• No results found

Uniforme openbare voorbereidingsprocedure

Bijlage 7: Analyse-interviews

In deze bijlage staat het interview beschreven dat gehouden wordt met gemeentelijke medewerkers, projectmanagers en participatieadviseurs die kennis hebben van en ervaring met bewonersparticipatie bij Stedelijke Ontwikkeling.

Bijlage 7a: Het interviewopzet

Het doel

Dit project heeft als hoofdvraag:

Hoe kunnen de projectleiders van het programma Stedelijke Vernieuwing van de gemeente Culemborg, met behulp van een instrument, bepalen en vastleggen in welke mate, hoe en wanneer burgerparticipatie bij de verschillende projecten ingezet dient te worden?

Het eindresultaat van het onderzoek is een hulpmiddel voor projectleiders Stedelijke Vernieuwing voor bij het vormgegeven van een participatietraject bij een project Stedelijke Vernieuwing.

Het doel van deze interviews is om te achterhalen welke factoren hebben bepaald hoe succesvolle participatietrajecten vormgegeven en vastgelegd zijn.

Daarom zijn de volgende subdoelen geformuleerd:

 Achterhalen in welke mate, hoe en wanneer de participatie heeft plaatsgevonden en welke communicatiestrategie

hieraan ten grondslag lag.

Achterhalen op basis waarvan (project, organisatie & doelgroep) het participatietraject vormgegeven is.

Achterhalen wat er gedaan is op het niveau van het project, de organisatie en de doelgroep om het traject succesvol

te laten verlopen (is op basis hiervan participatieniveau, het hoe of wanneer vormgegeven?)

 Achterhalen hoe het participatietraject vastgelegd is.

De populatie

Om deze doelen te bereiken worden succesvolle participatietrajecten geanalyseerd, door met de projectleiders of andere organisatoren van het project te spreken. Projecten en gemeentes zijn geselecteerd door te kijken of het project succesvol is geweest. Een project is voor geselecteerd als het voldeed aan een van de volgende criteria:

1. Een prijs gewonnen.

2. Er wordt positief over gesproken op LinkedIn groepen gerelateerd aan bewoners- of burgerparticipatie of er zijn interessante artikelen over geschreven.

3. Tips van mensen op LinkedIn groepen gerelateerd aan bewoners en/of burgerparticipatie. 4. Tips van collega’s bij de gemeente Culemborg.

Omdat gemeenten niet happig zijn over de niet-succesvolle projecten te vertellen, wordt er aan dezelfde gemeenten gevraagd of er ook niet-succesvolle projecten zijn. Dit is een aantal keren het geval, ze vertellen er over met de kanttekening dat ze liever niet willen dat ik hierover schrijf in mijn rapport.

Er is gekozen voor een populatie van 8 – 12 projecten. Waarbij veel variatie tussen de projecten zit: Er zit variatie op het gebied van:

1. Grote gemeente (>50.000) - kleine gemeente (<50.000) 2. Online – offline participatie

3. Grote doelgroep – kleine doelgroep

4. Stedelijke vernieuwing – stedelijke transformatie – stadsuitleg – overig (bv stadsvisie) 5. Fase: Visie vorming – initiatief – definitie – ontwerp – uitvoering – beheer

6.

Gemeente/ organisatie

Functie Project Type/fase Fase Grootte doelgroep

Selectie-criteria

1 Gemeente Borne

Communicatie-medewerker MijnBorne Dorpsvisie/ Visie vorming Visievorming Regiegroep (20 organisaties) met alle bewoners als achterban

1., 2. en 3.

2 Gemeente

Deventer Communicatie-medewerker Keizerspark in Keizerslanden Stedelijke transformatie Ontwerpfase Ca. 80 bezoekers 4. 3 Gemeente Gouda Projectleider Jan Verswollezone Stedelijke vernieuwing Hele traject Ca. 8 personen in

klankbordgroep

3. 4 Gemeente

Amersfoort Projectleider Wagenwerkplaats Stedelijke transformatie Hele traject PPPS: ca 10 bewoners, met grote achterban 2. en 3.

98 41 5 Gemeente Eindhoven en Domein Projectleider,

projectmanager Bloemenbuurt-Zuid (Sloop/ nieuwbouw)

Stedelijke vernieuwing Openbare

ruimte Alle huurders. 2. 6 Domein Projectmanager Vredesplein, wonen

met spice. (Sloop-nieuwbouw)

Stedelijke vernieuwing Hele traject en de ontwerpfase

Ca. 30 bewoners 2.

