• No results found

Behandelgroep

In document ZORGMODULES BJ BRABANT (pagina 18-25)

Zorgvorm: Verblijf accommodatie zorgaanbieder 24-uurs

Adolescentenleefgroep II Inhoud van de module

II.1 Visie

De hulpverlening richt zich op competenties die de adolescent nodig heeft om zelfstandig te kunnen gaan wonen. Door middel van een training van praktische en sociale vaardigheden wordt de jongere voorbereid op een goed functioneren op de leefgebieden wonen, school/werk en vrije tijd/sociale contacten.

De jongeren wonen samen in een huis en leren van elkaar. Er is plaats voor negen jongeren.

Ieder heeft eigen taken in het huishouden. Er is een vaste dagindeling. Overdag gaan de

jongeren naar school of werk. Elke jongere heeft een mentor als persoonlijk begeleider, die ook het contact met de ouders onderhoudt.

Bij de uitvoering van de hulp wordt de jongere gezien als lid van het gezins- en/of cliëntsysteem.

Binnen de context van dit gezins- en/of cliëntsysteem wordt de hulp aangeboden.

II.2 Functie Verblijf II.3 Doelen

 De jongere heeft een dagritme opgebouwd, werk of een opleiding gevonden (omgeving)

 De zelfredzaamheid is toegenomen (persoonlijkheid)

 De jongere kan omgaan met geld, het huishouden doen (omgeving)

 Het sociale netwerk van de jongere is verstevigd (netwerk)

 De jongere kan omgaan met vrije tijd (omgeving)

 De relatie van de jongere met zijn ouders is verbeterd (gezin)

 De jongere weet zich op een gezonde manier te verhouden tot zijn/haar ouders (gezin) II.4 Activiteiten en/of effectieve interventies

 Training praktische woonvaardigheden

 Training sociale vaardigheden

 Ontwikkeling dagritme met een dagbesteding

 Individuele gesprekken

 Gezinsgesprekken

 Netwerkgesprekken II.5 Locatie

De hulp wordt geboden in een leefgroep in Helmond.

II.6 Frequentie (en intensiteit) Zeven dagen per week.

II.7 Duur

Gemiddeld 6 tot 24 maanden

III De betrokken cliënten, de doelgroepen

Jongeren van 16, 17 en 18 jaar en de ouders III.1 Indicaties

Hulpvraag:

Jongeren voor wie het perspectief om weer thuis te gaan wonen (tijdelijk) afwezig is en die geholpen willen worden bij het aanleren van praktische en sociale vaardigheden om zelfstandig te kunnen wonen.

Problematiek:

Problematisch gedrag thuis, op school en bij de invulling van de vrije tijd. Balansverstoring, waarbij een gespecialiseerde, structurerende opvoedingssituatie/zelfstandigheidstraining nodig is.

Leeftijd:

16 tot en met 19 jaar.

Intelligentie:

In aanleg normaal begaafd.

Woonplaats:

In de provincie Noord-Brabant.

IV Organisatorische en financiële aspecten

IV.1 Betrokken disciplines

Direct uitvoerend: pedagogisch medewerker (MBO)

Indirect betrokken: behandelcoördinator (WO) en psychiater (WO).

IV.2 Voortgangsbewaking Instrumenten

 Registratie in IJ ZA

 Doelrealisatie

Evaluatiemomenten c.q. periodieke bespreking

 Na 20 weken, 10 maanden en bij zorgafsluiting Wijze van betrokkenheid cliënten

 Hulpverleningsplan i.s.m. de cliënt

 Klanttevredenheidsondzoek d.m.v. de C-toets

 Doelrealisatie

IV.3 Combinatie van modules

 Gezinsondersteuning

 Individuele trainingen

 IPT

Basismodule 29. Behandelgroep

Zorgvorm: Verblijf accommodatie zorgaanbieder 24-uurs

Project Ervaringsleren II Inhoud van de module

II.1 Visie

Het is goed afstand te nemen van de eigen omgeving, wanneer het daar vaak mis gaat. Weg van verkeerde vrienden en foute invloeden. De jongeren lopen stage in Frankrijk, meestal bij een boerengezin waar ze ook wonen en meewerken op het bedrijf. Er is weinig afleiding en veel tijd om na te denken. Na afloop gaat de jongere niet terug naar de oude woonplaats, maar naar een nieuwe omgeving.

Bij de uitvoering van de hulp wordt de jongere gezien als lid van het gezins- en/of cliëntsysteem.

Binnen de context van dit gezins- en/of cliëntsysteem wordt de hulp aangeboden. De hulpverlening wordt aangeboden vanuit de theorie van het ervarend leren.

