• No results found

De laatste case study betreft een gemeente met tussen 10.000 en 15.000 inwoners. De gemeente bestaat uit zes dorpen en negen buurtschappen (die zich langs een hoofdstraat bevinden). Het grootste dorp heeft twee centra die zich langs twee hoofdstraten bevinden, met een eigen infrastructuur voor openbaar vervoer, onderwijs en voedselvoorziening. Er zijn nog twee andere dorpskernen met een vergelijkbaar voorzieningenniveau. Met name de buurtschappen zijn in grote mate afhankelijk van het grootste dorp voor de verzorging van hun inwoners met dergelijke voorzieningen. Langs de hoofdstraten staan met name vrijstaande huizen, twee-onder-één-kap woningen en rijtjeshuizen uit verschillende tijdperken. Huizen uit de jaren 60, 70 en 80 van de vorige eeuw vormen de grootste groep huizen. In de woonbuurten die zich in het grootste dorp niet langs de hoofdstraat bevinden, staan met name twee-onder-één-kap woningen, rijtjeshuizen en andere meergezinswoningen uit de jaren 60, 70, 80 van de vorige eeuw. Alle huizen hebben in de regel relatief royale tuinen. Om bijna alle woonbuurten heen bevindt zich direct veel groen in de vorm van grasvelden, maar de huizen in de dorpskern van het grootste dorp vormen hierop een uitzondering. Tussen de dorpskernen bevindt zich veel landbouwgrond. Grachten, rivieren en andere waterlichamen spelen in deze case study geen rol.

Methode en beschikbare data

In 2012 is in een deel van de gemeente het gebruik zonder recht van gemeentegrond in kaart gebracht. Deze inventarisatie is uitgevoerd door het Kadaster. De inventarisatie beslaat de twee centra van het grootste dorp en de buurtschappen langs twee hoofdstraten die van het zuidelijke centrum naar andere gemeenten lopen. In dit deel van de gemeente wonen ongeveer 3.000 mensen. Het Kadaster is bij alle percelen in dit deel van de gemeente nagegaan of de daadwerkelijke erfgrens van percelen afwijkt van de kadastrale grens. Vervolgens heeft de gemeente onderzocht of een juridische basis bestaat voor deze afwijkingen. In 108 gevallen is grondgebruik zonder recht geconstateerd. Het is helaas niet bekend hoeveel percelen in totaal zijn onderzocht. Als men ervan uitgaat dat een huishouden bestaat uit gemiddeld 2,2 personen, dan zijn rond 8% van de huishoudens (79 gevallen per 1.000 huishoudens) in het onderzochte gebied betrokken bij grondgebruik zonder recht.

Het Kadaster heeft luchtfoto’s met de grootte van de gebruikte oppervlakte en een indicatie van welk deel zonder recht wordt gebruikt, geanonimiseerd ter beschikking gesteld. Voor dit project is onderzocht wat de oorspronkelijke functie is van de zonder recht gebruikte grond,

voor welke doeleinden de grond door de private niet-eigenaar wordt gebruikt, in welke omgeving dit gebruik plaatsvindt en hoe groot de zonder recht gebruikte oppervlakte is.

Het gebruik zonder recht van gemeentegrond in de gemeente

Eigenaars en huurders van alle soorten huizen en percelen gebruiken gemeentegrond zonder recht grotendeels voor een soortgelijk doel. In 95 van 108 gevallen (rond 88% van de gevallen) wordt de gemeentegrond gebruikt om de voortuin langs de stoep of weg uit te breiden en/of de oprit te verlengen of aan te leggen.145 In vijf andere gevallen wordt de gemeentegrond gebruikt om een ander deel van de tuin uit te breiden.146 Bedrijven of kerken

die betrokken zijn bij grondgebruik zonder recht, gebruiken de gemeentegrond daarentegen als oprit, parkeerterrein of opslagruimte.147 In twee gevallen worden grote delen gemeentegrond gebruikt als landbouwgrond.148

Ook wat de oorspronkelijke functie van de zonder recht gebruikte gemeentegrond betreft, bestaat een grote eenvormigheid. In 104 van 108 gevallen (rond 96%) wordt een deel van de stoep zonder recht gebruikt.149 Het gebruik van de stoep verklaart overigens waarom zo vaak de voortuin is uitgebreid en/of de oprit is verlengd; de voorzijde van woonerven bevindt zich immers in de regel aan de stoep. Door het grondgebruik zonder recht wordt de stoep smaller dan hij voorheen was, althans dan het de gemeente voor de ogen stond. Hierdoor kan de verkeersveiligheid in het gedrang komen. Bovendien is door het Kadaster vastgesteld dat nutsleidingen lopen onder sommige van de zonder recht gebruikte stoepen. Een ongepast gebruik van de grond kan gevaarlijk zijn en leiden tot letsel. In een kleine groep gevallen zijn bermen (tussen de woonerven en de openbare weg) dan wel grasvelden gebruikt.150 Het zijn in

de regel bedrijven die (voor bedrijfsdoeleinden) gebruik maken van gemeentegrond met deze oorspronkelijke functie.

