• No results found

De vragen die deze scriptie wilde beantwoorden zijn: klopt het dat de Hergebruikrichtlijn geen gevolgen heeft voor het bestaan of bezit van auteurs- en databankenrecht (sui generis) van de overheid? En zo ja, gaat de begrenzing van de uitoefening van deze rechten op (databanken van) overheidsgegevens ver genoeg? ‘Ver genoeg’, in die zin dat een doel van de Hergebruikrichtlijn daarmee bereikt kan worden, het vereenvoudigen van de totstandbrenging van

informatieproducten en -diensten op het niveau van de EU gebaseerd op overheidsgegevens (innovatie).

De Hergebruikrichtlijn komt voort uit het streven naar economische groei en het scheppen van werkgelegenheid. Later kwam daarbij het streven om burgers (databanken van)

overheidsgegevens te laten hergebruiken vanwege hun grondrecht op vrijheid van meningsuiting. De Hergebruikrichtlijn (2013) is herschikt tot de richtlijn die op 16 juli 2019 in werking is

42

getreden. Overheidsgegevens waarvan de intellectuele-eigendomsrechten bij derden berusten, hoeft de overheid niet beschikbaar te stellen voor hergebruik.

De Hergebruikrichtlijn veronderstelt dat ook de overheid als auteurs- of

databankenrechthebbende voorwaarden kan stellen aan het hergebruik van werken en

databanken. Daarentegen hebben internationale verdragen over intellectueel-eigendomsrecht niets bepaald over auteursrecht op (databanken van) overheidsgegevens. Deze verdragen en EU- richtlijnen hebben evenmin bepaald wie auteur en rechthebbende is, ook niet van politieke toespraken en openbare lezingen of soortgelijke werken. Niet de Databankenrichtlijn, maar het HvJEU heeft bepaald dat openbare lichamen databankenrecht kunnen uitoefenen om hun overheidstaken te beschermen.

De Hergebruikrichtlijn heeft gevolgen voor het bestaan of bezit van auteurs- en

databankenrecht van de overheid, voor zover fundamentele hoogwaardige gegevenssets gratis beschikbaar gesteld moeten worden.

Wanneer de overheid wel auteurs- of databankenrecht op (databanken van)

overheidsgegevens heeft, gaat de begrenzing van de uitoefening van deze rechten niet ver genoeg. Auteurs- en databankenrecht werken op verschillende wijzen contraproductief voor het

vereenvoudigen van de totstandbrenging van genoemde informatieproducten en -diensten. En dat, terwijl (databanken van)overheidsgegevens zouden kunnen worden uitgesloten van auteurs- en databankenrecht. En wel om drie redenen. Ze voldoen niet aan de reden voor auteurs- en databankenrecht. Tevens weegt het grondrecht op vrijheid van meningsuiting van burgers zwaarder dan het intellectueel-eigendomsrecht van de Staat. En ten slotte, de strekking van de Hergebruikrichtlijn is het stimuleren van hergebruik van overheidsgegevens. Wanneer de overheid met zowel publiek- als privaatrechtelijke middelen een vergelijkbaar resultaat kan bereiken, kan ze in beginsel niet kiezen voor de privaatrechtelijke weg, in dit geval het uitoefenen van auteurs- of databankenrecht.

Echter, het is niet te verwachten dat het TRIPs-Verdrag, de BC en dus het WCT (databanken van) overheidsgegevens zullen uitsluiten van auteursrecht:177 staten die aangesloten zijn bij de BC, zouden dan moeten instemmen met deze wijziging. Daarom zullen niet alle EU-lidstaten (databanken van) overheidsgegevens uitsluiten van auteursrecht. Daarentegen kan artikel 1, vijfde lid, van de Hergebruikrichtlijn verwijderd worden, dat bepaalt dat de richtlijn niet tornt aan de BC, het TRIPs-Verdrag en het WCT. In plaats daarvan kan aan artikel 8, eerste lid, van de

