• No results found

betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in de door de Brede en Versterkte Partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds, ingestelde Partnerschapsraad, over de vaststelling van het reglement van orde van de Partnerschapsraad, en van de reglementen van orde van het Partnerschapscomité, van de subcomités en andere door de Partnerschapsraad ingestelde organen, en over de vaststelling van de lijst van subcomités, met het

oog op de toepassing van die overeenkomst

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 91, artikel 100, lid 2, artikel 207 en artikel 209, in samenhang met artikel 218, lid 8, eerste alinea, en artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Brede en Versterkte Partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds (1) (“de overeenkomst”), is op 24 november 2017 in Brussel ondertekend en wordt sinds 1 juni 2018 voorlopig toegepast.

(2) Bij de artikelen 362 en 363 van de overeenkomst worden een Partnerschapsraad en een Partnerschapscomité opgericht om de werking van de overeenkomst te faciliteren.

(3) Op grond van artikel 362, lid 4, van de overeenkomst dient de Partnerschapsraad zijn reglement van orde vast te stellen. Op grond van artikel 363, lid 4, van de overeenkomst dient de Partnerschapsraad in zijn reglement van orde de taken en de werking van het Partnerschapscomité vast te stellen.

(4) De vaststelling van de reglementen van orde van de Partnerschapsraad en van het Partnerschapscomité is noodzakelijk om de effectieve werking van de overeenkomst te waarborgen.

(5) Overeenkomstig Besluit (EU) 2018/104 van de Raad (2) mag de Partnerschapsraad gedurende de periode waarin de overeenkomst voorlopig wordt toegepast, slechts besluiten vaststellen die binnen de grenzen blijven van de voorlopige toepassing van de overeenkomst zoals bepaald in dat besluit.

(6) Op grond van artikel 364, lid 2, van de overeenkomst kan de Partnerschapsraad besluiten om op specifieke terreinen subcomités of andere organen in te stellen om hem bij de uitvoering van zijn taken bij te staan. Bovendien dient de Partnerschapsraad in zijn reglement van orde de samenstelling, de taken en de werking van dergelijke subcomités en andere organen vast te stellen.

(7) De Partnerschapsraad dient het reglement van orde van de Partnerschapsraad en de reglementen van orde van het Partnerschapscomité en van de subcomités en andere organen vast te stellen.

(1) PB L 23 van 26.1.2018, blz. 4.

(8) Het is wenselijk het standpunt vast te stellen dat namens de Unie in de Partnerschapsraad moet worden ingenomen, aangezien de besluiten tot vaststelling van het reglement van orde van de Partnerschapsraad, en van de reglementen van orde van het Partnerschapscomité, van de subcomités en andere door de Partnerschapsraad ingestelde organen, en het besluit tot vaststelling van de lijst van subcomités, bindend zullen zijn voor de Unie.

(9) Het standpunt van de Unie in de Partnerschapsraad moet derhalve gebaseerd worden op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van de Partnerschapsraad.

(10) Bij arrest van 2 september 2021 in zaak C-180/20 (3) heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie Besluit (EU) 2020/245 van de Raad (4) en Besluit (EU) 2020/246 van de Raad (5) nietig verklaard en gelast dat de gevolgen van die besluiten worden gehandhaafd in afwachting van een nieuw besluit dat door de Raad vastgesteld moet worden.

Daarom moet de Raad een nieuw besluit vaststellen over het standpunt van de Unie in de Partnerschapsraad, dat in overeenstemming is met dat arrest,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

1. Het namens de Unie in te nemen standpunt in de door de Brede en Versterkte Partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds, ingestelde Partnerschapsraad, over de vaststelling van het reglement van orde van de Partnerschapsraad, en van de reglementen van orde van het Partnerschapscomité, van de subcomités en andere door de Partnerschapsraad ingestelde organen, en over de vaststelling van de lijst van subcomités, met het oog op de toepassing van die overeenkomst, wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van de Partnerschapsraad.

2. Kleine technische wijzigingen van het ontwerpbesluit kunnen zonder nader besluit van de Raad worden aanvaard door de vertegenwoordigers van de Unie in de Partnerschapsraad.

Artikel 2 Dit besluit treedt in werking op de datum van de vaststelling ervan.

Gedaan te Luxemburg, 11 april 2022.

Voor de Raad De voorzitter J. BORRELL FONTELLES

(3) Arrest van het Hof van Justitie van 2 september 2021, Commissie/Raad, C-180/20, ECLI:EU:C:2021:658.

(4) Besluit (EU) 2020/245 van de Raad van 17 februari 2020 betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in de door de Brede en Versterkte Partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds, ingestelde Partnerschapsraad, over de vaststelling van het reglement van orde van de Partnerschapsraad, en van de reglementen van orde van het Partnerschapscomité, van de subcomités en andere door de Partnerschapsraad ingestelde organen, en over de vaststelling van de lijst van subcomités, met het oog op de toepassing van die overeenkomst met uitzondering van titel II ervan (PB L 52 van 25.2.2020, blz. 3).

(5) Besluit (EU) 2020/246 van de Raad van 17 februari 2020 betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in de door de Brede en Versterkte Partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds, ingestelde Partnerschapsraad, over de vaststelling van het reglement van orde van de Partnerschapsraad, en van de reglementen van orde van het Partnerschapscomité, van de subcomités en andere door de Partnerschapsraad ingestelde organen, en over de vaststelling van de lijst van subcomités, met het oog op de toepassing van titel II van die overeenkomst (PB L 52 van 25.2.2020, blz. 5).

ONTWERP

BESLUIT Nr. …/… VAN DE PARTNERSCHAPSRAAD EU-REPUBLIEK ARMENIË van …

tot vaststelling van zijn reglement van orde en van de reglementen van orde van het Partnerschapscomité, van de subcomités en andere organen die door de Partnerschapsraad zijn

ingesteld, en tot vaststelling van de lijst van subcomités

DE PARTNERSCHAPSRAAD EU-REPUBLIEK ARMENIË,

Gezien de brede en versterkte partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds (1) (“de overeenkomst”), ondertekend in Brussel op 24 november 2017,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Overeenkomstig artikel 385 van de overeenkomst dienen onderdelen van de overeenkomst voorlopig toegepast te worden.

(2) Op grond van artikel 362, lid 4, van de overeenkomst dient de Partnerschapsraad zijn reglement van orde vast te stellen.

(3) Op grond van artikel 363, lid 4, van de overeenkomst dient de Partnerschapsraad in zijn reglement van orde de taken en de werking van het Partnerschapscomité vast te stellen.

(4) Op grond van artikel 364, lid 2, van de overeenkomst kan de Partnerschapsraad besluiten om op specifieke terreinen subcomités of andere organen in te stellen wanneer dat noodzakelijk is voor de uitvoering van de overeenkomst en dient de Partnerschapsraad de samenstelling, taken en werking van die organen te bepalen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De reglementen van orde van de Partnerschapsraad, van het Partnerschapscomité, van de subcomités en andere organen die door de Partnerschapsraad zijn ingesteld, zoals beschreven in de bijlagen I, II en III, worden vastgesteld.

Artikel 2 De in bijlage IV opgenomen subcomités worden ingesteld.

Artikel 3 Dit besluit treedt in werking op de datum van de vaststelling ervan.

Gedaan te …,

Voor de Partnerschapsraad De voorzitter

BIJLAGE I