• No results found

Een hele puzzel

In document Puzzelen met prioriteit (pagina 30-35)

Als de verschillende in dit hoofdstuk genoemde ontwikkelingen en de daarvan uitgaande impact op de gemeentelijke organisatie wordt samengevat, kan het volgende worden geconstateerd:

• Er is sprake van een groot aantal op gemeenten afkomende ontwikkelingen (waarbij geen sprake is van een duidelijke samenhang, getuige alleen al de moeite die het in het kader van dit onderzoek al heeft gekost om een duidelijk beeld van de situatie te verkrijgen);

7 Los van de hiervoor genoemde ontwikkelingen komen er overigens ook vanuit Europa diverse ontwikkelingen op de Nederlandse overheid af, die op termijn hun weerslag zullen hebben op de gemeenten. Een gedeelte daarvan zal naar verwachting vanuit de rijksoverheid worden meegenomen in reeds lopende ontwikkelingen en daarmee niet direct hun invloed doen gelden op de processen binnen gemeenten. In dit verband kan bijvoorbeeld worden gedacht aan de richtlijn tot oprichting van een infrastructuur voor ruimtelijke informatie in de Europese Unie (INSPIRE). Met deze richtlijn wordt beoogd ruimtelijke gegevens te harmoniseren en een infrastructuur in te richten ten behoeve van het uitwisselen van deze gegevens, om op deze wijze het opstellen, uitvoeren en evalueren van milieu(gerelateerd)beleid te ondersteunen en burgers daarover informatie te verschaffen. Een klein gedeelte ervan heeft mogelijk directer zijn weerslag op de gemeentelijke ICT-voorzieningen. In dit verband kan bijvoorbeeld worden gedacht aan de Richtlijn Diensten. Belangrijkste doel van de Richtlijn Diensten is het bevorderen van de vrijheid van vestiging van dienstverlenende bedrijven en het vrije verkeer van diensten. De administratieve lasten voor dienstverlenende bedrijven moeten worden verminderd door onder meer het beperken van overbodige restrictieve wetgeving (bijvoorbeeld op het gebied van kwaliteits-, vergunnings- en

vestigingseisen). Hoewel dit soort Europese regelingen buiten de scope van dit onderzoek vallen, lijkt het zinvol de

• De verschillende ontwikkelingen komen in het algemeen terecht bij slechts een beperkt aantal mensen (die meestal werkzaam zijn op een ICT-afdeling) die maar over een beperkte capaciteit (in omvang, maar ook in kennis) beschikken om al deze ontwikkelingen adequaat te kunnen oppakken;

• Voor veel van de ontwikkelingen is weliswaar ondersteuning in de vorm van communicatie en soms ook handreikingen en stappenplannen aanwezig, maar dit neemt niet weg dat de gemeenten zich naar verwachting geplaatst zullen zien voor aanzienlijke investeringen in een periode waarin veel gemeenten over relatief weinig financiële middelen beschikken;

• De cumulatie van de verschillende activiteiten in bepaalde periodes en de onderlinge tijdsplanning daartussen maken het voor gemeenten moeilijk om de ontwikkelingen tijdig te implementeren.

• Een aantal van de geïnventariseerde ontwikkelingen, met name op het lokale beleidsniveau, kan – zeker op termijn – positief bijdragen aan het absorptievermogen van gemeenten. Voorbeelden hiervan zijn intergemeentelijke samenwerking en de ontwikkeling van (intra- of intergemeentelijke) shared service centra, waarbij naar verwachting meer slagkracht vrijkomt voor de absorptie van ICT-vernieuwingen.

In de onderstaande tabel is samengevat wat de te verwachten globale impact zal zijn van de belangrijkste beschreven landelijke (ICT en sectorale) ontwikkelingen op gemeenten. De impact is daarbij weergegeven geordend naar de vier componenten techniek, proces, (organisatie)cultuur en organisatie(structuur). Hierbij wordt vooraf nogmaals opgemerkt dat de daadwerkelijke impact ervan per gemeente (en daarbinnen per afdeling) kan verschillen (zie hiervoor ook bijlage D). Onderstaande tabel dient derhalve slechts indicatief te worden gebruikt.

techniek proces cultuur organisatie

Administratieve lastenverlichting Basisregistraties

Bedrijvenloket Bedrijvennummer (BIN) Burgerservicenummer (BSN)

Dienstverlening 65% elektronisch in 2007 DigiD

Digitaal Bouwloket

Digitale Uitwisseling in Ruimtelijke Processen

Dossier jeugdigen

Elektronische formulierenmachine eNik / biometrisch paspoort

Gemeenschappelijke beheerorganisatie Landelijk contactcentrum Overheid Modernisering GBA

Nieuw Rijbewijs Document Omgevingsvergunning Ontsluiting decentrale wet- en regelgeving

Persoonlijke Internet Pagina (PIP) Risico Register Gevaarlijke Stoffen Standaarden (open standaarden) Vreemdelingenloket

Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

Wet maatschappelijke ondersteuning Wet SUWI

Wet WOZ - procesverbeteringen Legenda

Beperkte impact Behoorlijke impact Aanzienlijke impact Grote impact

Antwoord op onderzoeksvraag 1

Welke ICT-vernieuwingen voortkomend uit het nationale beleid rondom de elektronische overheid, sectorale beleidsvoornemens en op landelijk niveau te herkennen lokale bestuurlijke

ontwikkelingen, komen er op korte en middellange termijn op gemeenten af?