43

Hergebruikrichtlijn: ‘Wanneer hergebruik aan voorwaarden wordt onderworpen, mogen die voorwaarden de mogelijkheden tot hergebruik niet nodeloos beperken, noch gebruikt worden om de mededinging te beperken’, worden toegevoegd: ‘, ook al gaat het om een werk’. Wanneer een EU-lidstaat (databanken van) overheidsgegevens auteursrechtelijk beschermt en hergebruik hiervan niet kan worden uitgesloten of geweigerd, gaat hergebruik vóór de uitoefening van auteursrecht. Dit komt overeen met het regime van het VK en van Frankrijk en betekent een open licentie.

Omdat databankenrecht niet gebonden is aan internationale verdragen, kan artikel 1, zesde lid, van de Hergebruikrichtlijn bepalen dat op databanken van overheidsgegevens geen

databankenrecht rust. Dit is vergelijkbaar met het uitbreiden van artikel 8, eerste lid, van de Nederlandse Databankenwet tot alle databanken die openbare lichamen hebben geproduceerd.

Nog beter is deze beperking op de uitoefening van auteursrecht en de uitsluiting van databankenrecht op (databanken van) overheidsgegevens op te nemen in de Auteurs- en Databankenrichtlijn. Hiermee wordt het intellectuele eigendomsrecht op overheidsgegevens geharmoniseerd, wordt de samenhang en doorzichtigheid van de regeling van de beschikbaarheid van overheidsinformatie bevorderd en worden verschillende (rechterlijke) interpretaties

voorkomen. Bovendien gaat de Hergebruikrichtlijn ook over onderzoeksgegevens en gegevens van nutsbedrijven, onderwijsinstellingen, bibliotheken, musea en archieven. De vraag of auteurs- en databankenrecht en de uitoefening van deze rechten op deze gegevens wel nodig zijn, kwam in deze scriptie niet aan de orde.

Aanbevelingen

Openbare lichamen oefenen auteurs- of databankenrecht niet alleen uit in het kader van het hergebruik van gegevens, maar ook om andere doelen te bereiken. Hoe kunnen ze deze doelen bereiken zonder (de uitoefening van) auteurs- en databankenrecht? Hieronder worden

achtereenvolgens behandeld: hergebruik weigeren, een vergoeding vragen voor hergebruik, schaduwregistraties voorkomen, de rechtszekerheid bevorderen, persoonsgegevens beschermen en de positie in het stelsel van basisregistraties bewerkstelligen.

Zoals toegelicht in hoofdstuk 4 mag de overheid hergebruik van deze gegevens weigeren, mits de toegang tot overheidsgegevens is uitgesloten of beperkt, de verstrekking ervan geen publieke taak is of de intellectuele-eigendomsrechten bij derden berusten.

44

In beginsel wordt geen vergoeding gevraagd voor hergebruik, al dan niet op grond van een open licentie. Wanneer een openbaar lichaam toch een vergoeding nodig heeft voor de marginale kosten van het beschikbaar stellen voor hergebruik en deze vergoeding vooraf onderbouwt, kan het deze baseren op de implementatie van de Hergebruikrichtlijn (art. 6 lid 1 en art. 7; in

Nederland: art. 9 lid 1 en 4 Who). Op verzoek moet het betrokken openbare lichaam aangeven hoe die vergoeding is berekend. Zo hebben burgemeester en wethouders van elke gemeente in Nederland de publieke taak om op verzoek een gewaarmerkt afschrift of uittreksel van een in het gemeentelijke beperkingenregister ingeschreven beperkingenbesluit te verstrekken. Het kan daarvoor een recht, ‘leges’, heffen (art. 9 Wkpb). ‘De hoogte van dit recht zal in de gemeentelijke legesverordening worden vastgesteld en mag overeenkomstig artikel 229b van de Gemeentewet ten hoogste de werkelijke kosten dekken’.156