Dit eenvormige gebruik treedt in verschillende omgevingen op. Het gebruik kan langs een hoofdstraat151 of langs een zijstraat152 in een woonbuurt optreden. Er is geen indicatie dat de

grootte van de kavel (of de grootte van de achtertuin) van de grondgebruiker zonder recht van belang is voor het grondgebruik. Evenmin lijkt beslissend of de achterzijde van het perceel

145 Zie bijvoorbeeld alle gevallen in Straat A. 146 Zie bijvoorbeeld B 38 en B 53 A.

147 Zie bijvoorbeeld D x, F 64 en J 5. 148 Zie G z en P x.

149 Zie bijvoorbeeld alle gevallen in Straat B. 150 Zie bijvoorbeeld G z, H x en P x.

151 Zie de gevallen in Straat B. 152 Zie de gevallen in Straat D.

van de grondgebruiker grenst aan een grasveld of de tuin van een andere burger.153 Dit doet vermoeden dat een behoefte aan privacy of recreatieve ruimte geen beslissende factor is geweest. Verder is opvallend dat de stoep in plaats van het grasveld is gebruikt zonder recht. Dit is enigszins verbazingwekkend omdat het in de regel minder makkelijk is om de stoep in gebruik te nemen (en hem te blijven gebruiken). De mate van gemak waarmee gemeentegrond in gebruik kan worden genomen, vormt dus geen toereikende verklaring voor het grondgebruik zonder recht. Een verklaring voor het grondgebruik zonder recht is mogelijkerwijs gelegen in het feit dat de percelen van de grondgebruikers zonder recht zich vaak in dezelfde straat naast elkaar bevinden.154 Dit zou een indicatie kunnen vormen van het

gegeven dat bij de aanleg van de hele wijk de perceelgrenzen niet goed zijn aangehouden. Aan de andere kant is het ook mogelijk dat een groep buren de wijk op eigen houtje opnieuw vorm wilde geven of dat één grondgebruiker zonder recht is begonnen en de rest van de straat zijn gedrag ging imiteren.

De gemiddelde omvang van de zonder recht gebruikte gemeentegrond bedraagt 44,5 m². De standaardafwijking bedraagt 77,7 m². Deze grote standaardafwijking laat zien dat de grootte van de zonder recht gebruikte oppervlakte aanzienlijk kan verschillen per grondgebruiker. Binnen de bebouwde kom kan dit te maken hebben met de breedte van de kavel van de grondgebruiker en de vorm van de straat. Hoe breder de kavel is, hoe langer is het stuk stoep dat in gebruik kan worden genomen. Als de straat niet recht is, maar bijvoorbeeld een bocht maakt, dan is er ook meer ruimte voor een stoep of berm die vervolgens in gebruik kan worden genomen. Buiten de bebouwde kom zijn de kavels groter en is er uiteraard meer vrije gemeentegrond langs wegen. Er zijn buiten de bebouwde kom dan ook relatief grote delen van een berm in gebruik genomen als landbouwgrond.155

Conclusie

In een kleine landelijke gemeente met veel grasvelden en landbouwgrond tussen verschillende dorpskernen kan grondgebruik zonder recht in een groot aantal gevallen optreden. In deze case study waren rond 8% van de huishoudens betrokken bij grondgebruik zonder recht. Dit is relatief weinig in vergelijking tot de in case studies I, III en IV vastgestelde percentages. Als men 8% als het landelijke gemiddelde zou veronderstellen, dan zou er echter nog steeds sprake zijn van een uitermate groot aantal gevallen van grondgebruik zonder recht.

153 Zie de gevallen in Straat A.

154 Zie bijvoorbeeld de gevallen in Straat B. 155 Zie G z en P x.

De inwoners maken met name gebruik van de stoep om hun tuin uitbreiden en/of de oprit te verlengen dan wel aan te leggen. Dit brengt het risico met zich dat de verkeersveiligheid en/of de instandhouding van kabels en nutsleidingen in het gedrang komen. Het gebruikspatroon in deze gemeente wijkt in dit opzicht overigens af van het gebruikspatroon in met name case study I. Terwijl in die gemeente de stoep in de regel niet in gebruik is genomen indien er sprake was van een alternatief, zoals een grasveld, wordt de stoep in deze gemeente ondanks het overal beschikbare groen in gebruik genomen. Dit zou erop kunnen duiden dat reeds bij de aanleg van de woonwijken de perceelgrenzen niet goed zijn aangehouden. Een laatste interessante inzicht is dat ondanks de grote hoeveelheid groen en de aanwezigheid van agrarische bedrijven, gemeentegrond maar in een heel klein aantal gevallen (2) in gebruik is genomen als landbouwgrond.