• No results found

Gesigneerd ‘C. de Moor’ Olieverf op doek 121,5 x 151,5 cm. Herkomst:

(Mogelijk) Anonieme veiling; P. van Dorp, 16 oktober 1760 (verkocht aan Palthe).

Anonieme veiling; Sotheby’s, Londen, 8 april 1987, lot 52.

Dit schilderij is voor het laatst in de openbaarheid geweest toen het geveild is bij Sotheby’s in Londen op 8 april 1987. Dit onderwerp was zeer populair onder kunstenaars, met uitzondering van de Noord-Nederlandse schilders. Belangrijke kunstenaars die dit verhaal hebben vereeuwigd zijn Michelangelo en Leonardo da Vinci. Voor De Moor is de Leda en de zwaan van Adriaen van der Werff belangrijker aangezien hij dichterbij hem stond. Zijn versie van dit schilderij is in bezit van het Musee d’Art et d’Histoire de Geneve. De schilderijen met dit onderwerp zijn behoorlijk erotisch getint in vergelijking met het schilderij van De Moor, waar een afstand en terughoudendheid is van Leda naar de zwaan.108

Leda was de echtgenoot van Tyndareos, de koning van Sparta. Uit dit huwelijk ontstonden vier kinderen. Het verhaal wil dat de hun oudste kind, Helena, eigenlijk van de oppergod Zeus en de godin Nemesis was. Zeus wilde zich opdringen bij Nemesis, zij nam om dit te voorkomen, de gedaante aan van een gans. Zeus nam op zijn beurt de gedaante van een zwaan aan en kon Zeus haar alsnog verleiden. Nemesis legde na verloop van tijd een ei dat via een herder terecht kwam bij Leda. In de latere traditie van Euripides, had Zeus zijn zinnen gezet op Leda, die hiervoor de veranderde in een zwaan. Zo maakte Zeus Leda zwanger, waardoor zij later terwijl ze een normaal gestalte had meerdere eieren legde, waaruit de kinderen ontstonden.109 Vandaar dat de schilderijen van Leda en de Zwaan vaak erotisch getint zijn.

Dit schilderij is waarschijnlijk gemaakt in opdracht. Het doek is van een dergelijk groot formaat dat het onlogisch is als het voor de vrije markt vervaardigd zou zijn. Tussen de Hofstede de Groot fiches van het RKD zijn twee verschillende versies geveild van dit schilderij. Het is

108 Moormann, Van Achilles tot Zeus, p. 134. 109 Ibidem, 134-136.

mogelijk dat dit schilderij is geveild bij P. van Dorp op 16 oktober 1760 waar het verkocht is aan ene Palthe. Deze aanname doe ik op basis van de grote van het schilderij, dit komt overeen.

5. Carel de Moor

Diana en haar nimfen door saters bespied Olieverf op doek

64 x 83 cm.

Herkomst:

Privécollectie, Osnabrück, 1960.

Dit schilderij is in particulier bezit van een familie in Osnabrück vanaf 1960. Dit onderwerp is bij Carel niet vaker voorgekomen, echter was het wel een populair onderwerp bij andere schilders zoals Eric-Jan Sluijter aantoont. Met dit onderwerp bedoelt Sluijter, slapende nimfen of godinnen die door mannelijke wezens bespied worden. Er zijn een groot aantal vergelijkbare verhalen die op een dergelijke manier worden weergegeven, zoals Jupiter en Antiope, Venus of Diana, en Cimon en Efigenia. Op deze schilderijen worden de vrouwen in een vergelijkbaar licht gezet en krijgt het schilderij een erotische lading.110

Voor de Romeinen is Diana, wat voor de Grieken Artemis is. Ze bevindt zich vaak in de vrije natuur met haar nimfen. Zoals hierboven al geschreven, wordt ze vaak afgebeeld met met pijl en boog wat haar favoriete wapen was, en met een hond en een hert. Ze was een maagdelijke godin en haar nimfen waren eveneens maagdelijk, Diana en haar gevolg waren vaak aan het baden. Dit baden van vrouwelijke figuren geeft een erotische tint aan een voorstelling.111 In het eerdere schilderij van Diana wat hierboven besproken is heeft ze een andere uitstraling, namelijk die van jachtgodin. Dit is een reden waarom er vaak schilderijen

110 Eric Jan Sluijter, De ‘heydensche fabulen’ in de schilderkunst van de Gouden Eeuw. Schilderijen met

verhalende onderwerpen uit de klassieke mythologie in de Noordelijke Nederlanden, circa 1590-1670, (Leiden

2000) pp. 92-96.

met haar afbeelding hangen op jachtpaleizen. 112Op dit schilderij komt de meer maagdelijke en erotische Diana naar voren.

