• No results found

Ton van Helvoort (1954) is opgeleid als biochemicus aan de universiteit van

Nijmegen. Daarna is hij bijgeschoold in de wetenschapsgeschiedenis aan de universiteit van Utrecht. In 1993 is hij aan de universiteit van Mtwaastricht gepromoveerd op een geschiedenis van het onderzoek naar biologische virussen in de 20ste eeuw. Nadien schreef hij twee boeken over de geschiedenis van de natuurwetenschappelijke faculteit van de RU Groningen na de Tweede Wereld-oorlog. Het ene over de Scheikunde en het andere handelend over computers aan de RU Groningen. Sinds 2008 heeft hij twee historische projecten uitgevoerd voor de Stichting Historie der Techniek (TU/e) waarmee hij de wereld van de katalyse R&D is binnengetreden. Het eerste project betreft Unilever R&D Vlaardingen (URDV) waarover in dit boek verslag wordt gedaan en het tweede project over de (internatio-nale) historie van het project Gas to Liquids binnen Shell Research Amsterdam.

Harry Lintsen (1949) studeerde natuurkunde aan de Technische Universiteit

Eindhoven en promoveerde in 1980 aan deze universiteit op een onderzoek naar de geschiedenis van het ingenieursberoep in Nederland. Hij was hoofdredacteur van een zesdelige serie over de techniek in Nederland in de negentiende eeuw (TIN 19) en voorzitter van de redactie van een zevendelige serie over de techniek in Nederland in de twintigste eeuw (TIN 20). De organisatie van beide series was in handen van de Stichting Historie der Techniek, die Lintsen in 1988 samen met ir. W.J. Wolff, president van het Koninklijk Instituut van Ingenieurs KIvI-NIRIA, oprichtte. Lintsen vervulde een professoraat aan de Technische Universiteit Delft (1990-2004) en aan de Technische Universiteit Eindhoven (1990-2010). In 1910 ging hij met emeritaat. Momenteel houdt hij zich bezig met de geschiedenis van de kennisinfrastructuur in Nederland en met het thema ‘duurzaamheid’ in historisch perspectief.

Rob van Veen (1948) studeerde scheikunde aan de Universiteit Leiden en vertrok

halverwege zijn promotie naar Shell, maar promoveerde toch nog in 1981 aan zijn alma mater, op een onderzoek naar de elektrochemische reductie van zuurstof. Bij Shell, voornamelijk in Amsterdam, werkte hij aan de directe methanolbrand-stofcel, de constitutie en reactiviteit van kolen, de chemie van de katalysator-bereiding, en tenslotte aan het onderzoek en de ontwikkeling van hydroprocessing katalysatoren. Van 1988 tot 2006 was hij tevens deeltijdhoogleraar aan de Technische Universiteit Eindhoven (elektrokatalyse en katalysatorbereiding). Sinds zijn pensionering in 2008 kan hij meer ruimte geven aan zijn historische belangstelling en is hij mede-auteur van een boek over de historische ont-wikkeling van het Shell GTL proces (naast Ton van Helvoort en Matthijs Senden).

99

Dankwoord

Dankwoord

De weg van het projectvoorstel naar de voor u liggende monografie was niet bepaald effen. De insteek is door het historisch onderzoek en de discussies daar-over enige keren bijgesteld. We zijn de velen die ons hierbij hebben bijgestaan, zeer erkentelijk. Enkelen van hen noemen we apart.

Rutger van Santen, directeur van NRSC-Catalysis, heeft het project financieel en ideëel ondersteund. De discussies met hem hebben ons keer op keer geïnspireerd en zullen ons nog lang heugen.

Verder zijn wij dank verschuldigd aan Ernst Homburg, die de volledige tekst heeft doorgenomen en van commentaar voorzien. Het heeft de tekst beduidend verbeterd.

Dank gaat verder uit naar de begeleidingscommissie van het project ‘Geschiedenis Unilever Research’ en Theo Henckens voor hun commentaar op delen van de tekst en naar Anneke Schelvis en Peter Burgman van de Shell TCA bibliotheek voor hun ondersteuning van het historisch onderzoek bij Shell. Residuale onnauwkeurigheden komen uiteraard geheel voor rekening van de auteurs.

Het onderzoek en de uitgave zijn gefinancierd door de National Research School Combination Catalysis Controlled by Chemical Design (NRSC-Catalysis)

Stichting Historie der Techniek

De Stichting Historie der Techniek (SHT) laat zien dat kennis over de historische ontwikkeling van techniek en samenleving cruciaal is voor het begrijpen van actuele maatschappelijke kwesties. De SHT plaatst vraagstukken zoals de toe-komst van Europa of de ontwikkeling van de Nederlandse kenniseconomie in een lange termijn perspectief en laat de bredere context zien. De benodigde kennis wordt vergaard via grote nationale en internationale onderzoeksprogramma’s en individuele onderzoeksprojecten. De resultaten worden toegankelijk gepresen-teerd via boeken, artikelen en nieuwe media. De activiteiten van de SHT worden mede mogelijk gemaakt door de Technische Universiteit Eindhoven.

Sinds haar oprichting in 1988 heeft de SHT baanbrekend werk verricht. Eerst was het centrale thema de transitie in Nederland in de negentiende en twintigste eeuw. Dit resulteerde in 1994 in de zesdelige serie Geschiedenis van de techniek

in Nederland in de negentiende eeuw. De wording van een moderne samenleving 1800-1890 en in 2003 in de zevendelige serie Techniek in Nederland in de twintigste eeuw. Daarna was de rol van techniek in Europa aan de beurt in het

programma Making Europe. Technology and Transformations, 1850-2000. Dit programma zal tot en met 2015 resulteren in een boekenserie en een dynamisch digitaal museum. Meer informatie is te vinden op www.histech.nl.

© Harry Lintsen, Ton van Helvoort, Rob van Veen Eindhoven 2014

Uitgave Stichting Historie der Techniek Vormgeving: Kade05

Druk: Puntscherp

Figuren: Kade05. De figuren zijn gebaseerd op voorbeelden van katalysatoren. Zij zijn geen weergave van de katalysatoren die in dit boek behandeld worden.

Alles uit deze uitave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever, MITS er geen veranderingen worden aangebracht in de tekst en er volgens de wetenschappelijke standaard verwezen wordt naar deze uitgave.

De publicatie is door de Stichting Historie der Techniek eveneens digitaal ter beschikking gesteld via www.histech.nl

ISBN 978-90-73192-37-9 NUR 680

Dit boek bevat een viertal historische casussen, waarin gedetailleerd verslag wordt gedaan van innovaties met een hoofdrol voor een katalysator. De casussen werpen een unieke blik op het industriële onderzoek. Het komt niet vaak voor dat historici de kans krijgen om in de keuken van het industrieel research­ laboratorium te kijken. De casussen zijn aanleiding voor een serie beschouwingen over het industrieel en universitair onderzoek. Welke rol speelt het industrieel researchlaboratorium in innovatieprocessen? Wat is de verhouding tussen research en development? Welke bijdrage levert het universitair onderzoek aan innovaties? Hoe is de relatie tussen het universitair en het industrieel onderzoek? In de epiloog plaatsen de auteurs kanttekeningen bij het Innovatiecontract Chemie, een recent document over de toekomst van de chemie in Nederland.

Prof. Dr. Rutger van Santen

Emeritus hoogleraar Technische Universiteit Eindhoven voormalig wetenschappelijk directeur