Mits een lidstaat publiceert dat een openbaar lichaam kostendekkend moet werken, kan dit een vergoeding vragen bovenop de marginale kosten. Onder andere op voorwaarde dat de lidstaat de objectieve, transparante en controleerbare criteria voor de vergoeding heeft vastgesteld

(implementatie art. 6 lid 2-4 Hergebruikrichtlijn; in Nederland: art. 9 lid 3 Who). Wanneer het Kadaster en de Kamer van Koophandel aldus zijn gepubliceerd, kunnen zij deze vergoeding baseren op artikel 108 van de Kadasterwet respectievelijk artikel 50 van het Handelsregisterwet 2007.157

Hoewel deze vergoedingen een drempel opwerpen voor hergebruik, omvat deze weg meer waarborgen voor burgers en bedrijven dan een vergoeding op basis van auteurs- of

databankenrecht. Zo kan degene die om hergebruik vraagt, bezwaar en beroep indienen (overwegingen 42 en 63; art. 4 lid 4 en art. 7 lid 3 Hergebruikrichtlijn; en in Nederland

daarenboven een zienswijze indienen: art. 4, 4b en 2 lid 2 Who). Niet alleen tegen de hoogte van een vergoeding, maar ook tegen bijvoorbeeld de weigering van hergebruik.

Mocht een fundamenteel hoogwaardige gegevensset van een openbaar lichaam dat

kostendekkend moet werken, gratis beschikbaar moeten komen (art. 14 Hergebruikrichtlijn), dan kan dit openbare lichaam voorzien in zijn financiering door de opbrengsten uit belastingheffing of een geringe ophoging van registratietarieven.158 Sowieso geldt deze gratis beschikbaarstelling niet voor het waarmerken van de brondocumenten. Mits de gratis beschikbaarstelling zou leiden

156 Kamerstukken II 2001/02, 28218, 3, p. 21.

157 Uitgewerkt in de Tarievenregeling Kadaster en het Financieel besluit handelsregister 2014. 158 Kamerstukken II 2014/15, 34123, 3, p. 10.

45

tot een aanzienlijke aanslag op het budget van openbare lichamen die kostendekkend moeten werken,159 kunnen lidstaten bovendien hen hiervan uitsluiten tot maximaal twee jaar na inwerkingtreding van de implementatiewet.

Daarenboven kunnen schaduwregistraties – zoals Company.info van het handelsregister – worden voorkomen vanwege de rechtszekerheid160 zonder het voorbehoud van databankenrecht. Wetten op basisregistraties voorzien in ‘eenmalig inwinnen en meervoudig gebruik’: zij leggen een gebruiksplicht op aan bestuursorganen (bijvoorbeeld art. 7k Kadasterwet; art. 30

Handelsregisterwet 2007). Bestuursorganen mogen dus geen schaduwregistraties aanleggen. Andere afnemers dan bestuursorganen zijn vrij om gegevens te hergebruiken door deze op te slaan in een schaduwregistratie en deze te verrijken. Wanneer gegevens uit zo’n

schaduwregistratie verouderen, is dat de verantwoordelijkheid van de beheerder van de schaduwregistratie.161 Alleen als een afnemer gegevens van de bronhouder hergebruikt, is de actualiteit gegarandeerd.

Wanneer bijvoorbeeld uittreksels uit het handelsregister worden doorverkocht uit

‘schaduwregistraties onder de noemer ‘Kamer van Koophandel-uittreksels’’,162 kan de Kamer van Koophandel de doorverkoper daarop aanspreken. Bijvoorbeeld op basis van een disclaimer zoals het KNMI gebruikt, ‘u dient bij het citeren van de inhoud aan te geven dat het KNMI niet betrokken is bij het afgeleide werk en de strekking daarvan niet noodzakelijkerwijs

onderschrijft’.163 In het uiterste geval kan de Kamer van Koophandel optreden tegen een onterechte bewering van ‘een Kamer van Koophandel-product’ met een actie uit onrechtmatige daad (in Nederland art. 6:162 Burgerlijk Wetboek; BW) omdat meer verwarring wordt

veroorzaakt dan voor het slechts profiteren van het product van de Kamer van Koophandel noodzakelijk is.164 Alternatief is een actie uit misleidende en vergelijkende reclame (Richtlijn misleidende en vergelijkende reclame;165 in Nederland omgezet in art. 6:194-6:196 BW).166

