• No results found

Casus 4: Gemeente Sittard-Geleen, Vixia en RWM

Hoofdstuk 6. Beschrijving Casussen

6.4 Casus 4: Gemeente Sittard-Geleen, Vixia en RWM

De vierde casus betreft de gemeente Sittard-Geleen. De casus valt onder de groep: integratie van taken ligt bij de gemeente. Binnen de casus zijn de twee andere ‘spelers’ de Vixia (SW-bedrijf) en RWM (afval- en reinigingsbedrijf).

6.4.1 Situatie vooraf

Om de situatie vooraf te beschrijven moet worden teruggekeken naar begin 2012. Alle werkzaamheden binnen de gemeente Sittard-Geleen met betrekking tot groentaken werden uitgevoerd door de gemeente zelf, Vixia of private aannemers. Hierbij werd 80% van het werk door de eerste twee partijen uitgevoerd. De derde partij in de samenwerking, RWM, was verantwoordelijk voor de grijstaken en de afvalinzameling. Hierbij werkten zowel Vixia als RWM voor meerdere gemeenten in de omgeving. Beide partijen voerden deze werkzaamheden uit op basis van bestekken voor de betreffende gemeente. Hierbij werd Vixia gezien als reguliere aannemer.

De resterende 20% van de groenwerkzaamheden die niet door Vixia of de gemeente zelf werden uitgevoerd werden uitbesteed aan particuliere aannemers. Dit betrof vaak specialistisch werk of werk waarvoor geen mankracht meer beschikbaar was.

6.4.2 Aanleiding

Door de komst van de WWNV en nu de Participatiewet, het verouderen van het personeelsbestand van de gemeentelijke dienst en de groeiende druk op het cliëntenbestand van de Sociale Dienst en SW, heeft de gemeente Sittard-Geleen samen met Vixia besloten om een (leer)werkbedrijf op te richten per april 2012. Door dit besluit te nemen hoopte de gemeenteraad een financiële besparing te realiseren en minder beroep te doen op marktpartijen. Hierbij is het doel om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, zowel SW als WWB, te laten integreren en werkfit te maken voor de arbeidsmarkt. Zodat deze mensen uit het sociale vangnet verdwijnen. Het initiatief voor de

samenwerking is vanuit de gemeente gekomen, tot meer samenwerking in de openbare ruimte. Door meer samenwerking te zoeken kunnen de eerder genoemde ontwikkelingen een betere plaats worden geboden binnen de drie partijen.

6.4.3 Nieuwe samenwerkingsvorm / huidige samenwerkingsvorm

De nieuwe samenwerkingsvorm is een samenwerkingsconstructie tussen de gemeente en Vixia. Hierbij worden medewerkers van Vixia via een Werken Op Locatie (WOL) constructie ondergebracht bij de gemeente. De WOL constructie is in feite hetzelfde als een detacheringovereenkomst tussen twee partijen zoals beschreven in de vorige casussen. Met uitzondering van het gegeven dat zowel

53 de mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, ondersteunend personeel, materiaal, materieel en management hierin zijn opgenomen.

Door de WOL constructie blijft als het ware de gemeentelijke buitendienst gehandhaafd, maar worden hier mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt van Vixia bijgeplaatst. De mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt worden allemaal te werk gesteld binnen de gemeentelijke afdeling Wijkbeheer maar blijven op de loonlijst van Vixia.

Hiernaast worden ook nog eens mensen met een WWB-regeling ingezet binnen team Wijkbeheer. De WBB doelgroep wordt via Sociale Zaken binnen de gemeente geplaatst in het team Wijkbeheer. De WWB’ers kunnen hier werken met behoud van uitkering. De doelgroep wordt ingezet om de overvolle kaartenbak leeg te maken.

De bedoeling is dat, zodra de organisatie is opgezet en naar behoren functioneert binnen de gemeente, de organisatie in z’n geheel wordt overgedragen aan RWM. Hierbij zal een aparte NV worden opgericht waarbij BOR, reiniging en afval samenkomen. De reiniging en afvalinzameling zit namelijk nog in z’n totaliteit bij RWM. Tevens is dit vanuit gemeentelijk oogpunt de opstap naar een regionaal werkbedrijf waarbij andere gemeenten kunnen aansluiten. Dit kan heel gemakkelijk omdat RWM voor meerdere gemeenten werkt. Hierover zijn de verschillende gemeenten het nog niet geheel eens.

Tijdens het uitvoeren van de dataverzameling van dit onderzoek heeft zich een verandering in de samenwerkingsconstructie voorgedaan. De politiek binnen de gemeente Sittard-Geleen heeft besloten om het opzetten van de nieuwe NV binnen RWM uit te stellen. De oorzaak hiervan is het onverwachte succes van de huidige samenwerking tussen de gemeente en Vixia. Doordat dit zo’n succesvolle samenwerking is en de overige gemeenten nog geen besluit hebben genomen over de samenwerking, heeft de gemeenteraad besloten om de stap naar een regionaal werkbedrijf voor onbepaalde tijd uit te stellen. Dit betekent dat de gemeente zelf doorgaat met de

samenwerkingsconstructie cq. Het (leer)werkbedrijf met Vixia in de huidige vorm. Hierdoor blijven de groentaken taken gescheiden van de reiniging- en afvaltaken van RWM.

