• No results found

Bestuurlijke verantwoording

In document Hogeschool Inholland (pagina 11-26)

3. Verslag van College van Bestuur

3.1 Bestuurlijke verantwoording

Voor Inholland was 2015 het jaar van bestendiging en opbouw. De reorganisatie werd afgerond en de in de afgelopen jaren in gang gezette ontwikkelingen kregen steeds meer hun beslag. Er ontstond weer ruimte voor toekomstplannen. In totaal hebben 3643 studenten Inholland

verlaten met een bachelordiploma, daarnaast werden 75 master- en 78 Ad-diploma’s uitgereikt.

Onderstaand worden de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van onderwijs, onderzoek en organisatie in het verslagjaar weergegeven.

Onderwijs en onderzoek Instellingsplan 2016-2022

Het in 2011 gemaakte Strategisch Plan ‘Verbinding als opdracht’ heeft een belangrijke rol gespeeld bij de omslag die Inholland de afgelopen jaren heeft doorgevoerd. 2015 stond in het teken van de totstandkoming van het vervolg op het Strategisch Plan. Tal van medewerkers vanuit alle lagen van de organisatie waren actief betrokken bij de totstandkoming en er is op diverse manieren (brainstormsessies, diners pensant) inbreng geleverd door een groot aantal stakeholders. Het Instellingsplan werd eind 2015 formeel goedgekeurd door de Raad van Toezicht en verkreeg instemming van de Hogeschoolmedezeggenschapsraad. Met het Instellingsplan 2016-2022 met als titel ‘Durf te leren’ zet Inholland een volgende stap. De komende jaren wordt met het Instellingsplan 2016-2022 vol ingezet op:

 de profilerende thema’s Duurzaam, Gezond en Creatief,

 de kernwaarden ‘persoonlijk en dichtbij’,

 de verbinding met en tussen de regio’s,

 de nadruk op teams en eigenaarschap,

 de vernieuwingen die in het onderwijs worden doorgevoerd.

Het Instellingsplan is tevens gekoppeld aan de ambitie om in 2018 op te gaan voor de Instellingstoets Kwaliteitszorg van de NVAO en daarmee de kwaliteitsborging en kwaliteitscultuur op hogeschoolniveau te toetsen.

Prestatieafspraken

In november 2012 zijn in het kader van het ‘Besluit experiment prestatiebekostiging hoger onderwijs’ prestatie afspraken gemaakt met het Ministerie van OCW. Op grond daarvan is bekostiging toegekend. De prestatieafspraken geven de ambitie weer op de profilering van de instelling, maar ook op thema’s als uitval en rendement, studenttevredenheid, docentkwaliteit,

onderwijsintensiteit en indirecte kosten. Met deze prestatieafspraken heeft Inholland in 2012 het ambitieniveau voor (begin) 2016 uitgesproken. Eind 2015 is de balans opgemaakt. Inholland voldoet met uitzondering van die op het gebied van studiesucces aan alle afspraken. Een uitgebreide verantwoording wordt gegeven in hoofdstuk 4 Prestatieafspraken.

Digitale bibliotheek

Op 1 september was de digitale bibliotheek een feit. In 2013 besloot het College van Bestuur tot een volledig digitale bibliotheek, een unicum in het onderwijs. De transitie naar de digitale bibliotheek betrof de overgang van een papieren collectie naar een digitale collectie, waarbij de collectie tegelijkertijd werd aangepast aan de veranderde eisen van het afstudeerniveau. In de afgelopen jaren was al een grote digitale collectie opgebouwd, bestaande uit vakbladen, wetenschappelijke tijdschriften, jaarverslagen, wet- en regelgeving, normen, rapporten, kennisbanken en e-boeken. Deze collectie is gedurende de transitie verder uitgebreid met de noodzakelijke bronnen, zodat de fysieke bibliotheken gesloten konden worden. De digitale bibliotheek zal 24 uur per dag toegankelijk zijn voor studenten en medewerkers van de hogeschool. Bij de transitie is structureel overleg gevoerd met curriculumcommissies en de informatiespecialisten om zo goed mogelijk aan te sluiten bij de wensen vanuit het onderwijs.