159 Zoals het Nederlandse kabinet verwacht (Kamerstukken II 2017/18, 22112, 2577, p. 6-7). 160 Kamerstukken II 2005/06, 30544, 3, p. 36; Kamerstukken II 2018/19, 34687, 10, p. 12. 161 Vergelijk deze bepaling op Sirene.fr/sirene/public/static/conditions-generales-utilisation. 162 Kamerstukken II 2017/18, 34687, 6, p. 14, 16.

163 Knmi.nl.

164 Noot E.A. van Nieuwenhoven Helbach bij HR 27 juni 1986, ECLI:NL:HR:1986:AD7158, NJ

1987/191 (Holland Nautic/Decca).

165 Richtlijn 2006/114/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 inzake

misleidende reclame en vergelijkende reclame (PbEU 2006, L 376/21).

46

De Kamer van Koophandel stelt drie doelen te hebben met het voorbehoud van databankenrecht op het handelsregister in de Handelsregisterwet: ‘de bevordering van de rechtszekerheid in het economisch verkeer, informatieverstrekking over de feitelijke

samenstelling van een onderneming of rechtspersoon en de positie van het handelsregister in het stelsel van basisregistraties’.167

De bevordering van de rechtszekerheid is vergelijkbaar met de reden voor de Franse licence ouverte,de bescherming van de authenticiteit. Dit kan bereikt worden door zorgvuldig beheer, informatiebeveiliging168 en een wettelijke of contractuele plicht voor afnemers om onjuist- en onvolledigheden terug te melden (bijvoorbeeld art. 32 Handelsregisterwet 2007).

De autorisatie van organen tot het verwerken van informatie over de feitelijke samenstelling van een onderneming of rechtspersoon hangt evenmin af van de bescherming als databank. Dit is namelijk afhankelijk van de bescherming van persoonsgegevens op grond van artikelen 21, 23 en 28 Handelsregisterwet 2007 en artikel 51 van het Handelsregisterbesluit 2008. Deze bepalingen moeten gehandhaafd worden door de Kamer van Koophandel en, als achtervang, de Autoriteit persoonsgegevens (art. 41 lid 3 Handelsregisterwet 2007). De toegang tot overheidsgegevens kan worden uitgesloten of beperkt vanwege de bescherming van persoonsgegevens (art. 1 lid 2-4 Hergebruikrichtlijn). Alternatief is dat de overheid persoonsgegevens anonimiseert, voordat ze gegevens beschikbaar stelt voor hergebruik. Dit is het geval nu burgemeester en wethouders van gemeenten hun beperkingenbesluiten toegankelijk moeten maken in de openbare registers op grond van de te wijzigen Wkpb.169 Overigens, ook al rust databankenrecht op de basisregistratie kadaster, een gebruiker kan daarin vrijwel onbegrensd zoeken op persoon voor een zeer breed omschreven doel (art. 2a Kadasterwet en art. 5 lid 1 onder b Algemene verordening

gegevensbescherming), mits hij een geringe vergoeding betaalt.170

Ten slotte, niet het databankenrecht bepaalt de positie van het handelsregister in het stelsel van basisregistraties, maar een formele wet en de handhaving van deze wet. Deze wet legt bestuursorganen een gebruiksplicht op, en de bronhouder, de Kamer van Koophandel, de plicht tot het borgen van de kwaliteit en tot het relateren van objecten aan andere basisregistraties.171 Deze kwaliteit wordt mede geborgd door de wettelijke plicht voor bestuursorganen om onjuist-

167 Kamerstukken II 2016/17, 34687, 3, p. 13-15. 168 Kamerstukken II 1996/97, 20644, 30, p. 17.

169 Stappenplan transitie. Nadere uitwerking stap 2 2019. 170 Kritisch daarover: Berlee, WPNR 2017, p. 849. 171 Digitaleoverheid.nl.

