• No results found

A RECHTSBESCHERMING STUDENTEN

In document Katalysator voor verandering (pagina 150-154)

bezwaren, beroepen en klachten

A RECHTSBESCHERMING STUDENTEN

Studenten en studiekiezers kunnen te maken krijgen met beslissingen van de Universiteit Utrecht waar zij het niet mee eens zijn. In de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek (WHW) is geregeld dat zij hiertegen beroep, bezwaar of een klacht kunnen indienen.

De Universiteit Utrecht heeft hiervoor een digi-taal ‘loket studentenbezwaren’ ingericht op de website. Beroepen, bezwaren en klachten kunnen hier worden ingediend en komen automatisch op de juiste plek terecht.

Het proces rond beroepen en bezwaren is onderge-bracht bij Juridische Zaken. Twee juristen zorgen voor een zorgvuldige behandeling en fungeren als ambtelijk secretaris voor het College van Beroep voor de Examens en de Geschillenadviescom-missie Studentenbezwaren.

Beroepen, bezwaren en klachten kunnen aanlei-ding zijn om verbeteringen door te voeren in de organisatie.

College van Beroep voor de Examens

Iedere universiteit heeft een College van Beroep voor de Examens (CBE). Studenten kunnen bij het CBE (administratief) beroep instellen tegen beslis-singen die staan vermeld in art. 7.61 van de WHW.

Hieronder vallen onder meer alle beslissingen van examinatoren en examencommissies, maar ook de toelating tot een masteropleiding.

De WHW verplicht betrokkenen om te onderzoeken of een minnelijke schikking mogelijk is. Het CBE stuurt hiertoe de ontvangen beroepen door naar de examencommissie van de betrokken opleiding.

Als een schikking niet mogelijk blijkt, oordeelt het CBE over het beroep, nadat de betrokkenen zijn uitgenodigd voor een hoorzitting. Bij een beroep tegen een beoordeling mag het CBE niet het cijfer zelf toetsen, omdat het oordelen over ‘kennen en kunnen’ is voorbehouden aan de examinator. Wel toetst het CBE of het cijfer op een juiste manier tot stand is gekomen.

Het CBE bestaat uit 20 leden en plaatsvervangers.

De algemeen voorzitter van het CBE is extern en lid van de rechterlijke macht. Verder is er nog een externe voorzitter en twee interne voorzitters van departement Rechtsgeleerdheid. De overige

leden van het CBE zijn docenten van de Universi-teit Utrecht, afkomstig van alle faculUniversi-teiten en een viertal studenten.

In 2019 zijn 154 beroepzaken afgehandeld. In een groot deel van de zaken is na doorverwijzing naar de betreffende examencommissie alsnog een schikking bereikt. In andere zaken heeft het CBE inhoudelijk geoordeeld.

Na een lichte toename in 2018 is in 2019 het aantal beroepen weer licht afgenomen. De verdeling van de categorieën en de uitkomsten zijn vergelijkbaar met die van vorig jaar. Evenals voorgaande jaren is ‘beoordeling’ de meest voorkomende beroeps-grond. In het merendeel van deze zaken is een schikking overeengekomen en het beroep inge-trokken. Dat kan betekenen dat het cijfer is aange-past, de student zich na uitleg heeft neergelegd bij de beoordeling, of een andere afspraak is gemaakt zoals het beoordeelde werk mogen aanpassen.

De tweede grote groep houdt verband met toela-ting tot een masteropleiding.

Bindend studieadvies is een derde belangrijke reden om beroep in te stellen. In deze zaken spelen persoonlijke omstandigheden vaak een rol.

Uitkomst CBE

Studentenbezwaren

Tegen alle besluiten waartegen geen admini-stra tief beroep kan worden ingesteld, staat de bezwaarschriftenprocedure open. Het betreft hier in de praktijk voornamelijk besluiten over in- en uitschrijving, betaling van collegegeld en toela-ting tot de bacheloropleidingen, m.n. de fixusop-leidingen. De grootste categorie betreft afwijzende beslissingen in verband met de matchingspro-cedure/aanmelddeadlines voor aankomende studenten. Deze worden apart besproken.

Het College van Bestuur beslist naar aanleiding van het bezwaarschrift of het primaire besluit in stand kan blijven. Als het bezwaar gegrond wordt verklaard, wordt het bestreden besluit herroepen en wordt er een nieuw besluit genomen.

Voorafgaand wordt onderzocht of een schikking mogelijk is. Is dat niet het geval, dan wordt aan de Geschillenadviescommissie Studentenbezwaren (GS) gevraagd om advies uit te brengen. De GS doet hiertoe nader dossieronderzoek en houdt een hoorzitting met betrokkenen. Het advies wordt in de praktijk nagenoeg altijd overgenomen door het College van Bestuur.

De Geschillenadviescommissie

De Geschillenadviescommissie bestaat uit 2 kamers van elk 3 leden (voorzitter, lid, studentlid).

Daarnaast zijn er een plaatsvervangend lid en een studentlid aangesteld, die in beide kamers kunnen invallen. In 2019 zijn er twee nieuwe leden en één nieuw studentlid aangetreden.