De Hogeschoolmedezeggenschapraad leverde een belangrijke bijdrage in het daadwerkelijke implementatie- en communicatietraject. Met behulp van collectievormingsplannen wordt afgesproken welke bronnen in de digitale collectie moeten worden opgenomen en hoe de collectie in de toekomst verder wordt opgebouwd in relatie tot het onderwijs.

Langstudeerders

De kwaliteitsslag die de afgelopen jaren is gerealiseerd heeft mede geresulteerd in een groei van het aantal langstudeerders. Omdat vanaf 2010 de lat hoger is gelegd, zijn de curricula van de opleidingen daarop aangepast voor de instromende cohorten; voor de zittende studenten zijn maatregelen genomen om de studenten bij te spijkeren. Niet alle studenten zijn in staat dit verhoogde niveau te halen. Daarom is in 2014 een project Langstudeerders gestart waarbij het uitgangspunt is dat geen enkele concessie aan kwaliteitseisen wordt gedaan. De gerichte en projectmatige aanpak werpt vrucht af: van alle 7.485 langstudeerders op 1 oktober 2014 hebben op 1 oktober 2015 4.201 studenten (47%) de hogeschool verlaten (68% met diploma, 32% zonder diploma). De stijging in het aantal langstudeerders die zich vanaf 2010 aftekende, is het afgelopen jaar omgezet in een daling. Belangrijke instrumenten zijn intensieve

begeleiding, trainingen gesprektechniek, flyers, brieven, nauwgezet monitoren van studenten, voortgangsrapportages daarover en een teamsite om kennis te delen tussen de domeinen.

Concrete acties die in het verslagjaar in het kader van het langstuderen zijn ondernomen:

 individuele gesprekken van langstudeerbegeleiders met studenten;

 Spirit Classes: workshops om studenten te motiveren waardoor ze weer grip hebben op hun toekomst;

 Step2.inholland.nl: een traject met jobcoaches voor studenten die het perspectief buiten Inholland hebben en die de hogeschool zonder diploma zullen verlaten;

 afstuderen in een strakke projectvorm.

Organisatie

Instroom

De totale populatie daalde in 2015 met 6,6% naar een kleine 27.000 studenten. De

instroomdaling van de afgelopen jaren werkte in de hogere jaren door, terwijl het aantal nieuwe inschrijvingen verminderde (-13,7%). Belangrijkste oorzaken van de afname van de instroom zijn de introductie van het nieuwe leenstelsel, de verhoogde vooropleidingseisen voor

Pabostudenten (een van de grootste opleidingen binnen Inholland) en vermeerdering van het aantal fixusopleidingen. Als gevolg van de invoer van het leenstelsel stroomden per 1 februari 2015 meer studenten in dan in het verleden. Daardoor viel de februaridoorstroom hoger uit dan in 2014; dit is een eenmalig effect. De masteropleidingen lieten een groei zien, net als enkele domeinen met bacheloropleidingen in de technische en biomedische sector.

Herinrichting stafafdelingen

In de aanloop naar beide reorganisaties werden vanuit de organisatie vragen gesteld over het ongewijzigde aantal stafhoofden in relatie tot het verdwijnen van een fors aantal

ondersteunende functies. Het College van Bestuur gaf in 2013 aan dat een herindeling van de stafafdelingen voorzien was, maar dat dit geen deel zou uitmaken van het reorganisatietraject.

Na het afronden van de reorganisatie is de inrichting van de staven onder de loep genomen en is besloten tot een herschikking die moet leiden tot meer integrale samenwerking en advisering.

Om tot een daadwerkelijk andere invulling van de rol van de staven te komen en structurele verbeteringen te bewerkstelligen is een cultuurverandering nodig. Hoewel een aanpassing van de organisatiestructuur niet automatisch leidt tot een aanpassing van werkwijze, houding en gedrag, kan een structuurwijziging wel als hefboom dienen om dit teweeg te brengen. Per 1 januari 2016 wordt de nieuwe structuur geïmplementeerd en telt Inholland nog 5 stafdelingen (Onderwijsbeleid/JZ, IVT, Facilitaire Zaken, HRM/Communicatie en Finance, Business Control en CSA) in plaats van de huidige 8. Met de herinrichting worden de afdelingen evenwichtiger qua grootte en/of zwaarte, wordt het aantal directe aanspreekpunten voor domeinen verminderd

en wordt de verhouding tussen domeindirecteuren en stafhoofden in het directieoverleg in evenwicht gebracht.