47

en onvolledigheden terug te melden. In 2017 en 2018 onderbouwt het kabinet haar pleidooi voor databankenrecht op het handelsregister met een verwijzing naar het databankenrecht op de BAG,172 terwijl het kabinet al in 2016173 aangeeft van het databankenrecht op de BAG te willen afzien. Wellicht wordt het verschil in voorbehoud van databankenrecht verklaard door het bronhoudersschap: bronhouders van de BAG zijn burgemeester en wethouders van gemeenten (art. 2 Wet BAG).

Kortom, de uitoefening van auteursrecht op overheidsgegevens kan worden beperkt en het databankenrecht op databanken van overheidsgegevens kan worden uitgesloten in het kader van het hergebruik van deze gegevens. De overheid kan bovendien andere doelen bereiken zonder auteurs- en databankenrecht. Zij kan hergebruik weigeren, als de toegang tot overheidsgegevens is uitgesloten of beperkt, de verstrekking ervan geen publieke taak of de intellectuele-

eigendomsrechten bij derden berusten. Mocht een openbaar lichaam toch een vergoeding nodig hebben voor het ter beschikking stellen voor hergebruik, dan kan het deze baseren op de

implementatie van de Hergebruikrichtlijn. Wanneer een openbaar lichaam kostendekkend moet werken, kan het een vergoeding vragen bovenop de marginale kosten. Hoewel deze vergoedingen een drempel opwerpen voor hergebruik, omvat deze weg meer waarborgen voor burgers en bedrijven dan een vergoeding op basis van auteurs- of databankenrecht. Als een fundamenteel hoogwaardige gegevensset van een openbaar lichaam dat kostendekkend moet werken, gratis beschikbaar moet komen, dan kan de financiering gedekt worden door de opbrengsten uit belastingheffing of een geringe ophoging van registratietarieven.

De overheid kan schaduwregistraties voorkomen door de actualiteit te garanderen op voorwaarde dat een afnemer gegevens van de bronhouder hergebruikt. Wanneer een afnemer gegevens probeert te slijten als zijnde gegevens van de bronhouder, kan hij daarop worden aangesproken, desnoods met een actie uit onrechtmatige daad of uit misleidende en vergelijkende reclame. De rechtszekerheid kan worden bevorderd door zorgvuldig beheer,

informatiebeveiliging en een wettelijke of contractuele plicht voor afnemers om onjuist- en onvolledigheden terug te melden. Persoonsgegevens worden beschermd door de toegang tot overheidsgegevens uit te sluiten of te beperken, of door persoonsgegevens te anonimiseren vóór

172 Kamerstukken II 2016/17, 34687, 3, p. 14; 2017/18, 34687, 6, p. 15. 173 Kamerstukken II 2015/16, 34507, 3, p. 17.

48

het beschikbaar stellen van gegevens voor hergebruik. Ten slotte, de overheid kan de positie van gegevens in het stelsel van basisregistraties bewerkstelligen door deze vast te leggen in een formele wet en deze wet te handhaven.

49

Bijlage: definities in het kader van de Hergebruikrichtlijn ‘Derde (partij)’:

natuurlijke of rechtspersoon die geen openbaar lichaam of nutsbedrijf is en die de gegevens bezit (art. 2 lid 17 Hergebruikrichtlijn).

