• No results found

In deze scriptie zijn verhalen onderzocht van de verschillende actoren die zijn betrokken bij circulair bouwen. Het zou gezegd kunnen worden dat verhalen niet altijd betrouwbaar zijn. Het analyseren van verhalen past echter goed bij het karakter van het onderzoek. Het is immers een exploratief onderzoek. Er is nog niet veel onderzoek gedaan naar het in kaart brengen naar belemmeringen waar deelnemer in circulair bouwen in Amsterdam tegenaan lopen. Door de verhalen te gebruiken van de betrokkenen zelf, kan een verkenning worden gemaakt in de praktijk en blijft het onderzoek dus niet enkel theoretisch. Het

onderzoek is ook minder onderhevig aan interpretatie, omdat de woorden van de personen zelf worden gebruikt.

Om tot deze verhalen te komen zijn voor deze scriptie meerdere interviews afgenomen met verschillende relevante actoren. Hoewel dit heeft geleid tot vijf interessante interviews, was het de insteek om meer verschillende actoren te spreken. De hoeveelheid data in de vorm van interviews is dus

minder dan gepland, dit door een onverwachte lage respons op

interviewverzoeken en de beperkte duur van dit onderzoek. Dit zou de interne validiteit van dit onderzoek kunnen beïnvloeden. Er is gekozen om enkele (beleids-)documenten erbij te betrekken, om zo de uitspraken die in de interviews zijn gedaan meer kracht bij te zetten. Daarnaast kunnen de besproken betrokkenen, van verschillende actorgroepen, alsnog een globaal beeld schetsen van de situatie omtrent het in praktijk brengen van circulair bouwen. Wellicht dat vervolgonderzoek nog meer actoren uit verscheidenen actorgroepen kan betrekken om dit beeld verder uit te bereiden.

Tevens is door een technisch probleem een deel van de opname van het interview met mevrouw Müller van Stadslab Circulair Buiksloterham

weggevallen. Er is na het opmerken hiervan, direct na het interview zelf, een samenvatting gemaakt van de rest van het gesprek. Deze is bijgevoegd aan de scriptie, ter inzage.

Gezien de ervaringen van actoren met circulair bouwen in Amsterdam zeer afhankelijk zijn van de context zijn de bevindingen in dit onderzoek niet direct te vertalen naar andere casusgebieden. Vervolgonderzoek naar andere steden zou kunnen uitwijzen of de barrières die zijn waargenomen voor circulair bouwen hetzelfde zijn in andere gebieden.

Literatuur

Bernstein, L., Bosch, P., Canziani, O., Chen, Z., Christ, R., & Riahi, K. (2008). IPCC, 2007: climate change 2007: synthesis report.

Brundtland, G., Khalid, M., Agnelli, S. et al. (1987) Our Common Future (Brundtland Report). World Commission on Environment and Development. Bryman, A. (2012). Social Research Methods: 4th edition. Oxford: Oxford University Press.

Chen, X., Orum, A.M. & Paulsen, K.E. (2013). Introduction to Cities: How Place and Space Shape Human Experience. John Wiley & Sons.

Circle Economy, TNO, Fabric (2015). Amsterdam Circulair. Een visie en routekaart voor de stad en region. Amsterdam.

De Jong, M., Joss, S., Schraven, D., Zhan, C. & Weijnen, M. (2015). Sustainable- smart-resilient-low carbon-eco-knowledge cities; making sense of a multitude of concepts promoting sustainable urbanization. Journal of Cleaner Production 109: 25-38

Decker, H., Elliott, S., Smith, F.A., Blake, D.R., Sherwood Rowland, F. (2000). Energy and material flow through the urban ecosystem. Annual Review of Energy and the Environment 25, 685-740

Geldermans, B., Luscuere, P., Jansen, S., & Tenpierik, M. (2016). Beyond Cities: Materialen, producten &circulair bouwen. TVVL Magazine, 45(1), 22-25

Gemeente Amsterdam (2015). Agenda Duurzaam Amsterdam. Geraadpleegd op 18 juni 2018, van https://www.amsterdam.nl/bestuur-organisatie/volg-

beleid/duurzaamheid-energie/

Gemeente Amsterdam (april 2017). De impact van circulair bouwen op bouw en investeringskosten.

