• No results found

Bijlage A: Berekening besparing uitkeringslast

In document Bbz 2004: uit het startblok (pagina 95-99)

In hoofdstuk 10 hebben wij de uitstroom van Bbz-starters vergeleken met twee controlegroepen van Wwb-ers: nieuw ingestroomde Wwb-ers en Wwb-ers met dezelfde uitkeringsduur als de Bbz-starters bij aanvang van de onderneming. Het verschil in uitstroom tussen Bbz-Bbz-starters en de controlegroep van Wwb-ers bepaalt voor een groot deel het verschil in uitkeringslast tussen beide groepen. In dit hoofdstuk berekenen wij analoog aan de berekeningen voor de uitstroomkans in hoofdstuk 10 het verschil in uitkeringslast voor beide controlegroepen van Wwb-ers. Uiteindelijk is de vergelijking van Bbz-starters gemaakt met de gemiddelde uitkomst van de twee

controlegroepen.

De vergelijking van de uitkeringslast tussen Bbz-starters en de eerste controlegroep van net ingestroomde Wwb-ers wordt gemaakt in Tabel 0.1. De blijfkans van Bbz-starters in de uitkering28 is overgenomen uit de totaalrij van Tabel 10.2. De 49 procent na 12 maanden is de som van 44 procent in de Bbz-uitkering aan het begin van de tweede twaalfmaandsperiode in Tabel 11.2 en 5 procent in de Wwb aan het eind van de eerste twaalfmaandsperiode. Ook de uitkering aan Bbz-starters in de eerste vier jaar, omgerekend naar het aantal oorspronkelijke Bbz-starters, is overgenomen uit Tabel 11.2.29

De uitkering aan Wwb-ers in de eerste controlegroep van net ingestroomde Wwb-ers is als volgt berekend: 12 maanden voor de mensen die in de uitkering blijven en 6 maanden voor de mensen die in het jaar uitstromen. In het eerste jaar is de gemiddelde uitkeringslast dus 9 maanden, van gemiddeld € 1.100 per maand, 30 ofwel € 9.900 op jaarbasis. Ook voor de Wwb zijn de

uitkeringslasten in het betreffende jaar gelijk vermenigvuldigd met de blijfkans bij aanvang van dat jaar. Wij gaan er hierbij vanuit dat ook de 12 procent die geen beroep doet op het Bbz voor bijstand voor levensonderhoud maar alleen voor een lening voor bedrijfskapitaal, zonder die lening voor bedrijfskapitaal in de bijstand had gezeten.

Het blijkt dan dat dankzij het Bbz in het eerste jaar gemiddeld € 2.867 wordt bespaard. Dit komt omdat veel Bbz-uitkeringen halverwege het jaar worden beëindigd zonder verdere uitkering. Ook in het vierde jaar worden uitkeringen bespaard doordat veel Bbz-uitkeringen na enkele maanden in het vierde jaar worden beëindigd. In de overige jaren is de blijfkans van net ingestroomde Wwb-ers lager dan de blijfkans van Bbz-starters en kost het Bbz dus meer aan uitkering. Na het vierde jaar rekenen wij nog 20 jaar verder, omdat de gemiddelde leeftijd van de Bbz-starter circa 40 jaar is. Wij hanteren dus een zichttermijn van 24 jaar, de periode tussen de leeftijd van 40 jaar en de wettelijke pensioenleeftijd.

28 Bbz-bijstand levensonderhoud of Wwb-bijstand levensonderhoud.

29 Het bedrag van € 68.640 na de eerste vier jaar is als volgt berekend: 26% van de starters die terugvalt in de Wwb-uitkering maal 20 jaar maal 12 maanden maal € 1.100 per maand.

30 € 1.100 is de gemiddelde maandelijkse Bbz-uitkering over 2004-2008. De gemiddelde Wwb-uitkering is lager dan € 1.100, maar Bbz-starters hebben iets vaker dan gemiddeld in de Wwb een partner en daardoor een iets hogere uitkering.

Tabel 0.1 Vergelijking uitkering van Bbz-starters en net ingestroomde Wwb-ers, per 12 maanden vanaf het

Toekomstige uitgaven moeten echter nog wel verdisconteerd worden. Immers om over een aantal jaren een bepaald bedrag uit te keren, volstaat het om op dit moment een lager bedrag op de bank te zetten en rente te trekken. Wij hanteren een rentevoet van 4 procent. Bij de zichttermijn van 24 jaar en een discontovoet van 4 procent kost het Bbz in vergelijking met net ingestroomde Wwb-ers gemiddeld € 5.700 extra. Er zijn ook andere kosten en baten van het Bbz, die in de volgende paragraaf in beeld worden gebracht.

Maar eerst vergelijken wij de uitkering tussen Bbz-starters en Wwb-ers met een vergelijkbare bijstandshistorie (Tabel 0.2), de tweede controlegroep van dit onderzoek. Bij deze tweede controlegroep is het alternatief voor de meeste Bbz-starters een langdurig verblijf in de bijstand en worden dankzij het Bbz grote bedragen aan uitkering bespaard.

Tabel 0.2 Vergelijking uitkering van Bbz-starters en Wwb-ers met de uitkeringsduur van Bbz-starters op het moment van start van de onderneming

Meetmoment Blijfkans

Gemiddeld over beide controlegroepen bedraagt de besparing € 40.866.31 De besparing zou

€ 47.000 lager (en dus negatief) zijn geweest bij de eerste controlegroep van net ingestroomde Wwb-ers. De eerste controlegroep heeft echter te hoge uitstroomkansen gezien de

uitkeringsachtergrond van Bbz-starters. De eerste controlegroep doet de vergelijking van het Bbz daarom te negatief uitvallen. En de besparing zou € 47.000 hoger zijn geweest bij de tweede controlegroep van Wwb-ers met dezelfde voorgaande uitkeringsduur als Bbz-starters. De tweede controlegroep heeft echter te lage uitstroomkansen gezien het feit dat een deel van de Bbz-starters in het voorbereidingsjaar geen baan heeft gevonden omdat deze niet heeft hoeven solliciteren, en een Wwb-er die een jaar geen baan heeft gevonden, wel het hele jaar heeft moeten solliciteren. De tweede controlegroep doet de vergelijking van het Bbz daarom te positief uitvallen.

31 (-5.730 + 87.471)/2 = 40.866, waarbij het eerste bedrag komt uit Tabel 0.1 en het tweede uit Tabel 0.2.

Tot slot, bij de kosten-baten analyse is rekening gehouden met een aantal zekere en substantiële uitgaven en inkomsten. Bij uitstroom, of het uit het Bbz of uit de Wwb is, wordt bespaard op de uitkering voor levensonderhoud. Eveneens wordt in beide gevallen na uitstroom bespaard op bijzondere bijstand voor bepaalde kosten. Ook houden wij rekening met de afdracht van inkomstenbelasting door succesvolle Bbz-starters. Wij hebben echter niet alle componenten van het bruto-netto traject in de analyse betrokken. Een Bbz-starter die boven de bijstandsnorm gaat verdienen en een huis huurt, zal bijvoorbeeld minder huursubsidie ontvangen. Deze post is echter minder substantieel en ook minder zeker te berekenen dan de posten die wij wel hebben

meegenomen. Ook hebben wij in de kosten-baten analyse geen gedetailleerd onderscheid gemaakt tussen verschillende groepen.

12 Bijlage 1: Dossierformat

In document Bbz 2004: uit het startblok (pagina 95-99)