• No results found

Wat is de betrouwbaarheid van de SIS-K afgenomen bij begeleiders van kinderen in de leeftijd van 10 tot 16 jaar. Het antwoord op deze vraag is onderzocht door de SIS-K 59 keer af te nemen bij professionals, (pleeg)ouders en twee kinderen. Hierover zijn de kwantitatieve gegevens verzameld en geanalyseerd. In de verzamelde gegevens zit een relatief grote spreiding in de periode dat het kind gekend is bij de respondenten. Dit is voornamelijk

veroorzaakt doordat ook ouders de vragenlijst hebben ingevuld. De ouders kennen het kind al 48

zijn hele leven in tegenstelling tot bijvoorbeeld de begeleiders. De werving van de

participanten heeft met name plaatsgevonden in het westen van Nederland buiten de grote steden.

Ten eerste is de vraag onderzocht wat de interne consistentie was voor elk van de drie respondenten. Per respondent is de interne consistentie berekend met de Cronbach alfa. Echter is het wel van belang te mee te wegen dat de Cronbach alfa bijna de kleinste ondergrens voor betrouwbaarheid is. Voor kleinere steekproeven en langere tests kan men beter gebruik maken van de Guttmans Lambda2, echter zijn de verschillen met de alfa doorgaans klein (Sijtsma, 2009). Omdat een eerste verkenning wordt gedaan naar de

betrouwbaarheid van de SIS-K is gekozen om enkel van de Cronbach alfa gebruik te maken om een vergelijking te kunnen maken met eerdere en internationale uitkomsten van de SIS. In verder onderzoek zou de betrouwbaarheid onderzocht moeten worden bij een grotere groep respondenten.

De overheid verwacht dat de burgers zelfstandig op zoek gaan naar ondersteuning, binnen hun eigen sociale netwerk, buurt of wijk. Wanneer daar geen ondersteuning beschikbaar is kan een beroep worden gedaan op professionals. (Embrechts, 2009) In dit onderzoek zijn respondenten benaderd uit het sociale en professionele netwerk van het kind.

Respondentgroepen één en twee hadden een persoonlijke en/ of professionele relatie met het kind. De onafhankelijke beoordelaar had deze relatie niet. Twee maal is er ook bij een kind de vragenlijst afgenomen. In onderzoek van Van der Meer, Embrechts, Hendriks en Sohier (2012) wordt aangegeven dat de samenwerking tussen ouders en professionals van groot belang is in de ontplooiing van het kind. Ouders en professionals zijn beide gelijkwaardige gesprekspartners. Door in dit onderzoek ook gebruik te maken van de expertise van de ouders

is recht gedaan aan de opvatting dat ouders als partner van de professional worden gezien zoals in Van der Meer et al. (2012) wordt gesteld. Uit de in dit onderzoek verzamelde

gebruikerservaringen is gebleken dat ouders het als prettig hebben ervaren om hun kennis en inzicht te delen met de onderzoekers. Om ook recht te doen aan de mening van de kinderen zelf is het van belang hun te betrekken bij het interview. Op die manier wordt er mét hen gepraat in plaats van over hen. Onderzoek van Douma, Dekker, Verhulst en Koot (2006), Moonen (2006) en Zimmermann en Endermann (2008) heeft laten zien dat de informatie die een persoon met een LVB geeft waardevol kan zijn om het zorg aanbod op de individuele behoefte af te stemmen.

Door het volgen van de basistraining te Gent zijn de onderzoekers bekend geraakt met de achtergrond en de bedoeling van de SIS-K. Voor toekomstige onderzoekers is het een absolute vereiste om deze basis training gevolgd te hebben. Tijdens deze training wordt het voor de onderzoeker duidelijk waarop hij of zij dient te letten bij het afnemen van de SIS-K om tot een betrouwbare inschatting te komen van de ondersteuningsbehoefte.

In dit onderzoek is het moeilijk gebleken om het verschil van inschatting van

ondersteuningsbehoefte tussen ouders en professionals te meten. In volgend onderzoek is het daarom aan te raden dat de vragenlijst wordt afgenomen bij minimaal één ouder(s) en één professional. Op deze manier zal beter te onderzoeken zijn of ouders en professionals verschillen in uitslag van ondersteuningsbehoefte.

Op de medische subschaal is gebleken dat er in 19 van de 30 gevallen geen behoefte was aan ondersteuning. Mede hierdoor is het niet mogelijk geweest om de interne

consistentie van deze schaal te bepalen. Verwacht wordt dat wanneer de items binnen deze

schaal worden afgenomen binnen een instantie waar een meer medische setting is deze berekeningen wel gemaakt kunnen worden.