Dit schilderij is gemaakt in opdracht, het is namelijk vervaardigd op doek en is tamelijk groot. Er zijn geen andere versies van de hand van De Moor bekend met dit onderwerp. Aangezien dit een bekend onderwerp was, is het mogelijk dat een verzamelaar hem persoonlijk benaderde voor zijn versie met een dergelijke voorstelling.

6. Carel de Moor De biddende kluizenaar Gesigneerd ‘C … de Moor’ Olieverf op paneel 92,5 x 69,5 cm. Herkomst: Gemäldegalerie, Dresden, 1754. Sinds 1945 onbekend.

In een oude catalogus uit 1930 van de Gemäldegalerie in Dresden wordt dit schilderij genoemd. In de huidige collectie is dit schilderij niet te vinden. Het schilderij maakte al deel uit van de collectie in Dresden in ieder geval vanaf 1754. Sinds de Tweede Wereldoorlog is het schilderij opgenomen in het de Lost Art-database in Duitsland en is sindsdien vermist. Tijdens de oorlog is er een veilig onderkomen voor een deel van de collectie gezocht, wat blijkbaar niet goed heeft uitgepakt voor dit tafereel.113

Het onderwerp van de biddende kluizenaar was een typisch onderwerp voor Leidse fijnschilders. Gerard Dou, die werd gezien als de eerste Leidse fijnschilder, heeft dit onderwerp ook een aantal maal gebruikt. Waarvan er twee in eigendom zijn van de Gemäldegalerie in Dresden. De Moor kon dus niet achterblijven en heeft naast vele andere Leidse fijnschilders ook een dergelijk schilderij vervaardigd.

112 Sluijter, De ‘heydensche fabulen’ in de schilderkunst van de Gouden Eeuw, p. 52. 113 www.skd.museum en www.lostart.de.

Dit schilderij is behoorlijk groot, toch heeft De Moor paneel gebruikt als medium. Aangezien dit onderwerp het waarschijnlijk goed deed in Leiden is dit schilderij typisch iets voor de markt van toen. Er zijn ook vergelijkbare versies bekend van dit schilderij, dat zal hieronder duidelijk worden.

7. Carel de Moor

Christus als de barmhartige Samaritaan

Herkomst:

Bij P. Zwaal, Amsterdam, 1960.

Dit schilderij is voor het laatst gezien bij de kunsthandel P. Zwaal in Amsterdam in 1960, sindsdien is er niets bekend. Het RKD heeft een foto van de huidige eigenaar toegestuurd gekregen. De foto is het enige bewijs van het schilderij en er is geen overige informatie bij gemeld. Er is geen veiling geschiedenis bekend, zowel bij de huidige veilingresultaten websites als bij de Hofstede de Groot fiches en de Getty Provenance Index.

Het Bijbelse verhaal van de barmhartige Samaritaan is een van de bekendste. Een man reisde van Jeruzalem naar Jericho en werd onderweg overvallen door rovers. Ze stalen zijn bezittingen tot aan zijn kleren en mishandelden hem. Zij lieten hem aan zijn lot over door hem stervend langs de kant van de weg te laten liggen. Een priester en een tempeldienaar die toevallig passeerden lieten hem eveneens liggen. Toevallig kwam er een man langs die medelijden met het slachtoffer had, deze man was een Samaritaan. De Joden keken vaak minachtend neer op de Samaritanen. Echter verzorgde deze man zijn wonden en hielp hem zijn ezel op om hem naar een herberg te brengen. Daar aangekomen gaf de Samaritaan de herbergier geld om het slachtoffer te verzorgen en maakte hem duidelijk dat als het niet genoeg was hij de volgende keer zijn schulden zou voldoen.114

Over dit schilderij is onmogelijk te zeggen of in te schatten of dit schilderij voor de vrije markt is gemaakt of in opdracht, aangezien er een sterk gebrek aan informatie is. Er zijn geen andere versies met dit onderwerp bekend van de hand van De Moor. Het onderwerp was ook niet populair onder de Leidse fijnschilders.

8. Carel de Moor

Granida en Daifilo 36 x 44 cm.

Herkomst:

Collectie David Balda, Pamplona, 2000.