Gemeente Amsterdam (21 december 2017). Haven-Stad: Transformatie van 12 deelgebieden. Ontwikkelstrategie. Amsterdam: Gemeente Amsterdam.

Gemeente Amsterdam (2018). Aangescherpte Energieprestatienorm in Amsterdam voor de nieuwbouw van woningen. Amsterdam: Gemeente Amsterdam.

Gemeente Amsterdam (z.d.). Lening Duurzaamheidsfonds. Geraadpleegd op 18 juni 2018, van https://www.amsterdam.nl/wonen-leefomgeving/duurzaam-

Ghisellini, P., Cialani C. & Ulgiati S. (2016) A review on circular economy: The expected transition to a balanced interplay of environmental and economic systems. Journal of Cleaner Production, 114: 11-32.

Hajer M., Nilsson M., Raworth K., Bakker P., Berkhout F., De Boer Y., Rockström J., Ludwig K. & Kok M. (2015). Beyond Cockpit-ism: Four Insights to Enhance the Transformative Potential of the Sustainable Development Goals.

Sustainability: 7, 1651-1660.

IPCC (2014). Climate Change 2014: Synthesis Report. Contribution of Working Groups I, II and III to the Fifth Assessment Report of the Intergovernmental Panel on Climate Change. IPCC, Geneva, Switzerland, 151 pp.

Manifest Circulair Buiksloterham (5 maart 2015). Verkregen op 11 juni, van https://www.amsterdam.nl/projecten/buiksloterham/circulair/

Stichting Stadslab Buiksloterham, TU Delft, EnergyGO & Metabolic (2016). Buiksloterham Intergrated Energy System. Naar een duurzaam en geïntegreerd energiesysteem voor een wijk in transitie

Van Doren, D., Driessen, P.P.J.., Runhaar, H.A.C. & Giezen, M. (2016a). Scaling- up low-carbon urban initiatives: Towards a better understanding. Urban Studies 1-19.

Van Doren, D., Giezen M., Driessen, P.P.J. & Runhaar H.A.C. (2016b). Scaling-up energy conservation initiatives: Barriers and local strategies. Sustainable Cities and Society: 26, 227-239.

Wolman, A., 1965. The metabolism of cities. Scientific American 213 (3), 179e190.

Wüstenhagen, R., Wolsink, M., & Bürer, M. J. (2007). Social acceptance of renewable energy innovation: An introduction to the concept. Energy policy, 35(5), 2683-2691.

Appendix

Appendix A.1 – Interview Eveline Jonkhof

Interviewpartner: Eveline Jonkhof,

Functie: Senior adviseur duurzame strategie,

Dienst Ruimtelijke Ordening, gemeente Amsterdam

Datum: 18 Juli 2018

Plaats: Weesperstraat 8

De Haan: Misschien kunnen we beginnen met wat uw functie is en wat uw relatie is tot circulair bouwen?

Jonkhof: Ja, dat is goed. Ik ben Eveline Jonkhof, ik ben verantwoordelijk voor het programma Circulaire Economie van de gemeente Amsterdam. Afgelopen anderhalf jaar, twee jaar, hebben we ruim 70 circulaire projecten gerealiseerd in Amsterdam, zowel onderzoeks- als uitvoeringsprojecten, zeker ook op

circulair bouwen. Want zowel de bouwketen als de biomassavoedselketen waren voor ons prioritaire waardenketens. En we hebben projecten uitgevoerd waarbij wij zelf initiatiefnemer zijn als gemeente, ga maar leren door te doen. Het tweede programma was een innovatieprogramma en dat was de bundeling van projecten van marktpartijen en kennisinstellingen. Dat hebben we allemaal eind vorig jaar geëvalueerd en ook voorzien van geleerde lessen uitgetrokken en voorzien van handelingsperspectieven voor een nieuwe bestuursperiode. De Haan: Oké, ja, dus jullie werken ook veel samen met marktpartijen? Jonkhof: Zeker, ja.