De Commissie heeft 17 keer zitting gehouden. In 2019 heeft de Commissie voor het eerst een drietal studenten gehoord via Skype. Het betrof studenten die buiten Europa verbleven. Hoewel de techniek wat onwennig was, is dit goed bevallen.

Er zijn in totaal 39 adviezen uitgebracht, exclusief de zaken die betrekking hebben op de matching en aanmelddeadlines.

Bezwaarschriften

In 2019 zijn 134 bezwaarschriften afgehandeld, exclusief de bezwaren van aankomende studenten.

Dit aantal is vrijwel gelijk aan 2018 (138 bezwaren).

Opvallend is dat er aanzienlijk minder zaken minnelijk zijn geschikt dan in het vorige jaar (2018: 62).

In 7 gevallen is het bezwaar ten onrechte inge-diend, in feite was er sprake van een verzoek waar nog geen besluit op was genomen. Deze bezwaren

Afgehandelde studentenbezwaren

Universiteit Utrecht Jaarverslag 2019 152

zijn doorgeleid naar de juiste afdeling. Zij zijn verwerkt in het overzicht onder de categorie

‘niet-ontvankelijk’. In andere gevallen in die cate-gorie was het bezwaar buiten de termijn ingediend of zijn er geen gronden ontvangen.

De categorie ‘overig’ omvat onder meer bezwaren van studenten die niet meer hebben gereageerd naar aanleiding van verzoeken om contact. Na een tweede rappel worden deze dossiers afgesloten.

Er is een flinke afname te zien van het aantal zaken met betrekking tot de uitschrijfdatum en restitutie van het collegegeld (2018: 24). Ook het aantal zaken met betrekking tot de decen-trale selectie is afgenomen (2018: 60). Het aantal zaken met betrekking tot inschrijving is ongeveer gelijk gebleven, maar deze zijn wel in complexi-teit toegenomen omdat studenten na een afwij-zing veelal een verzoek indienen om per latere datum te mogen worden ingeschreven. Hiervoor is toestemming van het hoofd OSZ nodig, tegen welke beslissing eventueel ook weer bezwaar kan worden ingediend. Bovendien is gebleken dat het beleid hier niet eenduidig is bij de verschillende faculteiten en opleidingen.

Tegen twee beslissingen op bezwaar is beroep ingesteld bij het College van Beroep voor het Hoger Onderwijs. In één zaak is het beroep gegrond verklaard, omdat er geen duidelijk primair besluit was genomen over het instellingscollegegeld. In de andere zaak is nog geen uitspraak gedaan. Ook daar ging het om in rekening brengen van het instellingscollegegeld (vanwege het volgen van een tweede bacheloropleiding).

Aankomende studenten: matching en aanmelddeadlines

De grootste stroom bezwaarschriften is afkom-stig van studiekiezers. De inschrijving aan een universiteit is gebonden aan strakke deadlines (1 mei of 2 augustus). Als studenten zich hier niet aan houden dan wordt hun inschrijfverzoek afge-wezen. Ook volgt er een afwijzing als de studie-kiezer niet (volledig) deelneemt aan de matching van de betreffende opleiding.

In 2019 zijn er in totaal 129 bezwaren van aspi-rant-studenten tegen de afwijzing van het inschrijfverzoek wegens het overschrijden van de deadlines voor aanmelding of het niet voldoen aan de matchingsverplichtingen ontvangen. Deze bezwaren zijn eerst getoetst door de Commissie Dispensatie (CD). Deze commissie bekijkt of er Afgehandelde studentenbezwaren matching

Verdeling totaal aantal studentenbezwaren

Niet-ontvankelijk

persoonlijke omstandigheden zijn aangetoond op grond waarvan de student alsnog inschreven zou moeten worden. In totaal heeft de CD in 57 gevallen geschikt en zijn 2 gevallen ingetrokken.

De overige 70 bezwaren zijn ter behandeling doorgezonden naar de Geschillenadviescommissie (vorig jaar: 71).

De grootste stroom bezwaren kwam voort uit het niet inleveren van het matchingsformulier (27) en het niet meedoen aan de matchingsactiviteit (22). De meeste redenen om alsnog een bezwaar-schrift gegrond te verklaren, zijn door persoon-lijke omstandigheden, zoals ziekte, psychische of fysieke klachten van de aanmelder of familie-omstandigheden. Vakanties, tentamens, het niet gezien hebben van e-mailberichten en herinne-ringsmails waren niet voldoende om een bezwaar gegrond te verklaren.

De bezwaarschriften ingediend vanwege het niet voldoen aan de deadlines zijn voor beide data nagenoeg gelijk, 11 voor de 1 mei deadline en 10 voor de 2 augustus deadline. Bij de 1 mei-bezwaren wordt bijna een derde geschikt, bij de 2 augustus deadline niet één. Het is opvallend dat er niet één bezwaar gegrond wordt verklaard.

Het College van Bestuur heeft in alle gevallen besloten conform het advies van de Geschillenad-viescommissie.

