3. Onderzoeksopzet
5.5 Aanbevelingen voor de vakgroep Accountancy
In dit onderzoek is getracht om de scope van risicomanagement te verbreden door risicoanalyse vanuit sociaal wetenschappelijk invalshoek te benaderen. Ik ben dan ook van mening dat binnen de opleiding Accountancy van de Rijksuniversiteit Groningen, (basis)vakken opgenomen moeten worden uit het sociaal wetenschappelijk vakgebied. Hierdoor zal meer inzicht verkregen worden van de gedachtepatronen van de factor mens wat binnen het beroepsveld van de accountant natuurlijk een belangrijk rol speelt. Accountants hebben niet alleen maar met cijfers te maken zoals vaak door de buitenwereld wordt gekenmerkt. Een goede accountant zal zijn klant door en door moeten kennen. Iedere organisatie is anders maar ook iedere persoon is anders. Een goede accountant heeft een
uitstekend inlevingsvermogen die hij of zij moet beschikken om de relatie met de klant en dienstverlening te bevorderen.
Referenties
Adams, R.B., Ferreira, D., 2009, Women in the Boardroom and their Impact on Governance and Performance, Journal of Financial Economics 94(2), 291-309.
Andreoni, James and Lise Vesterlund 2001. “Which is the Fair Sex? Gender Differences in Altruism.” Quarterly Journal of Economics 116: 293–312.
Arano, K., Parker, C., Terry, R., 2010, Gender based risk aversion and retirement asset allocation, Economic Inquiry, vol. 28 no. 1 pages 147-155.
Ball, S., Eckel, C.C., Heracleous, M., 2010, Risk aversion and physical prowess: Prediction, choice and bias, Journal of Risk Uncertain, volume 41: 167-193.
Beasley, S., M., Clune, R., Hermanson, D., R., 2005, Enterprise risk management; An ampirical analysis of factors associated with the extent of implemention, Journal of Accounting and Public Policy, volume 24; 521-531.
Beullens, K., Van den Bulck, 2008, News, music, videos and action movie exposure and adolescents’intentions to take risks in traffic, Accident Analysis and Prevention, volume 40: 349-356. Blok, M., van Gelderen, M., 2004, Succes- en risicofactoren in de opstartfase van een onderneming, Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, volume 4: 185-194.
Blumberg, B., Cooper, D.R., Schindler, P.S., 2008. Business research methods. Mc Graw-Hill
Higher Education. London.
Carcello, J.V., and T.L. Neal. 2000. Audit committee characteristics and auditor reporting. The Accounting Review 75(4):453-467.
Claes, P.F., 2004, Risicomanagement, Wolters-Noordhoff BV, Groningen.
COSO, 2004, Internal Control – Integrated Framework. Report of the Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway Commission.
Doerga, I., Weisz, S., 2010, De internal auditor als spin in het governance, risicomanagement en compliance- web, NIVRA.
Drew, S.A., Kelly, C.P., Kendrick, T., 2006, CLASS: Five elements of corporate governance to manage strategic risk, Business Horizons, vol.49, pp. 127-138.
Droogsma, J., 2009, Risicomanagement- systemen in de praktijk. Kwaliteitsbepalende factoren, stand van zaken en ontwikkelpunten, Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, vol. 83, afl. 7-8, pag. 262-273.
Emanuels, J., 2005, Interne beheersing: In control of in de krant.
Emanuels, J., Munnik, W., 2005, Enterprise risk management als risicobeheersingsysteem, Management Control & Accounting, Jaargang 9, No. 6, pag. 100 – 102.
Emanuels, J., en de Munnik, W., Enterprise Risk Management, 2006, een risicobeheersingssysteem voor organisaties, Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, pp. 294-299.
Ernst & Young , 2009, Opportunies in adversity, Responding to the crisis.
Fisher, H., Coughlin, L., Wingard, E., Hollihan, K., 2005, How Women Are Transforming the Practice of Leadership, Enlightened Power; San Francisco, CA: Jossey Bass.
Francoeur, C., Labelle, R., Sinclair-Desgagne, B., 2008, Gender diversity in corporate governance and top management, Journal of business ethics, vol. 81, pages 83-95.
Healy, P.M. en Palepu, K.G., 2003, The Fall of Enron, Journal of Economics Perspectives, Volume 17, Number 2.