7 Gemeente Utrecht

Communicatie-medewerker Veemarktterrein (Sloop-nieuwbouw) Stedelijke transformatie Hele traject, wisselend. Ca. 80 als vaste kern. Omwonenden en toekomstige bewoners

2.

8 Gemeente

Lelystad Projectleider Particuliere woningverbetering Stedelijke vernieuwing Initiatie nvt 4. 9 LivingVision Projectmanager Park in gemeente

Langsingerland Stadsuitleg Ontwerpfase Ca. 30 omwonenden 3. 10 Eurus

Participatie-adviseur Centrumplan Eerbeek Stedelijke vernieuwing Hele traject Ca. 20 betrokkenen 3.

Voorbereiding

Ter voorbereiding op de interviews zijn aan de hand van het TNO model uit de literatuur thema’s vastgesteld. Deze thema’s vormen de basis van de inhoud van de gesprekken. Het eerste thema (opdrachtbeschrijving/participatiestrategie) is nodig om eerst inzicht te krijgen in het project en in welke mate, hoe en wanneer burgerparticipatie vorm heeft gekregen. De volgende drie thema’s (project, organisatie en doelgroep) zijn om te bepalen op welke afweging hieraan ten grondslag heeft gelegen. Het laatste thema (vastleggen) gaat in op het vastleggen van de gekozen participatiestrategie.

Aan de hand van deze thema’s zijn wel vragen voorbereidt. Maar door deze vragen niet letterlijk te stellen is getracht de deelnemers uit eigen ervaringen te laten vertellen over het project. Hieronder is de opzet van de interviews toegevoegd. Hierin staan eerst de thema’s en vervolgens de voorbereidde vragen beschreven.

Interviewopzet

Introductie

1. Voorstellen 2. Uitleg ADMS

3. Uitleg opdracht voor de gemeente Culemborg 4. Opzet interview in thema’s:

Thema 1: Opdrachtbeschrijving/participatiestrategie

 Om een algemeen beeld van het project te verkrijgen.

 In welke mate, hoe en wanneer is er geparticipeerd?

 Wat was de (achterliggende) communicatiestrategie?

Is binnen de volgende 3 thema’s iets van invloed geweest op de mate, de manier en het moment van participatie? En is binnen de volgende 3 thema’s actie ondernomen om het traject succesvol(ler) te laten verlopen?

Thema 2: Project

 Doel

 Complexiteit

 De schaal en openheid van de samenwerking

 Fase in het proces

Thema 3: Organisatie

 Doel

 Betrokkenheid van MT en afdelingen

 Middelen (Budget en FTE)

 Vastgelegde processen.

Thema 4: Doelgroep

 Doel

 Motivatie

Bijlagen 99 41 5 Gemeente Eindhoven en Domein Projectleider,

projectmanager Bloemenbuurt-Zuid (Sloop/ nieuwbouw)

Stedelijke vernieuwing Openbare

ruimte Alle huurders. 2. 6 Domein Projectmanager Vredesplein, wonen

met spice. (Sloop-nieuwbouw)

Stedelijke vernieuwing Hele traject en de ontwerpfase

Ca. 30 bewoners 2.

7 Gemeente Utrecht

Communicatie-medewerker Veemarktterrein (Sloop-nieuwbouw) Stedelijke transformatie Hele traject, wisselend. Ca. 80 als vaste kern. Omwonenden en toekomstige bewoners

2.

8 Gemeente

Lelystad Projectleider Particuliere woningverbetering Stedelijke vernieuwing Initiatie nvt 4. 9 LivingVision Projectmanager Park in gemeente

Langsingerland Stadsuitleg Ontwerpfase Ca. 30 omwonenden 3. 10 Eurus

Participatie-adviseur Centrumplan Eerbeek Stedelijke vernieuwing Hele traject Ca. 20 betrokkenen 3.

Voorbereiding

Ter voorbereiding op de interviews zijn aan de hand van het TNO model uit de literatuur thema’s vastgesteld. Deze thema’s vormen de basis van de inhoud van de gesprekken. Het eerste thema (opdrachtbeschrijving/participatiestrategie) is nodig om eerst inzicht te krijgen in het project en in welke mate, hoe en wanneer burgerparticipatie vorm heeft gekregen. De volgende drie thema’s (project, organisatie en doelgroep) zijn om te bepalen op welke afweging hieraan ten grondslag heeft gelegen. Het laatste thema (vastleggen) gaat in op het vastleggen van de gekozen participatiestrategie.