De Haan: En jullie rol is dan dat faciliteren, of?

Jonkhof: Ja, we hebben verschillende rollen en dat is: stimuleren en de markt uitdagen, daar zullen we zo nog wel opkomen denk ik specifiek voor circulair bouwen, maar ook inderdaad faciliteren, netwerken ondersteunen,

bedrijfsfinanciering waar nodig he, een duwtje in de rug geven, dus dat kan op allerlei manieren zijn.

De Haan: Oké, en dat is ook met subsidie?

Jonkhof: Ja, zo min mogelijk subsidies. Maar we hebben wel een kleine potje, dat noemen we 'startgeld voor duurzame initiatieven' en dat kan zowel energie als circulair zijn en dat zijn vaak samenwerkingsverbanden met inwoners of bedrijven, zodat we initiatiefnemers ondersteunen. En daarnaast hebben we een fonds, een duurzaamheidsfonds, en dan kunnen we leningen verstrekken met een hele lage rente en dan is het wel de bedoeling dat de oorspronkelijke lening weer terugkomt, zodat het fonds in stand blijft.

De Haan: En is dat lastig die samenwerking? Misschien dat jullie wel hele andere ideeën hebben over circulair bouwen?

Jonkhof: Nee, want de kennis zit bij de markt. Dat is een van de dingen die we hebben gedaan met circulair bouwen, toen zeiden we van 'ja, wat is eigenlijk een circulair gebouw?' Toen hebben we eerst samen met marktpartijen een rootmap circulaire gronduitgifte ontwikkeld, dus we hebben met elkaar een rapport gemaakt met allerlei indicatoren voor circulair bouwen en circulaire gebiedsontwikkeling. Daar hebben we een selectie uit gemaakt onze eigen tenders, dus we hebben samen met de markt eigenlijk die definitie opgesteld. De Haan: Oké en in die tender staat dan een aantal voorwaarden?

Jonkhof: Selectiecriteria, ja.

De Haan: En dat is dan ook bindend of is dat?

Jonkhof: Nee, we dagen dan de markt uit en die kunnen dan.. wij zijn eigenaar van de grond dus voor nieuwbouw schrijven wij tenders uit, daar staan allerlei selectiecriteria in en een deel daarvan gaan over duurzaamheid en die hebben we dan nu ingevuld met circulair. Dus bijvoorbeeld slim en adaptief bouwen, hergebruikte materialen, demonteerbaarheid, dus dat het los te maken is, dat je onderdelen weer kunt gebruiken. En daar hebben we dan de markt op

uitgedaagd en degene die daarvoor het beste plan heeft, krijgt dan ook het meeste punten, dus zo werkt zo'n selectieproces.

De Haan: Dus dan moeten mensen er wel iets mee doen? Jonkhof: Ja, ja.

De Haan: En dat is nu nog maar op kleine schaal?

Jonkhof: Nee, we hebben drie tenders gedaan en de vierde loopt nog, dus we hebben een tender op de Zuidas gedaan, Kop Zuidas, die is al gegund dus dat is het gebouw Crossover, Buiksloterham is de laatste fase van selectie en

Centrumeiland en we zijn ook bezig met een tender in Sloterdijk.