‘Hergebruik’:

gebruik door natuurlijke personen of rechtspersonen van overheidsgegevens die in het bezit zijn van (overwegingen 20-25; art. 2 lid 11 Hergebruikrichtlijn):

 openbare lichamen voor andere commerciële of niet-commerciële doeleinden dan het oorspronkelijke doel binnen de publieke taak waarvoor de gegevens zijn geproduceerd met uitzondering van de uitwisseling van gegevens tussen openbare lichamen uitsluitend met het oog op de vervulling van hun publieke taken;

 nutsbedrijven voor andere commerciële of niet-commerciële doeleinden dan het

oorspronkelijke doel om een dienst van algemeen belang aan te bieden waarvoor de gegevens zijn geproduceerd met uitzondering van de uitwisseling van gegevens tussen nutsbedrijven en openbare lichamen uitsluitend met het oog op de vervulling van publieke taken van openbare lichamen.

‘Nutsbedrijf’:174 elke onderneming die:

 actief is in een van de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten als bedoeld in Richtlijn 2014/25/EU; 175

 openbare personenvervoersdiensten aanbiedt als bedoeld in Verordening (EG) nr. 1370/2007;176

174 EU-onderhandelaars bereiken overeenstemming over nieuwe regels voor delen van overheidsinformatie 2019, p. 1.

175 Art. 4 lid 2 Richtlijn 2014/25/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014

betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en houdende intrekking van Richtlijn 2004/17/EG.

176 Art. 2 Verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007

betreffende het openbaar personenvervoer per spoor en over de weg en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1191/69 van de Raad en Verordening (EEG) nr. 1107/70 van de Raad (PbEU 2007, L 315/1).

50

 openbaredienstverplichtingen vervult als bedoeld in Verordening (EG) nr. 1008/2008 177 of als bedoeld in Verordening (EG) nr. 3577/92.178

en waarover openbare lichamen al dan niet rechtstreeks een overheersende invloed kunnen uitoefenen uit hoofde van eigendom, financiële deelneming of de voor de onderneming geldende voorschriften (overweging 29 en art. 2 lid 3 Hergebruikrichtlijn).

‘Onderzoeksgegevens als bedoeld in artikel 10 van de Hergebruikrichtlijn:

een soort overheidsgegeven, namelijk met overheidsmiddelen gefinancierd en reeds openbaar gemaakt door onderzoekers, onderzoeksorganisaties of organisaties die onderzoek financieren, via een institutionele of thematische databank, waarbij terdege rekening moet worden gehouden met rechtmatige handelsbelangen en intellectuele-eigendomsrechten van derden (overweging 28 Hergebruikrichtlijn).

‘Openbaar lichaam’:179

de Staat, zijn territoriale lichamen, 180 publiekrechtelijke instellingen, en

samenwerkingsverbanden bestaande uit een of meer van deze lichamen of een of meer van deze publiekrechtelijke instellingen (ontleend aan Richtlijn 2014/24/EU; overweging 29 en art. 2 lid 1 Hergebruikrichtlijn). Samen vormen zij de overheid.

‘Overheidsgegeven’:

Overheidsdocument geproduceerd om een publieke taak te vervullen, onafhankelijk van de inhoud en van het medium, zoals op papier, opgeslagen in elektronische vorm of als geluids-, beeld- of audiovisuele opname (overwegingen 10, 20-22, 30-31 en 66-69; art. 2 leden 6, 8, 10-11 onder a Hergebruikrichtlijn).181

177 Art. 16 Verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 24 september

2008 inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap (Herziening; PbEU 2008, L 293/3)

178 Art. 4 Verordening (EEG) nr. 3577/92 van de Raad van 7 december 1992 houdende toepassing van het

beginsel van het vrij verrichten van diensten op het zeevervoer binnen de Lid-Staten (cabotage in het zeevervoer; PbEU 1992, L 364/7).

179 In Nederland vertaald als ‘met een publieke taak belaste instelling’ (art. 1 onder c Who). 180 Voor Nederland: provincies, gemeenten en waterschappen (art. 2:1 BW).