Nationale Studenten Enquête 2015 (NSE)

Jaarlijks wordt de nationale studentenenquête afgenomen. In vergelijking met vorig jaar werd in 2015 bijna over de gehele linie beter gescoord of de score bleef stabiel. Gezien het feit dat Inholland de afgelopen jaren twee ingrijpende reorganisaties meemaakte en tegelijkertijd een kwaliteitsverbetering moest realiseren, is dat een prestatie. De score voor Inholland van 3,6 (uit 5) op ‘algemene tevredenheid’ toont aan dat de verbeterstappen werken en dat studenten een daadwerkelijke kwaliteitsverbetering ervaren. Zo is de tevredenheid van studenten toegenomen over de beschikbaarheid van werkplekken, studiebegeleiding, de bereikbaarheid van docenten buiten contacturen, kwaliteit van de toetsing en het tijdig bekendmaken van resultaten van toetsen en beoordelingen. Als verbeterpunten komen klachtenbehandeling en de

informatieverstrekking naar studenten naar voren. In totaal hebben 9.328 Inholland studenten deelgenomen, dit leverde een respons 33,4% op.

Medewerkerstevredenheidsonderzoek 2015 (MTO)

Najaar 2015 vond het tweejaarlijkse Medewerkerstevredenheidsonderzoek plaats. Ten tijde van het vorige MTO (2013) bevond Inholland zich in heel wat roeriger tijden (reorganisatie, dalende instroom). Inmiddels is een heel andere fase aangebroken en het is spannend of en hoe de veranderingen van de afgelopen jaren de tevredenheid van medewerkers beïnvloed hebben.

De resultaten werden begin 2016 bekend. De algemene tevredenheid blijkt over de gehele linie te zijn gestegen (+ 0.3); op geen enkel vlak is een daling ten opzichte van 2013 opgetreden.

Positief is ook dat de loyaliteit voor Inholland groeiende is en dat een expliciete waardering wordt uitgesproken voor de leidinggevenden. Vanzelfsprekend zijn er ook belangrijke aandachtspunten waar een verbeterslag nodig is. Een aanzienlijk deel van de medewerkers heeft aangegeven de student- en kwaliteitsgerichtheid van de hogeschool als verbeterpunt te zien. Een ander belangrijk aandachtspunt is de werkdruk, hierop wordt weliswaar beter gescoord dan in 2013 maar de algemene waardering blijft onvoldoende. De genoemde aandachtspunten zullen in het kader van het Instellingsplan (student, kwaliteit,

professionalisering) en - in het verlengde daarvan – het Strategisch Personeelsplan worden opgepakt (werkdruk).

Reorganisatie

In 2015 is de reorganisatie 2013-2015 afgerond. De reorganisatie had niet alleen een

kwantitatieve doelstelling, maar moest ook deels de kwalitatieve frictie oplossen. In totaal zijn 254 medewerkers boventallig verklaard. Een deel is herplaatst op een andere functie of

werkeenheid binnen Inholland. Anderen hebben met of zonder hulp van Inholland elders een betaalde baan gevonden en 86 medewerkers zijn uiteindelijk ingestroomd in de WW/BW. Zij worden nog door Inholland begeleid bij het vinden van ander werk of het vinden van een alternatief teneinde uit de uitkeringssituatie te komen. In de nasleep van de reorganisatie is in verband met eigenrisicodragerschap voor de komende jaren in het kader van wettelijke verplichtingen (zoals WW/BW) een voorziening getroffen.