Klachten ingediend bij de universitaire klachtencoördinator

Studenten die het niet eens zijn met de manier waarop een medewerker of een dienst van de Universiteit Utrecht zich tegenover hen heeft gedragen, kunnen – als een informele oplossing niet mogelijk is – hun klachten voorleggen aan een klachtencoördinator. Heeft de klacht betrek-king op hun opleiding of faculteit, dan kunnen ze terecht bij de facultaire klachtencoördinator.

Klachten over het gedrag van een medewerker van een centrale dienst van de Universiteit Utrecht worden behandeld door de universitaire klach-tencoördinator. Bij deze laatste werden in 2019 18 klachten ingediend, wat minder is dan het jaar daarvoor (toen waren het er 26).

Afhandeling Aantal

Niet in behandeling genomen omdat er geen sprake was van bejegening door een medewerker van de bestuursdienst of de UB Wel is klager in 3 gevallen gewezen op het FSC-meldformulier omdat de klachten betrekking hadden op (facili-teiten in de) gebouwen van de UU.

In 1 geval is gewezen op de specifieke klachtenregeling in het Leenreglement van de Universiteitsbibliotheek.

6

Niet in behandeling genomen omdat er geen sprake was van bejegening door een medewerker van de bestuursdienst of UB, maar klacht wel doorgezet naar:

Geschillenadviescommissie Studenten-bezwaren: 2

Facultaire klachtencoördinatoren: 3 Juridische Zaken: 3 *)

Universiteitsbibliotheek: 1

Directeur Vastgoed en Campus: 2 **) Afdelingshoofd Studenten van SO&O: 1

*) hadden betrekking op een Facebook-bericht van een medewerker van de universiteit

**) hadden betrekking op geluidsover-last als gevolg van werkzaamheden rond Casa Confetti.

12

Totaal: 18

Universiteit Utrecht Jaarverslag 2019 154

B PERSONEELSBEZWAREN

Aangezien de Universiteit Utrecht een openbare universiteit is, heeft het personeel de status van ambtenaar (dit gaat overigens veranderen per 1 januari 2020). De ambtenarenstatus brengt met zich mee dat medewerkers op grond van de Alge-mene wet bestuursrecht formeel bezwaar kunnen maken tegen besluiten die met hun rechtspositie te maken hebben. Sommige bezwaren worden ter advisering voorgelegd aan een speciale advies-commissie. Dat geldt in ieder geval als het gaat om ontslag, functiewaardering, beoordeling of een disciplinaire maatregel. Soms vraagt het College van Bestuur de commissie ook om advies over een andersoortig bezwaar. Meestal worden die echter behandeld door de medewerkers van de afdeling Juridische Zaken. Op basis van het advies van de commissie of JZ neemt het CvB een besluit. Als de medewerker het daar niet mee eens is, kan de zaak worden voorgelegd aan de rechtbank en in hoger beroep aan de Centrale Raad van Beroep.

In 2019 werden in totaal 20 bezwaren ontvangen.

Dat aantal past in het patroon dat gebruikelijk was in voorgaande jaren (iets meer dan twintig), met een uitschieter in 2017 toen 35 bezwaren werden ontvangen en een dip in 2018 met 15 bezwaren.

Een opvallend hoog aantal zaken werd in der minne geschikt of na een gesprek ingetrokken:

maar liefst 10 van de 20 ontvangen bezwaren. In 5 zaken loopt de procedure nog. Van de resterende 5 bezwaren werden er 2 niet-ontvankelijk verklaard, 2 (gedeeltelijk) gegrond en 1 ongegrond.

Uit 2017 waren nog 3 zaken bij de rechtbank in behandeling. Deze zijn in 2019 afgerond. In twee met elkaar samenhangende zaken is uiteindelijk toch een minnelijke schikking bereikt en is het beroep ingetrokken. In de derde zaak oordeelde de rechtbank dat het beroep ongegrond was en bleef het besluit tot niet verlengen van een tijdelijk dienstverband in stand.

De 7 bezwaren uit 2018 die aan het einde van dat jaar nog niet waren afgehandeld, zijn in 2019 alle-maal afgerond. In 4 zaken werd een minnelijke schikking bereikt, twee bezwaren werden

onge-grond verklaard en in een zaak kwam de rechter tot het oordeel dat het bezwaar gedeeltelijk gegrond was.

In 2019 werden dus in totaal 25 bezwaarprocedures afgerond, 3 zaken uit 2017, 7 zaken uit 2018 en 15 uit 2019. Verreweg de meeste bezwaren waren afkomstig van medewerkers van een faculteit.

De onderwerpen waarover bezwaar werd gemaakt verschillen niet wezenlijk van voorgaande jaren:

beëindiging van een tijdelijk dienstverband (4x), wijziging van het functieprofiel (4X), verlofge-relateerde kwesties (3x), vermindering aanstel-lingsomvang, vrijstelling van werk in de aanloop tot ontslag, reïntegratie-perikelen, de aanwijzing van een andere promotor (alle 2x) en inciden-tele kwesties rond wijziging werktijd, inschaling, beoordeling, declaraties, terugbetaling salaris en verlenging van een non-actiefstelling.

C KLACHTENPROCEDURES VOOR STUDENTEN

In document Katalysator voor verandering (pagina 150-154)