• No results found

4 Levenscyclus Criteria

4.5 Economische waarde

De Economische waarde wordt omschreven als de economische doelmatigheid van een gebied. Dit onderzoek richt zich op een concept van LPBL: de (totale) economische waarde. Deze waarde is opgebouwd aan de hand van een vijftal peilers: actuele waarde, optiewaarde, indirect voordeel, altruïstische waarde en de vereveningswaarde. Hieronder wordt de keuze van drie van deze peilers geselecteerd voor de toepassing in de Levenscyclusscan toegelicht.

4.5.1 (Totale) Economische waarde

De actuele waarde wordt gezien als de ‘actuele’ Gebruikswaarde. De actuele waarde omvat de betalingsbereidheid voor de consumptie van een goed. Maar ook het werkelijke of geplande gebruik van een dienst door de gebruiker (Geurs, 2005, p. 6). De actuele waarde omvat de criteria die worden genoemd in de Gebruikswaarde van het Analysekader.

De actuele waarde van een gebied is hoger wanneer de gebruiker tevreden is over de leefbaarheid van een gebied (waar de Gebruikswaarde onderdeel van uitmaakt). LPBL (2010, p. 18) noemt een aantal thema’s die aansluiten op de actuele waarde, namelijk: Woongenot, bedrijfsklimaat, reistijdwinsten, recreatie, geluid, luchtkwaliteit, sociale veiligheid, sociale cohesie en verdroging. Deze thema’s sluiten aan bij de criteria uit het Analysekader.

De optiewaarde is op te delen in enerzijds de optiewaarde en anderzijds de optieprijs. Volgens Geurs (2005, p. 6) wordt de optiewaarde omschreven als: ‘de risicopremie die individuen bereid zijn te betalen voor een goed of dienst (bijvoorbeeld een treinstation). Zodat gezorgd wordt dat deze beschikbaar blijft voor onverwacht toekomstig gebruik’. De optieprijs wordt omschreven als: de maximale betalingsbereidheid voor een ‘goed’ of ‘dienst’ voordat hier gebruik van is gemaakt.

De optiewaarde vertaalt de economische toekomstige waarde en sluit dus aan op de Toekomstwaarde uit het Analysekader. Belangrijke criteria waaruit de optiewaarde is opgebouwd zijn de flexibiliteit van een gebied, de functionaliteit, de doelmatigheid (in de tijd). Daarnaast speelt de sociale en technische duurzaamheid een rol. De eerder genoemde technische waarde wordt hier dus gedeeltelijk overlapt door de optiewaarde. LPBL (2010, p. 18) noemt een aantal voorbeelden die aansluiten op de optiewaarde, namelijk: functionele flexibiliteit, ruimtelijke reserveringen, de mogelijkheid tot recreëren in de buurt. Het indirect voordeel is het voordeel van het gebruik van een gebied door anderen. Dit houdt in dat een gebied niet alleen door omwonenden wordt gebruikt en dus gewaardeerd, maar het wordt ook gebruikt door buitenstaanders. Een automobilist moet het gebruik van het openbaar vervoer door derden waarderen, omdat dit extra drukte op de weg voorkomt (Geurs, 2005, p. 7). Bij het indirect voordeel is de beleving van een gebied vaak belangrijk. Buitenstaanders bevinden zich meestal maar voor een korte termijn in het gebied. De beleving die ze van het gebied hebben in deze korte periode is essentieel voor de waardebepaling. Het indirect voordeel kan gekoppeld worden aan de Belevingswaarde uit het Analysekader. LPBL (2010, p. 18) noemt een tweetal voorbeelden die aansluiten op het indirect voordeel, namelijk: Uitstralingseffecten (hogere vastgoedwaarden) en regulatiefunctie natuur.