6.4.4 Personeel

Zoals eerder aangegeven wordt in de samenwerkingsconstructie gebruik gemaakt van drie soorten doelgroepen. De eerste doelgroep zijn de mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt van Vixia. Dit zijn ongeveer 110 SW’ers. Daarnaast worden WWB’ers ingezet vanuit Sociale Zaken. Dit betreft ongeveer 90 personen. De WBB doelgroep wordt eerst geactiveerd en ingewerkt binnen Sociale Zaken alvorens ze binnen de afdeling Wijkbeheer worden geplaatst. Tot slot zijn er nog de ambtenaren die al werkzaam zijn binnen de gemeente. Dit zijn 40 ambtenaren die samen met de SW’ers en WWB’ers in teamverband worden ingezet. Hierbij zijn gemixte teams in verschillende stadsgebieden werkzaam waarbij de aansturing bij alle drie de doelgroepen kan liggen. Er wordt geen onderscheid gemaakt naar doelgroep maar naar prestaties van mensen. Tot slot moet vermeld worden dat de verhouding tussen kwaliteit van de openbare ruimte en mensontwikkeling in de samenwerking in het midden ligt. Beide partijen vinden de kwaliteit van de buitenruimte even belangrijk als de ontwikkeling van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

6.4.5 Takenpakket

Onder de taken die worden uitgevoerd door de afdeling Wijkbeheer, vallen alle groentaken die eerder middels bestek naar de Vixia gingen of al door de afdeling zelf werden uitgevoerd. Hierbij blijven de specialistische werkzaamheden bij private marktaannemers uitbesteed worden. Daarnaast wordt er nu rekening gehouden met de beperkte capaciteit van mensen met een SW-status. Hierbij wordt gebruik gemaakt van jobcarving en gemixte teams om taken per persoon/team af te stemmen. Grijstaken vallen slechts voor een gedeelte onder de werkzaamheden van de

samenwerkingsconstructie. De (machinale) reiniging en afvalinzameling ligt bij RWM. De overige grijstaken (zoals bijvoorbeeld zwerfafval en reparatie van straatmeubilair) zitten wel in het takenpakket van de afdeling Wijkbeheer. Hierdoor kan het takenpakket niet als IBOR worden gedefinieerd.

54 6.4.6 Risico, kansen, toekomst

De risico’s die door de respondenten worden opgenoemd zijn de aanpassingsproblemen van de verschillende doelgroepen. Doordat de verschillende doelgroepen niet gewend waren om met elkaar te werken heeft dit bij aanvang van de samenwerking problemen opgeleverd. De problemen zijn door veel praten, luisteren en tijd, opgelost aldus een respondent. Een ander mogelijk risico is de verrekening van loonwaarde bij de WOL constructie. Dit zou per individu kunnen worden berekend maar er is voor gekozen de loonwaarde over de gehele populatie te berekenen. Er is daarom een gemiddelde verdiencapaciteit afgesproken voor de totale populatie volgens drie respondenten. Het risico hierbij is dat de afgesproken waarde in realiteit niet wordt behaald door de gemiddelde SW’er. De kansen van de samenwerkingsconstructie zijn volgens de respondenten dat de beoogde manier van organiseren onder RWM een meer bedrijfsmatige insteek met zich meebrengt. Omdat RWM een publiek bedrijf is dat de focus heeft op het bedrijfsmatig vlak zou het mogelijk zijn om structureel meer te bezuinigen. Hierin ligt ook nog een risico. Als men de bedrijfsmatige kant opgaat bestaat de mogelijkheid dat de sociale component verloren gaat. Een ander punt dat een respondent aanhaalde is, dat door de samenwerking tussen de gemeente en Vixia een continuering van werk gerealiseerd wordt. Dit is belangrijk voor de doelgroep medewerkers en de gemeente doordat zo een constante golf aan uitstroom wordt bewerkstelligd.

Als toekomst geven enkele respondenten aan dat het misschien niet nodig is dat RWM in de samenwerking wordt betrokken omdat het momenteel heel erg goed loopt op de huidige manier. Echter, andere respondenten sluiten niet uit dat het leer-werkbedrijf regionaal onder RWM wordt opgezet.

6.4.7 Samenvatting casus

Binnen de casus Sittard-Geleen heeft zich een verschuiving van beleid voorgedaan. Waar voorheen een duidelijke visie richting RWM was uitgezet, is de visie door het succes van het organiseren binnen de gemeente weer aan de kant geschoven. Daarbij zijn de omliggende gemeenten het nog niet met elkaar eens over een toetreding tot een regionaal werkbedrijf. Hierdoor wordt voorlopig niet op regionale basis een leer-werkbedrijf opgezet. Uniek binnen de casus is de hoge mate van samenwerking tussen Sociale Zaken en Wijkbeheer. Hierdoor is het mogelijk om gebruik te maken van WWB’ers en een forse kostenbesparing te realiseren. Wat tot slot nog opvallend is aan de antwoorden van alle respondenten is dat aangegeven wordt dat het vormen van een nieuwe

samenwerkingsconstructie niet iets is dat je zomaar doet. Hier gaat een lange voorbereidingstijd aan vooraf waarbij succes alleen gegarandeerd is als alle partijen achter het besluit staan.