Interview 1 Codering
Fragment Term
C: Doet.. L: Ja.
C: Ja, hij doet het. L: Ah ok.
C: Dan staat ie nu al aan.
L: Ja. Doe jij het eh openingswoord? Of ehh.. Openingswoord.
C: Ehm, haha, openingswoord. Ja ik weet niet of je al iets had gehoord verder over ons onderzoek?
D: Nee.
C: We hadden al een klein beetje verteld, maar ehm, wij doen nou dus onderzoek naar ehh hoe dat de verhuisde cliënten ja het hier vinden en het hier allemaal doen, om een beetje ehm ja een eventuele indruk te krijgen voor nog ja verdere verhuizingen die misschien nog gaan komen. En ehm, ja, daar doen wij nou dus onderzoek naar. We hopen d’r ja genoeg punten uit te halen waar dat we dan iets mee van advies ofzo mee kunnen geven..
D: Ja, ja, aan GGz.
C: Ehm, ja, jij begeleidt 2 cliënten.. D: Ik begeleid 2 cliënten.
C: Ja. En dan willen we eigenlijk, ehm een beetje zo indelen dat we eerst onze vragen stellen aan de hand van 1 cliënt en daarna van de andere.
D: Oh ik wou al zeggen dat is maar goed want ze zijn allebei heel verschillend.
L: Ja ja! D: Haha.
C: Nee daarom want da’s dan ook fijner. D: Ja.
L: Ja.
C: Ehm.. En ehm we hebben dadelijk wat vragen aan de hand van ja verschillende punten en dan hopen we dat jij daar zoveel mogelijk over kan vertellen.
D: Ja. Nou ik zal mijn best doen, he. C + L: Ja.
C: Ehm. Ja we welke cliënt zullen we dan beginnen? Maakt.. L: Ehmm..
C: Mij niet uit. L: Mij ook niet.
C : Mag eh, je mag kiezen.
D: Ja, wat wil je weten, moet ik de naam zeggen dat vind ik dan iets lastiger eigenlijk.
L: Nee we gaan wel bij meneer beginnen. C: Nee dat hoeft niet per se.
D: Ja kijk ja het zijn allebei mannen. C: Ja.
L: Ja ok.
C: Nee dat hoeft verder niet maar dat we in ieder geval wel ff duidelijk hebben dat het in ieder geval 2 verschillende..
L: Meneer H. Zullen we bij meneer H beginnen? C + L: Haha.
D: Ja je weet het al het is ingevuld. C: Jaaa..
Onderzoeksrapport, Christi Eekels & Lisa Verhaegh Pagina 123 D: Daar wou ik ook mee beginnen nee da’s goed, is goed prima.
L: Ok. C: Ok ja.
D: Nou dan ehh weet je het ehh ja. L: Haha ok.
C: Ehm, even kijken ja ons eerste punt was eigenlijk ehm, psychotische symptomen en nou vroegen we ons af of dat er dan vooral veel eh verschillen zijn met op de vorige ja woning? D: Ja, heel veel.
Veel verschillen in de psychotische symptomen met vorige woning D: Maar het heeft ook verschillende oorzaken. He dat is niet alleen de
verhuizing. C + L: Nee. C: Ok, en.. D: Dus ehh..
C: Ja wat wat zijn dan onder andere de verschillen? D: Toen hij hier binnenkwam..
L: Hmm hmm.
Verschillende oorzaken psychotische symptomen
D: Ehh, deze mensen kunnen weinig prikkels hebben, de sleutel paste niet op zijn kamerdeur..
L: Oh..
D: Want het slot was niet goed. De kasten zaten geen sleutel op en zaten op slot kon ie niet in, daar waren al prikkels.
Prikkels aanwezig
D: De andere dag werd zijn moeder ernstig ziek.. L: Ahh..
D: Kreeg ie te verwerken. En die overleed aan het eind van de week. Dus ja, dan dan is alles zit tegen.
C: Ja.
Overlijden moeder
D: En dan is ie al geprikkeld door de verhuizing, doordat alles niet werkt, en die irritaties en dat hoopt zich op.
C + L: Ja.
Prikkels door de verhuizing L: Ja inderdaad want we hebben ook, ehh we hebben dan een stukje
over het waarneembaar gedrag, dus wat jij echt ziet aan hem.. C: Ja.
Waarneembaar gedrag L: Maar ook de externe factoren want ja d’r kunnen natuurlijk ook een
hele hoop dingen omheen spelen die..
C: Ja niet alles hoeft aan die verhuizing te liggen. D: Bij hem, bij hem speelt er ook heel veel omheen.
