• No results found

Dit is een verhaal van een hele oude boerderij, het één na oudste pand van het dorpje Heteren. Deze hofstede, een belangrijke boerderij dus, is één van de weinige van een groep van vergelijkbare boerderijen die in Heteren bewaard is gebleven.

Geschiedenis

Boerderij de Steeg was oorspronkelijk westelijk gelegen van de dorpskern Heteren aan een lang onverhard pad: de Steeg, lopende vanaf de noordelijk gelegen Rijndijk naar de zuidelijk gelegen Boter- hoeksestraat te Heteren.

Oorspronkelijk bestond het complex uit landerijen waaronder boomgaarden ter grootte van 6 morgen, 1 morgen is circa 0,86 hectare. Dit stond opgetekend in een nieuw verponding-

register uit 1649 waarin ook deze boerderij werd genoemd. Verponding is een soort grondbelasting of onroerend zaakbelasting.

Nabijgelegen was een vloedschuur uit 1815 waar in vroeger tijden de gewassen e.d. werden opgeslagen bij eventuele dijkdoorbraken. Er waren in de 18e en 19e eeuw immers een aantal

keren bij hoogwater dijken doorgebroken. Ook was er aan de achterzijde een oude hoge schuur gelegen voor stalling van vee en machines.

De huidige bebouwing kan getypeerd worden als een forse Gelderse T-boerderij met de voorgevel gericht naar het noorden. Onder het westelijk deel van het woongedeelte (voorhuis) bevindt zich een grotendeels boven het maaiveld gelegen kelder met 2 tongewelven.

Het voorhuis heeft, met uitzondering van de achtergevel gepleisterde gevels met een 19e

eeuwse detaillering (6-ruits schuiframen met luiken en paneeldeur met 2-ruits bovenlicht) en jaartal ankers 1649 in de voorgevel. Het voorhuis heeft een rieten schilddak, het achter- en zijhuis, welke onderling waren verbonden middels een tussenlid, hadden oorspronkelijk een dak met riet met op het onderste gedeelte holle pannen. De gevels van deze beide schuren waren gedeeltelijk vlak gepleisterd en gedeeltelijk aangesmeerd. De oude indeling van de achtergevel van de deel is na de Tweede Wereldoorlog 1940-1945 sterk gewijzigd vanwege een andere indeling van de stal.

Van de bebouwing is door het Monumenten Advies Bureau in december 2000 in onze opdracht een bouwhistorische opname gemaakt waarin een monumentale waardebepaling uitgebreid staat omschreven. Enkele korte conclusies uit het rapport:

• De brandmuur tussen voor- en achterhuis en in ieder geval delen van de kelder zijn het oudste, met een (voorlopige) 16e eeuwse datering.

• In eerste opzet was er sprake van een hallehuisboerderij waarvan het woongedeelte aan de west-noordzijde was uitgebouwd middels een zogenaamde stenen kamer, een onder- kelderde torenvormig woonkamer.

• In 1649 is er sprake van een ingrijpende verbouwing waardoor de forse T-boerderij is ontstaan.

• In de late 18e eeuw krijgt het achterhuis gemetselde zijgevels met in de achtergevel

korfbogen boven de staldeuren en brede staldeuren en ronde vensters links en rechts ervan.

• Begin 19e eeuw wordt de zijschuur aangebouwd alsmede de vrijstaande vloedschuur.

• Ook volgt in de 19e eeuw een verdere verfraaiing van het voorhuis waaronder vensters

met luiken, aanpassing kapconstructie middels overstekken aan de noord en oostzijde en het pleisterwerk van de buitengevels.

• Begin 20eeeuw wordt een en ander nog doorgezet en wordt de huidige schouw in de

middenkamer geplaatst.

• Na de Tweede Wereldoorlog volgen vele verbouwingen uit functionele overwegingen welke veelal als storend kunnen worden aangemerkt.

Bewoners

Vanaf 1649 is de boerderij eigenlijk maar door twee families bewoond. Vanaf 1649 tot 1763 de familie Derksen. Vanaf 1763 tot maar liefst 1997 (!!) de familie van de Westeringh, ruim 230 jaar gewoond en gewerkt, 8 generaties lang.

Huidige situering

De op een oude verhoging, resp. terp, gelegen boerderij is thans omsloten door de moderne bebouwing van nieuwbouwwijk de Melkweide met relatief gezien nog maar weinig grond om het complex heen. De forse vloedschuur uit 1815 behoorde ook tot het complex maar is hiervan afgescheiden en momenteel in gebruik bij de Gereformeerde kerkgemeenschap van Heteren. Door de aanleg van de nieuwbouwwijk is de historische samenhang van het erf en haar omgeving verloren gegaan. Het zicht vanaf de Rijndijk is afgesloten vanwege hoge woonbebouwing. Wel zijn er nog

een behoorlijk aantal oude grote bomen (kastanje, (veder)es, tulpenboom enz.) aanwezig alsmede een historisch geriefbosje met oude onderbegroeiing aan de westzijde. Aan deze zijde is bij de realisering van de wijk een grote waterpartij aangelegd als zogenaamde retentievijver voor de wijk.