Kort antwoord:

Een grote hoeveelheid landelijk geïnitieerde ICT-vernieuwingen (waaronder de verplichting tot gebruik en/of invoering van basisregistraties, het Burgerservicenummer en DigiD), een grote hoeveelheid sectorale initiatieven met ICT-implicaties (waaronder de Omgevingsvergunning, het Digitaal Bouwloket en de Wet maatschappelijke ondersteuning) en een uiteenlopend maar tevens omvangrijk aantal lokaal geïnitieerde vernieuwingen waarbij ICT een belangrijke rol speelt (waaronder de oprichting van shared service centra en de ontwikkeling van mid-offices).

Lang antwoord:

Van de vele ontwikkelingen die er op gemeenten afkomen kunnen er in ieder geval vijftien belangrijke beleidsonderwerpen en doelstellingen, verplicht te gebruiken voorzieningen of ondersteunende voorzieningen vanuit landelijk ICT-beleid en landelijke ICT-projecten worden geïdentificeerd. Hieronder vallen beleidsdoelstellingen op het terrein van administratieve lastenverlichting en digitalisering van de publieke dienstverlening, de invoering van basisregistraties en het Burgerservicenummer evenals de implementatie van de

verificatiemethodiek DigiD en de realisatie van een bedrijvenloket (zie paragraaf 2.2). Daarnaast kunnen er in elk geval elf beleidsonderwerpen -en doelstellingen, verplicht te gebruiken

voorzieningen of ondersteunende voorzieningen vanuit sectoraal beleid met ICT-implicaties worden geïnventariseerd (zie paragraaf 2.3). Voorbeelden hiervan zijn het programma Digitale Uitwisseling in Ruimtelijke Processen, de Omgevingsvergunning, de Wet maatschappelijke ondersteuning en de ontwikkeling van het Digitaal Bouwloket. Ten slotte zijn er vierentwintig beleidsonderwerpen -en doelstellingen en ondersteunende voorzieningen beschreven die

voortkomen uit lokaal beleid met ICT-implicaties. Het gaat hierbij onder meer om gemeentelijke herindeling, shared service centers, elektronisch betalen, de ontwikkeling van Mid-offices, intergemeentelijke samenwerking en de verbetering van burgerparticipatie (zie paragraaf 2.4).

Antwoord op onderzoeksvraag 2

Wat betekenen deze ontwikkelingen voor lokale overheden?

Kort antwoord:

De meeste gemeenten zullen de bestaande informatiehuishouding grondig en organisatiebreed moeten vernieuwen, vooral als gevolg van de landelijk geïnitieerde ICT-vernieuwingen (zoals de basisregistraties) en omdat de bestaande informatiehuishouding doorgaans sterk verouderd of gefragmenteerd is. Dit zal een groot beroep doen op zowel ICT-medewerkers als op bestuurders, managers en medewerkers van beleidsuitvoerende afdelingen. Veranderde eisen aan kennis, vaardigheden en attitude hebben grote impact op de klassieke knelpunten van gemeenten bij het doorvoeren van vernieuwingen: geld, tijd en (kwantitatieve en kwalitatieve) capaciteit. Vooral kleinere gemeenten zullen hierdoor gedwongen zijn intensiever samen te gaan werken met buurgemeenten en andere ketenpartners.

Lang antwoord:

De door de gemeenten te implementeren ICT-vernieuwingen hebben een grote impact op de gehele gemeentelijke organisatie alsmede in veel gevallen op veel publieke en soms ook private partijen waarmee zij samenwerken. De bestaande gegevenshuishouding en ICT-infrastructuur zullen bij het leeuwendeel van de lokale overheden de komende jaren vrijwel volledig opnieuw moeten worden ingericht. Dit is met name het gevolg van de landelijke ICT-projecten en – omdat deze vaak gedeeltelijk in het verlengde liggen van al lopende ontwikkelingen – in mindere mate voor ICT-vernieuwingen die voortvloeien uit sectorale of lokale beleidsinitiatieven. Vooral de implementatie van de basisregistraties gebouwen en adressen en de modernisering van de GBA zullen een

gemeentebrede omschakeling vergen vanwege de verandering van taakgerichtheid naar meervoudig en gezamenlijk gebruik van gegevens. De impact van een aantal andere ICT-vernieuwingen, zoals de modernisering van de GBA, invoering van het BSN en het biometrisch paspoort, zal zich in hoofdzaak beperken tot de afdeling Burgerzaken en de ICT-afdeling. Uiteraard zal een groot beroep worden gedaan op de aanwezige kennis, vaardigheden en attitude van ICT-medewerkers (zowel in kwantitatieve als in kwalitatieve zin) maar zeker ook op alle de implementatie betrokken uitvoerende medewerkers en hun managers. Daarnaast zal behoorlijk moeten worden geïnvesteerd in het volgen van opleidingen om nieuwe kennis en vaardigheden op te doen en in het begeleiden van het (organisatie)veranderingsproces dat gepaard gaat met de acceptatie, invoering en uitvoering van de ICT-vernieuwingen. Verwacht mag worden dat daarom vooral de kosten voor personele middelen, nieuwe ICT en de inhuur van specifieke expertise veel druk zal leggen op de gemeentelijke begrotingen. Mede omdat deze kosten in de meeste gevallen moeten worden (voor)gefinancierd door de gemeenten zelf, lijkt het – vooral voor de kleinere gemeenten – voor de hand te liggen in toenemende mate samenwerking te zoeken met buurgemeenten of ketenpartners, zodat de financiële, personele en ICT-middelen kunnen worden gedeeld. Die ontwikkeling van (keten)samenwerking, die dus mede het gevolg is van de hoeveelheid te verwerken ICT-vernieuwingen, verkleint op haar beurt zelf weer de impact van die ICT-vernieuwingen voor individuele gemeenten – maar dat is uiteraard deels een kip-ei verhaal.

In document Puzzelen met prioriteit (pagina 30-35)