L: Ja, juist ja dat is wel belangrijk dat we dat ook meenemen in het onderzoek.
C: Ja.
Er speelt meer dan de verhuizing
D: Want ik denk, ik denk, dat is dat is nu nog, dat is nog niet waarneembaar bij hem..
L: Hmm hmm.
D: Maar dat deze omgeving voor hem prettiger is dan Tilburg. L: Ja?
D: Dat dat vul ik even zelf in he? C: Ja.
D: Maar het is een boerenzoon en dat dat is, het is hier rustiger, er is hier meer voor hem te doen, minder prik.
L: Hmm hmm. D: Denk ik dus. C + L: Ja.
Dongen mogelijk prettigere omgeving
D: Maar de afstand tot zijn broer is weer groter, dus maakt het weer lastiger ehh..
C: Ok. Ja..
Grote afstand tot broer D: Ja zijn dus ook weer verschillende factoren. Verschillende factoren C: Ja ja. En ehm verder het contact met die broer is daar ook dan veel
Onderzoeksrapport, Christi Eekels & Lisa Verhaegh Pagina 124 D: Intensief geworden het contact met zijn broer is intensiever..
C: Juist ja.
D: Bijna dagelijks ja. Ja. C: Da’s nou ook wel..
D: Ja. En hij is momenteel niet meer hier, hij zit momenteel weer in Tilburg.
C + L: Ja.
L: Zo hadden we.. Dat hadden we al vernomen ja..
Cliënt is in Tilburg
D: Ja. Vanwege zijn agressief gedrag dan, of.. C: Ja.
L: Ja. Dus hij heeft wel veel agressie getoond nadat dat allemaal gebeurd is?
D: Ja.
L: En was dat daar..
D: Ja. Hij was daar ook wel mee bekend hoor.. L: Ja dat..
D: En hij is er ook mee bekend dat ie heel erg, heel fors agressief kan zijn, tot zelfs heel gevaarlijk.
C: Ja.
D: Dus ehh.. We wilden geen risico lopen en vandaar is ie overgeplaatst.
C: Ja.
L: En was dat naar medecliënten of naar medewerkers of allebei? D: Medewerkers.
L: Medewerkers..
D: Naar iedereen die iets tegen hem zei.. L: Ok.
D: Iedereen die hem iets eh strobreed in de weg legde.. C: Ja.
L: Ja ja, ok. Ehmm..
Agressief gedrag aanwezig
D: Ja in de brand.. Ik wist niet dat er.. C: Haha is niet erg.
L: Haha ja ik dacht ik wacht even.
Brandmelding L: Ehm, eh ja, dan is het, even kijken hoe dat we dat dan het beste
kunnen vragen want hij heeft, hoe lang heeft ie hier gewoond in totaal?
D: Hij officieel woont hij hier nog he hij.. C + L: Jaaa ok.
Woont officieel in Dongen
D: Hij heeft een tijdelijke opname. C: Ja hier is geweest.
D: Ja januari zijn wij verhuisd, februari, het is nu ehhh.. L: Maart.
D: Maart. Ja. C: Ja.
L: Hij is pas kort weg.
D: Dik 2 maanden. Ja hij is net van de week weggegaan. L: Ohh van de week, ok! Ja inderdaad.
D: Donderdag. Ja. Afgelopen donderdag. C: Ja.
Tijdelijke opname
L: Ok. En eh gebruikt hij ook middelen? Drugs, alcohol? D: Nou af en toe een beetje.
L: Ja.
D: Maar meer, hij heeft hij eh ja hij kan meer drinken maar hij heeft geen geld voor meer alcohol dan zullen we maar zeggen.
C: Ok, ja.
D: Ja. Dus hij mag 1 of 2 biertjes pakken en dan houdt het op. L: Ja.
C: Ja.
Onderzoeksrapport, Christi Eekels & Lisa Verhaegh Pagina 125 L: En maakt dat nog een verschil dat het nu eh de voordeur ook open
is? Dat eh dat ie misschien meer of juist minder daardoor drinkt of heb je?
D: Nee hij heeft geen geld op zak. Neeee.. L: Hij heeft sowieso..
Geen geld op zak
D: Hij loopt wel in of uit hij komt ook wel weer terug dus het is ook niet zo dat ie wegloopt..
L: Nee.
D: En af en toe pakt ie de fiets en dan fietst ie naar zijn broer. L: Ok.
D: Dat is wel een hele afstand, dat doet ie af en toe dus.. C + L: Ja.
