‘Vaarwel en tot ziens’ schreef Koos de Geest in KLIK, het
blad waarin hij een vaste rubriek had. Hij vertelde daarin dat het in Augustus 2010 vijfentwintig jaar geleden was dat hij werk kreeg in wat toen nog een zwakzinnigeninrichting heette. Een chronische ziekte maakt dat hij afscheid geno-men heeft van zijn werk en van zijn redactionele werk voor KLIK en het TAVG.
Dankjewel, Koos voor je inzet voor het TAVG en leveren van
opbouwende kritiek, die soms op een fijnzinnige manier ver-scholen zat in je opmerkingen. Of in een titel als: ‘foto’s die ik niet had mogen maken...’, daarbij heel subtiel aangevend dat richtlijnen voor gewone patiënten, niet altijd toereikend zijn voor de onze!
Namens de hele TAVG-redactie heel erg bedankt voor je inzet,
Truus Nijdam.
Van de Opleiding
MINDER WOORDEN EN OOK MINDER AIOSSEN ‘Meer zeggen met minder woorden’
Op 28 januari 2011 viel er wat te vieren: tien nieuwe AVG’s kregen hun diploma, maar niet nadat ze samen met alle andere aanwezigen een laatste training gevolgd hadden. Het symposium dat traditioneel de eindceremonie inleidt, had bij het afronden van het jubileumjaar een andere vorm. Geen woorden, maar spel. Twee acteurs lieten zien hoe disfunctio-neel en tijdrovend communicatie in onze sector kan verlopen, gaven tools ter verbetering, waarmee vervolgens iedereen aan de slag ging. Een levendige en effectieve onderwijs-vorm om te leren om meer te zeggen met minder woorden. Hierna was het tijd voor veel mooie woorden, bloemen en
gelukwensen voor onze nieuwe collega’s: Emmy Räkers, Jan-neke Swinkels, Hilde Hoving, Marian de Jeu – Sloof, Marlies Eggink, Hanneke van Beek, Maaike van Veldhoven, Kim de Bruijn, Naomi van den Broek en Ruthy Snuijf.
Instromende aiossen
Bij de voordeur stonden weer nieuwe aiossen klaar om met de opleiding te beginnen. Per 1 februari 2011 zijn er vijf-tien gestart, waarmee er in totaal momenteel 51 aiossen in opleiding zijn. Dit aantal is zo groot omdat steeds meer aios-sen hun opleiding in deeltijd doen, of omdat zwangerschap verlenging veroorzaakt. Dit is bij vergelijkbare opleidingen niet anders. Een regulier traject is de uitzondering. Het zal duidelijk zijn dat dit niet alleen in Rotterdam, maar vooral
in de opleidingsinstellingen forse logistieke problemen ver-oorzaakt, qua bezetting en qua beschikbaarheid van een opleider. De onontkoombare werkelijkheid wringt van tijd tot fors met de regelgeving.
Ook dit jaar verwelkomen we weer een nieuwe opleidingsin-stelling, te weten het Raamwerk (voorheen de Hafakker) in Noordwijkerhout.
Nieuwe gezichten in de staf
Meer aiossen, een toename van afwijkende trajecten, inten-siever ondersteuning van de individuele aios, de verdere ont-wikkeling van het curriculum voor aiossen en opleiders, dat alles vraagt nogal wat van de staf. Maar het levert ook veel op. Dat was voor Hanneke Veeren reden om als AVG-docent bij de opleiding te komen werken. Riet Niezen-de Boer heeft na acht jaar afscheid genomen. Ze gaat – min of meer – met pensioen. In haar plaats is Marion Weisz benoemd tot waar-nemend hoofd. Ze werkt al bijna vijf jaar bij ons als docent GW-er. We hopen de komende tijd nog een GW-er aan te trekken, met name ten behoeve van het opleiderscurriculum. Maar daarnaast zijn ter versterking van de staf AVG’s altijd welkom, ook voor een verkennend gesprekje.
Nieuwe berekeningen CapOr
De aantallen dokters in Nederland volgden traditioneel een varkenscyclus: jaren met een overschot werden gevolgd door perioden met tekorten. Om dat te voorkomen is het Capaciteitsorgaan opgericht, dat op grond van een complex model de toekomstige behoeften aan de diverse medische professionals en de daaruit resulterende instroom aan aios-sen berekent. Omdat zittende AVG’s langer blijven door-werken en de gemiddelde aanstellingsgrootte groter is dan eerder aangenomen is, is de instroombehoefte lager. De
komende jaren mogen steeds vijftien tot zestien aiossen met de opleiding tot AVG starten. Het voorstel van het CapOr wordt door VWS vrijwel altijd overgenomen.
