• No results found

5. Onderzoeksdesign

5.2. Dataverzameling

5.2.1. Tijdsperiode

Naar analogie met onderzoek van Georgiou & Zaborowski (2017) en De Cock, Sundin & Mistiaen (2019) spits ik mijn analyse toe op een aantal specifieke periodes. Zoals in het literatuuroverzicht aangetoond werd, is tijd een belangrijke factor inzake framingpatronen in de loop van een crisis. Met name bij langdurige crisissen is het dus aangewezen om te focussen op verschillende specifieke periodes, omdat frames wijzigen naarmate andere aspecten van de crisis op de voorgrond treden (Greussing & Boomgaarden, 2017). Ook Van Gorp (2010) is van mening dat het zinnig is om het onderzoek te centreren rond key events die een zogenaamde frame shift kunnen veroorzaken. Het is dus niet aangewezen om gewoon een willekeurige steekproef te nemen van artikels over de hele periode. Bovendien kan men door met intervallen te werken eventuele frame

shifts duidelijk detecteren (Georgiou & Zaborowski, 2017). Ten slotte laat deze aanpak ook toe de

verschillende periodes te toetsen aan de cyclus van Downs (1972) (van pre-problem tot post-

problem stage).

De evenementen in de hiernavolgende korte beschrijving van de gekozen periodes moeten gezien worden in de context van een dynamische “crisis”, waarbij voorafgaande en opeenvolgende gebeurtenissen elkaar én de berichtgeving beïnvloeden. Om het vergelijken van onderzoeksresultaten te vergemakkelijken, zijn alle periodes even lang (telkens twee weken). Ik laat mij inspireren door de verdeling van Georgiou & Zaborowski (2017) en Lams (2019). In deze masterproef worden de volgende 7 periodes onderzocht:

o Periode A (23 maart – 7 april 2015): De zomer van 2015 wordt algemeen beschouwd als de start van de zogenaamde “vluchtelingencrisis” (Lams, 2019), ook al zijn er op dat moment al enkele maanden berichten over dramatische massaverdrinkingen van vluchtelingen in de Middellandse Zee. Door in te zoomen op eind maart / begin april van datzelfde jaar, onderzoek ik een periode die voorafgaat aan de start van de “crisis”, en die kan overeenkomen met wat Downs (1972) de pre-problem stage noemt.

o Periode B (13 juli – 27 juli 2015): In juli 2015 gaat de Europese hervestigingsregeling van start waarbij vluchtelingen uit Italië en Griekenland overgeplaatst worden naar de overige EU- lidstaten. Op 13 juli start Hongarije met de bouw van een zogenaamde “antimigrantenmuur” (DS, 14 juli 2015). Ondertussen proberen migranten vanuit Calais het Verenigd Koninkrijk te bereiken via de Kanaaltunnel (Georgiou & Zaborowski, 2017).

o Periode C (24 augustus – 7 september 2015) wordt gezien als de start van de echte “crisis” op het Europese continent en in Brussel duiken de eerste vluchtelingenkampen op in het Maximiliaanpark (Lams, 2019). Nog veel invloedrijker in deze periode is de dood van de driejarige Alan Kurdi. Het beeld van het aangespoelde Syrische jongetje ging de wereld rond en wordt beschouwd als key event (Koca-Helvaci, 2019). In deze periode doet Angela Merkel voor de eerste keer haar “wir schaffen das” uitspraak.

o Periode D: (21 september – 5 oktober): Naar analogie met De Cock, Sundin & Mistiaen (2019) wordt er speciale aandacht geschonken aan de laatste week van september, waarin de Europese leiders op initiatief van Merkel en de toenmalige Franse president Hollande een akkoord bereiken over het zogenaamde spreidingsplan. Om Italië en Griekenland te “ontlasten” wordt een regeling uitgewerkt om de vluchtelingen te hervestigen in de verschillende EU-lidstaten. Hongarije, Roemenië, Slowakije and Tsjechië stemmen tegen het akkoord (De Cock, Sundin & Mistiaen, 2019).

o Periode E (13 – 27 november 2015) staat in het licht van de terroristische aanslagen in Parijs op 13 november 2015. Negatieve geopolitieke gevolgen van de “migratiecrisis” komen vanaf nu centraal te staan in het discours. Europa verkeert in deze periode in shock en vluchtelingen worden in het discours aangedragen als zondebok, zo stellen Georgiou & Zaborowski (2017). o Periode F (1 – 15 januari 2016): Deze periode draait rond het incident in Keulen op

Oudejaarsnacht, waarbij vrouwen werden aangerand tijdens de feestelijkheden. Zowel door politici als in de media werd deze gebeurtenis gelinkt aan migranten en vluchtelingen, wat tot een verhit debat over criminaliteit, culturele dreiging en racisme leidde (De Cock, Sundin & Mistiaen, 2019). Ook deze gebeurtenis zou dus een mogelijke frame shift kunnen teweegbrengen.

