Industrielaan Asten
2.2 Beoordeling bestemmingsplan Asten Industrielaan Prins Bernhardstraat 2017
De verkeerskundige onderbouwing van het bestemmingsplan is verantwoord met een theo
retische analyse van de consequenties van het bouwplan [4]. Hierbij zijn kentallen van CROW^ gebruikt, die als gebruikelijk in de verkeerskundige wereld zijn te beschouwen. Ech
ter, bij uitgangspunten, constateringen en conclusies in rapport kunnen de volgende kantte
keningen worden geplaatst.
^CROW ishetnationale kennisplatformvoorinfrastructuur, verkeer, vervoeren openbare ruimte. Deze not-for-profitorganisatieontwikkelt,verspreidtenbeheertpraktischtoepasbarekennisvoorbeleidsvoorbereiding, planning, ontwerp,aanleg, beheeren onderhoud.Dekennis,veelal indevormvan richtlijnen,aanbevelingen ensystematieken,vindthaarwegnaardedoelgroepenviawebsites,publicaties,cursussenencongressen.
i
IrVEIKEERSDESKUNDtCEProject :Industrielaan Asten;analyseverkeerseffectenomgevingsvergunning Opdrachtgever :ARAGRechtsbijstand
Status ;Rapport Datum :3mei2018
Voor de verdeling van het planverkeer over de Industrielaan en de Prins Bernhardstraat is uitgegaan van een gelijke verdeling (50/50) van 170 mvt/etm over zowel de Industrielaan als de Prins Bernhardstraat. De intensiteitscijfers uit een telling van 2016 [4, tabel 2] laten een verschil zien: 5.600 mvt/etm op de Industrielaan en 2.000 mvt/etm op de Prins Bernhard
straat. Geconstateerd kan worden dat er op de Prins Bernhardstraat meer ruimte beschik
baar is voor het opvangen van het planverkeer. In dit verband kan gezien dezelfde rijbaan- breedte qua capaciteit gesproken worden van gelijkwaardige wegen^; het ligt dan voor de hand om de Prins Bernhardstraat als ontsluiting voor het plangebied te beschouwen (om daarmee de aanduiding 'primaire hoofdontsluiting' te concretiseren). Het was aan te beve
len om aan de hand van de intensiteitsmetingen uit 2016 een zogenaamde manoeuvredia- gram op te stellen [7, biz 63]. Hiermee zou kunnen worden vastgesteld in hoeverre de pri
maire en secundaire aansluitingen de hoeveelheid planverkeer kunnen verwerken. Daardoor was beter onderbouwd of een gelijke verdeling een terechte keuze geweest zou zijn of niet.
Ook was dan inzichtelijk gemaakt dat op de ontsluiting op de Industrielaan niet alleen vrachtverkeer maar ook personenautoverkeer moet worden afgewikkeld; immers, in de hui
dige situatie is er alleen maar sprake van beperkt, besloten bevoorradend vrachtverkeer (Wiegers XL). Dit heeft dus gevolgen voor de verkeersafwikkeling op dit punt.
In het verkeersonderzoek is ook geen beschouwing/waarneming geregistreerd van een ana
lyse van de lokale situatie van de aansluitingen van de primaire en secundaire ontsluitingen op de Prins Bernhardstraat respectievelijk Industrielaan. Er wordt bijvoorbeeld gesteld dat uit een vergelijking tussen figuur 5 en figuur 10 [4] de conclusie kan worden getrokken dat de ontsluiting van het plangebied gehandhaafd blijft op de locaties conform de huidige situa
tie. Het plan leidt derhalve niet tot gevolgen voor de huidige verkeersstructuur. Dit is echter niet conform de huidige praktijk: de aansluiting op de Industrielaan is nu immers een beslo
ten ontsluiting voor specifiek vrachtverkeer dat op die locatie moet zijn en niet voor perso
nenauto's.
Verder is geen analyse gemaakt van de verkeersbewegingen die nu plaatsvinden op dat punt (zie paragraaf 2.1.2). Zo is geen rekening gehouden met de invloed van achteruitrijmanoeu- vres als gevolg van bevoorradend verkeer voor Forinn B.V. op de verkeersafwikkeling en op de hiaatberekening om het invoegen in de verkeersstroom op de Industrielaan te kunnen bepalen. De constatering in het verkeersonderzoek [4, bIz 17] dat hiermee de in de Omge- vingsdialoog uitgesproken zorgen over een verkeersonveilige ontsluiting en over het vracht
verkeer kunnen worden weerlegd is gezien het ontbreken van een dergelijke analyse voor
barig.
Tenslotte, ook de constatering [4, biz 16]: "De situatie voor fietsers [op de Industrielaan]
verbetert door de lagere generatie van autoverkeer in de plansituatie." is niet terecht,
om-Inditkadervalthetopdatin hetverkeersonderzoek[4] nietwordtingegaanophetverschilincapaciteiten intensiteit.Ookhetontbrekenvancapaciteitstoekenningaan dePrinsBernhardstraat en Industrielaan maakt een keuzevoordetoewijzingvan een50/50-verdelingvan het planverkeeronduidelijk; immers, nu isniette achterhalen welkeruimteeropderespectievelijkewegen beschikbaarisvoorhetopvangenvanhetplanver
keer.
