5 Resultaten van het onderzoek
6.2 Aanbevelingen
Het onderzoek heeft getoond dat in het plangebied Ommeren-De Kroonheuvel een behoudens-waardige vindplaats ligt. Deze wordt vooral bedreigd door de aanleg van bouwputten, waaron-der een diepe bouwput in het centrum van deelgebied 1, door de aanleg van riolering en door de aanleg van kabels en leidingen. Aanbevolen wordt om, zoals aangeduid in figuur 13, het 6200 m² grote centrale deel van deelgebied 1 vlakdekkend op te graven. Dit gedeelte van de vindplaats zal gedurende de ontwikkeling van het terrein nagenoeg geheel verstoord worden. Voor de 1930 m² grote zuid- en oostrand van deelgebied 1 wordt behoud in situ aanbevolen. Op deze plaats zijn tuinen gepland. De noordrand van deelgebied 1 (562 m² groot) kan worden vrijgegeven. Hier liggen reeds diepe bermsloten langs de Dr. Guepinlaan. Voor de westzijde van deelgebied 1 (828 m²) en voor deelgebied 2 (2000 m²) wordt een archeologische begeleiding aanbevolen. De mate van verstoring in de eerstgenoemde advieszone is onbekend. In deelgebied 2 is waarschijn-lijk sprake van een zeer grote mate van verstoring.
Voorafgaand aan zowel de opgraving als de archeologische begeleiding dient de verstoorder een Programma van Eisen te laten opstellen door een senior archeoloog. Met betrekking tot de bevin-dingen van onderhavig onderzoek en de aanbevelingen op basis hiervan dient contact opgenomen met de gemeente Buren.
Literatuur
Berendsen, H.J.A. & E. Stouthamer, 2001. Paleogeographic development of the Rhine-Meuse delta, The Netherlands. Koninklijke Van Gorcum, Assen.
Berendsen, H.J.A. e.a., 2001. Zand in banen: zanddiepte-kaarten van het Gelderse rivierengebied, met inbegrip van de uiterwaarden. Provincie Gelderland, Arnhem.
Bartels, M., 2006. De Deventer wal tegen de Vikingen: archeologisch en historisch onderzoek naar
de vroegmiddeleeuwse wal en stadsmuren (850-1900) en een vergelijking mat andere vroeg-middeleeuwse omwalde nederzettingen. Rapportages Archeologie Deventer 18. Deventer.
Busscher, F.S. & H.J.T. Weerts, 2003. Beschrijving lithostratigrafische eenheid: Formatie van Kref-tenheye. Nederlands Instituut voor Toegepaste Geowetenschappen TNO, Utrecht.
Es, W.A. van & W.J.H. Verwers (red.), 1980. Excavations at Dorestad, 1: the Harbour: Hoogstraat
1. Nederlandse Oudheden 9. Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek, Amersfoort.
Flokstra, L.M., 2008. Plangebied De Roskam te Ommeren, gemeente Buren: archeologisch
voor-onderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek. RAAP-notitie 2850. Raap Archeolo-gisch Adviesbureau, Weesp.
Gouw, M., 2007. Alluvial architecture of the Holocene Rhine-meuse delta (The Netherlands) and the
Lower Mississippi Valley (U.S.A.) Nederlandse Geografische Studies 364. Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap, Utrecht.
Kooistra, L.I., 2006. De zin van het archeologisch waarderen in het voortraject. Archeobrief 10,
16-19.
Mittendorff, E. & B. Vermeulen, 2004. Ambachtslieden, arme vrouwen en arbeiders. Archeologisch
onderzoek naar de vroegmiddeleeuwse ambachtswijk en latere periodes aan de Bruynssteeg 6-10 te Deventer. Rapportages Archeologie Deventer 14. Deventer.
Sanke, M., 2002. Die mittelalterliche Keramikproduktion in Brühl-Pingsdorf. Rheinische Ausgrabun-gen 50. Phillip von Zabern, Mainz.
Scholte Lubberink, H.B.G., 2003. Geomorfologische kaart met archeologische verwachtings-waarde: provincie Gelderland. RAAP Archeologisch Adviesbureau B.V./Provincie Gelderland,
Amsterdam.
Stuart, P., 1963. Gewoon aardewerk uit de Romeinse en de bijbehorende grafvelden te Nijmegen. Beschrijving van de verzamelingen in het Rijksmuseum G.M. Kam te Nijmegen 6. Nijmegen. Verhelst, E.M.P., 2008. Programma van Eisen Inventariserend veldonderzoek (proefsleuven)
plan-gebied Ommeren - De Kroonheuvel, gemeente Buren, d.d. 11.09.2008. RAAP-PvE 567. Raap Archeologisch Adviesbureau, Weesp.
Verhoeven, A.A.A., 1998. Middeleeuws gebruiksaardewerk in Nederland (8ste-13de eeuw). Amsterdam Archaeological Studies 3. Amsterdam University Press, Amsterdam.