L: Dus hij maakt er op zich wel gebruik van, van de open deur, dat ie? D: Ja, ja. Maar hij zegt niks en hij gaat dan zijn eigen gang he en of het onhandig is of niet dat maakt hem niks uit dat interesseert hem allemaal, hij trekt zich van niemand iets aan..
L: Nee nee.
Gaat eigen gang bij het gebruik van de open voordeur
C: Nee. Ja. En daarbij dan ehm contact bijvoorbeeld met anderen, heeft ie dat wel of is?
D: Nee. C: Nee.
L: Behalve familie dan. C: Ja.
D: Ook niet. C: Nee. D: Jaaa.. C: Ja.
L: Ja zijn broer dan. C: Zijn broer maar.. D: Ook niet.
C: Nee niet echt.
D: Zijn broer dwingt hem tot contact.. C + L: Ohhh ok.
C: Inderdaad.
D: Laat ik het zo even zeggen, hij zegt ook niks tegen zijn broer, hij zit ook met zijn hoofd naar beneden en..
C: Ja.
D: Die heeft iets meer ingang bij hem, maar het is heel ver te zoeken.. C: Ja. Ja ok.
D: Laat ik het zo even zeggen. L: Ok.
C: Ja.
D: Dus het is niet zo dat hij bij zijn broer in een keer goed is of.. L: Nee, nee. D: Neeee.. C: Ja. D: Het is gewoon.. Gedwongen familiecontact met broer
L: Ok. Ehmm.. Even kijken is er als het gaat om zelfstandigheid en ehh het omgaan met eh problemen en dat soort dingen?
D: Kan ie niet. L: Nee ok haha.
D: Kan ie geen plekje geven, nee. L: Ok.
D: Nee.
C: Nee. Is het dan misschien nog wel verandering in tussen hier en op de vorige plek of is dat gewoon hetzelfde?
D: Ehh is hetzelfde.
Kan niet omgaan met problemen
Onderzoeksrapport, Christi Eekels & Lisa Verhaegh Pagina 126 te genieten. Ook ongenaakbaar, is ie ook een paar keer op 5
opgenomen geweest. C + L: Ja..
D: Op een gegeven moment heeft ie het geaccepteerd want er zit een stukje acceptatie in denk ik..
C: Ja.
D: En toen ging het goed. En misschien is dat hier ook weer zo. C: Ja.
D: Dat hoop ik maar, maar het moet gewoon even afwachten.. C: Ja.
Opname geaccepteerd
L: En hoe vindt ie het zelf om hier te wonen? Los van dat ie nu weg is even tijdelijk, maar de verhuizing.
D: Wie hij zelf? L: Ja.
C: Ja, hij zelf.
L: Hoe dat ie daar tegenaan stond keek zeg maar. Voorheen en misschien daarna nog?
D: Ja hij wil gewoon niet weg. C + L: Nee..
D: Want hij wil niet uit Tilburg weg. C + L: Nee..
Wil niet weg uit Tilburg
D: Hij wil het liefste in Tilburg wonen en het liefst zou ie denk ik nog bij zijn broer in de buurt wonen dus ehh..
C: Ja.
L: Ja ok, maar dat is dan meer vanwege de afstand? Ja..
D: Vanwege de afstand ja, buiten hij is het gewend om buitenaf te wonen, dus ehh..
C + L: Ja..
Woont het liefst dichtbij broer
D: En hij wil eigenlijk toch vrijheid.. L: Maar hij heeft hier..
D: Dat gevoel heb ik kijk dat je he dat ie zijn eigen gang kan gaan, dat niemand hem op zijn huid zit,
Behoefte aan vrijheid
D: Hij wil geen medicatie, dat het dan fout met hem gaat, hij ziet niet in, hij ziet zelf niet in dat ie ziek is..
C: Geen probleem. D: Nee dus ehh.. Ja.
Geen probleeminzicht
L: Maar ik kan me juist voorstellen dat ie het dan hier in Dongen fijner vindt, omdat er net iets minder eh, ja begeleiding is zal ik maar zeggen, of net iets meer vrijheid. Kan ik me juist voorstellen dat ie juist..
D: Denk ik ook.
Dongen minder begeleiding en meer vrijheid
D: Maar ik denk ja, maar ik denk hij is die die prikkeling in het begin is denk ik helemaal verkeerd geweest.
L: Ja..
C: Ok. Ja, ja..
Prikkeling in het begin was verkeerd
D: En en en in Tilburg had ie dwangmedicatie en die heeft ie nu nog wel maar wij kunnen het hem nu niet dwingen want wij hebben daar geen personeel en de middelen niet voor.
C: Nee..