Hofstede, G., 1980, Culture’s consequences: International differences in work-related values. Newbury Park, CA: Sage.
Kahneman, D., Slovic, P., Tversky, A., 1982, Judgment under uncertainty: Heuristics and biases, Cambridge University Press, Cambridge.
management. Journal of Accounting and Economics 33:375 – 400.
Koning de, F., 2008, Visies op interne beheersing, Bestuurlijke informatieverzorging, 82e jaargang.
Lin, Y.C., Raghubir, P., 2005, Gender Differences in Unrealistic Optimism About Marriage and Divorce: Are Men More Optimistic and Women More Realistic?, Personality and Social Psychology Bulletin, vol. 31, pages 198 – 207.
Lundborg, P., Andersson, H., 2008, Gender, risk perceptions, and smoking behavior, Journal of Health Economics, volume 27: 1299-1311.
Masterclass ‘mannelijke en vrouwelijke waarden in teams, leiderschap en organisaties’, 2010, Coachingnet.
Maxfield, S., Shapiro, M., Gupta, V., Hass, S., 2010, Gender and risk: women, risk taking and risk aversion, Gender in Management: An International Journal, volume 25, no 7, 586-604.
Menon, K., and J. Williams. 1994. The use of audit committees for monitoring. Journal of Accounting and Public Policy 13:121-139.
Neelakantan, U., 2010, Estimation and impact of gender differences in risk tolerance, Economic Inquiry, Volume 48: no 1, 228-233.
Nielsen, S., Huse, M., 2010, The Contribution of Women on Boards of Directors; Going beyond the Surface, Corporate Governance: An international Review, volume 18 (2); 136-146.
NIVRA-werkgroep, 2009, Risicomanagement: een hype? Wat betekent het voor bestuurders en commissarissen? Koninklijke NIVRA, Amsterdam.
Renn, O., 1998, The role of risk perception for risk management, Reliability Engineering and System Safety, 59 pp. 49-62.
Rhodes, N., Pivik, K., 2011, Age and gender differences in risky driving: The roles of positive affect and risk perception, Accident Analysis and Prevention, 43: 923-931.
Romney, M.B., Steinbart, P.J., 2009, Accounting Information System, Pearson education, Prentice Hall, New Jersey.
Roszkowski, J., M., Davey, D., 2010, Risk perception and risk tolerance changes attributable to the 2008 economic crisis; a subtle but critical difference, Journal of Financial Service Professional: 42-53.
Ryan, Michelle K. and S. Alexander Haslam, 2005, “The Glass Cliff: Evidence that Women are Over-Represented in Precarious Leadership Positions.” British Journal of Management 16(2): 81–90.
Sapienza, Paola, Luigi Zingales, and Dario Maestripieri, 2009, “Gender Differences in Financial Risk Aversion and Career Choices are Affected by Testosterone.” Proceedings of the National Academy of Sciences 106(36): 15268–73.
Schaffnit- Chatterjee, C., 2010, Toward gender balanced leadership, Deutsche Bank Research.
Schnezler, E., ‘t Hart, R., 2006, Worstelen met risicomanagement: Is de controller wel een goede risicomanager, Controllersmagazine, Nummer 7: 12-13.
Smeulders, F., Hillenga, J., Krishan. S., 2009, Kredietcrisis en de interne beheersing bij verzekeraars, Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, volume 6.
Swaab, D., 2010, Wij zijn ons brein, uitgeverij contact, Amsterdam.
Vaassen, E.H.J., 2004, Enterprise Risk Management: een overzicht, Accounting, No. 5, volume 108: 2-7.
Websites:
www.accountancynieuws.nl www.controllersmagazine.nl www.goedbestuur.nl
Bijlage 1: Handleiding bij ongestructureerd diepte-interview
Datum:
Locatie:
Functie:
Geslacht:
Introductie (5 min)
- Masterthesis Accountancy Rijksuniversiteit Groningen
- Doel interview en anonimiteit
Doel onderzoek
“Inzicht verschaffen of mannen en vrouwen verschillende invloed hebben bij het uitvoeren
van risicoanalyses”
Algemene vragen (15 min)
1. In welke (onderstaande) eigenschappen herkent u zich?
2. Hoe scoort (1 tot 5) u op bepaalde eigenschappen gedurende het uitvoeren van een
risicoanalyse?