Het schilderij Granida en Dailfilo is onderdeel van een collectie van ene David Balda uit Pamplona. Over dit schilderij is op dit moment bij het RKD niets bekend, ze kennen deze foto alleen uit een correspondentie met David Balda, over zijn collectie is eveneens niets te vinden.

Het verhaal van Granida en Daifilo is van de Amsterdamse dichter en toneelschrijver Pieter Cornelisz. Hooft. De herder Daifilo ontmoet Granida op een onverwachts moment als zij de weg is kwijtgeraakt tijdens de jacht. Voor Daifilo is het liefde op het eerste gezicht en hij achtervolgt haar stiekem naar het hof. Hij heeft vanwege zijn afkomst geen kans, maar besluit te gaan werken voor de ridder Tisiphernes. Tisiphernes wil graag trouwen met Granida, maar dit alleen uit machtswellust. Voor Granida is er nog een kandidaat namelijk, Artabanus. Er ontstaat een strijd tussen de twee ridders. Dailfilo vermomd zich als Tisiphernes en verslaat Artabanus. Hij heeft nu officieel recht op Granida, echter denkt iedereen dat hij Tisiphernes was en louter deze ridder weet de waarheid. Dailfilo is trouw aan zijn werkgever Tisiphernes. Toch komt Granida achter de waarheid als ze Daifilo hoort en wordt ook verliefd als ze zich beseft dat ze echte liefde wil en niet een koning met macht.115

Op het schilderij is het moment te zien dat de twee elkaar voor het eerst ontmoeten. Granida met haar jachthonden en de herder Daifilo die haar de weg vertelt. De interesse bij hem is duidelijk gewekt. Het schilderij is tamelijk klein. Het onderwerp van een herder of Granida komt vaker voor in het oeuvre van De Moor. Dit schilderij is niet gedateerd maar heeft hij waarschijnlijk aan het begin van zijn carrière vervaardigd aangezien zijn leermeester Abraham van den Tempel dit een onderwerp vond om meerdere malen te gebruiken. Dit schilderij is daarom waarschijnlijk voor de vrije markt vervaardigd, ook omdat De Moor aan het begin van zijn carrière vaker voor de markt produceerde.

9. Carel de Moor

Granida en Daifilo Olieverf op paneel 35 x 28 cm.

Herkomst:

Anonieme veiling, Jan Verbeek; 18 augustus 1778 (verkocht aan Blok voor f15,10).

Collectie Simu museum, Boekarest (als Vlaamse school, 17e eeuw).

Anonieme veiling; Nackers, Brussel, 22 februari 1961, lot 512.

Er zijn behoorlijk wat gaten te vinden in de herkomst van dit schilderij. Bij mijn weten is het voor het eerst te vinden bij een veiling van Jan Verbeek op 18 augustus 1778 in Leiden, het is toen verkocht onder de naam Granida voor vijftien gulden. Later heeft het schilderij deel uitgemaakt van de Simu collectie in Boekarest, Roemenië. Deze collectie is later overgebracht naar het nationaal kunstmuseum van Roemenië. Het museum noemde dit schilderij Vlaamse school zeventiende eeuw. Blijkbaar heeft het museum het afgestaan of verkocht, want dit schilderij is geveild bij galerie Nackers in Brussel op 22 februari 1961. Deze informatie wordt gemeld op een uitgeknipte bladzijde van deze catalogus op het RKD.

Het schilderij heeft hetzelfde onderwerp als het hierboven besproken schilderij van de collectie David Balda. In dit geval is er een totaal andere compositie. Hier zit Granida te drinken

met haar jachthonden bij een fontein. Ze wordt begluurd door een lachende Daifilo. Op het andere schilderij loopt Granida Dailfilo tegen het lijf als ze de weg naar huis terugzoekt.

Ook deze versie is in mijn ogen voor de vrije markt geproduceerd, vanwege dezelfde argumenten als voor het schilderij hierboven. Bij dit schilderij komt er nog bij dat we weten dat het op paneel is vervaardigd, wat de kans vergroot dat het voor de markt is gemaakt.

10. Carel de Moor

Slapend meisje met Faun en Amor Olieverf op paneel

31 x 26,4 cm.

Gesigneerd ‘CA. D. Moor’

Lempertz Keulen, 19 november 1987

Herkomst:

(Mogelijk) Anonieme veiling; Helbing, Munchen, 28 augustus 1934, lot 212.

Anonieme veiling; Lempertz, Keulen, 19 november 1987, lot 98.

