• No results found

Een portret van PCBO Voorst in gemeente Voorst

In document Brochure 'het jonge kind' (pagina 30-33)

In de gemeente Voorst had het bestuur veel gewichtenleerlingen toen etniciteit nog meegenomen werd in de gewich-tenregeling. Op dit moment hebben de scholen heel weinig gewichtenleerlingen en ontvangen daardoor weinig extra middelen. “Sommige scholen hebben combinatieklassen van circa 36 leerlingen, want anders kan je het niet doen uit de basisbekostiging als je ook nog andere kwaliteitseisen stelt aan het onderwijs en mensen daarvoor wil faciliteren.”

De scholen werken in de onderbouw onder andere met de methoden:

Basisontwikkeling, Knoop het in je oren en Laat wat van je horen en Schatkist. De programma’s zijn echter niet leidend. De scholen werken vanuit het OOGO-model, waarbij de onderwijsbehoeften van een kind centraal staan en het onderwijsaan-bod daarop wordt afgestemd. Elke school heeft minimaal één onderwijsassistent in dienst. Daarnaast maken de scholen gebruik van alle mogelijke ondersteu-ning van buiten, bijvoorbeeld ambulante begeleiders, experts, stagiaires, vrijwil-ligers en ouders.

Eén school heeft een peuterspeel-zaal inpandig. Deze peuterspeelpeuterspeel-zaal wordt beheerd door de Stichting Peuterspeelzalen Apeldoorn die gedeel-telijk gefinancierd wordt door de gemeente. Op één school is een peuter-speelgroep, die gedraaid wordt door een vrijwilliger met een leerkracht-diploma.

Dit betekent dat de kwaliteit van de begeleiding en de afstemming met de basisschool in een doorgaande leerlijn

hoog zijn. Eén andere school neemt deel aan de pilot Startgroep Peuters. Alle scholen werken samen met een lokale buitenschoolse opvang. De peuterspeel-zalen werken allemaal met het program-ma startblokken. Op de VVE-locaties werken gecertificeerde leidsters met een specifiek VVE-programma.

In het kader van de Lokaal Educatieve Agenda (LEA) is in 2011 een beleidskader VVE opgesteld voor een periode van vier jaar. Door terugloop van de hoeveelheid middelen heeft de gemeente in de afge-lopen periode flink moeten bezuinigen.

Als gevolg daarvan is de stichting peu-terspeelzalen Voorst overgenomen door een grotere stichting, die meer regionaal opereert. Mede door de bezuinigingen en de overname van de peuterspeelza-len zijn er in de gemeente grote zorgen ontstaan over de continuïteit en kwali-teit van de uitvoering van VVE. Door de verandering van de gewichtenregeling en herverdeling van de achterstandmid-delen zijn echter de inkomsten die de scholen ontvangen voor vroegschoolse educatie ook sterk teruggelopen.

Op dit moment zijn de schoolbesturen, de stichting peuterspeelzalen en de gemeente weer om tafel gaan zitten om nieuwe afspraken te maken. Mevr. Van Haren hoopt dat er bij de gemeente, maar ook bij de landelijke overheid meer besef komt van het belang van een pre-ventieve aanpak voor álle leerlingen en dat dit ook gefaciliteerd wordt. Zij is van mening dat de investering in VVE voor alle kinderen op langere termijn altijd wordt terugverdiend.

ROLOPVATTING

Aansturingsfilosofie

Binnen PCBO Voorst staan drie inspirators centraal:

· David Hopkins: “Elke school een topschool”: hoe verbind je bottom-up met top-down;

· Marzano: “die uitgaat van wat werkt, wij hebben dat aangepast aan wat werkt voor ons.”

· Jay Marino: alignement van beleid op alle niveaus en dat uitwerken op alle niveaus.

Deze cyclus van gesprekken vindt plaats op de verschillende niveaus. Van Haren beschouwt het als haar verantwoorde-lijkheid om te borgen dat de gesprekken op alle niveaus gevoerd worden. Dat is de kern van de aansturingsfilosofie.

Plan – Do – Study – Act

Petra van Haren: “Als het gaat om beleid bijvoorbeeld ten aanzien van opbrengst-gericht werken betekent dat dat ik als bestuurder duidelijk op papier moet heb-ben welke doelen ik stel op bestuursniveau en dat ik deze ook evalueer. Ik heb daar regelmatig een gesprek over met de raad van toezicht. Ik voer met de directeuren een gesprek over de opbrengsten op schoolniveau. Ik heb toegang tot Parnassys waarin ik de resultaten van de scholen kan zien, maar ik ben vooral benieuwd naar de duiding van de resultaten door de directeur en de ib-er. De ib-er voert gesprekken met de groepsleerkrachten over de resultaten. Uit deze gesprekken moet blijken hoe de resultaten geduid kunnen worden en wat dit betekent voor het leerkrachthandelen.

Leerkrachten voeren vervolgens weer gesprekken met leerlingen aan de hand van portfolio’s over hun prestaties. Iedereen stelt doelen en werkt met dezelfde PDSA- cyclus. (Plan – Do – Study – Act)

“Ik moet weten dat de gesprekken gevoerd worden, hoe ze gevoerd worden en waar-om ze gevoerd worden. De professionals zijn zelf in staat dit inhoud te geven.”

Inspireren op alle niveaus

Mevr. Van Haren vindt dat zij een inspira-tor moet zijn in de manier van werken die zij van anderen verwacht. Ze doet dit door een voorbeeld te zijn voor anderen en door te laten zien wat zij belangrijk vindt. Ze loopt regelmatig scholen binnen of schuift aan bij overleggen.

Daardoor laat ze haar betrokkenheid zien, wat mensen motiveert, maar wat ook soms een stok achter de deur is. De kleinschaligheid van het PCBO Voorst beschouwt ze als een belangrijk voor-deel omdat ze daardoor nauw betrokken kan zijn bij wat er in de scholen gebeurt.

Het leiding geven aan scholen is volgens haar telkens een spel tussen inspireren en afleggen van verantwoording.

Ambities helder stellen en aanlokkelijk maken

In het strategisch beleidsplan zijn nor-men geformuleerd ten aanzien van de Cito-resultaten. Deze normen wijken af van de normen van Cito. Twee

voorbeel-den: 65% van de leerlingen op A of B niveau en leerlingen met een D/E-niveau moeten groei laten zien. Van Haren legt uit nog niet alle scholen aan deze hoge ambities voldoen. Er zijn scholen waar naar verwachting drie jaar nodig is om die norm te bereiken. De schoolbestuur-der ziet het als haar taak de ambitie helder neer te zetten en deze ook aan-lokkelijk te maken.

Mensen laten stralen

Een voorbeeld van een manier waarop ze mensen wil inspireren is door ze mee te nemen naar een presentatie van Marzano. Hij komt naar Nederland.

Mevr. Van Haren is stellig van plan om met een aantal personeelsleden naar zijn lezing te gaan, ondanks dat PCBO Voorst hier nauwelijks budget voor heeft.

AANPAK VAN VERBETERPUNTEN

Afstemming voor- en vroegschool Op de school met een inpandige peuter-speelzaal, is warme overdracht nog wel haalbaar. Wanneer de peuterspeelzaal of peuterspeelgroep verderop in het dorp zit, is het niet makkelijk haalbaar

Petra van Haren: “Ik vind dat het mijn rol is om die dingen

In document Brochure 'het jonge kind' (pagina 30-33)