* Samenwerking (of meer individualistisch)
* Risico-avers
* Focus op lange termijn (of korte termijn)
* Machogedrag
3. Kunt u een voorbeeld geven waaruit blijkt in welke mate u samenwerken belangrijk
vindt?
4. Waaruit blijkt dat u meer of minder risico-averse houding heeft?
5. Legt u meer de nadruk op lange of korte termijn bij het uitoefenen van uw taak?
6. Bent u door uw collega’s wel eens op andere gedachten gebracht en zo ja, heeft dit uw
beslissing beïnvloedt? Hoe bent u hiermee omgegaan?
Eigenschap inventariseren (15 min)
7. Kunt u een voorbeeld geven waaruit blijkt in welke mate u samenwerken belangrijk
vindt bij het inventariseren van risico’s?
8. U staat voor de beslissing om een nieuw grootschalig project te starten in land X. Met
het project kunnen grote winsten behaald worden. Aan deze winsten zijn behoorlijke
bonussen verbonden.
Daarbij zijn geruchten dat het land waar het project plaatsvindt, in onstabiele toestand
kan terechtkomen. Hoe zou u de risico’s inventariseren?
9. Legt u de nadruk op lange of korte termijn risico’s bij het inventariseren? Zou u dit
hieronder kunnen aangeven en daarbij een voorbeeld geven waaruit dit blijkt? Worden
de geïnventariseerde risico’s periodiek geactualiseerd?
0 0-1 jaar
0 1-3 jaar
0 3-5 jaar
10.Uw collega heeft andere en meer risico’s in kaart gebracht dan de risico’s die u
geïnventariseerd had. Hij of zij is niet met u eens. Hoe zou u hiermee omgaan?
Eigenschappen impact en waarschijnlijkheid (15 min)
11.Kunt u een voorbeeld geven waaruit blijkt in welke mate u samenwerken belangrijk
vindt bij het vaststellen van de impact en waarschijnlijkheid van de geïnventariseerde
risico’s?
12.Hoe zou u de impact en waarschijnlijkheid van de risico’s schatten bij het zonet
genoemde voorbeeld hierboven? Zou u meer een risiconemende of vermijdende
houding aannemen?
13.Kunt u een voorbeeld geven waaruit blijkt dat u bij het vaststellen van de impact en
waarschijnlijkheid van optreden van risico’s, de nadruk op lange of korte termijn legt?
14.Uw collega denkt totaal anders dan de schattingen die u heeft gedaan bij de vaststelling
van de impact en waarschijnlijkheid van optreden van risico’s. Hij of zij vindt dat u
overdreven optimistisch bent. Zou u aan de standpunten vasthouden? Hoe zou u daarop
reageren?
Afsluiting interview (5 min)
•
Mogelijkheid tot aanvullende opmerkingen
Hartelijk dank voor uw tijd en medewerking!
Salim Akbulut
Bijlage 2: Relatie interviewvraag met conceptueel onderzoeksmodel
Interviewvragen Relatie met conceptueel onderzoekmodel
In welke (onderstaande) eigenschappen
herkent u zich?
Algemene vraag
Hoe scoort (1 tot 5 waarbij 1 als een lage
score en 5 als een hoge score wordt
gekenmerkt) u op bepaalde eigenschappen
gedurende het uitvoeren van een
risicoanalyse?
Inzicht krijgen in de eigenschappen van
vrouwen en mannen het uitvoeren van
risicoanalyses.
Kunt u een voorbeeld geven waaruit blijkt in
welke mate u samenwerken belangrijk vindt?
Inzicht krijgen in de eigenschap
samenwerken van mannen en vrouwen. De
verwachting is dat vrouwen meer de nadruk
op samenwerking leggen.
Waaruit blijkt dat u meer of minder
risico-averse houding heeft?
Inzicht krijgen in de eigenschap risico-avers.
De verwachting is dat vrouwen meer
risico-avers zijn dan mannen.
Legt u meer de nadruk op lange of korte
termijn bij het uitoefenen van uw taak?
Inzicht krijgen in de eigenschap lange of
korte termijn denken. De verwachting is dat
vrouwen meer de nadruk leggen op lange
termijn denken.
Bent u door uw collega’s wel eens op andere
gedachten gebracht en zo ja, heeft dit uw
beslissing beïnvloedt? Hoe bent u hiermee
omgegaan?
