• No results found

V. Het college heeft op grond van artikel 6a.1 en artikel 6a.2 van de Tw onderzocht of de

wholesalemarkten voor gespreksafgifte op de afzonderlijke mobiele netwerken van KPN, Orange, Tele2, T-Mobile en Vodafone daadwerkelijk concurrerend zijn en of op deze markten ondernemingen actief zijn die beschikken over aanmerkelijke marktmacht.

VI. Het college stelt op basis van zijn onderzoek in de zin van artikel 6a.1 en artikel 6a.2 van de Tw vast dat de wholesalemarkten voor gespreksafgifte op de afzonderlijke mobiele netwerken van KPN, Orange, Tele2, T-Mobile en Vodafone niet daadwerkelijk concurrerend zijn.

VII. Het college stelt op grond van artikel 6a.2, eerste lid, van de Tw vast dat KPN beschikt over aanmerkelijke marktmacht op de wholesalemarkt voor gespreksafgifte op het mobiele netwerk van KPN.

VIII. Het college stelt op grond van artikel 6a.2, eerste lid, van de Tw vast dat Orange beschikt over aanmerkelijke marktmacht op de wholesalemarkt voor gespreksafgifte op het mobiele netwerk van Orange.

IX. Het college stelt op grond van artikel 6a.2, eerste lid, van de Tw vast dat Tele2 beschikt over aanmerkelijke marktmacht op de wholesalemarkt voor gespreksafgifte op het mobiele netwerk van Tele2.

X. Het college stelt op grond van artikel 6a.2, eerste lid, van de Tw vast dat T-Mobile beschikt over aanmerkelijke marktmacht op de wholesalemarkt voor gespreksafgifte op het mobiele netwerk van T-Mobile.

XI. Het college stelt op grond van artikel 6a.2, eerste lid, van de Tw vast dat Vodafone beschikt over aanmerkelijke marktmacht op de wholesalemarkt voor gespreksafgifte op het mobiele netwerk van Vodafone.

11.3 Verplichtingen

XII. Ter adressering van de in hoofdstuk 7 van dit besluit geïdentificeerde mededingingsproblemen legt het college KPN, Orange, Tele2, T-Mobile en Vodafone voor het afleveren van verkeer op de wholesalemarkten voor gespreksafgifte op een afzonderlijk vast netwerk, waarop deze aanbieders

onder paragraaf 11.2 zijn aangewezen als partij met aanmerkelijke marktmacht de hierna volgende verplichtingen op.

11.3.1 Toegang

XIII. KPN, Orange, Tele2, T-Mobile en Vodafone dienen op grond van artikel 6a.6, eerste lid, Tw te voldoen aan redelijke verzoeken tot toegang, zodanig dat afnemers in staat worden gesteld zowel gespreksafgifte als interconnectie ten behoeve van deze dienst af te nemen. De verplichting houdt in dat KPN, Orange, Tele2, T-Mobile en Vodafone:

a. op grond van artikel 6a.6, tweede lid sub g, van de Tw een andere aanbieder die een redelijk verzoek doet, toegang verlenen tot de eindgebruikers voor het afleveren van gesprekken op hun afzonderlijke mobiele netwerken;

b. op grond van artikel 6a.6, tweede lid sub i, van de Tw voldoen aan een redelijk verzoek van een andere aanbieder tot interconnectie ten behoeve van gespreksafgifte op hun afzonderlijke mobiele netwerken.

11.3.2 Tarieven

XIV. KPN, Orange, Tele2, T-Mobile en Vodafone dienen op grond van artikel 6a.7, eerste en tweede lid, van de Tw, tarieven voor gespreksafgifte op zijn mobiele netwerk te hanteren die in

overeenstemming zijn met het hierna volgende.

XV. KPN en Vodafone dienen per 1 juli 2009 voor gespreksafgifte op hun afzonderlijke mobiele netwerken een tarief te hanteren dat niet hoger zal zijn dan € 0,070.

XVI. Orange en T-Mobile dienen per 1 juli 2009 voor gespreksafgifte op hun afzonderlijke mobiele netwerken een tarief te hanteren dat niet hoger zal zijn dan € 0,081.