Aanpassing statuten

De statuten zijn eind 2015 gewijzigd. Aanpassing was nodig om de statuten beter te laten aansluiten bij de veranderde wet- en regelgeving (aanpassing WHW in 2010 in verband met de verbetering van het bestuur bij instellingen voor hoger onderwijs en de nieuwe branchecode in 2013); bovendien zijn passages hier en daar gemoderniseerd en toegankelijker gemaakt. De statuten zijn zoveel mogelijk opgezet als "basisdocument"; de uitwerking vindt plaats in onderliggende reglementen. Op grond van het BW, de WHW en de Branchecode zijn

aanpassingen doorgevoerd over de wijze waarop de leden van het College van Bestuur en de Raad van Toezicht worden benoemd, geschorst en ontslagen, welke bevoegdheden hen toekomen, over de wijze waarop besluiten van het College van Bestuur en de Raad van Toezicht tot stand komen, rekening houdend met een eventueel quorum, gekwalificeerde meerderheid of adviesrecht van bijvoorbeeld de medezeggenschapsraad als bedoeld in artikel 10.17 WHW of tegenstrijdig belang van een lid van het College van Bestuur of de Raad van Toezicht met de Stichting, de Hogeschool of een door haar in stand gehouden instelling. In de statuten is nu tot slot expliciet opgenomen dat het College van Bestuur moet worden

aangemerkt als instellingsbestuur in de zin van de WHW (artikel 8.1).

Op 19 november keurde de Raad van Toezicht de aanpassing goed waarna het formele passeren van de akte eind december volgde.

Wij Inholland

Wij Inholland is een podium voor studentenprojecten waar wij trots op zijn. Projecten die voldoen aan drie criteria: multidisciplinair, innovatief en van toegevoegde waarde voor de regio. Elk jaar kennen wij de Wij Inholland Award toe aan een van de genomineerde projecten. De winnaar van de Award kan rekenen op onze steun om zijn project een stap verder te brengen. Die steun kan bestaan uit toegang tot ons netwerk, ondersteuning bij communicatie, social media, public relations of materiele faciliteiten.

Ook dit jaar deden er geweldige projectenteams mee o.a. Zuid Onderneemt,

SAIL, Zorgtechnology. De projecten die tussen begin april en eind juni de meeste fans wisten te realiseren kregen de kans om hun project te pitchen. De jury bestaande uit Marcel Nollen (voorzitter), Jojanneke de Koning, Sieb Kroeske en Conny Rijkers heeft op 30 juni na uitvoerig beraad drie projecten genomineerd die kans maken om te worden gekozen tot winnaar van deze prestigieuze prijs tijdens de hogeschoolbrede jaaropening op 2 september.

De drie genomineerde projecten voor de Wij Inholland award 2015 waren:

 Leiderschap Draait Door: Crismary Olivero Hernandez, Sophie Wever en Joost Wijtenburg

 ARGO: Brecht Wartna, Mukhtar Yaqoobi, Twan bakker en Dominique Plu

 UAV: Lucien Fesselet

Tijdens de opening van het collegejaar hebben de aanwezigen de winnaar van de Wij Inholland award 2015 gekozen. Het project Argo laat zien wat de samenwerking tussen totaal

verschillende opleidingen kan opleveren. De studenten van de opleiding Dier & Veehouderij, Luchtvaartechnologie, Media & Entertainment Management en Leisure Management hebben samen een onderzeeër met ‘vissenstaart’ gebouwd. Onderzocht is welke vis de optimale zwembeweging heeft, vervolgens is dit vertaald naar een technisch ontwerp. Het resultaat leverde het project veel publiciteit op in binnen- en buitenland. Met minimale middelen hebben de studenten een geweldig project met grote impact voor Inholland neergezet. De studenten zelf hebben vooral geleerd elkaars taal te spreken, zelfvertrouwen opgedaan om over grenzen heen te opereren en van elkaar te leren.

Corporate Governance

Inholland levert een bijdrage aan de uitdagingen in de Randstad, van de kop van Noord-Holland tot de Drechtsteden, met onderwijs voor studenten en professionals en praktijkgericht

onderzoek voor de beroepspraktijk. We zijn onderscheidend op de thema’s duurzaam, gezond en creatief, en werken daarin samen met het beroepenveld, overheden en maatschappelijke partners. Wij doen dat persoonlijk en dichtbij, vanuit de overtuiging dat voor ons en onze studenten zowel succes als tegenslag de sleutel zijn tot ontwikkeling als professional en als mens. Diversiteit is daarbij een kracht.

