• No results found

ASTRONOMISCHE VERSCHIJNSELEN IN MEI EN

. JUNI 1936 dus langzaam uit de morgenschemering te voorschijn.

U r a n u s b e w e e g t z i c h r e c h t l o o p e n d i n d e n R a m ( 1 M e i : a = 2" 1 fm.5, d = +13° 1'; 31 Mei: a = 2u20m.9, d = +13° 31';

grootte 6m).

N e p t u n u s s t a a t i n d e n L e e u w . T o t 2 5 M e i b e w e e g t d e planeet zich terugloopend, daarna rechtloopend (1 Mei:

a = 1 lu3m.2, <5= —)— 7° 11'; 31 Mei: a= llu2m.6, ö= +7° 14';

grootte 8m).

Het Zodiakaallicht is ongeschikt voor de waarneming, daal­

de helling op den horizon zoowel 's morgens als 's avonds

De Aquariiden bewegen in de baan van de Komeet van Halley.

De frequentie is klein, behalve in 1910. De zwerm is breed.

Sterrenbeelden: In het midden van de maand te 10u 's avonds loopt de Melkweg van het Z.O. laag boven den Noord-Oostelijken horizon naar het N.W.

Ten Zuiden van het Zenith staat het sterrenbeeld Boötes. De helderste ster, Arkturus (a Bootis) ligt in het verlengde van den staart van den Grooten Beer (e—£—Ursae Majoris). De schijnbare grootte van Arkturus bedraagt 0m.2, haar

spectraal-20(5

type is K. Haar parallaxe bedraagt 0".10, wat overeenkomt met een afstand van 33 lichtjaren.

| Bootis is een interessante dubbelster. De componenten (4m.7 en 6m.7) wentelen in 151 jaren om elkaar. Op het oogenblik bedraagt hun schijnbare afstand 5". De parallaxe van f Bootis is 0".18 (afstand 18 lichtjaren).

t Bootis is een physische dubbelster (5m.2 en 6m.0) met een periode van 205 jaren. Schijnbare afstand der componenten 3". Parallaxe 0".08, afstand 40 lichtjaren.

Andere physische dubbelsterren, waarvan baanbepalingen be­

staan zijn /u? Bootis (7m.2 en 7m.8, periode 224 jaren; parallaxe 0".04, afstand ongeveer 80 lichtjaren) en £ Bootis (4m.6 en 4m.6, periode 130 jaren; parallaxe 0".014, afstand ruwweg 230 licht­

jaren). Met een kleinen kijker kunnen fi2 en £ niet opgelost worden. Verdere dubbelsterren zijn: ju Bootis (4m.5 en 6m.7;

108"); Bootis (4m.9 en 5m.8; 7"); x Bootis (4m.6 en 6m.6; 13");

e Bootis (2m.7 en 5m.l; 2".7).

Laag boven den Zuidelijken horizon staat de Schorpioen (Scorpio). De ster van de eerste grootte a Scorpii (Antares) (lm.2, Mo), heeft een parallaxe van slechts 0".012, wat overeen­

komt met een afstand van ruwweg 270 lichtjaren. Antares is een

„roode reus" met een diameter van ongeveer 600 millioen km of twee maal de middellijn van de aardbaan! Op 3" afstand heeft Antares een begeleider van de 6de grootte.

Tusschen de Schorpioen en de Maagd staat de Weegschaal (Libra) waarin de bolvormige sterrenhoop M 15 (N. G. C. 5904, afstand 28000 lichtjaren).

J u n i .

Zon: De tijdsvereffening bedraagt op:

1 Juni: —2m25s; 6 Juni: —lm36s; 11 Juni: 0m10s; 16 Juni:

+ 0m23s; 21 Juni: +1™28S; 26 Juni: + 2">33s; 30 Juni: +3m22s. Deze bedragen geven, opgeteld bij den waren lijd, den middel­

baren tijd'. De declinatie van de Zon bedraagt aan het begin van de maand -)- 22°.0, zij neemt daarna toe en bereikt op 21 Juni haar maximale waarde + 23° 27'. Op dezen dag begint de zomer; de Zon treedt dan in het teeken Kreeft (Cancer), welk teeken zich tengevolge van de precessie thans in het sterrenbeeld de Tweelingen (Gemini) bevindt. Aan het einde van de maand is de declinatie weer afgenomen tot 23°. 1. De middaghoogte van de Zon bedraagt aan het begin en einde van de maand 60°. 0 resp. 61°.1, haar dagboog 16u 22m resp. 16u 37m (voor 52° Noorder breedte). Op den „langsten" dag hebben deze grootheden dë waarden 61° 27' resp. 16u 44m. Te middernacht bedraagt de

af-stand van de Zon onder den horizon gemiddeld slechts 15°, zoodat gedurende dè korte zomernachten een voortdurende schemering bestaat. Op 6 Juni ontmoet de aarde de knoopenlijn (zijlijn) van zonne-equatorvlak en aardbaanvlak (ecliptica);

omstreeks dezen datum ziet men zonnevlekken rechtlijnige banen beschrijven.