Het afnemen van de SIS-K bij de twee kinderen is erg belastend gebleken voor zowel het kind als de interviewer. In onderzoek van van der Hoorn (2011) wordt al aangegeven mensen met een LVB er genoegen in stellen om zelf centraal te staan in het onderzoek. Om het kind voldoende te kunnen laten aangeven is het aan te raden om te werken met een photo elicitated interview. Op deze manier kunnen ook kinderen betrokken worden bij het opstellen van hun ondersteuningsplan. Zo wordt er in de toekomst ondersteuning geboden die adequaat aansluit bij de individuele ondersteuningsbehoefte van het kind met een LVB.

Literatuurlijst

Americans with Disabilities Education Act, http://idea.ed.gov/explore/home, geraadpleegd op 28 februari 2013.

Baarda, D.B., de Goede, M.P.M., & van Dijkum, C.J. (2003). Basisboek statistiek met SPSS. Handleiding voor het verwerken en analyseren van en rapporteren over (onderzoeks) gegevens. Groningen/Houten: Wolters-Noordhoff.

Bodde, J., & Hagen, B. (2009). LVG-jongeren beter in beeld. Utrecht: VOBC LVG.

Bossaert, G., Kuppens, S., Buntinx, W., Molleman, C., Abeele, A. Van Den, A., & Maes, B. (2009). Usefulness of the Supports Intensity Scale (SIS) for persons with other than intellectual disabilities. Research in Developmental Disabilities, 30, 1306–1316. Brown, R.I., Schalock, R.I., & Brown, I. (2009). Quality of life: Its application to persons

with intellectual disabilities and their families- introduction an overview. Journal of policy and Practice in Intellectual Disabilities, 6(1), 2-6.

Buntinx, W.H.E. (2003).Wat is een verstandelijke handicap? Definitie, assessment en ondersteuning volgens het AAMR-model. Nederlands Tijdschrift voor de Zorg aan verstandelijk gehandicapten, 29(1), 4-24.

Buntinx, W.H.E., Meas, B., Cleas, C., & Curfs, L.M.G. (2010) De Nederlandstalige versie van de Suports Intensity Scale. Psychometrische eigenschappen en toepassingen. Nederlands Tijdschrift voor de Zorg aan mensen met verstandelijke beperking, 36 (1), 4-22.

Buntinx, W.H.E., & Schalock, R.L. (2010). Models of Disability, Quality of Life, and Individualized Supports: Implications for Professional Practice in Intellectual

Disability. Journal of Policy and Practice in Intellectual Disabilities, 7(4), 283–294. 52

Burns, A.C., & Bush, B.F. (2006), Principes van marktonderzoek. Amsterdam: Pearson Education.

Cardol, M., Speet, M., & Rijken, M. (2007). Anders of toch niet? Deelname aan de samenleving van mensen met een lichte of matige verstandelijke handicap. Utrecht: Nivel.

Cronbach, L.J. (1951). Coefficient alpha and the internal structure of tests. Psychometrika, 16(3), 297-334.

De Vocht, A. (2008). Basisboek SPSS 16 voor Windows. Utrecht: Bijleveld Press. Douma, J.C., Dekker, M.C., Verhulst, F.C., & Koot, H.M. (2006). Self-reports on mental

health problems of youth with moderate to borderline intellectual disabilities. Journal of the American Academy of Child Psychiatry, 45, 1224- 1231.

Embregts, P. (2009). Zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. Arnhem: HAN UniversityPress.

Hogewind, H., & Collot d’Escury, A. (2010). Het steunogram: een instrument voor interventie en risicotaxatie op basis van het sociale netwerk van licht verstandelijk beperkte zedendelinquente jongeren. Onderzoek en Praktijk, 8(1), 5-14.

Jenaro, C., Cruz, M., Perez, M., Flores, N.E., & Vega, V. (2011). Utilization of the Supports Intensity Scale With Psychiatric Populations: Psychometric Properties and Utility for Service Delivery Planning. Archives of Psychiatric Nursing, 25(5), 9-17.

Kaal, H.L. (2010) Beperkt en gevangen? De haalbaarheid van prevalentieonderzoek naar verstandelijke beperking in detentie. Den Haag: WODC.

Kaal, H.L., Brand, E.F.J.M., & Van Nieuwenhuijzen, M. (2011). Intellectually disabled and non-intellectually disabled serious youth offenders compared: Similar but (very) different. Proces, 5, 251-261.

Koning de, N.D., & Collin, P.J.L. (2007). Behandeling van jeugdigen met een

psychiatrische stoornis en een verstandelijke beperking. Kind en Adolescent, 28, 215- 229.

Le Cocq, A.M.J. (2011) Uitvoeringstoets IQ-maatregel. Diemen: College voor zorgverzekeringen.