Ontstaan restauratieplan Rijksmonument de Steeg

De toenmalige gemeente Heteren heeft in 1997 de boerderij alsmede de vloedschuur en de omliggende landerijen gekocht van de familie H. van de Westeringh. Als plaatselijke aannemer, met een historische gebondenheid (4e generatie aannemer in gemeente Heteren)

was ik geïnteresseerd in een eventuele herontwikkelingsmogelijkheid van het complex binnen het plangebied de Melkweide. Na een lange en moeizame tijd van onderhandelen en aftasting van de mogelijkheden, met name veroorzaakt door de moeilijke inpasbaarheid van het complex, een Rijksmonument in de nieuwbouwwijk, is begin 2000 besloten tot de aankoop. De bedoeling was een opdeling te maken in drie wooneenheden.

Hiertoe is vanaf het allereerste begin architect Otto van Dijk uit Horssen in de arm genomen welke ervaring had met soortgelijke projecten met als uitgangspunt een dynamische aanpak. Onder een dynamische aanpak wordt hier verstaan een spannende en esthetisch verantwoorde combinatie van oude en nieuwe bouwmethoden en -materialen. Oorspronkelijke detailleringen en functionaliteit vormen hiertoe de basis. Van begin af aan is deze architect zeer betrokken geweest waaruit een prachtig plan ontstond voor de genoemde ombouw. Na de herindeling van de gemeente Heteren naar de gemeente Over-Betuwe is er in eerste aanzet vertraging in de afwikkeling ontstaan. Uiteindelijk bleek het bestemmingsplan een opdeling in maximaal twee wooneenheden toe te staan hetgeen in economische zin een zeer zware opgave werd. Ook was het subsidietraject niet eenvoudig. Eerste helft 2002 waren uiteindelijk alle benodigde vergunningen compleet zodat een start gemaakt kon worden met de ingrijpende restauratieklus.

Verliefdheid

Als geboren en getogen Heterenaar was me de plek de Steeg natuurlijk niet vreemd. Als jonge jongen kwam ik er wel tijdens de kerstdagen om hulstakjes te vragen voor de kerstversiering welke op de nabijgelegen school moesten worden gemaakt.

Ook waren er tijdens de kleuterjaren (begin jaren 60) wandelingen via het ‘paadje’ achter het RK kerkhof welke uitkwam op het onverharde pad de Steeg. Ter plaatse van dit in zekere zin kruispunt, had je een mooi uitzicht over de boerderij welke in volle glorie zichtbaar was met een mooie, wat mysterieus aandoende, grote siertuin. Door het zeer bijzondere bouwplan van de architect, welke ook ons vorige en huidige huis heeft ontworpen, werden wij in zekere zin verliefd op de plek en de mogelijkheden van de dynamische aanpak binnen de zeer

historische bebouwing. Vanwege het feit dat ons naast de woning gelegen aannemingsbedrijf verhuisd is naar een nieuwe kantoor- en bedrijfsruimte op het industrieterrein begin 2002, en wij dus niet meer bedrijfsmatig aan de huidige locatie gebonden waren, werd onze droom meer en meer werkelijkheid. Wij hebben dan ook met volle overtuiging gekozen voor de boerderij als nieuwe woonlocatie voor ons gezin. De oorspronkelijke vlinders in de buik zijn nu omgeslagen in pure liefde. Liefde voor de plek, bebouwing en mogelijkheden tot bewoning. Een traject waarbij met inzet van eenieder iets moois te realiseren is en waarbij onze eigen inbreng maximaal is.

De bedoeling is dat eind 2004 de restauratie grotendeels zal zijn afgerond zodat wij onze droomwoning kunnen gaan betrekken.

Restauratieplan en toekomst

Het restauratieplan gaat uit van in zekere zin een ‘drietrapsraket’: • voorhuis handhaving historische uitstraling;

• zijhuis combinatie van historische uitstraling met moderne aanpassingen noodzakelijk vanwege het gebruik;

• achterhuis handhaving en reconstructie van oude historische contouren (stal grupvloer, gevels en gebinten) en een geheel nieuwe houten soort van ‘container’ woning tussen de gebinten met een zinken lucht- en licht- open schubvormige bedekking (als het ware een huis in een huis).

De restauratie wordt met veel zorg en aandacht voor detail uitgevoerd. De kwaliteiten van de bestaande bouwonderdelen en materialen zijn in een zeer slechte staat zodat veel vervangen en nagemaakt moet worden. Er wordt veel aanspraak gemaakt op het vakmanschap van alle bij de bouw betrokken werknemers en onderaannemers. Iets wat tegenwoordig niet zo vaak het geval meer is, maar in lengte van jaren, altijd nodig zal blijven in het zo mooie bouwvak. De combinatie tussen enerzijds heel historisch en traditioneel en anderzijds heel modern, zal een heel bijzonder effect geven en de dynamiek welke in zekere zin vanaf 1649 tot heden ook zichtbaar is, niet onderbreken. De bedoeling is de restauratie met een zodanige kwaliteit uit te voeren, dat de boerderij nog een heel groot aantal jaren voor het nageslacht bewaard zal blijven. Wij zullen dit echter niet meer meemaken, wij zijn slechts passanten die tijdelijk gebruik kunnen maken van onze voorrechten. Wij hopen als familie heel lang te mogen genieten van dit wel zeer bijzondere project.