De Haan: Oké en zijn er dan ook dingen waar jullie dan tegenaan lopen? Jonkhof: Nou ja, het belangrijkste is dat er natuurlijk eigenlijk nog geen wetgeving is, dus het bouwen he, voor ons geldt het nationale bouwbesluit en die heeft wel een vrij scherpe eis voor energieprestatie van gebouwen. En vanaf eind volgend jaar, geloof ik, is het bijna energieneutraal. Maar voor circulair bouwen is er nog niet een goede norm, er is wel gestart nu met MPG, de

milieuprestatie van gebouwen, en dat is een hele ruime norm, die iedereen kan halen. Dus de verwachting is dat die snel aangescherpt wordt.

De Haan: Ja, dat is nog niet zo streng? Jonkhof: Nee, die is nogal royaal.

De Haan: Zijn er misschien verder nog instrumenten die jullie kunnen inzetten om dat te bewerkstelligen, kan het in het bestemmingsplan bijvoorbeeld worden ingenomen?

Jonkhof: Ja, we hebben ook een quickscan gedaan van ons juridisch

instrumentarium en wij kunnen.. eigenlijk zijn er op dit moment heel weinig mogelijkheden omdat er dus zo weinig wettelijke basis is, we moeten ons houden aan de nationale wettelijke basis. Maar er is wel de Crisis- en Herstelwet, die is toen door het Rijk ingezet ten tijde van crisis, om te voorkomen dat er allerlei wettelijke belemmeringen zouden ontstaan om de economie weer te stimuleren. Via de Crisis- en Herstelwet kunnen wij een bestemmingsplan voor bredere reikwijdte aanvragen. Dat hebben we voor energie gedaan, dus voor in Amsterdam, voor heel Amsterdam geldt in de nieuwe gebieden een strengere energie-eis dan de wet. Dus dat kan je

aanvragen en dan wordt dat toegekend door het Rijk. Datzelfde kan je ook voor circulair bouwen doen. Dus dan kan je vooruit lopen op nieuwe wetgeving en in het kader van Crisis en Herstel kan je dan een bestemmingsplan van bredere reikwijdte realiseren. Dus dan is het mogelijk, maar waar we heel erg naar uitkijken is de Omgevingswet en de omgevingsvisie, want dan hebben we meer vrijheidsgraden als gemeente he, dan ga je ook uit van het lokaal initiatief en in de omgevingsvisie en het omgevingsplan kunnen wij onze eigen circulaire ambities vastleggen, dus dan heb je een betere wettelijke basis. En daarnaast zijn wij ook natuurlijk verantwoordelijk voor de ruimtelijke ordening en in het hele spectrum van ruimtelijke planvorming kunnen we ook onze circulaire ambities vastleggen. Nou, dat hebben wij de afgelopen paar jaar bijvoorbeeld gedaan voor Havenstad. Havenstad is het gebied ten westen, dus dat is richting Westerpark en dan het Havengebied in.

De Haan: Bij de Houthavens daar?

Jonkhof: Ja, Houthavens is het eerste stukje zeg maar. Havenstad is het grootste transformatiegebied van Amsterdam, daar komen zo'n 70.000 woningen en arbeidsplaatsen, dus wonen-werken.

De Haan: Dat zijn er nog al wat.

Jonkhof: Dat is heel veel en daar zijn wij vroeg in de planvorming, dus hebben wij in het begin, in de ontwikkelstrategie van Havenstad onze circulaire

ambities vastgelegd en dan kun je dat daarna steeds verder concretiseren, ook samen met marktpartijen.

De Haan: En die marktpartijen, willen die dat? Ik kan me voorstellen dat het duurder is bijvoorbeeld, om circulair te bouwen.