Missie en visie worden uitgebreid uitgewerkt in het Instellingsplan 2016 - 2022.

Inholland telde in 2015 bijna 27.000 studenten. Op acht locaties verspreid over Noord- en Zuid-Holland wordt onderwijs aangeboden op tal van vakgebieden. Inholland kiest voor drie

profilerende hoofdthema’s: ‘Creatief’, ‘Gezond’ en ‘Duurzaam’. De nadruk ligt op het bacheloronderwijs (70 bacheloropleidingen), maar Inholland biedt daarnaast ook zeven masteropleidingen en zes Associate Degree-opleidingen aan. De opleidingen die Inholland in Suriname aanbood, zijn in 2012 overgedragen aan de Mr. F.H.R. Lim A Po Stichting. Voor de toen zittende studenten wordt tot 1 oktober 2016 nog begeleiding vanuit Inholland aangeboden.

AVAG (Academie Verloskunde Amsterdam Groningen) is een samenwerkingsinstituut op het gebied van Verloskunde. De licentie voor de bacheloropleiding Verloskunde berust bij Inholland;

het wetenschappelijk onderzoek is onderdeel van VUmc.

Inholland voldoet aan de Branchecode Goed Bestuur Hogescholen (2013), die vanaf 1 januari 2014 van kracht is voor alle hogescholen in Nederland; daar waar wordt afgeweken

(samenstelling van de Raad van Toezicht in relatie tot artikel III.4.2.a van de branchecode) wordt dit gemotiveerd (hoofdstuk 2). In naleving van deze branchecode hechten het College van Bestuur en de Raad van Toezicht veel belang aan het verstrekken van inzicht in de bestuursstructuur en naleving van de code. In 2014 zijn in navolging van de Branchecode de profielschets van de Raad van Toezicht, het toetsingskader van de Raad van Toezicht, het samenwerkingsstatuut en het beleid aangaande intern risicomanagement vastgesteld en op de website geplaatst. In 2015 zijn in vervolg daarop de bepalingen in de statuten in

overeenstemming gebracht met wet- en regelgeving (WHW en branchecode); naar verwachting zal de akte begin 2016 gepasseerd worden.

Statuten en reglementen

Inholland maakt deel uit van de Stichting Hoger Onderwijs Nederland. In de statuten (herzien in 2015) legt Inholland de grondregels en bepalingen van deze stichting vast. In het

bestuursreglement zijn de regels voor besturing van de hogeschool vastgelegd. Het Huishoudelijk Reglement van de Raad van Toezicht bevat bepalingen over de taken en bevoegdheden en de samenstelling. Informatie over de leden van de Raad van Toezicht is te vinden in het hoofdstuk Raad van Toezicht. De integriteitscode biedt een handvat waarmee wordt aangegeven wat onder integriteit wordt verstaan. De code wordt geconcretiseerd in een aantal regelingen en reglementen binnen Inholland te weten Klokkenluiderregeling, Regeling vertrouwenspersonen, Reglement Hoor- en adviescommissie personeel Inholland,

Klachtenregeling studenten (Studentenstatuut art. 45 en 46), Regeling studeren met een handicap of functiebeperking, Reglement Bruikleen apparatuur, Declaratiereglement en het Treasurystatuut (herzien in 2015). Daarnaast is externe regelgeving van toepassing waaronder de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, de Branchecode Governance en de CAO HBO.

De statuten, het bestuursreglement, het huishoudelijk reglement van de Raad van Toezicht, de integriteitscode, de klokkenluiderregeling, de regeling vertrouwenspersonen (ongewenst gedrag) en het treasurystatuut zijn te vinden op de website van Inholland.

