DE BOUW 100 JAAR.
DE BUURT: DE BOUW BESTAAT DIT JAAR 100 JAAR.
Het was afgelopen maand 100 jaar geleden dat de eerste steen gelegd werd door : TRUUSJE van GLABBEEK, Truus was een dochter van de voorzitter van:
RK BOUWVEREENIGING WONINGNOOD.
Deze steen is ingemetseld in het huis in de BEGIJNENSTRAAT hoek JULIANASTRAAT. Nummer 35.
Hier een kaart uit +- 1850 met het ELZENDAALKLOOSTER.
Rond 1920 was de woningnood in Boxmeer zeer groot, daarom werd er een vereniging opgericht, en werd er een plan opgesteld om in de hoek de
Nonehoek en het leuker 38 woningen te bouwen, De eerste aanbesteding was veel te duur.
Na de tweede aanbesteding werd het gegund aan de aannemers Joh. STIPHOUT en J.PETERS. nadat de eerste aanbesteding te duur was?
De laatste kaart voor de bebouwing. De begijnenstraat en de Pastoor
kerstenstraat die waren er al , het eerste stuk van Pastoor kerstenstraat van uit de Dr. Peelenstraat was niet meer dan een koeienpadje.
Op deze kaart kunt U zien waar de eerste huizen staan.
Hendrikstraat, Julianastraat, Begijnenstraat, Pastoor kerstenstraat en de Wilhelminastraat. Het waren allemaal halve straten?
Zie kaart: 1935.
Rechts op de foto: Joh STIPHOUT uit Sambeek, en J.PETERS uit Boxmeer.
DE BEGIJNENSTRAAT.
Vanuit de Dr.Peelenstraat.
Familie DERKS.
De eerste 4.
Pastoorkerstenstraat. Bij Verkaart.
Familie: C.A. Knelissen. Dit is eerst een Boterfabriek geweest?
Fam: Verdijk.
Daar is waarschijnlijk de grond van geweest?
Gezicht op de boerderij van ARTS, op het pleintje.
De inzegening van de woningen.
In de Jaren na de eerste Wereldoorlog kampt Nederland met woningnood. Dat is vooral merkbaar in steden en dorpen waar sinds het eind van de negentiende eeuw fabrieken zijn gebouwd. Dat trekt arbeiders aan. Doordat de hygíëne verbeterd word, daalt de kindersterfte en groeit de bevolking. Een oorzaak is ook de invoering van de Woningwet in 1901. Niet alleen worden
bouwvergunningen verplicht, ook moeten gemeente krotten onbewoonbaar verklaren. Dat leidt in sommige plaatsen tot minder woningen voor arbeiders.
Ook in Boxmeer heerst in die jaren woningnood. In juni 1917 schrijft de provinciale Noordbrabantsche en ’s-Hertogenbossche Courant: ‘De
woningnood is alhier zóo zeer gestegen, dat zelfs het vasten personeel der
nieuwe dagrijksnormaalschool gedeeltelijk verplicht is geworden in Nijmegen te gaan wonen, wat voor de personen in kwestie een groten last veroorzaakt.
Omdat her rijk voorziet dat de Woningwet tot krapte op de woningmarkt leid, word geld opzijgezet om bouwplannen te stimuleren. Gemeente en
woningbouwverenigingen kunnen tergen lage rente voorschotten krijgen. Om hun arbeiders te kunnen huisvesten bouwen ook fabrikanten woningen. De R.K. Bouwvereniging leent daar geld, en bouwen 38 arbeiderswoningen, Het is Boxmeers grootste sociale woningbouwproject: de wijk krijgt al snel de naam
“de bouw’. De straatnamen worden genoemd naar leden van het koninklijk huis.
Arbeiderswoningen te duur voor arbeiders.
De bouw wordt een hoofdpijndossier voor de vereniging. De eerste
aanbesteding, in januari 1920, is geen succes. De 218.000 gulden van de laagste inschrijver is boven het budget. Een halfjaar later lukt de aanbesteding wel. De plaatselijke aannemers Peeters en Stiphout willen voor 217.790 gulden de huizen wel bouwen.
Het grote probleem voor de vereniging is de hoogte van de huur.? De
exploitatiekosten moeten 90 procent bedragen, zodat de huur op 4 gulden per week komt? Arbeiders verdienen hooguit 9oo gulden pet jaar?
Jaar op jaar schrijft de vereniging in haar jaarverslagen dat de huur veel te hoog is. Er is veel verloop in de woningen en veel leegstand. Als eind jaren 20 de grote crisis toeslaat, staat soms de halve wijk een jaar leeg. Dat kost extra geld voor onderhoud. Pas in 1933 gaat het rijk overstag: de huur mag worden verlaagd naar 3 gulden.?