Jonkhof: Nou, dat hangt er een beetje vanaf. Het bijzondere is dat

marktpartijen het wel doen en ook aanbieden. We hebben wel ook onderzoek gedaan naar de kosten en de baten van circulair bouwen, daar kwam wel uit dat de initiële kosten op dit moment hoger zijn. Als je het natuurlijk bekijkt over de totale levensduur dan gaat het, zeker als die markt meer volwassen wordt, zal dat afnemen. Waarom is het hoger? Een, omdat arbeid duur is, dus dat pleit ook heel erg voor de verschuiving van belasting, van arbeid naar grondstofen. Twee, er is natuurlijk nog niet een echte markt voor secundaire materialen. Het is dus heel moeilijk nog om de waarde van het gebouw te bepalen op basis van restwaarde van materialen. Plus, dat primaire grondstofen veel goedkoper zijn dan secundaire grondstofen. Dat heeft ook weer met ons belastingstelsel te maken en het feit dat wij milieuschade door de winning van grondstofen niet verdisconteren in de prijs van grondstofen. Denk aan de hele discussie over een

reële CO2-prijs he, met de klimaatonderhandelingen. Dus dat soort mechanismes moeten wel in gang gezet worden.

De Haan: Dus die huidige belasting op arbeid.. Jonkhof: Die moet verschuiven naar grondstofen.

De Haan: Ja, oké. Maar er is geen probleem nu om ontwikkelaars aan te trekken omdat het duurder is bijvoorbeeld?

Jonkhof: Op dit moment niet, nee. De Haan: Amsterdam is zo gewild nu?

Jonkhof: Iedereen wilt graag bouwen in Amsterdam, dus dat scheelt natuurlijk wel.

De Haan: Uhm, even kijken. Zijn er verder nog dingen echt nodig om dat op te schalen, die ontwikkeling?

Jonkhof: Ja, ik denk dat het belangrijk is om ook dus beter te snappen, als je zoveel mogelijk hergebruikte materialen wilt hebben, wat vraag en aanbod is, van hergebruikte materialen. Dus om inzichtelijk te krijgen 'waar ontstaan bouwmaterialen en waar kun je ze hergebruiken?' 'En hoe stem je dat dan op elkaar af?' Maar ook vragen rondom de kwaliteit van hergebruikte materialen he, want er zijn ook certificeerders die zeggen 'wij certificeren geen

hergebruikte materialen' en dat is natuurlijk wel lastig want je wilt wel ook dat die hergebruikte materialen dezelfde kwaliteiten functionaliteiten hebben als primaire grondstofen. Dus daar zitten ook vragen omheen. En bijvoorbeeld ook, je ziet de hele beweging van bezit naar gebruik, nou ook in de bouw, dus als iemand eigenaar blijft van balken of de kozijnen of het beton, wat gebeurt er dan? Hoe financier je dat? Hoe betrouwbaar is dan zo'n leverancier? Stel dat hij over de kop gaat, wat gebeurt er dan met de materialen? (Dan) hebben we een materialenpaspoort nodig he, want je wilt dan ook precies weten wat voor materialen en componenten er dan in een gebouw zitten. Dus dat zijn allemaal dingen die nodig zijn voor het opschalen. Plus inderdaad het belastingstelsel; arbeid moet goedkoper, primaire grondstofen moeten duurder worden. Dus dat zijn wel een aantal dingen die we voor elkaar moeten krijgen in de opschaling. En wij moeten het ook gewoon gaan vragen, want wij als gemeente hebben natuurlijk een rol in de uitvraag, dus wij moeten dan een andere vraag gaan stellen aan de markt waardoor we hen uitdagen. Dat betekent ook dat wij ruimte moeten creëren, dus niet helemaal specifiek moeten uitvragen, maar meer onze ambitie neer moeten leggen en daarop de markt uitdagen met hun beste bieding te komen.

De Haan: En consumenten, speelt het daar ook onder? Bijvoorbeeld onder de bewoners?