Aan de hand van deze thema’s zijn wel vragen voorbereidt. Maar door deze vragen niet letterlijk te stellen is getracht de deelnemers uit eigen ervaringen te laten vertellen over het project. Hieronder is de opzet van de interviews toegevoegd. Hierin staan eerst de thema’s en vervolgens de voorbereidde vragen beschreven.

Interviewopzet

Introductie

1. Voorstellen 2. Uitleg ADMS

3. Uitleg opdracht voor de gemeente Culemborg 4. Opzet interview in thema’s:

Thema 1: Opdrachtbeschrijving/participatiestrategie

 Om een algemeen beeld van het project te verkrijgen.

 In welke mate, hoe en wanneer is er geparticipeerd?

 Wat was de (achterliggende) communicatiestrategie?

Is binnen de volgende 3 thema’s iets van invloed geweest op de mate, de manier en het moment van participatie? En is binnen de volgende 3 thema’s actie ondernomen om het traject succesvol(ler) te laten verlopen?

Thema 2: Project

 Doel

 Complexiteit

 De schaal en openheid van de samenwerking

 Fase in het proces

Thema 3: Organisatie

 Doel

 Betrokkenheid van MT en afdelingen

 Middelen (Budget en FTE)

 Vastgelegde processen. Thema 4: Doelgroep  Doel  Motivatie  Expertise 42  Bereikbaarheid Thema 5: Vastleggen

 Hoe is het participatietraject vastgelegd?

 Hoe worden resultaten meegenomen in het ontwerp/verloop van het project?

De eventuele vragen

Tijdens het interview worden de thema’s besproken. Hieronder zijn per thema wel een aantal vragen voorbereidt als basis, maar worden niet perse zo letterlijk aan de geïnterviewde gesteld.

Thema 1: Opdrachtbeschrijving/participatiestrategie 1. Soort project a. Stedelijke vernieuwing b. Stedelijke transformatie c. Stadsuitleg d. Anders:___________ 2. Wie is de opdrachtgever?

3. Welke maatregelen werden/worden getroffen? 4. Wat waren randvoorwaarden?

5. Welke fasen van het stedelijke ontwikkelingsproces zijn van toepassing? a. Initiatief b. Definitie c. Ontwerp d. Voorbereiding e. Uitvoering f. Exploitatie en beheer g. ….

6. Wat was het doel van de participatie? 7. Wat waren de kaders voor de participatie? 8. Welk participatieniveau is gekozen?

a. Informeren b. Raadplegen c. Adviseren d. Coproduceren e. Meebeslissen f. ….

9. Welke methode is daarvoor gekozen? En waarom? 10. Hoe zou u de communicatiestrategie beschrijven? 11. Hoe zou u de participatiestrategie beschrijven?

a. Waarom is hiervoor gekozen? b. Wat was hierin bepalend? 12. Wat was de communicatiestrategie?

a. Luisteren b. Overleggen c. Overtuigen d. Presenteren Thema 2: Project

13. Wat is het doel van het project? Matcht dit met het doel van de organisatie en het doel van de bewoners? Startmoment

14. Zijn de maatregelen/plannen al bekend bij participatiemoment?

15. Zijn er veel onderwerpen waar nog over beslist moest worden? (flexibiliteit) Zo ja:

100

43

a. Moeten bewoners mee betalen, door huurverhoging? b. Hoe ingrijpend zijn de maatregelen voor de woningen? c. Moeten bewoners tijdelijk hun woning uit?

d. Hoe lang duren de werkzaamheden? e. Veel overlast voor de bewoners? 17. Hoe complex is het project?

a. Veel variatie in de maatregelen? b. Zijn individuele aanpassingen mogelijk? c. Hoe concreet is het project?

18. Wat is de schaal van het project? 19. Hoe open is de samenwerking?

20. In welke fases van het stedelijke ontwikkelingsproject wordt geparticipeerd? Thema 3: Organisatie

21. Hoe is het ontwikkelingsproject georganiseerd? a. Welke partijen spelen een rol? b. Wie heeft welke rol?

c. Wat is de rol van de gemeente?

d. Welke beslissingsbevoegdheid kan aan de participanten gegeven worden? 22. Wat was het doel van de organisatie?

a. Van de gemeente b. Van de samenwerking?

c. Wat wil de organisatie met de participatie bereiken? 23. Wie is verantwoordelijk voor de participatie?

