Dit onderzoek heeft aangetoond dat er aanwijzingen van de legitimatie theorie te ontdekken zijn, maar doorslaggevend bewijs om deze theorie te accepteren of te verwerpen heeft het onderzoek niet geleverd. Om de legitimatie theorie te onderkennen in China kan voor een vervolgonderzoek in de onderzoekspopulatie andere branches dan de petroleumbranche meegenomen kunnen worden om zodoende de onderzoekspopulatie uit te breiden. Dit kunnen ook branches zijn waarin de CO2 uitstoot relatief laag is, waardoor een vergelijking mogelijk is tussen branches met een hoge uitstoot versus branches met een lage uitstoot. Omdat de publicatie van duurzaamheidsverslagen in China een erg jonge geschiedenis kent, is het aantal gepubliceerde duurzaamheidsverslagen gering. Een longitudinaal onderzoek van een langer tijdsbestek zou van toegevoegde waarde kunnen zijn bij het wel of niet onderkennen van deze theorie. Daarnaast zou de institutionele theorie in een vervolgonderzoek alsnog getest kunnen worden indien in de toekomst private ondernemingen in China ook beginnen met het
publiceren van duurzaamheidsverslagen. Om de subjectiviteit te elimineren en zodoende een vervolgonderzoek meer kracht bij te zetten kan de onderzoeksmethode waarbij het aantal positieve en niet positieve zinnen in kaart is gebracht worden herhaald. Tot slot kan worden bediscussieerd of het onderzoeken van de legitimatie theorie tot de gewenste inzichten leidt. Als je de kenmerken van de legitimatie theorie zoals deze tot uiting komen in een
duurzaamheidsverslag naast elkaar legt (overwegend positieve bewoordingen, aandacht van negatieve actualiteiten verschuiven naar positieve, veel toekomstproza en daarmee moeilijk te verifiëren informatie) kan men stellen dat er in zekere zin sprake is van window dressing. Het oppoetsen van het voorkomen ofwel de verpakking kan ingebakken zitten in de cultuur. Wat kan betekenen dat bij toekomstige onderzoeken als deze, het goed mogelijk is dat dezelfde resultaten worden gegenereerd. Hiermee doelend op het feit dat een toelichtingstoename na een legitimatiedrang opwekkende gebeurtenis niet of nauwelijks waarneembaar is, maar dat de verhouding positieve zinnen wel vele malen hoger blijkt te zijn dan niet positieve zinnen. Of dit het geval blijkt te zijn zal nader onderzoek onder meer bedrijven in China uit moeten wijzen.
33
Aangehaalde literatuur
Bebbington, K.J., Larrinaga-Gonzales, C. and Moneva, J. (2008).Corporate social reporting and reputation risk management”. Accounting, Auditing &Accountability Journal 21: 337-62. Campbell, J. (2007). Why would corporations behave in socially responsible ways? An institutional theory of corporate social responsibility. Academy of Management Review 32: 946-967.
Deegan, C. (2002). The legitimising effect of social and environmental disclosures – a theoretical foundation. Accounting, Auditing & Accountability Journal 15: 282-311. Deegan, C., Gordon B. (1996). A study of the Environmental Disclosure Practices of Australian Corporations. Accounting and Business Research 26: 187-199.
Deegan, C., Rankin, M., Tobin, J. (2002). An examination of the corporate social and
environmental disclosures of BHP from 1983-1997; A test of legitimacy theory. Accounting, Auditing & Accountability Journal 15: 312-343.
DiMaggio, P., Powell, W. (1983). The iron cage revisited: Institutional isomorphism and collective rationality in organizational fields. American Sociological Review 48: 147-160. Doupnik, T., Perera, H. (2012). International Accounting, 3e ed. New York, McGrawHill p. 38.
Fiedler, T. Deegan, C. (2007). Motivations for environmental collaboration within the building and construction industry. Managerial auditing journal 22 : 410-441
Field, A. (2005). Discovering Statistics Using SPSS. 2e ed. London, Thousand Oaks, New Dehli, Sage Publications p. 521-542.
Gallego-Alvarez, I., Rodriguez-Dominguez L., Garcia-Sanchez, I. (2011).Study of some explanatory factors in the opportunities arising from climate change. Journal of Cleaner Production 19: 912-926.
Gray, R. (1995). Corporate social and environmental reporting; A review of the literature and a longitudinal study of UK disclosure. Accounting, Auditing & Accountability Journal 8: 47-77.
Gray, R., Kouhy, R., Lavers, S. (1995). Methodological themes; Constructing a research database of social and environmental reporting by UK companies. Accounting, Auditing & Accountability Journal 8: 78-101.
Gray, R., Owen, D., Maunders, K. (1988). Corporate Social Reporting: Emerging Trends in Accountability and the Social Contract. Accounting, Auditing & Accountability Journal 1: 6-20.
Gray, S., Chow, L, Chau, G. (1995). Accounting Reforms in China: Cultural Constraints on Implementation and Development. Accounting and business research26: 29-49
34 Gray, S. (1988). Towards a Theory of Cultural Influence on the Development of Accounting Systems Internationally. Abacus p. 1-15.
Guthrie, J., Parker, L. (1989). Corporate Social Reporting: A Rebuttal of Legitimacy Theory. Accounting and Business Research 19: 343-352.
Keller, G. (2009). Managerial Statistics. 9e ed. China, South-Western Cengage Learning Appendix B, B-9.