\dcVEUKEEIISDESKliMDIGE
Project :Industrielaan Asten;analyseverkeerseffectenomgevingsvergunning Opdrachtgever :ARAGRechtsbijstand
Status :Rapport Datum :3mei2018
dat er op de secundaire ontsluiting op de Industrielaan een toename van vrachtverkeer zal zijn en er additioneel personenautoverkeer zal rijden. Lokaal ontstaat hier een situatie die ten opzichte van de huidige aanzienlijk in karakter verandert:
• er komt een volwaardige aansluiting van een woonstraat op de Industrielaan;
• de verkeersafwikkeling op de aansluiting zelf wordt complexer als gevolg van meer vrachtverkeer en personenauto's waar die in de oude situatie niet waren;
• er vindt oponthoud plaats als gevolg van achteruitrijdende bevoorradende voertuigen voor Forinn B.V., die vervolgens ook nog met nieuw verkeer vanuit de secundaire hoofd
ontsluiting te maken krijgen.
Een en ander betekent dat de situatie van de secundaire ontsluiting op de Industrielaan voor de cliënten van ARAG als gevolg van het bestemmingsplan zal verslechteren:
1. Er komt een nieuwe weg langs het perceel/woning van cliënten (secundaire ontsluiting).
Er vindt een toename van verkeer op deze aansluiting plaats, waardoor de situatie nog complexer wordt.
Er is geen rekening gehouden met de plaatselijke verkeersbewegingen, zoals de achter- uitrijmanoeuvres naar Forinn B.V.
Dit betekent dat de secundaire ontsluiting op de Industrielaan leidt tot een plaatselijke ver
groting van de kans op verkeersonveiligheid.
2.
3.
i
IeVERKEEDSDESHUNDtCEProject ;Industrielaan Asten;analyseverkeerseffectenomgevingsvergunning Opdrachtgever :ARAGRechtsbijstand
Status :Rapport Datum :3mei2018
Conclusies
ARAG Rechtsbijstand behartigt de belangen van haar cliënten in Asten in een procedure te
gen het besluit van de gemeente Asten tot vaststelling van het bestemmingsplan ‘Asten In
dustrielaan Prins Bernhardstraat 2017'. Voor de verkeerskundige onderbouwing van het be
stemmingsplan is een verkeersonderzoek uitgevoerd.
Ter ondersteuning van de procedure heeft ARAG de Verkeersdeskundige gevraagd een ana
lyse te verrichten naar de mogelijke consequenties van de verkeersaspecten en of met de verkeerskundige onderbouwing de beiangen van cliënten aangetast worden.
de Verkeersdeskundige heeft de situatie beoordeeld en komt aan de hand van een analyse tot de volgende bevindingen. Het verkeersonderzoek geeft een theoretische onderbouwing van de verkeerskundige gevolgen van het plan op basis van erkende kentailen en op basis van door de gemeente Asten beschikbaar gestelde gegevens. Hiermee geeft het verkeerson
derzoek op "macroniveau" de theoretische gevolgen weer van het herontwikkelingsplan.
Wat echter ontbreekt is een analyse van de gevolgen van deze theoretische berekeningen.
Zo wordt niet inzichtelijk gemaakt of de keuze voor de primaire en secundaire hoofdontslui
tingen tot een juiste en voor de lokale situatie acceptabele verdeling van de verkeersstro
men leidt op basis van de plaatselijke kenmerken van de onderscheiden wegen. Voorts ont
breekt een analyse van de huidige verkeerssituaties, juist van die plekken waar de primaire en secundaire hoofdontsluitingen aansluiten op de bestaande wegen Prins Bernhardstraat en Industrielaan. Een dergelijke analyse op "microniveau" zou tot het inzicht hebben geleid dat de structuur van de hoofdontsluiting opnieuw bekeken had moeten worden.
Tot slot zet deze beperktheid van het verkeersonderzoek de uitspraak "... dat hiermee de in de Omgevingsdialoog uitgesproken zorgen over een verkeersonveilige ontsluiting en over het vrachtverkeer kunnen worden weerlegd..." in een ander daglicht. De uitspraak is gezien het ontbreken van een degelijke analyse voorbarig.
Een en ander betekent dat de situatie van de secundaire ontsluiting op de Industrielaan voor de cliënten van ARAG als gevolg van het bestemmingsplan zal verslechteren:
1. Er komt een nieuwe weg langs het perceel/woning van cliënten (secundaire ontsluiting).
Er vindt een toename van verkeer op deze aansluiting plaats, waardoor de situatie nog complexer wordt.
Er is geen rekening gehouden met de plaatselijke verkeersbewegingen, zoals de achter- uitrijmanoeuvres naar Forinn B.V.
Dit betekent dat de secundaire ontsluiting op de Industrielaan leidt tot een plaatselijke ver
groting van de kans op verkeersonveiligheid.
2.
3.
1
ieVtRKFEUSDESKUNDlCEProject :Industrielaan Asten;analyseverkeerseffectenomgevingsvergunning Opdrachtgever :ARAGRechtsbijstand
Status ;Rapport
Datum :3mei2018