II.2 Functie Verblijf II.3 Doelen

 De persoonlijkheid van de jongere is versterkt (persoonlijkheid)

 Het gedrag van de jongere is veranderd in positieve zin, is leeftijdsadequaat, oude gedragspatronen zijn doorbroken (gedrag)

 De jongere kan omgaan met de eisen die het dagelijks leven aan hem stelt (gedrag)

 De jongere ontdekt en gebruikt de eigen sterke punten (persoonlijkheid)

 De jongere vindt woonruimte, werk en vrijetijdsbesteding (omgeving)

 De gedragsproblemen van de jongere zijn verminderd (gedrag)

 De gezinsrelaties zijn verbeterd (gezin)

 De communicatie tussen gezinsleden is verbeterd (gezin) II.4 Activiteiten en/of effectieve interventies

 Pedagogische ondersteuning

 Met elkaar praten over de stage, het verleden en de toekomst

 Individuele gesprekken

 Werken aan een toekomstplan

 Begeleiding van de thuissituatie

 Zorgen voor een adequate woon- en werksituatie II.5 Locatie

Een zorgbedrijf in het buitenland.

Een begeleide woonsituatie in Nederland.

II.6 Frequentie (en intensiteit) Zeven dagen per week

II.7 Duur

Gemiddeld 6 tot 24 maanden

III De betrokken cliënten, de doelgroepen

Jongeren vanaf 15 jaar en hun ouders.

III.1 Indicaties Hulpvraag:

Jeugdigen met hulpvragen op het gebied van persoonlijke ontwikkeling, de gezinssituatie, school/werksituatie en de vrijetijdssituatie.

Problematiek:

Complexe psychosociale en gedragsproblematiek.

Leeftijd:

Vanaf ongeveer 15 jaar.

Intelligentie:

In aanleg normaal begaafd.

Woonplaats:

In de provincie Noord-Brabant.

IV Organisatorische en financiële aspecten

IV.1 Betrokken disciplines

Direct uitvoerend: zorgbedrijf (MBO) en ambulant hulpverlener (HBO).

Indirect betrokken: behandelcoördinator (WO) en psychiater (WO) IV.2 Voortgangsbewaking

Instrumenten

 Registratie in IJ ZA

 Doelrealisatie

Evaluatiemomenten c.q. periodieke bespreking

 Bespreking hulpverleningsplan voor vertrek naar het zorgbedrijf (Frankrijk)

 Evaluatie na 20 weken, 10 maanden en bij zorgafsluiting Wijze van betrokkenheid cliënten

 Hulpverleningsplan i.s.m. de cliënt

 Klanttevredenheidsonderzoek d.m.v. de C-toets

 Doelrealisatie

IV.3 Combinatie van modules

 Gezinsondersteuning

 IPT

Basismodule 29. Behandelgroep

Zorgvorm: Verblijf accommodatie zorgaanbieder 24-uurs

Opvang in gezinsverband II Inhoud van de module

II.1 Visie

Bij sommige pedagogische (crisis)situaties is het niet (meer) mogelijk om hulpverlening aan te bieden in de eigen leefomgeving van het gezin. Om een goed hulpverleningsproces te kunnen opstarten en/of uitvoeren kan het noodzakelijk zijn om het hele gezin tijdelijk alternatieve huisvesting aan te bieden.

Op deze manier wordt de ouder (of worden beide ouders) maximaal ondersteund bij pedagogische (crisis)situaties, terwijl zij zelf verantwoordelijk blijven voor de zorg voor en opvoeding van hun kinderen. De alternatieve huisvesting zal ervoor zorgen dat er de nodige rust en veiligheid voor kinderen wordt gecreëerd, zodat een goed hulpverleningsproces kan worden gestart c.q. uitgevoerd.

Bij (crisis)opvang in gezinsverband is een eengezinswoning beschikbaar voor tijdelijke opvang van maximaal 4 kinderen samen met hun ouder(s). Uitgangspunt is dat de ouder(s) primair verantwoordelijk is/zijn en blijven voor opvoeding en verzorging van hun kind(eren).

Pedagogische medewerkers zijn voor een aantal uren per dag beschikbaar voor pedagogische ondersteuning. Hierbij kan gedacht worden aan (dag)structuur voor kinderen en overige

gezinsleden, huishoudelijke werkzaamheden, beheren van huishoudbudget/schuldsanering e.d.

Ouders en kinderen/jongeren kunnen tijdens hun verblijf 7 keer 24 uur per week een beroep doen een de bereikbare dienst van de instelling, die indien nodig snel ter plaatse is.

Het (crisis)aanbod in gezinsverband wordt te allen tijde gecombineerd met een aanbod ambulante (crisis)hulp. Het ambulante hulpverleningstraject staat centraal. De ambulante hulpverlener bespreekt (na overleg met de ouders) met de pedagogisch medewerker welke praktische ondersteuning er geboden wordt en met welk doel.