Lewis, J. (2010) The evolving role of carbon finance in promoting renewable energy development in China. Energy Policy 38: 2975-2886
Limperg, T. (1932) De functie van de accountant en de leer van het gewekte vertrouwen. Maandblad voor accountancy en bedrijfshoudkunde9: 17-20
Lin, Li. (2010) Corporate Social Responsibility in China: Window Dressing or Structural Change? Berkeley Journal of International Law 28: 64-100
Peiyuan, Xubiao, Ningdi, (2007)Study of sustainability reporting in China; A journey to discover values. Tsinghua University China.
Peng, S., Tondkar, R., Van der Laan-Smith, J., Harless, D. (2008).Does Convergence of Accounting Standards Lead to the Convergence of Accounting Practices? A Study from China. The International Journal of Accounting 43: 448-468
Qishe, Y., Chang-Bo, Z., Peng., Rui-qin Z., (2009). The promotion of clean development mechanism to cement industry capturing waste heat for power generation in China. Mitigation and Adaption Strategies for Global Change (2009) 14:793–804.
Roberts, R.W. (1992). Determinants of corporate social responsibility disclosure: An application of stakeholders theory. Accounting Organization and Society 17: 595-612 See, G. (2009). Harmonious Society and Chinese CSR: Is there really a link? Journal of Business Ethics 89: 1-22.
Sijtsma, F., Broekhoef, M. (2002). Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen: wat is dat? Spil
Sijtsma, F., Broekhoef, M. (2002). Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen: hoe meet men dat? Spil
Sijtsma, F., Broekhoef, M., Nijboer, M. (2002). Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen: de kern van de zaak is de sector? Spil
Tilt, C. (1994). The Influence of External Pressure Groups on Corporate Social Disclosure Some Empirical Evidence. Accounting, Auditing & Accountability Journal 7: 47-72.
Unerman, J. (1999). Methodological issues; Reflections on quantification in corporate social reporting content analysis. Accounting, Auditing & Accountability 13: 667-680.
35 Waard de, D. (2011). Als de vos de passie preekt: De rol van de accountant bij
duurzaamheidsverslaggeving. Groningen.
Weijun, G., Nan, Z., Haifeng, Li., Kammens, M. (2007).Possibility and potential of clean development mechanisms in China. Environmental Research Letters 2: 8
Websites; http://www.csr-asia.com/weekly_detail.php?id=12611 http://www.globalreporting.org http://www.duurzaamnieuws.nl/bericht.rxml?id=18765 http://duurzaambouwen.senternovem.nl/begrippen http://www.volkskrant.nl/vk/nl/2816/Klimaatverandering/article/detail/3074700/2011/12/13/C anada-stapt-uit-Kyoto-verdrag-feitelijk-mislukt.dhtml http://www.digischool.nl/bi/pbb/search.php http://duurzaambouwen.senternovem.nl/begrippen http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/klimaatverandering/vraag-en-antwoord/wat-is-het-kyoto-protocol.html http://unfccc.int/kyoto_protocol/items/2830.php http://china.blog.nl/natuur-klimaat/2010/03/09/alsnog-chinese-instemming-met-klimaatakkoord http://nos.nl/video/99860-china-speelt-grote-rol-op-klimaattop-kopenhagen.html http://vorige.nrc.nl/buitenland/article2434159.ece/Irritaties_VS_en_China_op_klimaattop http://nl.wikipedia.org/wiki/Blow-out http://nl.wikipedia.org/wiki/Olieramp_in_de_Golf_van_Mexico_2010 http://nos.nl/artikel/327345-abp-walmart-en-petrochina-op-zwarte-lijst.html http://en.wikipedia.org/wiki/West%E2%80%93East_Gas_Pipeline http://en.wikipedia.org/wiki/PetroChina
36
2005:
Een explosie vond plaats in de Dianiline chemicalien plantage. Veel olie lekte weg in de Songhua rivier. Bij de explosie vielen 6 doden, 60 gewonden en een massa evacuatie vond plaats.
2006:
1. Gas pijplijn explosie in Sichuan in januari 2006. Hierbij vielen 9 doden en 40 zwaargewonden. 2. Gaslek in Chongqing in maart 2006. Drie pogingen tot het dichten van het lek waren nodig. 15.000 mensen werden geevacueerd.
2009:
Een pijplijn barste met als gevolg een diesel olie spill van 150 m3 in de Chishui Rivier in de Shaanxi provincie.
2010:
Twee pijplijnen explodeerden in een olie opslagplaats vlak bij Dalian's Xingang Haven in de Liaoning provincie. 1500 ton ruwe olie vloeide in de zee, en bedekte zo ongeveer 180 km2.
2006:
Gas lekkage tijdens boren in Quingxi. 12.380 mensen waren gevacueerd als gevolg van de lekkage.
2007:
De Chinese milieu 'watchdog' gaf een waarschuwing af voor een van de olievelden wegens chronische rivier vervuiling.
2008:
Guandong Provinciale Milieu Bureau gaf een 'red sign warning' af aan Sinopec Guangzhou wegens excessieve uitstoot van gevaarlijke stoffen en/of het veroorzaken van vervuilingsrampen.
2010:
Juli 2010 vond een explosie plaats in een verlaten chemicalien bedrijf in de Qixia District van Nanjing in China. Hierbij stierven 12 mensen, en raakten ongeveer 15 mensen zwaar gevond.