Willemse, N. W., 2008. Geologie en bodem. In: E.M.P. Verhelst, Plangebied Rhenoy-Wethouder
van Gamerenstraat, gemeente Geldermalsen: archeologisch vooronderzoek: een inventarise-rend veldonderzoek (proefsleuven). RAAP-rapport 1699. Raap Archeologisch Adviesbureau, Weesp, 17-22.
Gebruikte afkortingen
AMK Archeologische Monumenten Kaart
ARCHIS ARCHeologisch Informatie Systeem
KNA Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie
-Mv beneden maaiveld
NAP Normaal Amsterdams Peil
RACM Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten
ROB Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek
Verklarende woordenlijst
afzetting Neerslag of bezinking van materiaal.
cultuurlaag Een pakket met afvalresten dat is ontstaan door (meestal) langdurige bewoning van een bepaalde locatie.
fi bula Kledingspeld.
Holoceen Jongste geologische tijdvak (vanaf de laatste ijstijd: ca. 8.800 jaar voor Chr. tot heden).
In situ Achtergebleven op exact de plaats waar de laatste gebruiker het heeft gedeponeerd, weggegooid of verloren. Behoud in situ: het behouden van archeologische waarden in de bodem.
Karolingische tijd Periode binnen de Vroege Middeleeuwen, 725-900 na Chr. (VMEC).
macroresten Groot stuk (met blote oog goed herkenbaar) plantaardig of dierlijk materiaal (stukken riet, wortels, zaden, insectenschilden, etc.).
oeverwal Langgerekte rug langs een rivier of kreek, ontstaan doordat bij het buiten de oevers treden van de stroom het grovere materiaal het eerst bezinkt.
Ottoonse tijd Periode binnen de Vroege Middeleeuwen, 900-1050 na Chr. (VMED).
restgeul Een door afsnijding verlaten en daardoor inactief deel van een rivier of geul, dat geen rol meer speelt bij de afvoer van rivierwater.
sedimentatie Het afzetten van materiaal.
stratigrafi e Opeenvolging van lagen.
vlak Niveau waarop archeologisch relevante grondsporen zich aftekenen.
Overzicht van figuren, tabellen en bijlagen
Figuur 1. De ligging van het plangebied; inzet: ligging in Nederland (ster).
Figuur 2. Proefsleuvenkaart met boorpunten uit het vooronderzoek.
Figuur 3. Overzicht WP 3 naar het zuiden. Aan de rechterbovenzijde is een gedeelte van WP 2 zichtbaar.
Figuur 4. Geologische kaart van het gebied rond de vindplaats, met aanduiding van relevante archeologische informatie
Figuur 5. Lithogenetisch profi el door de restgeul in WP 3. Zie kaartbijlage 1 voor de locatie van het profi el.
Figuur 6. Bodemopbouw ter plaatse van WP 2. A recente ophoging S1; B recente bouwvoor, gereduceerd S2; C onderzijde recente bouwvoor, niet gereduceerd S2; D natuurlijke oeverafzetting S3/S4; E middeleeuwse kuil S2018
Figuur 7. Paalkuil S1005 in WP 1.
Figuur 8. Paalkuil met kern S2026 in WP 2, uit de Ottoonse tijd of Volle Middeleeuwen.
Figuur 9. Middeleeuwse kuil S2016 in WP 2.
Figuur 10. Kuilen uit de Volle Middeleeuwen op vlak 3 in WP 3.
Figuur 11. Selectie van het aardewerk: linksboven: V29 fragment vaneen ringvormig weefge-wicht uit de laat-Merovingische of Karolingische tijd; midden: V5 rand van een Wölb-wandtopf uit de laat-Merovingische of Karolingische tijd; rechtsboven: V107 rand met tuit van een Pingsdorfamfoor uit ca. 1120-1180; linksonder: V127 wandscherven van een Walberbergamfoor uit de Karolingische tijd; rechtsonder V119 wandscherven en een bandoor van een reliëfbandamfoor, laat-Karolingische tijd.
Figuur 12. Kruisvormige schijffi bula uit de Vroege Middeleeuwen.
Figuur 13. Selectieadvies voor verschillende delen van de vindplaats, geprojecteerd op het ontwikkelingsplan.
Tabel 1. Archeologische tijdschaal.
Tabel 2. Aantal sporen per categorie.
Tabel 3. Overzicht van de vondsten. Aantal en gewicht per categorie.
Tabel 4. Overzicht van het aardewerken vaatwerk. Aantal en gewicht per categorie. De vormen Dorestad W II en W III verwijzen naar Van Es & Verwers (1980). De vormen Stuart 149 en 210 verwijzen naar Stuart (1963).
Tabel 5. Overzicht van de overige keramiek. Aantal en gewicht per categorie.
Tabel 6. Overzicht van de natuursteenvondsten. Aantal en gewicht per categorie.
Tabel 7. Overzicht van het dierlijk bot. Aantal per grootteklasse.
Tabel 8. Overzicht van het dierlijk bot. Aantal en gewicht per diersoort.
Tabel 9. Vondstverspreiding. Aantal vondsten per werkputdeel.
Tabel 10. Scoretabel waardestelling van de vindplaats.