt voor verschillende achtergrondkenmerken en de mate waarin je je competent voelt. Deze hebben geen prioriteit in de beleving van medewer-kers als het gaat om hun stimulerende dan wel belemmerende rol in het leren.

Observaties

De observaties bieden een genuanceerder beeld over wanneer en hoe fac-toren het informele leren beïnvloeden. In tabel 5.1 zijn de facfac-toren die stimu-leren en belemmeren op een rijtje gezet op basis van het literatuuronder-zoek (van Doornbos) en de drie verschillende soorten werkzaamheden die in het veldonderzoek zijn onderzocht. Uit de observaties blijkt dat factoren niet stimulerend of belemmerend zijn in het algemeen, maar dat de werking afhangt van de situatie of activiteit (te weten briefing, noodhulpverlening en taakgerichte acties).

Het samenspel van factoren dat bij de briefing van belang is zegt iets over de voorzitter, de deelnemers en de helderheid van de presentatie. Hoe beter de voorzitter heeft voorbereid, des te beter hij kan aansluiten bij de interes-ses en vragen van deelnemers. Hoe helderder de presentatie, des te mak-kelijker deze te onthouden is en dus een rol kan spelen in het dagelijks werk. Gemiste kansen lijken de momenten waarop medewerkers elkaar niet meer ontmoeten om informeel bij te briefen en het niet terugkomen op de gemaakte afspraken.

Het samenspel van factoren bij de noodhulpverlening laat zien dat daar an-dere factoren een essentiële rol spelen. Afwisseling in rust en actie (op maat!), klik met collega’s, en de rol van leidinggevende (ondersteunend en meewerkend) zijn een belangrijke stimulans. Daartegenover staat de werk-druk, collega’s die een andere werkwijze hebben en leidinggevenden die binnen zitten, geen complimenten uitdelen of je niet opvangen als je dat nodig hebt, als belemmerende factoren.

Bij de taakgerichte acties zijn belangrijke stimulerende factoren taakauto-nomie en de beschikbaarheid van kennis (in de vorm van taakaccenthou-ders, mensen uit je netwerk, klanten, leergierige studenten, en andere ex-perts of instructiemateriaal en hulpjes). Belemmerend zijn routineklussen, wrijving over elkaars rolopvattingen en ingeslepen patronen.

Tabel 7.1 Belemmerende en stimulerende factoren

Literatuuronderzoek Veldonderzoek Veldonderzoek Veldonderzoek

Onderzoek (Doornbos, 2006) Briefing (Nood)hulpverlening Taakgerichte acties Bevorderende factoren

• Taakautonomie

• Taakvariatie

• Werkdruk

• Ondersteuning

• Inbreng van buitenaf

• Achtergrondkenmerken

• Inschatting eigen bekwaamheid

• Waarde aan werk-gerelateerd leren

• Sociale integratie met manage-ment en collega’s

Bevorderende factoren

• Voorbereiding voorzitter (informa-tierijkheid)

• Helderheid van de presentatie (snel en zakelijk verloop)

• Plaatjes (makkelijker onthouden)

• Doorvragen van de voorzitter

• Participatie van de deelnemers

• Notities maken

Bevorderende factoren

• Nieuwe (schokkende ) inci-denten

• Afwisseling in rust en actie

• Sociale integratie collega’s (klik, waardering voor el-kaar’s professionaliteit)

• Ondersteuning in de vorm van begeleiding en informa-tievoorziening

• Begeleiding (mentor)

• Locale aandachtspuntenlijst

• Leidinggevende die mee gaat de straat op

Bevorderende factoren

• Benutten van taakaccenthouders

• Gebruik van instructiemateriaal / protocol

• De aanwezigheid van leergierige studenten

• Speciale acties vallen op

• Actief feedback vragen aan de klant

• Onderhouden netwerk

• Beschikbare experts / begeleiders

• Laagdrempelig contact tussen collega’s – directe feedback

• Kwaliteitscontrole van schriftelijk werk en registraties

• Zelf ontwikkelde hulpjes / boekjes met tips en tricks

• Autonomie (zelfredzaamheid)

• Werkroulatiesysteem Belemmerende factoren

• Werkdruk

• Inbreng van buitenaf

• Achtergrondkenmerken

• Inschatting eigen bekwaamheid

• Waarde aan werkgerelateerd leren

• Sociale integratie met manage-ment en collega’s

Belemmerende factoren

• Fysieke ontmoeting missen om elkaar informeel tussendoor bij te briefen doordat bijvoorbeeld werk anders georganiseerd wordt

• Debriefing ontbreekt om terug te komen op de afspraken die ge-maakt zijn om zichtbaar te maken wat er met de informatie gebeurd is

• Leidinggevende die binnen zit en stukken schrijft

Belemmerende factoren

• Gebruiksonvriendelijke software program-ma’s

• Eenzijdige blik, ingeslepen patronen

• Kennis van de sociale kaart verdwijnt als de buurtregisseur verdwijnt

• Wrijving over rolopvatting van buurtregisseur

• Routineklussen

Conclusie

Uit het literatuuronderzoek komt een veelheid aan factoren naar voren die een rol kunnen spelen in het bevorderen of bemoeilijken van informeel leren.

Het veldonderzoek voegt daar verschillende dingen aan toe. Ten eerste worden deze factoren specifiek ‘ingekleurd’ per type werksituatie (zoals noodhulpverlening of taakgerichte acties). En ten tweede wordt verhelderd en genuanceerd welke factoren in bepaalde werksituaties stimulerend dan-wel belemmerend zijn voor het leren.

Om enkele voorbeelden te noemen:

Leidinggevenden en collega’s zijn een continue bron van ondersteuning in de vorm van begeleiding en informatievoorziening. De ondersteuning kent een verschillend karakter per type werkzaamheden. Als ondersteuning ont-breekt of niet snel bereikbaar is, wordt dat als zeer belemmerend ervaren.

De rol van een voorzitter is bepalend voor het proces tijdens de briefing. Als mensen zich voorbereiden, én uitgenodigd worden deel te nemen, is het leerrendement hoger van een briefing dan wanneer dat niet gebeurt.

Cruciaal in het werk op straat is sociale integratie met je collega’s. Dit kan stimulerend werken, maar ook zeer belemmerend, als de klik er niet is of als mensen elkaars professionaliteit niet waarderen.