Leerlinggebonden financiering, http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/passend-onderwijs, geraadpleegd op 28 februari 2013.

Luckasson, R., Borthwick-Duffy, S., Buntinx, W.H.E., Coulter, D.L., Craig, E.M., Reeve, A., Shalock, R.L., Snell, M.E., Spitalnik, D.M., Spreat, S., & Tassé, M.J. (2002). Mental retardation: Definition, classification, and systems of supports. 10th ed. Washington (DC): American Association on Mental Retardation.

Moonen, X. (2006). Verblijf, beeld en ervaringen van jongeren opgenomen in een orthopedagogisch centrum voor jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking.

Maastricht: Datawyse. Academisch proefschrift.

Moonen, X., & Verstegen, D. (2006). LVG-jeugd met ernstige gedragsproblematiek in de verbinding van praktijk en wetgeving. Onderzoek en Praktijk. Tijdschrift voor de LVG-zorg, 1, 23-28.

Moonen, X.M.H., Kaal, H.L., & Nijman, H. (2012). The Construction and validation of a screener to assess mild intellectual disabilities and borderline intelligence. Journal of Intellectual Disability Research, 56, 693.

Offerman, M. (2009). Invoering van de zorgzwaartebekostiging in de intramurale AWBZ. Tijdschrift voor gezondheidsrecht, 33(4), 266-276.

Ponsioen, A., (2005). De waarde van een IQ-score bij kinderen met een lichte verstandelijke beperking. Kind en Adolescent Praktijk, 4, 51-55.

Ponsioen, A., & Plas, J. (2008). Verstandelijke beperking. Handboek klinische ontwikkelingspsychologie. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

Salvador-Carulla, L., & Bertelli, M. (2008). ‘Mental retardation’ or ‘intellectual disability’: time for a conceptual change. Psychopathology, 41, 10–16.

Schalock, R. L., Gardner, G. F., & Bradley, V. J. (2007). Quality outcomes for people with intellectual and other developmental disabilities: Applications across individuals, organizations, communities and systems. Washington, DC: American Association on Intellectual and Developmental Disabilities.

Thompson, J.R., Bryant, B., Campbell, E.M., Craig, E.M., Hughes, C., Rotholz, D., Schalock, R., Silverman,W., Tassé,M., & Wehmeyer, M. (2004). Supports Intensity Scale. Washington DC: AAMR.

Van der Hoorn, D.C. (2010) Gebruikerscarrières van mannen met een licht verstandelijke beperking uitgevraagd. Amsterdam: Universiteit van Amsterdam. Masterscriptie orthopedagogiek, Faculteit der gedragswetenschappen.

Van der Meer, J., Embregts, P., Hendriks, L., & Sohier, J. (2012). Begeleiders van mensen met een ernstige verstandelijke beperking en ernstige gedragsproblemen. Een onderzoek naar opvattingen van ouders over noodzakelijke competenties. NTZ- Nederlands Tijdschrift voor de Zorg aan Verstandelijk Gehandicapten, 38(3), 10-18.

Wehmeyer, M., Chapman, T.E., Little, T.D., Thompson, J.R., Schalock, R., & Tassé, M.J. (2009). Efficacy of the Supports Intensity Scale (SIS) to predict extraordinary support needs. American Journal on Intellectual and Developmental Disabilities, 114(1), 3– 14. Weiss, J. A., Lunsky, Y., Tassé, M. J., & Durbin, J. (2009). Support for the construct validity

of the Supports Intensity Scale based on clinician rankings of need. Research in Developmental Disabilities, 30, 933–941.

Zimmerman, F., & Endermann, M. (2008). Self–proxy agreement and correlates of health- related quality of life in young adults with epilepsy and mild intellectual disabilities. Epilepsy & Behavior, 13, 202-211.

Bijlage 1 Verdeling van score op totale medische schaal voor de gewogen beoordeling

Bijlage 2 Verdeling van score op totale gedragsmatige schaal voor de gewogen beoordeling

Bijlage 3 Verdeling totale score Sectie A voor de gewogen beoordeling

Bijlage 4 Verdeling totale score Sectie B voor de gewogen beoordeling

Bijlage 5 Verdeling totale score Sectie C voor de gewogen beoordeling

Bijlage 6 Verdeling totale score Sectie D voor de gewogen beoordeling

Bijlage 7 Verdeling totale score Sectie E voor de gewogen beoordeling

Bijlage 8 Verdeling totale score Sectie F voor de gewogen beoordeling

Bijlage 9 Verdeling totale score Sectie G voor de gewogen beoordeling

Bijlage 10 Verdeling totale score SIS-K voor de gewogen beoordeling

Bijlage 11