Jonkhof: Ja, zeker, wat je natuurlijk ziet in de, en het is natuurlijk moeilijk om een abstract begrip als circulariteit te vertalen naar 'wat is nou het voordeel voor de bewoner?' he. Bij energie zie je, als je een energiezuinig huis hebt, heb je ook een lagere energierekening he. Dus dat zie je direct terug. Bij circulair bouwen zie je het niet direct terug in je portemonnee. Maar we hebben

2015 en dat was een initiatief waar bewoners ook zelf bij betrokken waren en daar zie je ook veel zelfbouw en circulaire bouw. Dus dat ontstaat wel en ook gerelateerd aan afval zie je allerlei initiatieven. Dus dat gebeurt wel, maar het is natuurlijk, circulair bouwen, 'wat is het voordeel van een circulair gebouw?' dat moet je eigenlijk beter uitleggen en vertalen.

De Haan: Best wel abstract ook misschien als het over hele grote grondstofkringlopen gaat?

Jonkhof: Ja, zeker.

De Haan: Maar begint het wel een beetje te spelen onder mensen? Jonkhof: Zeker, absoluut.

De Haan: Even denken hoor. Zijn er verder nog uitdagingen die naar voren komen?

Jonkhof: Nou, ik denk inderdaad de hele financiering is natuurlijk een grote uitdaging. Wat natuurlijk een lastige combinatie is, is dat we aan de ene kant nog heel weinig weten over circulair bouwen, al wel steeds sneller en steeds meer, maar er moet nu ook enorm snel gebouwd worden in Amsterdam. Dus er is ook druk op snel bouwen versus nog wel even goed nadenken hoe je dan bouwt; dat elk gebouw dat je nu bouwt moet circulair zijn, want dat steeds 50 tot 100 jaar, dus dan wil je dat gelijk vanaf het begin af aan goed doen. En zo moeten we ook nog heel veel leren met elkaar. Dus dat is ook nog wel een uitdaging.

De Haan: Wat ik verder nog wel ben tegengekomen is dat flexibiliteit heel belangrijk is, dat je van functies nog kan veranderen. Is dat nou lastig te combineren met iets als een bestemmingsplan, wat functies juist vastlegt? Jonkhof: Dat is een goede vraag, want we wel aan het kijken dat je

bestemmingsplannen meer flexibel maakt, dus dat het mogelijk blijft dat je van functie kunt veranderen. Maar dat is zeker iets waar we naar moeten kijken. Het bestemmingsplan kan niet een hinderpaal zijn om zeg maar bijvoorbeeld levensloopbestendig of flexibel of adaptief te bouwen.

De Haan: Het is natuurlijk ook wel best wel lastig om een kantoor om te dopen tot een woningcomplex lijkt me.

Jonkhof: Ja, het gebeurt wel he.

Appendix A.2 – Interview Renate Heppener

Interviewpartner: Renate Heppener,

Functie: Trekker programma Circulair Buiksloterham, Gemeente Amsterdam, afdeling Ruimte en Duurzaamheid

Datum: 29 Juni 2018

Plaats: Weesperstraat 8

Hidde de Haan: Laat ik beginnen met 'wat houdt uw functie in eigenlijk?' Renate Heppener: Ja, nou, ik werk als trekker van het programma Circulair Buiksloterham, binnen de gemeente Amsterdam. Gemeente Amsterdam is een grote organisatie. Ik werk bij Ruimte en Duurzaamheid, dat is eigenlijk de oude dienst Ruimtelijke Ordening, dat heet tegenwoordig Ruimte en Duurzaamheid. Ik zit daar in team Duurzaamheid, maar ik ben eigenlijk dan uitgeleend aan het projectteam Buiksloterham. Dat team is verantwoordelijk voor de

gebiedsontwikkeling van Buiksloterham. Dat werkt weer ambtelijk onder Grond en Ontwikkeling, want zodra projecten in uitwerking gaan, vallen ze onder Grond en Ontwikkeling. In dat hele team hebben we verschillende functies en mijn functie is dan trekker van het programma Circulair Buiksloterham. Dat is,

In document Naar een circulair gebouwd Amsterdam? (pagina 43-89)