De Altruïstische waarde is de waarde van een ‘goed’ die persoon A hecht aan het gebruik door persoon B. Individuen kunnen bereid zijn te betalen voor treingebruik door anderen, bijvoorbeeld jongeren of ouderen die geen beschikking hebben over een auto (Geurs, 2005, p. 7). In de praktijk van gebiedsontwikkeling is deze waardebepaling ook terug te zien. Een voorbeeld van de waardebepaling wordt beschreven aan de hand van de relatie tussen sociale woningbouw en publieke voorzieningen. De maatschappelijke waarde van een villawijk is hoger dan de maatschappelijke waarde van sociale woningbouw. De aanwezigheid van een bos nabij een villawijk heeft een beter effect op de woningwaarde van de woningen dan de aanwezigheid van een bos nabij een wijk met sociale woningbouw (LPBL, 2010, p. 19). Maar aan de aanwezigheid van bos in de nabijheid van sociale woningbouw wordt dus wel waarde gehecht.

De laatste waarde die in de Economische waarde wordt gebruikt is de vereveningswaarde. Deze vereveningswaarde is waarde die op dit moment moet worden toegekend voor het gebruik van het gebied door de toekomstige generatie. Hierbij valt te denken aan duurzame waarden als CO2 uitstoot, natuur, klimaat, en publieke goederen met een lange levensverwachting en cultuurhistorie (LPBL, 2010, p. 12). Zo wordt door huidige gebruikers waarde gehecht aan het gebruik van bossen door toekomstige gebruikers (generaties).

4.5.2 Selectie criteria

Voor de Economische waarde worden de criteria uit figuur 4.6 samengevoegd voor zover dat mogelijk is. Voor de Economische waarde worden de criteria teruggebracht naar een drietal centrale criteria. De criteria maken in de Levenscyclusscan een koppeling tussen de Economische waarde en de drie waarden van Habiforum (Gebruikswaarde, Belevingswaarde en Toekomstwaarde) (Hooimeijer et al., 2001, p. 10). De Economische waarde is de waarde die gebruikers aan het gebruik en de beleving van een gebied hechten. In hoeverre willen bewoners van een wijk (financieel bijdragen) aan zaken genoemd in de Gebruikswaarde, de Belevingswaarde en de Toekomstwaarde. In hoeverre hebben bewoners van een wijk geld over voor het gebruik van voorzieningen en de openbare ruimte, een goede uitstraling van de wijk en het gebruik van de voorzieningen en de openbare ruimte voor toekomstige gebruikers.

De actuele waarde, de optiewaarde en het indirecte voordeel zijn de criteria die het beste aansluiten bij de Economische waarde zoals in de Levenscyclusscan wordt gebruikt. In principe wordt een hoge Economische waarde onder bewoners gezien als een groot mentaal eigenaarschap. Wanneer bewoners zich thuis voelen in een wijk zijn ze eerder geneigd zich voor de wijk in te zetten.

Actuele waarde

De actuele waarde is het bedrag dat bewoners over hebben voor bepaalde faciliteiten in een gebied. De waarde laat zien of bewoners belang hechten aan het gebruik van ondermeer voorzieningen, de infrastructuur en het vastgoed in de wijk. De actuele waarde wordt gekozen omdat het de economische interpretatie van de Gebruikswaarde van het Habiforum is.

Optiewaarde

De optiewaarde is het bedrag dat huidige bewoners over hebben voor het gebruik en de beleving van een gebied door toekomstige bewoners. Onder het gebied vallen ondermeer de voorzieningen, de infrastructuur en het uiterlijk van het vastgoed. De optiewaarde wordt gekozen omdat het de economische interpretatie van de Toekomstwaarde van het Habiforum is.

Indirect voordeel

Het indirecte voordeel is het bedrag dat bewoners over hebben voor de beleving van een gebied door derden. Het betreft de uitstraling van een wijk die afhangt van de uitstraling van vastgoed, de hoeveelheid natuur en het onderhoud van de openbare ruimte. Ook het indirecte voordeel wordt gekozen omdat het de economische interpretatie van de Belevingswaarde van het Habiforum is.