24. Wat is de betrokkenheid van de organisatie met de bewoners? a. Hoe is het MT hierbij betrokken?

b. Hoe zijn verschillende afdelingen hierbij betrokken? c. Iets gedaan om commitment te versterken?

25. Welke interne middelen/mensen met welke expertise worden hiervoor ingezet? a. Wordt er in je eigen tijd hieraan gewerkt?

b. Wordt er budget voor de participatie vrijgemaakt?

26. Hoe zijn communicatieprocessen en participatie processen vastgelegd? 27. Hoe wordt er intern gewerkt?

a. Open organisatie? b. Flexibel?

c. Gebruik van Social Media?

28. Wat is de volwassenheid/professionaliteit van de organisatie in participatie? a. Is er een beleid in participatie?

b. Zijn er tools?

c. Wordt er wel eens iets geprobeerd?

d. Is er iemand verantwoordelijk voor de participatie? e. Is het ingebed in de organisatie?

f. Wordt het gestimuleerd door het management? g. Is er een social media team?

29. Wat is het imago van de organisatie?

a. Wordt er iets aan imagoverbetering gedaan vóór de participatie? Thema 4: Doelgroep

30. Wie was de doelgroep?

a. Wat zijn de sociodemografische gegevens? i. Huishoudens

ii. Leeftijd iii. Jaarinkomen

Bijlagen 101

43

a. Moeten bewoners mee betalen, door huurverhoging? b. Hoe ingrijpend zijn de maatregelen voor de woningen? c. Moeten bewoners tijdelijk hun woning uit?

d. Hoe lang duren de werkzaamheden? e. Veel overlast voor de bewoners? 17. Hoe complex is het project?

a. Veel variatie in de maatregelen? b. Zijn individuele aanpassingen mogelijk? c. Hoe concreet is het project?

18. Wat is de schaal van het project? 19. Hoe open is de samenwerking?

20. In welke fases van het stedelijke ontwikkelingsproject wordt geparticipeerd? Thema 3: Organisatie

21. Hoe is het ontwikkelingsproject georganiseerd? a. Welke partijen spelen een rol? b. Wie heeft welke rol?

c. Wat is de rol van de gemeente?

d. Welke beslissingsbevoegdheid kan aan de participanten gegeven worden? 22. Wat was het doel van de organisatie?

a. Van de gemeente b. Van de samenwerking?

c. Wat wil de organisatie met de participatie bereiken? 23. Wie is verantwoordelijk voor de participatie?

24. Wat is de betrokkenheid van de organisatie met de bewoners? a. Hoe is het MT hierbij betrokken?

b. Hoe zijn verschillende afdelingen hierbij betrokken? c. Iets gedaan om commitment te versterken?

25. Welke interne middelen/mensen met welke expertise worden hiervoor ingezet? a. Wordt er in je eigen tijd hieraan gewerkt?

b. Wordt er budget voor de participatie vrijgemaakt?

26. Hoe zijn communicatieprocessen en participatie processen vastgelegd? 27. Hoe wordt er intern gewerkt?

a. Open organisatie? b. Flexibel?

c. Gebruik van Social Media?

28. Wat is de volwassenheid/professionaliteit van de organisatie in participatie? a. Is er een beleid in participatie?

b. Zijn er tools?

c. Wordt er wel eens iets geprobeerd?

d. Is er iemand verantwoordelijk voor de participatie? e. Is het ingebed in de organisatie?

f. Wordt het gestimuleerd door het management? g. Is er een social media team?

29. Wat is het imago van de organisatie?

a. Wordt er iets aan imagoverbetering gedaan vóór de participatie? Thema 4: Doelgroep

30. Wie was de doelgroep?

a. Wat zijn de sociodemografische gegevens? i. Huishoudens ii. Leeftijd iii. Jaarinkomen 44 iv. Etniciteit v. Taalvaardigheid b. Wat is de leefstijl/interesses? c. Wat is de sociale structuur?

i. Betrokkenheid bij elkaar? ii. Betrokkenheid bij de buurt? iii. Sociaal kapitaal?

iv. Woonduur?

31. Wat is de volwassenheid/professionaliteit van de bewoners?

a. Organisatiegraad: bewonerscommissie, huurdersvereniging b. Weergave van buurt?

c. Is er vertrouwen in deze organisaties? d. Zijn er meer relevante verengingen?