Control

De controlfunctie binnen Inholland is gericht op het verbeteren van de efficiëntie, kwaliteit, transparantie en de verspreiding van informatie. Beheersing van de financiële posities, processen en procedures en facilitering van het primaire proces zijn kerntaken. De belanghebbenden (intern en extern) worden voorzien van de benodigde

(plannings)rapportages. De controlfunctie is ingericht naar de organisatieonderdelen: instelling, domeinen en staven en wordt (functioneel) aangestuurd door de concerncontroller. Control stelt kaders op basis van de uitgangspunten van het College van Bestuur en van geldende wet- en regelgeving en vertaalt dit naar een organisatiebrede P&C-cyclus. Alle organisatieonderdelen stellen een jaarplan op met concrete doelen (plan). Voortgang op de realisatie hiervan (do) wordt gerapporteerd in triaalrapportages (check). Deze worden besproken in de

triaaloverleggen met het CvB, zodat er tijdig bijsturing kan plaatsvinden (act). Op deze manier kan worden bewaakt dat de afgesproken doelen ook daadwerkelijk worden gerealiseerd.

In 2015 heeft een personele wisseling plaatsgevonden door vertrek van de concerncontroller.

Vanaf najaar 2015 wordt deze functie op interimbasis ingevuld; verwacht wordt dat voorjaar 2016 een nieuwe instellingscontroller kan worden aangesteld. Tegelijkertijd is een breder traject gestart om de controlfunctie om te buigen naar business control.

Interne audits

Inholland Onderwijsaudit, onderdeel van de stafafdeling Onderwijsbeleid, heeft als doel een bijdrage te leveren aan de kwaliteit van de beheersing van de organisatie, zowel op het gebied van onderwijs en onderzoek (primaire processen) als op het gebied van

onderwijsondersteunende processen, door het toetsen van opzet, bestaan en werking van de beheersingsmaatregelen. Dat gebeurt door een onafhankelijke en objectieve beoordeling op basis van een methodische aanpak. Inholland Onderwijsaudit heeft haar eigen

verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en onafhankelijkheid van de uit te voeren audit. Zij hanteert hierbij de standaarden van de beroepsorganisatie IIA. Onafhankelijkheid is tevens gewaarborgd door de positionering binnen de organisatie. Dit is formeel vastgelegd in het Auditcharter. Het College van Bestuur bewaakt en draagt actief uit dat het team Inholland Onderwijsaudit haar werkzaamheden onafhankelijk kan uitvoeren en daarover kan rapporteren.

Onderwijsaudit werkt primair voor het College van Bestuur en in voorkomende gevallen voor het management en werkt op basis van een Auditjaarplan.

De rapportages van de audits zijn bestemd voor de opdrachtgever van de audit. Inholland Onderwijsaudit voert geen financiële en IT-audits uit. De uitgevoerde audits in 2014-2015 hadden betrekking op onderwerpen die te maken hebben met aspecten van compliance (opleidingscommissies en code of conduct higher education), informatievoorziening

(betrouwbaarheid informatievoorziening HRM), studenttevredenheid (klachten), governance (vestigingsdirecteuren) en accreditatie (instellingstoets kwaliteitszorg).

Veiligheid 2015

Inholland streeft naar een studie- en werkklimaat waarin studenten en medewerkers veilig zijn en zich veilig voelen in positieve verbintenis met de hogeschool. Dit is een belangrijke

voorwaarde voor een zo optimaal mogelijk studie- en werkklimaat. Een en ander is beschreven in het integraal veiligheidsbeleid van Inholland. Het voorlichtingsprogramma voor de

medewerkers rond risicovol gedrag is mede hierop gebaseerd. Door binding met de student en collega kan een zorgvraag worden waargenomen en daarmee worden voorkomen dat dit escaleert. De voorlichting wordt erg gewaardeerd door de deelnemers en het programma wordt voortgezet in 2016 met extra aandacht op vaardigheden om het juiste gesprek op gedrag te kunnen voeren. Ook dit jaar is er uitvoering gegeven aan de opleidingsprogramma’s voor de BHV-, en crisismanagement organisatie. Hiermee wordt gewerkt aan vaardigheid ten tijde van incidenten of crisis. Tot slot is het Arbobeleidsplan aangepast. Het oude plan stamt uit 2005 en sloot niet meer aan bij de huidige organisatie. Besluitvorming over dit plan volgt begin 2016.

Bestuur en Toezicht College van Bestuur

Bestuur en Toezicht College van Bestuur

In document Hogeschool Inholland (pagina 11-26)