D: Dus als hij dat weigert dan houdt het hier ver op. C + L: Ja.
D: Dus ehh dat is..
L: Maar hij had anti psychotica dan? D: Ja ja.
C: Ja.
D: Dus ehh.. Hij is heel moeilijk laat ik het zo zeggen. C + L: Ja.
Weigert zijn anti-psychotica dwangmedicatie
Onderzoeksrapport, Christi Eekels & Lisa Verhaegh Pagina 127 crisisplan..
D: Ja. C: Haha.
L: Ehm, persoonlijkheidsverandering door een somatische aandoening staat hier. Maar is dat dan een persoonlijkheidsstoornis? Of? Ja.. C: Hahaha.
L: Ja dit is echt een stukje DSM dan he. Wij vroegen ons af.. D: Door een somatische aandoening ja hij heeft volgens mij geen somatische aandoening..
C: Ok.
L: Oh.. Dan is het misschien..
C: Ja wij vroegen het ons af inderdaad.
D: Somatische aandoening, ik zou het verder niet weten, het is een gezonde jonge vent..
aandoening
L: Het is ehh in oktober nog bijgewerkt.. D: Ja of ze moeten alcohol bedoelen. He? L: In oktober, ja dat is wanneer..
D: 2013. C: Ja.
Gebruikt alcohol
L: En hij heeft ook geen geen persoonlijkheidsstoornis?
D: Maar dat is ook op AS I dus ehhh vermeld door somatische aan.. Ja weet je, ja somatische aandoening, ehh hij heeft een ongeluk gehad in het verleden op zijn hoofd..
L: Ok.
D: Dus hij kan wel een trauma, dus dus dat ze dat daarmee bedoelen. L: Ja dat zou kunnen.
C: Dat zou kunnen ja inderdaad.
D: Dat dat daar de persoonlijkheidsverandering in zou kunnen zitten.. C: Ok.
D: Buiten het alcoholgebruik. C + L: Ja.
C: Ok we vroegen ons..
D: Ja hij heeft een ongeluk gehad en dat heeft ook niet helemaal goed uitgepakt dus daar zou ie een hersenbeschadiging van kunnen hebben. L: Oh dan zal dat..
C: Ja.
Persoonlijkheidsverandering mogelijk door trauma en hersenbeschadiging
L: Ja en hier staat inderdaad dan ook dat daar die psychotische
stoornis door.. Psychotische stoornis aanwezig
D: Ja dat zou kunnen maar hij heeft ook alcoholmisbruik..
L: Ehh is ontstaan. Ja. Alcoholmisbruik aanwezig
D: En hij heeft natuurlijk ook van alles en nog wat gedaan als hij dat niet had gedaan dan kunnen we het ook niet helemaal terugdraaien hoe het anders gelopen zou zijn he.
C + L: Nee. D: Dus ehhh ja..
L: Nee dat weet je natuurlijk niet maar ehh.. Ok. D: Nee maar dan ja..
C: Ok. Hmm.
Heeft van alles gedaan wat niet terug te draaien is
L: Even kijken wat we nog, dit hebben we dan externe factoren dat weten we nou ook, ehhm.. Ja ik denk dat we het ehm voor deze cliënt nu wel weten omdat hij nu natuurlijk ook is verhuisd, of ja verhuisd.. Ik zeg telkens verhuisd..
D: Tijdelijk, tijdelijk in Tilburg. L: Tijdelijke overplaatsing, ja..
Tijdelijke overplaatsing naar Tilburg
Onderzoeksrapport, Christi Eekels & Lisa Verhaegh Pagina 128 C: Ja misschien heb je zelf nog dingen waarvan je denkt nou die zijn
heel belangrijk maar die vergeten jullie?
D: Ehh, ik denk zo niet, ik denk dat je hem zo wel gehad hebt eigenlijk de belangrijkste oorzaken voor..
L: Ja.
D: Zijn ziekte. En wat de verhuizing teweegbrengt. C: Ja.
D: En, wat ik gezegd heb, ik denk dat hij het hier goed naar zijn zin zou kunnen hebben..
L: Ja.
Besproken wat de verhuizing teweegbrengt
D: Als de afstand niet zo groot was, daar het een boerenzoon is, en dat er hier best veel voor te doen is..
C: Ja.
Veel te doen voor een boerenzoon in Dongen D: Want als hij in goeie doen is..
L: Ja.
D: Dan wil hij meehelpen met koken, met ruimen. Het gaat wel heel grof allemaal, maar hij is dan best wel behulpzaam.
L: Ja ja.
D: Dat zie je nu helemaal niet terug.