In 1987 is dit schilderij bij Lempertz in Keulen

geveild, sindsdien is het bij mijn weten niet meer in het openbaar gezien. Hier is geen mythisch of Bijbels verhaal weergegeven. Dit schilderij kan niet gezien worden als een genreschilderij aangezien het geen alledaagse voorstelling is, vandaar dat het wel degelijk tot een historiestuk gerekend wordt.

Er zijn wel degelijk mythische figuren in dit tafereel te zien, namelijk Amor de God van de liefde. De bekende pijl en boog van Amor zijn hier niet te zien. Wel legt hij bloemenkransen op het slapende meisje. Dit doet hij samen met een faun, een mythisch wezen dat herkend kan worden door de hoorns op zijn hoofd en de bokkenpoten. Het lijkt alsof het meisje slaapt, echter heeft ze haar ogen op een kiertje en heef ze een glimlach op haar gezicht. Waarom Cupido en de faun de bloemenkransen op het slapende meisje leggen is niet duidelijk.116

Deze vrolijke afbeelding is geproduceerd voor de markt. Het beeldt geen verhaal uit dat voor de beschouwer onbegrijpelijk is. Het is een klein paneel dat in vele huishoudens kan hangen. Dit maakt het interessant voor een groot publiek om te kopen. Er zijn meerdere

schilderijen van De Moor geveild in het verleden met slapende meisjes die worden bespied door satyrs of faunen. Blijkbaar waren er voor dergelijke schilderijen klanten te vinden.

11. Carel de Moor

De aanbidding van de koningen Gedateerd Ca. 1730-1750 Olieverf op paneel

28,6 x 24,1 cm.

Herkomst:

Privécollectie, Mary Anna Barbara Holburne, 1882; The Holburne museum, Bath, 1893.

Dit schilderij is eigendom van het Holburne museum in Bath, Engeland. Mevrouw Mary Anna Barbara Holburne heeft het gekocht in 1882, met de intentie om de kunstcollectie, inclusief dit schilderij, in een openbaar museum te plaatsen. Sindsdien heeft het schilderij altijd deel uitgemaakt van de collectie van het museum.117

Op de afbeelding is het kindje Jezus te zien die aanbeden wordt door de drie wijzen uit het oosten, Caspar, Balthasar en Melchior. De drie wijzen zijn de ster van Bethlehem gevolgd om de geboorteplaats van Jezus te vinden. In de westerse kunst worden deze wijzen vaak als koningen afgebeeld.118 De gebeurtenis van de drie wijzen die Jezus aanbidden, is beter bekend als Driekoningen, wat gevierd wordt op zes januari. Op het schilderij is te zien hoe Maria haar kind vasthoudt met daarachter Jozef. Jezus aait over het hoofd van Melchior die vaak als een man van middelbare leeftijd wordt afgebeeld. Naast hem zit Caspar die vaak oosterse kleding draagt en oosterse gelaatstrekken heeft, dit is hier niet het geval. De achterste van de drie wijzen

117 www.holburne.org.

is Balthasar en hij wordt vaak weergegeven als een Moor of Afrikaan. Dit onderwerp is zeer populair in de kunst.119

Dit schilderij is in mijn ogen voor de vrije markt geproduceerd. Elke goede christen is geïnteresseerd in dergelijke afbeeldingen. Daarom kon men dit goed verkopen op de markt. Het is te klein om in opdracht te zijn gemaakt voor een kerk of andere gelovige instelling. Dat De Moor paneel heeft gebruikt voor dit schilderij is een extra argument. Het schilderij is gedateerd in de laatste fase van zijn carrière, dit is zeer interessant aangezien dit de kans groter maakt dat het in opdracht is geweest.

12. Carel de Moor

Pyramus en Thisbe

Gesigneerd en gedateerd linksonder ‘Ca. De Moor A 1710’

Olieverf op doek 66,5 x 59,2 cm.

Herkomst:

Privécollectie, Eugenius van Savoye, Turijn, 1710; Galerie Sabauda, Turijn, 1824.