Op 19 Juni vindt een totale Zonsverduistering plaats waarvan de centrale lijn begint in de Middellandsche zee, over Zuid-Griekenland, Turkije, Rusland, Siberië en Japan loopt en in de Stille Zuidzee eindigt. Voor Nederland is een gedeeltelijke ver­

duistering waar te nemen, die omstreeks zonsopkomst (3U 40m) aanvangt en omstreeks 5u25m eindigt; de grootte der verduis­

tering bedraagt 0.56.

Maan: 5 Juni: V. M.; 12 Juni: L. K.; 19 Juni: N. M.; 28Juni:E.K Planeten: M e r c u r i u s b e r e i k t o p 2 5 J u n i z i j n g r o o t s t e W e s t e ­ lijke elongalie (22°), maar komt te kort voor de Zon op om waargenomen te kunnen worden.

V e n u s i s o p 2 9 J u n i i n b o v e n s t e c o n j u n c t i e . M a r s i s o p 11 Juni in conjunctie. Beide planeten zijn dus ongeschikt voor de waarneming.

J u p i t e r i s o p 1 0 J u n i i n o p p o s i t i e . D e p l a n e e t b e w e e g t z i c h terugloopend in den Slangendrager en is goed waar te nemen.

S a t u r n u s b e w e e g t z i c h r e c h t l o o p e n d i n d e V i s s c h e n . A a n het begin van de maand komt de planeet om ruim twee uur 's morgens op, aan het einde van de maand kort na midder­

nacht (alles zomertijd).

I J r a n u s b e w e e g t z i c h r e c h t l o o p e n d i n d e n R a m . 1 J u n i : a = 2U 21m.l, d = +13° 35'; 30 Juni: a = 2U26™.0. <5 = -f 13° 59';

grootte 6m .

N e p t u n u s b e w e e g l z i c h r e c h t l o o p e n d i n d e n L e e u w . 1 J u n i : a = llu 2m.6, <3 -f 7° 14'; 30 Juni: a = llu3m.8, ö = -i- 7° 6';

grootte 8m .

Het Zodiakaallicht is wegens geringe helling op den horizon niet waarneembaar.

Vallende sterren. In Juni zijn o. a. de volgende radianten werkzaam:

R. KI. Deel. R. KI. Ded.

8—20 Juni 273° — 01° Juni—Sept. 351 + 39

14—21 „ 207 + 47 25 Juni—3 Juli 211 + 60

16—22 „ 261 + 04 Juni 253 —20

16—30 „ 206 + 54 Deze laatste heeten Scorpiiden.

Sterrenbeelden: In het midden van de maand loopt de Melk­

weg 's avonds om 11 uur zomertijd ten O. van het zenith van het

208

N.N.W. naar het Z.Z.O. Iets ten Z. van het zenith culmineert toet sterrenbeeld: Hercules. Tusschen rj en f ligt de bekende bol­

vormige sterrenhoop Messier 13 (N.G.C. 6205). In een kleinen kijker is deze sterrenhoop goed zichtbaar, maar zij openbaart zich eerst in al haar pracht in een grooten kijker en op photographische opnamen. Messier 13 heeft een afstand van ongeveer 25 000 lichtjaren. Verder staat in Hercules de volgende bolvormige sterrenhoop:

Messier 92 (N.G.C. 6341, a = 17u 14m.l, ö = + 43° 15'), afstand ongeveer 26 000 l.j. (De coördinaten gelden voor het jaar 1900).

Boven het Zuiden vertoonen zich het uitgestrekte sterrenbeeld de Slangendrager (Ophiuchus) en het sterrenbeeld de Slang (Serpens). 70 Ophiuchi is een interessante physische dubbelster De componenten (grootten 4m.l en 6m.l, spectraaltypen Ko en K5) wentelen in 88 jaren om elkaar; op het oogenblik bedraagt hun schijnbare afstand 6". De parallax van 70 Ophiuchi is 0".20 (afstand 16.3 lichtjaren).

Lcander McCormick Observatory P. v. D. K.

University, Virginia.

NED. VER. VOOR WEER» EN STERRENKUNDE B e r i c h t e n v a n d e V e r e e n i g i n g .

De leden, welke prijsstelten op het bezit van den Catalogus van de bibliotheek der Vereeniging en het register op Hemel en Dampkring, worden verzocht deze bij den bibliothecaris aan te vragen. De toezending geschiedt kosteloos.

L e d e n 1 ij s t:

Candidaat-lid: C. de Vries Bobbé, Métropole Hotel, Gorinchem.

PERSONALIA

Op 23 April jl. vierde de Voorzitter der Ned. Ver. voor Weer-en SterrWeer-enkunde, Dr. J. van der Bilt, zijn 60stWeer-en verjaardag.

Ongetwijfeld zullen onze lezers instemmen met den hierbij geuiten wensch, dat het Dr. van der Bilt gegeven moge zijn, in volmaakte gezondheid nog langen tijd zijn energieke werk­

zaamheid voor de wetenschappelijke en de populaire sterren­

kunde voort te zetten.