• No results found

De beschouwde cases kunnen worden onderverdeeld in een aantal minder en meer geschikte cases. Verhandelbare ontwikkelingsrechten is een kansrijk concept, maar is nog nauwelijks geconcretiseerd. Ook Meerstad Groningen biedt ruimte voor rode financiering van agrarisch natuurbeheer, maar alle opties voor de financiering en uitwerking zijn nog open. Bij het plan Toekomst Eilandspolder is gebleken dat er geen sprake is van rode financiering. Deze drie cases vallen zodoende af.

De twee geschikte cases zijn het Landschapsfonds Rond d’n Duin en de kaasfabriek Cono. Bij de eerste is sprake van een fonds, gevuld met private middelen, waarbij in combinatie met agrarisch natuurbeheer op projectbasis investeringen in het landschap worden gedaan. Dit fonds functioneert reeds een jaar en er worden al projecten gerealiseerd. Het voordeel van deze case is de private benadering van een concept dat in de uitvoering enigszins vergelijkbaar is met de case Groenfonds Midden-Delftland. Dit maakt de cases goed vergelijkbaar. Wel is er minder direct sprake van natuurbeheer, eerder van landschapsontwikkeling.

In het geval van de kaasfabriek Cono is sprake van een ketenconcept waarbij de kaasfabriek haar toeleveranciers een premium biedt op de melk voor weidegang. Ook dit is al enige tijd in uitvoering. Wat deze case interessant maakt is dat de aard van de systematiek haaks staat op die van Groenfonds Midden-Delftland en hier meer het denken in de welvaartstheorie centraal staat. De cases zijn hiermee minder vergelijkbaar, maar het kader kan wel vanuit twee verschillende perspectieven tegen het licht gehouden worden. Vraag is wel in hoeverre de weidegang van koeien gezien moet worden als een groene dienst en in hoeverre de melkfabriek het zo ziet.

Bijlage 3 Onderwerpen per case/organisatie

Iedere vragenlijst en vraaggesprek begint met de achtergrond van de stakeholder, zijn/haar betrokkenheid bij het onderwerp en zijn/haar algemene ideeën/mening ten aanzien van groene diensten, mogelijke financiering en rol voor agrariërs.

Case Groenfonds Midden-Delfland

Bij de case Midden-Delfland is het groenfonds het centrale onderwerp. In de gesprekken komen aan de orde:

• Achtergrond geïnterviewden en betrokken organisaties; • Doelstellingen groenfonds;

• Ontstaansgeschiedenis van het groenfonds; • Ontwikkeling van het groenfonds, o.a. vertraging;

• Actuele betrokkenen, rollen, invloed, free riders, potentiële betrokkenen, samenwerkingsverbanden en spanningen;

• Motivatie van betrokkenen om deel te nemen;

• Actuele en potentiële vraag en aanbod, zowel publiek als privaat; • Kansen, knelpunten, risico’s en succesfactoren, voorwaarden;

• Opzet, organisatie, structuur (o.a. juridisch) en toekomst van het groenfonds; • Motivatie voor de keuze van deze opzet van groenfonds;

• Relevante wet- en regelgeving (o.a. staatssteun, Programma Beheer, reconstructiewet);

• Internationale ervaringen met groenfondsen en staatssteun; • Puntensysteem van het groenfonds;

• Controle en sancties activiteiten agrariërs;

• Betalingsbereidheid voor groene diensten van consumenten, ondernemers, waaronder recreatieondernemers;

• Betalingsbereidheid verschillende actoren om bij te dragen aan het groenfonds; • (On)mogelijkheden van agrariërs om groene diensten te leveren;

• Andere mogelijkheden voor rood voor groen.

Case Rond d’n Duin

Hier is ook het fonds het centrale onderwerp, en dus gericht op de private financiers • Achtergrond geïnterviewden en betrokken organisaties;

• Doelstellingen van het fonds;

• Ontstaansgeschiedenis van het groenfonds;

• Actuele betrokkenen, rollen, invloed, free riders, potentiële betrokkenen, samenwerkingsverbanden en spanningen;

• Motivatie van betrokkenen om deel te nemen;

• Actuele en potentiële vraag en aanbod, zowel publiek als privaat; • Kansen, knelpunten, risico’s en succesfactoren, voorwaarden;

• Opzet, organisatie, structuur (o.a. juridisch) en toekomst van het fonds; • Motivatie voor de keuze van deze opzet van fonds;

• Relevante wet- en regelgeving (o.a. staatssteun, Programma Beheer, reconstructiewet);

Financiële instellingen

• Aandeel natuur, bos en landschap in groenfinanciering en groenfondsen;

• Agrarisch en particulier natuurbeheer binnen de groenfinanciering, grootte, dynamiek, kansen en knelpunten;

• Motieven van investeerders/beleggers om groen te beleggen/in groen te investeren; • Rendement van investeringen in natuur, bos en landschap;

• Verklaring van het beperkte aandeel van deze categorie in de groenfinanciering en – fondsen, kansen, knelpunten, succes- en faalfactoren;

• Voorwaarden van de financiële instelling;

• Praktijkvoorbeelden van groene projecten uit de categorie natuur, bos en landschap; • Regionale verschillen;

• Huidige en toekomstige rol van de private sector bij projecten in de categorie natuur, bos en landschap;

• Ervaringen met gebiedsfondsen, kansen en knelpunten, mogelijkheden voor de toekomst;

• Ervaringen met rood voor groen, kansen en knelpunten, mogelijkheden voor de toekomst;

• Invloed van natuurbeheer op grondprijzen;

• Overige activiteiten op gebied van natuur, bos en landschap;

Vastgoed en ontwikkeling

• Achtergrond geïnterviewden en betrokken organisaties, diensten en producten; • Betrokkenheid bij groene diensten, ontwikkelingen/activiteiten ten aanzien van natuur

en landschap (o.a. locaties, stand van zaken);

• Ontwikkeling en beheer van landgoederen, actuele stand van zaken, voorwaarden, vraag (o.a. doelgroepen) en aanbod, kansen, knelpunten, faal- en succesfactoren; • Betrokkenheid rood voor groen, kansen, knelpunten, faal- en succesfactoren,

voorwaarden, vraag en aanbod;

• Organisatie, opzet, structuur, tijdspad, rood voor groenactiviteiten/landgoederen; • Actuele en potentiële betrokkenen;

• Betalingsbereidheid voor natuur en landschap en groene diensten, motieven, voorwaarden;

• Actuele en potentiële rol agrariërs;

• Mogelijkheden en gevolgen van functiewijziging; • Wet- en regelgeving;

• Mogelijkheden voor agrariërs.

Recreatie

• Achtergrond geïnterviewden en betrokken organisaties, diensten en producten; • Belang van natuur en landschap voor de organisaties/leden van de organisaties; • Actuele betrokkenheid bij groene diensten, ontwikkelingen/activiteiten ten aanzien van

natuur en landschap, rendement;

• Potentiële rol bij groene diensten, betalingsbereidheid, voorwaarden, onderhandelingsmiddelen;

• Knelpunten, kansen, succes- en faalfactoren; • Tijdspad bij ontwikkelingen;

• Mogelijkheden voor agrariërs;