Financiering
Vorig jaar heeft een evaluatie plaatsgevonden van het Col-lege voor de Beroepen en Opleidingen in de Gezondheids-zorg, het CBOG. Op grond hiervan heeft VWS besloten om de toewijzing van opleidingsplaatsen met de bijbehorende subsidie niet meer te laten verlopen via het CBOG, maar aan ‘veldpartijen’ over te laten. In ons geval kent VWS maar één veldpartij, de VGN. In goed overleg zullen we er voor het komende overgangsjaar het beste van zien te maken. Voor volgende jaren hopen we tot een regeling te komen waarbij de subsidie de aiossen volgt.
Buitenlandse belangstelling voor ‘The Dutch model’
Vorig jaar was er in Bristol (MAMH) en Rome (IASSID) veel belangstelling voor de wijze waarop we in Nederland de zorg voor de gezondheid van mensen met een verstandelijke beperking willen bevorderen: naast het beter toerusten van de eerste lijn is gekozen voor het instellen van een apart vakgebied, VG-geneeskunde. Medio mei vindt in München een tweedaags congres plaats van onze Duitse, Oostenrijkse en Zwitserse zusterverenigingen. Ook bij die gelegenheid zijn we gevraagd om te vertellen over Zehn Jahre Berufs- und
Fortbildung für Ärzte für Menschen mit geistiger Behinderung in den Niederlanden: Zielsetzungen und Auswirkungen.
We verlengen het jubileumjaar een beetje.
Frans Ewals, Hoofd AVG-opleiding
AIOS IN PROBLEMEN
Dat is geen nieuws zult u denken, dat horen we vaker. Toch weet u op dit moment nog niet, of het over één aios gaat of over meerdere, misschien wel alle artsen in opleiding tot specialist...
Het valt mee, kan ik u verzekeren, want het gaat me hier uitsluitend om de spelling.
Het is mij is opgevallen dat er geen eenduidige schrijfwijze wordt gebezigd van het woord ‘aios’. Niet voor het hoofdlet-tergebruik (aios, Aios of AIOS) en evenmin voor de meer-voudsvorm (aios, aios’ of aiossen). Ik ben docent aan de AVG-opleiding, maar bij de andere opleidingsinstituten en de KNMG is het niet anders. Het getuigt niet van veel respect voor de aios, of zou het onwetendheid, slordigheid of onge-interesseerdheid zijn?
Ik legde mijn vraag naar de juiste spelling en meervouds-vorm van ‘aios’ voor aan de Taaladviesdienst van het Genoot-schap Onze Taal en kreeg het volgende antwoord:
“… Volgens de woordvormingsregels van het Nederlands is ‘aiossen’ het correcte meervoud van ‘aios’. Bij woorden die op een ‘s’ eindigen, is alleen een meervoud op ‘-en’ mogelijk;
net als ‘bossen’ en ‘kolossen’ is het dus ‘aiossen’ (en ook bijvoorbeeld ‘aniossen’). Dat ‘aios’ ontstaan is als afkorting, doet voor de woordvorm niet ter zake: een afkorting die uitgesproken wordt als een gewoon woord en niet letter voor letter, wordt in alle opzichten als een gewoon woord behan-deld. De aanduiding ‘aios’ krijgt kleine letters. Alleen aan het begin van een zin begint het woord met een hoofdletter …” Ik heb alleen het NTvG kunnen betrappen op consequent gebruik van de juiste spelling, behalve in de advertenties. Medisch Contact slaat er maar een slag naar en ook de Jonge Orde weet niet hoe het hoort (maar is vast nog leerbaar). Weet hebben van iets is één ding; kennis toepassen is iets geheel anders en gewoonten veranderen is nóg moeilijker. De opleidingsinstituten, de KNMG, Medisch Contact, de beroepsverenigingen en hun tijdschriften (zoals het TAVG) dienen mijns inziens het goede voorbeeld te geven en mis-schien moeten de aiossen zelf van zich laten horen, als zorg-vuldigheid op dit punt hen iets kan schelen…
Joris van Erp, AVG
g.n.j.vanerp@erasmusmc.nl
bron: taaladviesdienst van het Genootschap Onze Taal www.onzetaal.nl