51 ‘Publiekrechtelijke instelling’:

 is opgericht met het specifieke doel te voorzien in behoeften van algemeen belang die niet van industriële of commerciële aard zijn; en

 heeft rechtspersoonlijkheid; 182

 waarvan hetzij de activiteiten in hoofdzaak door de Staat of zijn territoriale lichamen of andere publiekrechtelijke instellingen worden gefinancierd, hetzij het beheer is onderworpen aan toezicht door deze instanties, hetzij de leden van het bestuurs-, het leidinggevend of het toezichthoudend orgaan voor meer dan de helft door deze instanties zijn aangewezen (ontleend aan Richtlijn 2014/24/EU; 183 overweging 29 en art. 2 lid 2 Hergebruikrichtlijn).

‘Redelijk rendement op investeringen’:

een percentage van het totale tarief, bovenop de kosten die mogen worden doorberekend, dat maximaal 5 procentpunten hoger ligt dan de vaste rente van de Europese Centrale Bank (overwegingen 36-37 en art. 2 onder 16 Hergebruikrichtlijn).184

182 Voor Nederland: art. 2:1 lid 1 en 2 BW.

183 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van

overheidsopdrachten en tot intrekking van Richtlijn 2004/18/EG (PbEU 2014, L 94/65).

52 Literatuurlijst

Berlee, WPNR 2017, p. 844-852

A. Berlee, ‘Volledige openbaarheid. Het doel voorbij’, WPNR 2017, p. 844-852.

Beunen 2007

A.C. Beunen, Protection for databases. The European Database Directive and its effects in the Netherlands, France and the United Kingdom, Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2007.

Chavannes, 2019

R.D. Chavannes, Schriftelijke inbreng rondetafelgesprek Handelsregisterwet. Databankenrecht, Vaste Commissie voor Economische Zaken en Klimaat, Tweede Kamer der Staten-Generaal, 5 april 2019.

Chon 2014

M. Chon, ‘Intellectual Property and Theories of Developmental Justice’, In: D. J. Gervais (ed.), Intellectual Property, Trade and Development. Strategies to Optimize Economic Development in a TRIPS-Plus Era, New York: Oxford University Press 2014, p. 256-286.

Cohen Jehoram, 2019

T. Cohen Jehoram, Databankrechten op het handelsregister. Wetsvoorstel Wijziging van de Handelsregisterwet 2007, Vaste Commissie voor Economische Zaken en Klimaat (Tweede Kamer), 5 april 2019.

D5.2. Licensing Guidelines 2014

D5.2. Licensing Guidelines, LAPSI 2.0 Thematic Network, z.p. 2014, Ec.europa.eu. De Filippi & Maurel, IJLIT 2015/1

P. De Filippi & L. Maurel, ‘The paradoxes of open data and how to get rid of it? Analysing the interplay between open data and sui-generis rights on databases’, IJLIT 2015/1, p. 1-22.

53 Dam, van, in: J. Hijma e.a. 2016

C.C. van Dam, ‘145. Het beginsel van de contractsvrijheid’, in: J. Hijma e.a., Rechtshandeling en Overeenkomst (Studiereeks Burgerlijk Recht, deel 3), Deventer: Kluwer 2016.

De Haan/Drupsteen/Fernhout, Schlössels & Zijlstra 2017

R.J.N. Schlössels & S.E. Zijlstra, De Haan/Drupsteen/Fernhout. Onderwijseditie Bestuursrecht in de sociale rechtsstaat. 1. Grondslagen, Begrippen, Normering, Uitvoering, Handhaving, Deventer: Kluwer 2017.

Derclaye, in: Gaster, Schweighofer & Sint 2008

E. Derclaye, ‘Does the Directive on the Re-Use of Public Sector Information affect the State’s database sui generis right?’, in: J. Gaster, E. Schweighofer & P. Sint (eds.), Knowledge Rights. Legal, societal and related technological aspects, Austrian Computer Society, Vienna 2008, p. 137-169.

Derclaye 2008

E. Derclaye, The Legal Protection of Databases. A Comparative Analysis, Cheltenham: Edward Elgar 2008.

Dulong de Rosnay & Janssen, Journal of Theoretical and Applied Electronic Commerce

Research 2014/3