• No results found

De confrontatie aangaan

In document 2008-SG2 (pagina 77-79)

J o u k e d e V r i e s ( b e s t u u r s k u n d i g e )

Paul Scheffer legt met Het land van aankomst rekenschap af voor het essay ‘Het mul- ticulturele drama’ dat hij in nrcHandelsblad publiceerde. Het essay deed veel stof op-

waaien omdat Scheffer daarmee belangrijke ontwikkelingen voor een groot publiek duidelijk maakte. Of anders geformuleerd: Scheffer schreef op wat vele mensen von- den, maar wat zij eigenlijk niet mochten denken of uitspreken. Er was sprake van pro- gressieve vooroordelen waar niet doorheen kon worden gebroken. Nederland was of- ficieel voorstander van de multiculturele samenleving en kritiek daarop was eigenlijk niet geoorloofd. Scheffer was met zijn essay een vroege waarschuwer en bekritiseerde gegroeide verhoudingen en het bestaande beleid. Sommige critici zouden later dan ook naar voren brengen dat Scheffer eigenlijk de wegbereider was van Fortuyn en een bij- drage leverde aan de ondergang van de Paarse coalitie en vooraanstaande politici zoals Wim Kok, Ad Melkert, Thom de Graaf en Hans Dijkstal. Kok heeft overigens wel toe- gegeven dat hij het integratievraagstuk heeft onderschat.

De commotie rondom het essay en de latere politieke ontwikkelingen in Nederland – de moorden op Fortuyn en Van Gogh – zijn de auteur waarschijnlijk niet in de kou- de kleren gaan zitten. Scheffer is de confrontatie met zichzelf en zijn omgeving niet uit de weg gegaan. Zeven jaar lang trok Scheffer er op uit om zijn essay toe te lichten of te verdedigen. Deze activiteiten hebben uiteindelijk geleid tot zijn boek Het land van

aankomst. Deze titel is een omkering van de titel van het beroemde boek Het land van herkomst van Eddy du Perron. De illustratie op de kaft laat een schaap in een mistige

polder zien. Het is niet geheel duidelijk wat daarmee bedoeld wordt. Het kan een illu- stratie zijn van de Nederlandse zompige polder waarin vele buitenlanders terechtko- men of het is het ene schaap dat bijna over de dam is, waarop er meer zullen volgen. Dat er meer zullen volgen is voor Scheffer duidelijk: de grote steden in Nederland worden geconfronteerd met meer dan 100 nationaliteiten en het is de vraag of een land derge- lijke aantallen kan verwerken. Op het moment dat ik dit schrijf zijn er weer incidenten in Nederland rondom Marokkaanse jongens die ambulance-personeel in Amsterdam bedreigen en buschauffeurs in Gouda het werken lastig maken.

Het boek lijkt iets optimistischer van toon dan het beroemde essay. Er komt dus toch iets goeds voort uit het drama. Scheffer hanteert met zijn drie generaties-benadering een soort dialectische geschiedopvatting. De eerste generatie immigranten staat voor isolement en vermijding. Zij spreken de taal van het land van aankomst niet. Zij komen in de termen van Scheffer met een ezel naar het vliegtuig en laten de koffer op de over- loop staan. Zij zouden wel willen integreren, maar weten niet waarin omdat de Neder- landse identiteit ook is verwaterd. De tweede generatie, de kinderen die in Nederland zijn geboren, zullen zich niet bij deze situatie neerleggen en komen in botsing met de Nederlandse maatschappij. Zij zullen hun rechten opeisen. Ze zullen kritiek formule- ren, politiek actief worden of radicaliseren en zich afzetten tegen de Nederlandse maat-

schappij. De derde generatie heeft volwaardige mogelijkheden om deel te nemen aan de maatschappij. Hoewel Scheffer geen overdreven optimistisch beeld laat zien, gelooft hij naar mijn mening wel in de goede afloop van de zaak.

Het zal echter geen eenvoudige opgave zijn. De politieke en maatschappelijke ont- wikkelingen zullen nog lang turbulent zijn. Scheffer behandelt de landen van herkomst van de immigranten, de Islam en maakt vergelijkingen met de Verenigde Staten dat door de multiculturele problemen als immigratieland weer is herontdekt. Scheffer haalt in zijn boek wel erg veel overhoop. Er worden zeer veel theoretische perspectieven ge- bruikt – de stadssociologie, geschiedenis en internationale betrekkingen – waar uitein- delijk niet zoveel mee wordt gedaan. Empirische gegevens zijn in het boek schaars, waardoor sommige opmerkingen in de lucht blijven hangen. Scheffer is naar mijn me- ning zeer scherp als hij de eigenaardigheden van de Nederlandse maatschappij en poli- tiek beschrijft. Hij prikt de mythe van de Nederlandse tolerantie door. De verbeelde Nederlandse natie is altijd een verdeelde natie geweest. ‘Of het nu gaat over de omvang met levensbeschouwelijke verschillen (tolerantie) of met de machtspolitiek in de grote- re wereld (afzijdigheid) of met de meer recente vorm van religieuze schikking (verzui- ling), allemaal zijn het uitingen van de eerder beschreven conflictvermijding. De tole- rantie is dus in wezen een schijntolerantie en komt neer op onverschilligheid.

Scheffer geeft haarscherp aan dat de Nederlandse politieke elites lange tijd hebben weggekeken van het probleem dat in de arme wijken van de grote steden ontstond. Pas nu de middenklasse steeds meer met de gevolgen van de onstuimige immigratie wordt geconfronteerd en eigenlijk niet meer kan vluchten, laat de Nederlandse middenklasse zijn ware gezicht zien. Scheffer durft het niet zo hard op te schrijven maar in feite geeft hij aan dat Nederlanders veel racistischer zijn dan zij zelf toegeven. Het meest verve- lend toont Nederland zich in het dagelijks taalgebruik met de termen autochtoon en al- lochtoon. Niets lijkt mij erger dan jarenlang in een land te wonen en je best te doen en dan plotseling te ontdekken dat je allochtoon bent. De socioloog Zygmunt Baumann omschreef hetzelfde verschijnsel in Duitsland tijdens het Interbellum toen door een ideologische omslag goede buren plotseling slechte Joden werden. Scheffer schrijft een deel van de problemen toe aan de opkomst van het cultuurrelativisme. Terwijl het in het verleden de gewoonste zaak van de wereld was dat van Friezen bijvoorbeeld werd verwacht dat je het Nederlands perfect beheerste en Surinamers de Nederlandse spoor- lijnen moesten leren, omarmden de politieke elites door schaamte over het kolonia- lisme geleidelijk het cultuurrelativisme waardoor de elites geen eisen meer durfden te stellen. De nieuwkomers wisten daardoor niet meer aan welke eisen ze moesten vol- doen.

Hoewel Scheffer bezorgd is over de verharding van de Nederlandse politiek geeft hij eigenlijk aan dat deze fase van harde confrontatie noodzakelijk is om tot een synthese te komen. Hij zoekt de synthese vooral in het ontwikkelen van een nieuw soort bur- gerschap waarmee hij de sociale scheidslijnen wil overbruggen.

180 j o u k e d e v r i e s stadsgeschiedenis

In document 2008-SG2 (pagina 77-79)