Hieronder zijn de belangrijkste beperkingen opgesomd van mijn onderzoek. Deze beperkingen bieden ruimte voor discussie vanwege het effect dat zij kunnen hebben op de uitkomsten van de uitgevoerde toetsen.
De belangrijkste beperking waarvan de invloed relatief significant kan zijn op de uitkomsten van de uitgevoerde toetsen is de algemene ontwikkeling in de gekozen jaren 2005 tot en met 2008. Er kunnen ontwikkelingen zijn geweest die hebben geleid tot aanpassingen in dotaties aan, of onttrekkingen uit reserves die vanuit (wettelijke) verplichtingen zijn ingegeven. Vanuit dit gegeven zouden deze dotaties en onttrekkingen onder de noemer niet-discretionaire accruals vallen en zouden de onderzoeksgegevens hiermee gecorrigeerd moeten worden. Het probleem hierbij is echter dat de vraag of hier sprake van is en nog belangrijker in welke mate, niet beantwoord kan worden vanwege de complexiteit van dit vraagstuk.
Andere beperkingen in dit onderzoek zijn onder andere de mogelijkheid van de gemeenteraad om een nieuw college van Burgemeesters & Wethouders (B&W) aan te stellen. In dit onderzoek zijn de mogelijke effecten van een nieuwe college van B&W op de resultaten en eventueel op resultaatsturing buiten beschouwing gelaten. Daarnaast is in dit onderzoek geen rekening gehouden met het feit dat in november 2009 ongeveer 25% van de in 2006 geïnstalleerde raadsleden inmiddels alweer was vertrokken of opgestapt. Het is ook niet duidelijk in hoeverre deze 25% van toepassing is op, of anders gezegd representatief is voor de onderzochte
gemeenten. Als laatste belangrijke beperking ben ik van mening dat de geconstateerde significante verschillen die niet in lijn liggen met de verwachtingen die zijn geschetst voorafgaand aan het onderzoek nader geanalyseerd dienen te worden. Resultaatsturing waarvoor geen logische verklaring kan worden gevonden, kan toch niet als resultaatsturing worden gezien? Wellicht dat deze vraag beter thuishoort in de volgende paragraaf en een goede basis vormt voor een vervolgonderzoek. Een antwoord op deze vraag zal er met dit onderzoek en dit rapport in ieder geval niet meer komen.
Naast deze beperkingen zijn er uiteraard vele (kleine) beperkingen van toepassingen op het uitgevoerde onderzoek en dit rapport. Ik ben echter van mening dat deze beperkingen geen afbreuk doen aan de uitkomsten van het onderzoek zoals die zijn beschreven in met name paragraaf 5.5 en hoofdstuk 6. Dit komt mede door het feit dat dit een onderzoek betreft waarbij een richting is ingeslagen die, tot zover bekend, nog nooit eerder is onderzocht en waarvoor de uitkomsten aantonen dat er een relatie bestaat tussen de vorming van een nieuwe gemeenteraad en significante verschillen in de mutaties in de reserves.
Master’s thesis: Resultaatsturing bij gemeenten | Beperkingen en vervolgonderzoek 35
7.2 Aanbeveling vervolgonderzoek
Zoals in paragraaf 5.5, hoofdstuk 6 en ook in de vorige paragraaf reeds is besproken bestaan er daadwerkelijk significante verschillen in het saldo van de reserves, uitgedrukt in het effect op het resultaat, in enig jaar ten opzichte van het gemiddelde over de jaren 2005 tot en met 2008.
De in dit onderzoek gehanteerde steekproef (uitgangspunt n=45, werkelijk n=34 en na uitbijters analyse n=33) zou gezien de totale omvang van het aantal gemeenten in Nederland (415 per 1 januari 2012) uitgebreid kunnen worden.