32. Indien onvolwassen, niet bereikbaar: Hoe is de doelgroep bereikt? 33. Wat is het doel van hen om mee te doen?

34. Waren de bewoners gemotiveerd om mee te doen? a. Heeft het project een verleden voor de bewoners? b. Hoe staan de bewoners tegenover uw organisatie? c. Kunnen de bewoners participatiemoe zijn? d. Zien de bewoners het ‘probleem’ in?

e. Zijn er redenen voor verzet tegen dit project?

f. Zijn de bewoners in staat om mee te doen aan het participatietraject (tijd/geld)? g. Zijn de bewoners bereid om mee te doen aan het participatietraject?

35. Hoe zijn de bewoners gemotiveerd om mee te doen? a. Bewust gemaakt van het probleem?

36. Welke kennis hadden de bewoners nodig om mee te kunnen doen? Had de doelgroep de juiste kennis in huis?

Thema 5: Vastleggen

37. Hoe werd het proces vooraf vastgelegd? a. Juridisch?

b. Financieel?

38. Hoe worden de resultaten van het participeren meegenomen in het ontwerp/proces?

Bijlage 7b Uitwerking

In deze paragraaf zijn de resultaten van de analyse interviews weergegeven. Deze bestaat uit een korte beschrijving van het project. Vervolgens wordt in de participatiematrix aangegeven wanneer er op welk niveau is geparticipeerd en als laatste welke afwegingen hierbij zijn genomen.

Mijnborne 2030

Inrichting

Het project Mijnborne 2030 betreft de ontwikkeling van een dorpsvisie voor de gemeente Borne. Bij dit project is de hele gemeenschap op een bepaalde manier betrokken.

102

39

Bijlage 7b Uitwerking

De resultaten van de analyse interviews zijn uitgewerkt. Deze uitwerking bestaat uit een korte beschrijving van het project, een participatiematrix waarin aangegeven wordt wanneer er op welk niveau is geparticipeerd en als laatste welke

afwegingen bij de keuze van het participatieniveau en de organisatie zijn genomen. Hieronder is een uitwerking

weergegeven. De andere uitwerkingen zijn op te vragen via info@adms.nl.

Mijnborne 2030

Project

Het project Mijnborne 2030 betreft de ontwikkeling van een dorpsvisie voor de gemeente Borne. Bij dit project is de hele gemeenschap op een bepaalde manier betrokken.

Participatiematrix

(zie pagina 103)

Afweging participatiekeuze

(Voor de schematische weergave, zie pagina 104)

Doelstellingen

Project: Een door de hele gemeenschap gedragen dorpsvisie. Doelgroep: Bijdrage leveren aan de toekomst van Borne.

Organisatie: Gedragen plannen ontwikkelen. De burger een rol geven. Gemotiveerde bewoners

Dat de mensen gemotiveerd hiervoor zouden zijn bleek uit het enthousiasme dat tijdens een dorpsfeest in Borne aanwezig was. Hier werd zoveel initiatief genomen, dat ze de kracht van de gemeenschap zagen en wilden gebruiken. Iedereen is uitgenodigd voor de regiegroep. Er was een hele duidelijke rolverdeling. De regiegroep beslist en de projectgroep van de gemeente is adviserend en voert uit. De regiegroep was als het ware de opdrachtgever. Uiteindelijk moest de

gemeenteraad het nog vaststellen, maar die kon er eigenlijk niet meer onderuit. Structureel (mee)beslissen dus. Bereikbaarheid

Minder goed te bereiken, bijvoorbeeld mensen met beperkte mogelijkheden waren via de regiegroep te bereiken. Daarnaast is er heel veel via social media gecommuniceerd en is er veel bereikt met positieve creatieve communicatie, merkdenken. De hele gemeenschap bestaat uit veel verschillende doelgroepen. Zonder een heel communicatieplan vast te leggen zijn ze per stap per doelgroep de communicatie gaan inzetten. Incidenteel coproduceren en/of adviseren, door middel van huiskamergesprekken, straatinterviews, workshops met experts, etc.

Beheersbaarheid

Deze grote open samenwerking is beheersbaar gemaakt door het proces in drie heldere fases in te delen. Door de regiegroep zelf gedaan.