Dit schilderij is eigendom geweest van Eugenius van Savoye (1668-1736), zijn collectie is ondergebracht in het musei Reali in Turijn waarvan de galerie Sabauda onderdeel van is. Het stuk is uit 1710 tijdens het leven van Eugenius geschilderd. Een behoorlijke tijd na zijn dood in 1824 is zijn collectie aan het museum in Turijn geschonken.120

Het verhaal van Pyramus en Thisbe is een zeer aangrijpend verhaal over een jongen en meisje uit Babylon die op elkaar verliefd werden. Het probleem voor het verliefde stel is dat de ouders hen verboden elkaar te zien. Ze konden met elkaar blijven communiceren via een kapotte muur die hun huizen scheidde. Tijdens een van de gespreken spraken ze af buiten de stadsmuren bij een moerbeiboom. Als Thisbe staat te wachten wordt ze aangevallen door een leeuwin, haar

119 Lyckle de Vries, Verhalen in vergulde lijsten. Bijbelse en mythologische schilderijen van Rembrandt en zijn

tijdgenoten, (Amsterdam 2016) p. 121.

120 Carla Enrica Spantigati et al., Le raccolte del principe Eugenio, condottiero e intellettuale. Collezionismo tra

sluier blijft roodgekleurd van bloed achter. Als Pyramus later aankomt, ziet hij de sluier liggen en denkt dat Thisbe dood is, hierdoor stort hij zich op zijn zwaard en pleegt zelfmoord. Thisbe keert even later terug en ziet Pyramus liggen, zij besluit zich ook te storten op zijn zwaard.121

De Moor heeft meerdere schilderijen met dit verhaal vervaardigd. Dit schilderij is vervaardigd voor Eugenius van Savoye. Hij reisde vaak door Europa en het is mogelijk dat hij graag een schilderij van de populaire De Moor wilde hebben, die in 1710 al naam voor zichzelf had gemaakt.

13. Carel de Moor

Een allegorie van de liefde; een koppel naast een fontein met een diner op de achtergrond

Onduidelijke gesigneerd rechtsonder ‘M….. f’ Olieverf op paneel

70,4 x 52 cm.

Herkomst:

Privécollectie, België;

Anonieme veiling; Christie’s, Amsterdam, 13 oktober 2009, lot 49 (voor €73.000,-).

Anonieme veiling; Christie’s, New York, 30 januari 2014, lot 269.

Anonieme veiling; Christie’s, Amsterdam 15 november 2016, lot 118.

Bij Johnny van Haeften, Richmond, 2017.

Dit allegorisch schilderij is in november 2016 geveild bij Christie’s Amsterdam. Vijf maanden nadien was het te bewonderen op de Tefaf in Maastricht bij de galerie van Johnny van Haeften, waar het verkocht is tijdens de beurs. De Moor heeft weinig allegorische schilderijen vervaardigd, de allegorische schilderijen die bekend zijn, zijn portretten.

Op het schilderij is een mooi uitgedoste jonge dame te zien bij een fontein met een Cupido standbeeld. Ze wordt door een jonge man aan haar arm getrokken. De vrouw geeft met haar opgestoken linkerhand aan dat ze wil dat de man stopt, echter haar gezichtsuitdrukking toont dat ze hier anders over denkt. Op de achtergrond is een vrolijk, etend gezelschap te zien. Dit gezelschap doen denken aan schilderijen van Esaias van de Velde en Willem Buytenwech.122

121 Hyginius, Fabulae 242, (1e eeuw v. Chr.).

Het onderwerp dat De Moor hier heeft gekozen is uniek in zijn oeuvre. De compositie van dit schilderij is echter niet uniek, aangezien herkenbare compositie is voor De Moor. De afbeelding is geschilderd op een groot stuk paneel. Aangezien er geen andere allegorieën van De Moor bekend zijn, is dit waarschijnlijk een opdracht is geweest.

14. Carel de Moor

De zondeval Olieverf op doek 47 x 42 cm.

Herkomst:

Anonieme veiling; Dorotheum, Wenen, 19 december 2016, lot 96.

Dit schilderij is vorig jaar geveild bij Dorotheum in Wenen. Er zijn van De Moor geen andere schilderijen bekend met dit onderwerp. De zondeval is populair onderwerp voor schilders. Wat betreft het kiezen van de meeste verhalen voor zijn historiestukken heeft Ekkart een sterk punt, namelijk dat het niet uitpuilt van vernieuwing. Zoals hierboven al duidelijk is geworden, kiest Carel in de meeste gevallen voor vaak voorkomende verhalen. De composities die De Moor gebruikt en het moment van het vastleggen van het verhaal zijn vaak niet vernieuwd.

Het verhaal van de zondeval is waarschijnlijk het meest bekende verhaal uit de Bijbel. Nadat Eva verleid is door de slang in het paradijs en een appel eet van de boom van de kennis