De crisisopvang in gezinsverband is niet bedoeld voor gezinnen waarbij de geheimhouding van de plaatsing gegarandeerd moet worden. Ook is het aanbod niet bedoeld voor gezinnen met

therapeutische/psychiatrische hulpvragen.

De plaatsing wordt gerealiseerd op basis van een indicatiebesluit van de kinderen/jongeren. De ouder(s) wordt(en) geacht middelen voor eigen levensonderhoud beschikbaar te hebben.

II.2 Functie Verblijf II.3 Doelen

 Er is een veilige en rustige woonsituatie gerealiseerd voor kinderen/jongeren en hun ouder(s). (gezin)

 Binnen het gezin is een pedagogisch acceptabele situatie gerealiseerd. (gezin)

 Binnen het gezin is structuur regelmaat en werk/dagbesteding/scholing voor kinderen/jongeren en eventueel de ouder(s) gerealiseerd. (gezin)

 Ouders zijn in staat tot het verrichten van Activiteiten van het Dagelijks Leven (ADL) (vaardigheden)

 Eventuele schulden zijn gesaneerd of een (extern) traject van schuldsanering is in gang gezet. (vaardigheden)

 Een geschikte (vervolg)woonsituatie voor het gezin is gerealiseerd. (omgeving)

 Gezin is zo nodig bereid om vervolghulp te accepteren. (gezin)

 Er is eventueel een opstap voor vervolghulpverlening. (omgeving)

II.4 Activiteiten en/of effectieve interventies

 Bieden van veiligheid en begeleiding bij opvoeding/verzorging.

 (Praktische) pedagogische ondersteuning van ouders

 Voorbeeldgedrag naar ouders en (praktische) pedagogische interventies naar kinderen/jongeren.

 Ongedaan maken van ontregelingen in het gezin en ouders/kinderen structuur bieden bij dagelijks handelen m.b.t. huishoudelijke activiteiten, sociale contacten, en contacten met scholen, sportclubs e.d.

 Hulp en ondersteuning bieden aan ouder(s), m.b.t. planning, structureren en uitvoeren van (praktisch) pedagogisch handelen en huishoudelijke werkzaamheden.

 Hulp bij budgettering, schuldsanering en/of omgaan met huishoudbudget.

 Gedragsobservatie van kinderen/jongeren t.b.v. het totale (vervolg)hulpverleningsproces.

 Observeren en in kaart brengen van (pedagogische) competenties van ouders t.b.v. het totale (vervolg) hulpverleningsproces.

II.5 Locatie

De hulp wordt geboden in een eengezinswoning in een woonwijk in Deurne.

II.6 Frequentie (en intensiteit) Zeven dagen per week.

II.7 Duur

Gemiddeld 1 tot 6 maanden.

III Betrokken cliënten, de doelgroepen

Jeugdigen van 0 tot 18 jaar met pedagogische problemen en hun ouder(s) III.1 Indicaties

Hulpvraag:

Kinderen en jongeren die zich in een (acute) zorgelijke pedagogische situatie bevinden en die opvang, veiligheid en rust nodig hebben. Vanuit een tijdelijke vervangende woonsituatie voor zowel de ouder(s) als de kinderen, wordt gekeken naar een oplossing van de pedagogische problemen, met eventueel daaraan verbonden overige gezinsproblemen. Het aanbieden van vervolghulp behoort tot de mogelijkheden.

Problematiek:

Pedagogische en/of psychosociale (gezins)problematiek, waarbij ouder(s) directe pedagogische ondersteuning nodig heeft en/of één of meerdere minderjarigen direct wordt/worden bedreigd met onveiligheid en/of zedelijke/lichamelijke verwaarlozing.

Leeftijd:

Van 0 tot 18 jaar.

Intelligentie:

In aanleg normaal begaafd.

Woonplaats:

In de provincie Noord-Brabant

IV Organisatorische en financiële aspecten

IV.1 Betrokken disciplines

Direct uitvoerend: pedagogisch medewerker (MBO)

IV. 2 Voortgangsbewaking Instrumenten

 Registratie in IJ ZA

Evaluatiemomenten c.q. periodieke bespreking

 De eerste evaluatie afhankelijk van de duur van de hulpverlening doch uiterlijk binnen 20 weken en bij afsluiting van de hulp.

Wijze van betrokkenheid cliënten

 Hulpverleningplan i.s.m. de cliënt.

IV.3 Combinatie van modules Ambulante (crisis)hulp

In document ZORGMODULES BJ BRABANT (pagina 18-25)