Daarnaast zou een kwalitatief onderzoek onder gemeenteraadsleden licht kunnen werpen op de vraag waar resultaatsturing eerder verwacht zou kunnen worden. Bij grote gemeenten, bij kleine gemeenten of wellicht speelt bij resultaatsturing de grote van een gemeenten geen enkele rol. De uitkomsten van dit onderzoek laten namelijk significante verschillen in de mutatie van de reserves bij zowel grote, kleine en alle in de steekproef betrokken gemeenten. Het verschil tussen deze uitkomsten is dat de uitkomsten bij de grote gemeenten en alle in de steekproef betrokken gemeenten, in lijn liggen met de verwachtingen zoals die vooraf zijn geschetst. Bij kleine gemeenten is dit niet het geval en zijn de uitkomsten (deels) tegenstrijdig met de verwachtingen. Onderzoek naar motieven van gemeenteraadsleden voor het
toepassen van resultaatsturing, uitgesplitst naar de omvang van gemeenten, zou hier antwoord op kunnen geven.
Als laatste geven de beperkingen zoals uiteengezet in paragraaf 7.1 natuurlijk ook aanleiding voor mogelijke vervolgonderzoeken.
Master’s thesis: Resultaatsturing bij gemeenten | Literatuurlijst 36
Literatuurlijst
Literatuur
- Biglaiser, G. en Mezettie, C. (1997). Politicians’ decision making with re-election concerns. Journal of Public Economics 66: 425-447.
- Burgstahler, D.C. en Dichev, I. (1995). Earnings management to avoid earnings decreases and losses. Journal of Accounting and Economics 24: 99-126.
- Burgstahler, D.C. en Eames, M.J. (2003). Earnings management to avoid losses and earnings decreases: are analysts fooled? Contemporary Accounting Research 20-2: 253-294.
- Cohen, S., Kaimenakis, N. en Venieris, G. (2009). Reaping the Benefits of Two Worlds: An Exploratory Study of the Cash and the Accrual Accounting Information Roles in Local Governments. Social Science Resource Network (digitale database voor publicaties).
- Dechow, P.M., Sloan, R.G. en Sweeney, A.P. (1994). Detecting earnings management. The Accounting Review 70-2: 193-225.
- Godfrey, J., Mather, P. en Ramsay A. (2003). Earnings and impression management in financial reports: the case of CEO changes. ABACUS 39-1: 95-123.
- Healy, M. en Wahlen, J. (1999). A Review of the Earnings Management Literature and Its Implications for Standard Setting. Accounting Horizons 4: 365-383.
- Huizingh, E. (2008). Inleiding SPSS 16.0 voor Windows en data entry. Den Haag. - Jones, J.J. (1991). Earnings management during import relief investigations. Journal
of Accounting Research 29-2: 193-228.
- Jones, S. en Walker, R.G. (2007). Explanators of local government distress. ABACUS 43-3: 396-418.
- Lee, T.M. en Plummer, E. (2007). Budget adjustments in response tos pending variances: evidence of ratcheting of local government expenditures. Journal of management accounting research 19: 137-167.
- Marquardt, C.A. en Wiedman, C.I. (2004). How are earnings managed? An examination of specific accruals. Contemporary Accounting Research 21-2: 461-491.
- Pilcher, R. en Dean, G. (2008). Consequences and costs of financial reporting compliance for local government. European Accounting Review 18-4: 725-744. - Ploeg, van der, A.J. (2005). Financieel beleid en beheer bij gemeentes en provincies.
Utrecht.
- Scott, W.R. (2012). Financial Accounting Theory. Toronto (Canada).
- Vansant, B.A. (2010). The Effect of Regulatory Pressures on Strategic Earnings Management by Nonprofit Managers: Evidence from California Hospitals. Social Science Resource Network (digitale database voor publicaties).
- Vinnari, E.M. en Nasï, S. (2008). Creative acrrual accounting in the public sector: ‘Milking’ water utilities to balance muncipal budgets and accounts. Financial Accounting & Managment 24(2), Mei 2008: 0267-4424.
Master’s thesis: Resultaatsturing bij gemeenten | Literatuurlijst 37
- Wilson, M. en Wang, L.W. (2008). Earnings management following chief executive officer changes: the effect of contemporaneous chairperson and chief financial officer appointments. Accounting and Finance 50: 447-480.
Internet
- http://www.commissiebbv.nl - http://www.cbs.nl
- eigen websites van de geselecteerde gemeenten - http://www.ipsos-nederland.nl
- http://www.rijksoverheid.nl - http://www.overheid.nl