o Periode G (17 – 31 maart 2016): In deze laatste periode – één jaar de na de eerste periode – gaat het vooral om de controversiële zogenaamde “vluchtelingendeal” tussen de Europese

Unie en Turkije. De afspraak houdt in dat Turkije haar grenzen beter beschermt zodat minder vluchtelingen de oversteek maken naar Europa, in ruil voor financiële steun en versoepelde visumregels voor Turkse burgers. Voor elke naar Turkije teruggestuurde Syriër zou de EU een Syriër uit Turkije opnemen. Toch zijn er heel wat problemen vastgesteld met de implementatie van deze deal, onder meer omdat lidstaten niet bereid waren het vooropgestelde aantal vluchtelingen op te vangen. Bovendien stelt men zich vragen bij de veiligheidssituatie in Turkije. De “vluchtelingendeal” tussen de EU en Turkije staat vandaag, in 2020, onder druk, omdat Turkije de grens naar Europa terug geopend heeft (Europa Nu, 2020).

Voor dit onderzoek werden in totaal 404 artikels geselecteerd uit De Standaard en Het Laatste

Nieuws, gebruikmakend van de online databank GoPress. Naar analogie met De Cock, Sundin &

Mistiaen (2019) werd ervoor gekozen om de verschillende genres – zoals klassieke nieuwsverslagen, diepteinterviews, columns, lezersbrieven e.d. – in de selectie te behouden, aangezien zij allen op hun manier het dominante discours weerspiegelen en deel uitmaken van het eindproduct.

De generalistische kwaliteitskrant De Standaard werd opgericht in 1918 als deel van de katholiek-conservatie traditie, die zich vandaag eerder als centrumkrant profileert (De Cock, Sundin & Mistiaen, 2019; De Bens & Raeymaeckers, 2010). Volgens het meest recente rapport van het Belgische Centrum voor Informatie over de Media (CIM) is De Standaard met 19% van het totale bereik de meest gelezen kwaliteitskrant, dit is ongeveer 5% meer dan De Morgen (CIM, 2019). Het Laatste Nieuws haalt een bereik van 39% en is daarmee de meest gelezen krant in Vlaanderen (CIM, 2019). Sinds haar oprichting in 1888 ter ondersteunding van de Belgische liberale partij, wordt Het Laatste Nieuws vandaag de dag beschouwd als een populaire krant die meer sensatiegericht is dan de zogeheten kwaliteitskranten (De Bens, 2001).

Uit het literatuuronderzoek is gebleken dat een vergelijking tussen een kwaliteitskrant en een populaire krant relevant is, gezien hun focus op respectievelijk “hard news” en “soft news” (Greussing & Boomgaarden, 2017; Reinemann et al., 2012) en hun verschillende visie ten aanzien van minderheidsgroepen (Greussing & Boomgaarden, 2017; KhosraviNik, 2009). Uiteraard is deze opdeling niet absoluut en bevinden noch De Standaard noch Het Laatste Nieuws zich aan de extremen van dit continuüm. Desalniettemin is er een significant verschil tussen beide kranten,

wat met het oog op berichtgeving over vluchtelingen tot verschillende onderzoeksresultaten zou kunnen leiden.

De zoekterm in GoPress werd zo uitgebreid mogelijk geformuleerd, om het thema zo goed mogelijk te dekken. Uit de literatuur bleek namelijk dat de begrippen “vluchtelingen”, “migranten”, “immigranten” en “asielzoekers” in de pers door elkaar gebruikt worden. Aangezien journalisten voor de vlotheid van hun tekst graag gebruik maken van synoniemen (Van Gorp, 2010), werden zowel “EU”, “Europese Unie” en “Europa” mee opgenomen in de zoekopdracht. De volledige zoekopdracht om tot de gewenste zoekresultaten te komen, was: (vluchteling* OR migr* OR immigr* OR asiel*) AND (“EU” OR “Europese Unie” OR “Europa”). De asterisk laat toe om ook verbuigingen en samenstellingen van de zoektermen mee in de sample op te nemen. Bovendien werd er voor de artikels een lengte van minimum 300 woorden ingesteld, om een substantiële analyse mogelijk te maken. Artikels die irrelevant bleken, werden handmatig uit de selectie weggelaten. Via deze werkwijze werden er in totaal 404 artikels geselecteerd, respectievelijk 288 voor De Standaard (DS) en 116 voor Het Laatste Nieuws (HLN).

A B C D E F G totaal

DS 14 16 69 56 42 35 56 288

HLN 4 8 36 26 16 14 12 116

totaal 18 24 105 82 58 49 68 404

Tabel 2: Aantal geselecteerde artikels per periode per krant