Inzicht krijgen in de eigenschap
machogedrag. De verwachting is dat mannen
meer machogedrag tonen dan vrouwen.
Kunt u een voorbeeld geven waaruit blijkt in
welke mate u samenwerken belangrijk vindt
bij het inventariseren van risico’s?
Inzicht krijgen in de eigenschap
inventariseren van risico’s en de relatie met
de eigenschap samenwerken. De verwachting
is dat vrouwen meer de nadruk leggen op
samenwerken dan mannen bij het
inventariseren van risico’s.
U staat voor de beslissing om een nieuw
grootschalig project te starten in land X. Met
het project kunnen grote winsten behaald
worden. Aan deze winsten zijn behoorlijke
bonussen verbonden.
Daarbij zijn geruchten dat het land waar het
project plaatsvindt, in onstabiele toestand kan
terechtkomen. Hoe zou u de risico’s
inventariseren?
Inzicht krijgen in de eigenschap
inventariseren en de relatie met eigenschap
risico-avers/machogedrag. De verwachting is
dat vrouwen meer een risico-averse houding
aannemen bij het inventariseren van risico’s.
Legt u de nadruk op lange of korte termijn
risico’s bij het inventariseren? Zou u dit
hieronder kunnen aangeven en daarbij een
voorbeeld geven waaruit dit blijkt? Worden
de geïnventariseerde risico’s periodiek
geactualiseerd?
0 0-1 jaar
0 1-3 jaar
0 3-5 jaar
Inzicht krijgen in de eigenschap
inventariseren en de relatie met de eigenschap
lange of korte termijn denken. De
verwachting is dat vrouwen meer de nadruk
leggen op lange termijn denken.
Uw collega heeft andere en meer risico’s in
kaart gebracht dan de risico’s die u
geïnventariseerd had. Hij of zij is niet met u
eens. Hoe zou u hiermee omgaan?
Inzicht krijgen in de eigenschap
inventariseren en de relatie met de eigenschap
machogedrag. De verwachting is dat vrouwen
minder machogedrag tonen dan mannen.
Kunt u een voorbeeld geven waaruit blijkt in
welke mate u samenwerken belangrijk vindt
bij het vaststellen van de impact en
waarschijnlijkheid van de geïnventariseerde
risico’s?
Inzicht krijgen in de eigenschap
waarschijnlijkheid en impact en de relatie met
eigenschap samenwerken. De verwachting is
dat vrouwen meer de nadruk leggen op
samenwerken dan mannen bij het vaststellen
van de impact en waarschijnlijkheid van
risico’s.
Hoe zou u de impact en waarschijnlijkheid
van de risico’s schatten bij het zonet
genoemde voorbeeld hierboven? Zou u meer
een risiconemende of vermijdende houding
aannemen?
Inzicht krijgen in de eigenschap
waarschijnlijkheid en impact en de relatie met
eigenschap risico-avers. De verwachting is
dat vrouwen meer risico-averse houding
aannemen dan mannen.
Kunt u een voorbeeld geven waaruit blijkt dat
u bij het vaststellen van de impact en
waarschijnlijkheid van optreden van risico’s,
de nadruk op lange of korte termijn legt?
Inzicht krijgen in de eigenschap
waarschijnlijkheid en impact en de relatie met
de eigenschap lange of korte termijn. De
verwachting is dat vrouwen meer de nadruk
leggen op lange termijn dan mannen.
Uw collega denkt totaal anders dan de
schattingen die u heeft gedaan bij de
vaststelling van de impact en
waarschijnlijkheid van optreden van risico’s.
Hij of zij vindt dat u overdreven optimistisch
bent. Zou u aan de standpunten vasthouden?
Hoe zou u daarop reageren?
Inzicht krijgen in de eigenschap
waarschijnlijkheid en impact en de relatie met
de eigenschap machogedrag. De verwachting
is dat vrouwen minder machogedrag tonen
dan mannen.
Bijlage 3: Interviewverslagen
In dit onderzoek is bij verschillende organisaties een interview gehouden met zowel mannelijke als vrouwelijke managementleden. De functies die deze managementleden uitoefenen varieert. Er zijn interviews gehouden met controllers, algemeen directeur, financieel manager, medewerker
bedrijfsbureau en control en manager bestuurlijke zaken en controlling. Deze functionarissen houden zich allen bezig met het in kaart brengen van risico’s en het vaststellen van de impact en