XVII. KPN, Orange, T-Mobile en Vodafone dienen tot 1 juli 2009 voor gespreksafgifte op hun afzonderlijke mobiele netwerken een tarief te hanteren dat niet hoger zal zijn dan het tarief dat

voortvloeit uit het door het college vastgestelde glijpad waarlangs het kostengeoriënteerde tarief per 1 juli 2009 zal worden bereikt.

XVIII. Het glijpad houdt in:

a. KPN, Vodafone dienen van 15 augustus 2007 tot 1 juli 2008 voor gespreksafgifte op hun afzonderlijke mobiele netwerken een tarief te hanteren dat niet hoger zal zijn dan € 0,100; b. Orange en T-Mobile dienen van 15 augustus 2007 tot 1 juli 2008 voor gespreksafgifte op hun

afzonderlijke mobiele netwerken een tarief te hanteren dat niet hoger zal zijn dan € 0,114; c. KPN en Vodafone dienen van 1 juli 2008 tot 1 juli 2009 voor gespreksafgifte op hun

afzonderlijke mobiele netwerken een tarief te hanteren dat niet hoger zal zijn dan € 0,090; d. Orange en T-Mobile dienen van 1 juli 2008 tot 1 juli 2009 voor gespreksafgifte op hun

Dictum OPENBARE VERSIE

XIX. Tele2 dient op grond van artikel 6a.7, eerste en tweede lid, van de Tw, tarieven voor gespreksafgifte op zijn mobiele netwerk te hanteren die in overeenstemming zijn met het hierna volgende.

XX. Tele2 dient op grond van artikel 6a.7, eerste en tweede lid, van de Tw, tarieven te hanteren voor gespreksafgifte op zijn mobiele netwerk die niet hoger zijn dan het maximumtarief dat geldt voor de mobiele aanbieder van wiens mobiele netwerk hij gebruik maakt. Dat betekent dat tot 1 juli 2009 de tarieven gehanteerd dienen te worden overeenkomstig het glijpad en dat per 1 juli 2009 het tarief niet hoger dient te zijn dan hetgeen hierboven vermeld ten aanzien van KPN, Orange, T-Mobile en Vodafone.

11.3.3 Non-discriminatie

XXI. KPN, Orange, Tele2, T-Mobile en Vodafone dienen op grond van artikel 6a.8 van de Tw aan derden onder gelijke omstandigheden onder gelijke voorwaarden toegang te verlenen voor mobiele gespreksafgifte en voor interconnectie ten behoeve van gespreksafgifte op hun afzonderlijke mobiele netwerken. Deze verplichting houdt tevens in dat KPN, Orange, Tele2, T-Mobile en Vodafone ten opzichte van derden gelijke voorwaarden toepassen als die welke onder gelijke omstandigheden gelden voor hun dochtermaatschappijen of hun partnerondernemingen.

11.3.4 Transparantie

XXII. KPN, Orange, Tele2, T-Mobile en Vodafone dienen op grond van artikel 6a.9, eerste lid, van de Tw met betrekking tot de dienst gespreksafgifte op hun mobiele netwerk informatie te verschaffen ten aanzien van de tarieven en voorwaarden welke verbonden zijn aan het afnemen van deze dienst. XXIII. KPN, Orange, Tele2, T-Mobile en Vodafone dienen op grond van artikel 6a.9, eerste lid, van de Tw met betrekking tot interconnectie ten behoeve van gespreksafgifte op hun afzonderlijke mobiele netwerken de hierna door het college bepaalde informatie bekend te maken. Elk aanbod tot

interconnectie ten behoeve van gespreksafgifte op het mobiele netwerk van KPN, Orange, Tele2, T-Mobile of Vodafone dat op verzoek van een andere aanbieder wordt gedaan, bevat tenminste de volgende informatie:

a. een overzicht van diensten die de mobiele aanbieder voor de interconnectie ten behoeve van mobiele gespreksafgifte kan aanbieden, met de daarbij behorende voorwaarden (onder andere technische voorwaarden), condities en tarieven;

b. de technische kenmerken en andere eigenschappen van het mobiele netwerk, voor zover de afnemer deze informatie voor interconnectie nodig heeft;

c. een overzicht van alle locaties van de toegangspunten van het mobiele netwerk waarop interconnectie kan worden afgenomen; en