Nu niet behulpzaam, niet in goeie doen
C: Doet ie dan ook iets met de dagbesteding ofzo of is dat niet ehh? D: Jawel hoor hij kan ehhh.. Voorheen deed hij dat wel he hij.. C: Ja.
D: Kan best goed schilderen en tekenen.. C: Ok.
D: En hij is graag in de tuin en plantjes.. L: Ohh..
D: En aan het wieden en aan het zaaien en ja nou hier heeft ie de ruimte..
C: Ja. L: Ja!
D: Dieren verzorgen.. L: Ja.
D: Nou ja zijn hier niet zo heel veel dieren.. C + L: Nee..
D: Maar eh.. C: Ja.
D: Maar dat, daar ligt zijn hart dus hier heb je wel wat ruimte hier zou je wel wat kunnen.
C + L: Ja.
D: En het zijn allemaal niet zo’n grote stukken, dus ehh.. C: Nee, ja.
Interesse in schilderen, tekenen, tuin en dieren verzorgen
D: Maar ja dan moet zijn gedrag even anders zijn.. C: Ja!
D: Wil de AB’er fijn met hem om kunnen gaan. C + L: Ja ja.
D: Zich veilig bij hem voelen. C: Ja. Ja. Ok.
Gedrag moet eerst
veranderen voor veiligheid AB’ers
L: En is dat al bekend wanneer hij weer terug is, is dat echt 2 weken, of maanden of eh hoelang eh?
D: Daar wordt over gestecheld. Gaan wij niet over haha. C: Ja, ok.
L: Nee. C: Ja.
D: Ik lees, ik hoor wat gezegd is en ik lees de rapportage en ik denk en ik lees zijn gedrag in de rapportage..
L: Ja.
D: En dan denk ik, ach we zien wel. C: Ja, ja.
Datum terugkomst Dongen wordt besproken
Onderzoeksrapport, Christi Eekels & Lisa Verhaegh Pagina 129 L: Ja dat is ook zo.
D: Want ehh..
L: Maar ik dacht, misschien was het al bekend.
D: Nou normaal is het daar 3 weken in Tilburg he, en dat wordt dan met 3 weken verlengd en dan kan het geloof ik tot 3 keer 3 weken maar daar wordt al gezegd ja hij kan hier maximaal maar een week blijven.
C: Ok, ja.
D: Maar als hij niet te handhaven is, neem ik aan dat ze hem niet terug zullen sturen.
C + L: Nee. C: Ja.
L: Dat is even afwachten dan.. D: Ja.
C: Ja.
D: Want hij is nou donderdag weggegaan he dus.. L: Ja..
C: Ja dan..
L: Hij is pas kort daar dan eigenlijk he? D: Ja ja.
Donderdag weggegaan
L: Ok, ehm, zullen we doorgaan naar de volgende?
C: Ja is goed. Zullen we hem even stopzetten en dan weer aan dan weten we in ieder geval dat we naar de volgende..
Door naar volgende interview
L: Wij hebben ehh voor de cliënten, hebben we ehh ook enquêtes. D: Ja?
C: Ja.
L: We hebben er dus 2.
D: Ja maar Paul hoef ik niet te doen, dat lukt toch niet. C + L: Ok.
C: Dan laat die maar.
D: Ja ja dan dan vul ik wel.. gewoon in. C: Zelf ehh.. Zelf doet.
D: Dat gaat om die met de cliënt invullen he? L: Met de cliënt, het liefst de cliënt zelf. C: Ja. Ja of de cliënt zelf.
L: Maar als dat niet gaat dan ehh, dan kun jij misschien ehh..
L: Voor zover het lukt willen we van de cliënten natuurlijk ook heel graag weten van of ze..
C: Ja.
L: Hoe tevreden ze zijn.
C: Om van de cliënten een eigen mening eigenlijk te krijgen..
D: Ja ja, ja ja nou ja dat dacht ik al tenminste dat kan ik voor Paul nu.. C: Nee, nee, nou ja.
D: Zeker niet doen.. C: Nee, sowieso.
D: En, als hij terug is lukt dat ook niet. Ja ik kan het beter net zo goed gelijk zeggen want die had ik wel gezien..
L: Ja.
D: Met Paul, nou die is hier niet en dat lukt toch niet.. C: Nee.
D: Want je hebt toch geen contact met Paul, dus.. L: Nee..
D: Dus ehh.. Dan vul ik het in. L: Ja is goed.
D: En niet hoe hij het voelt zeg maar.. C + L: Nee.
D: Ik bedoel ik kan de gezondheid invullen, ik vind het slecht voor hem,