Motivatie interne medewerkers

Door ambtenaren in de projectgroep te zetten die dit ook echt wilde, het konden loslaten en er heel energie in wilde stoppen is het een succes geworden. Er waren erg weinig middelen, 4 FTE in de projectgroep en 50.000 euro in totaal. Maar door subsidies en de zogenaamde ‘champions’ kon dit vergroot worden. “We hebben iemand gevraagd die in Zenden is

opgegroeid. Beginnend social media. Ik zei: Ik kan jou eigenlijk bijna niets betalen, maar wil je ons helpen. Wel met de principeafspraak, want ik geloof dat je hier werk uit gaat krijgen. En nu met de Galjaardprijs is hij overal binnen. Dus dat geluk hebben we.”

Bijlagen 103

45 39

Bijlage 7b Uitwerking

De resultaten van de analyse interviews zijn uitgewerkt. Deze uitwerking bestaat uit een korte beschrijving van het project, een participatiematrix waarin aangegeven wordt wanneer er op welk niveau is geparticipeerd en als laatste welke

afwegingen bij de keuze van het participatieniveau en de organisatie zijn genomen. Hieronder is een uitwerking

weergegeven. De andere uitwerkingen zijn op te vragen via info@adms.nl.

Mijnborne 2030

Project

Het project Mijnborne 2030 betreft de ontwikkeling van een dorpsvisie voor de gemeente Borne. Bij dit project is de hele gemeenschap op een bepaalde manier betrokken.

Participatiematrix

(zie pagina 103)

Afweging participatiekeuze

(Voor de schematische weergave, zie pagina 104)

Doelstellingen

Project: Een door de hele gemeenschap gedragen dorpsvisie. Doelgroep: Bijdrage leveren aan de toekomst van Borne.

Organisatie: Gedragen plannen ontwikkelen. De burger een rol geven. Gemotiveerde bewoners

Dat de mensen gemotiveerd hiervoor zouden zijn bleek uit het enthousiasme dat tijdens een dorpsfeest in Borne aanwezig was. Hier werd zoveel initiatief genomen, dat ze de kracht van de gemeenschap zagen en wilden gebruiken. Iedereen is uitgenodigd voor de regiegroep. Er was een hele duidelijke rolverdeling. De regiegroep beslist en de projectgroep van de gemeente is adviserend en voert uit. De regiegroep was als het ware de opdrachtgever. Uiteindelijk moest de

gemeenteraad het nog vaststellen, maar die kon er eigenlijk niet meer onderuit. Structureel (mee)beslissen dus. Bereikbaarheid

Minder goed te bereiken, bijvoorbeeld mensen met beperkte mogelijkheden waren via de regiegroep te bereiken. Daarnaast is er heel veel via social media gecommuniceerd en is er veel bereikt met positieve creatieve communicatie, merkdenken. De hele gemeenschap bestaat uit veel verschillende doelgroepen. Zonder een heel communicatieplan vast te leggen zijn ze per stap per doelgroep de communicatie gaan inzetten. Incidenteel coproduceren en/of adviseren, door middel van huiskamergesprekken, straatinterviews, workshops met experts, etc.

Beheersbaarheid

Deze grote open samenwerking is beheersbaar gemaakt door het proces in drie heldere fases in te delen. Door de regiegroep zelf gedaan.

Motivatie interne medewerkers

Door ambtenaren in de projectgroep te zetten die dit ook echt wilde, het konden loslaten en er heel energie in wilde stoppen is het een succes geworden. Er waren erg weinig middelen, 4 FTE in de projectgroep en 50.000 euro in totaal. Maar door subsidies en de zogenaamde ‘champions’ kon dit vergroot worden. “We hebben iemand gevraagd die in Zenden is

opgegroeid. Beginnend social media. Ik zei: Ik kan jou eigenlijk bijna niets betalen, maar wil je ons helpen. Wel met de principeafspraak, want ik geloof dat je hier werk uit gaat krijgen. En nu met de Galjaardprijs is hij overal binnen. Dus dat geluk hebben we.”

104

46 Doelstellingen

Project: Een door de hele gemeenschap gedragen dorpsvisie. Doelgroep: Bijdrage leveren aan de toekomst van Borne.

Organisatie: Gedragen plannen ontwikkelen. De burger een rol geven.

Dat de mensen gemotiveerd hiervoor zouden zijn bleek uit het enthousiasme dat tijdens een dorpsfeest in Borne aanwezig was. Hier werd zoveel initiatief genomen, dat ze de kracht van de gemeenschap zagen en wilden gebruiken.

Bijlagen 105

46 Doelstellingen

Project: Een door de hele gemeenschap gedragen dorpsvisie. Doelgroep: Bijdrage leveren aan de toekomst van Borne.